144 9 3MB
Dutch Pages 264 Year 2018
Je partner zit schaamteloos te flirten met een ander terwijl jij ernaast zit. Als je er iets van zegt krijg je te horen dat je een controlfreak bent en dat je niet zo onzeker moet zijn. * Je moeder maakt kleinerende opmerkingen over je kleding, de opvoeding van je kinderen, je werk en je partner. Je zegt er niets van tegen haar, maar vertelt jezelf dat je als volwassene tegen een beetje kritiek moet kunnen. * Je baas geeft je een-op-een complimenten over je werkwijze, maar valt je in het bijzijn van je collega's volledig af. In plaats van boos te worden, vraag je je af of je wel geschikt bent voor deze baan. * Dit zijn allemaal vormen van gaslighting: er wordt bewust onjuiste informatie doorgegeven, waardoor het zelfvertrouwen en functioneren volledig ondermijnd worden. Gaslighting is een vorm van mentale, narcistische mishandeling en manipulatie die heel moeilijk te herkennen is. Je kunt slachtoffer zijn van gaslighting zonder dat je het zelf in de gaten hebt. Nog moeilijker is het om ervan los te komen, doordat het appelleert aan een van onze grootste angsten: verlaten worden. In dit baanbrekende boek laat Robin Stern je zien hoe gaslighting werkt, hoe je het herkent en vooral hoe je er weer van los kunt komen. Met praktische adviezen, aansprekende voorbeelden en vele tips en oefeningen leer je de patronen van gaslighting doorzien, hoe je kunt ontsnappen en hoe je voortaan uit handen blijft van een gaslighter.
Uitgeverij AnkhHermes is pionier op het gebied van bewustwording, spiritualiteit, gezondheid en nieuwe wetenschap.
DR. ROBIN STERN
HET Gaslight Effect Verborgen narcisme
Oorspronkelijke titel: The Gaslight Effect, uitgegeven door Harmony Books, een imprint van de Crown Publishing Group, een onderdeel van Penguin Random House LLC, New York Vertaling: Ronald Hermsen Omslag: Peter Beemsterboer Binnenwerk: Pre Pres Media Groep Auteursfoto: Horacio Marquinez NUR: 770/728 De informatie die in dit boek wordt gegeven, is niet bedoeld als vervanging van professioneel medisch advies. Raadpleeg altijd een arts als er zich problemen voordoen met uw gezondheid. Noch de auteur, noch de uitgever kan verantwoordelijk worden gehouden voor enige schade die het gevolg is van het opvolgen van de aanbevelingen uit dit boek of van het niet inroepen of niet opvolgen van deskundig medisch advies. ISBN: 9789020215168 ISBN e-book: 9789020215175 © 2007/2018, Robin Stern © 2018 Uitgeverij AnkhHermes, onderdeel van VBK|media, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag worden gereproduceerd, op welke manier dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever, behalve in het geval van korte aanhalingen gebruikt in beschouwende artikelen of recensies uiteraard met vermelding van de bron. Uitgeverij AnkhHermes vindt het belangrijk om op milieuvriendelijke en verantwoorde wijze met natuurlijke bronnen om te gaan. Bij de productie van het papieren boek van deze titel is daarom gebruikgemaakt van papier waarvan het zeker is dat de productie niet tot bosvernietiging heeft geleid. Ook is het papier 100% chloor- en zwavelvrij gebleekt. www.ankh-hermes.nl
Voor al mijn cliënten, studenten en de jonge mensen die ik heb begeleid … en voor iedereen die samen met me opliep op weg naar een gaslightvrij leven. Ik ben jullie heel dankbaar. Jullie zijn mijn leraren. En voor mijn kinderen Scott en Melissa, jullie zijn mijn kostbaarste ‘eeuwige geschenken’.
Inhoud
Voorwoord door Naomi Wolf Inleiding Hoofdstuk 1 Wat is gaslighten? Hoofdstuk 2 De gaslighttango Hoofdstuk 3 Fase 1: ‘Waar heb je het over?’ Hoofdstuk 4 Fase 2: ‘Misschien heb je wel gelijk.’ Hoofdstuk 5 Fase 3: ‘Het is allemaal mijn schuld!’ Hoofdstuk 6 Het gas uitdoen Hoofdstuk 7 Blijven of gaan? Hoofdstuk 8 Een gaslightvrij leven Dankwoord Appendix A: Ken je emoties Appendix B: Visualiseer je relatie Appendix C: Zorg voor jezelf Appendix D: Hulporganisaties Literatuur Over de auteur
Voorwoord door Naomi Wolf
Soms komen er interessante toevalligheden op ons pad. Toen Robin Stern mij voor het eerst vertelde dat ze een boek wilde schrijven over emotioneel misbruik, zaten we in een speeltuin te kijken naar mijn spelende kinderen. Naast de speeltuin slingerde een pad. Een jongen van een jaar of vier, vijf die daar met zijn vader liep, rende ineens heel uitgelaten een stukje vooruit en viel hard op het grind. Hij had duidelijk pijn en probeerde zijn tranen in te houden. Het gezicht van zijn vader verstrakte, ‘Wat heb je nu weer gedaan?’ snauwde hij, terwijl hij het jongetje ruw aan een arm omhoogtrok. ‘Wat ben je toch ongelooflijk onhandig. Moet ik dan de hele tijd zeggen dat je voorzichtig moet doen?!’ Het was een afschuwelijk moment. Wij, volwassenen, krompen in elkaar vanwege het gebrek aan medeleven van de vader. We vroegen ons af of we er iets van moesten zeggen. Maar nog pijnlijker was het om te zien hoe het kind zijn best deed om zichzelf tot bedaren te brengen en zijn vaders woorden te begrijpen. Je kon bijna aan hem zien dat hij de woorden van zijn vader zo probeerde te interpreteren dat ze niet gemeen waren. Je kon hem bijna horen denken: ik ben onhandig. Ik heb geen pijn omdat mijn vader mij zojuist heeft gekwetst, maar omdat ik niet goed naar mijn vader heb geluisterd. Het is mijn eigen schuld. Ik drukte dr. Stern op het hart haar voornemen heel serieus te nemen en het boek echt te schrijven. Ik ben heel blij dat ze het ook daadwerkelijk heeft gedaan. Emotioneel misbruik krijgt eindelijk de serieuze aandacht die het verdient en er is de afgelopen tijd veel over geschreven. Mensen begrijpen tegenwoordig beter wat emotioneel misbruik teweegbrengt. Een generatie geleden waren dezelfde interacties nog sociaal geaccepteerd, met name op het gebied van de kinderopvoeding; vaak werd het gezien als een ‘harde aanpak’ of ‘karaktervormend’. Maar het soort emotioneel misbruik dat dr. Stern in Het gaslight effect benoemt en behandelt, mishandeling die meer verborgen en dominanter is, is tot nu toe nog niet onderzocht met de empathie en inzichten die zij meebrengt vanuit haar jarenlange praktijkervaring, met
name vanuit haar speciale interesse in het emotionele welzijn van jonge vrouwen. Het is heel goed dat zij vanuit haar brede ervaring over dit onderwerp schrijft. Dr. Stern werkt veel met intelligente, getalenteerde en idealistische jonge vrouwen, vaak afkomstig uit liefdevolle gezinnen, die vastlopen in relaties waarin zij op de een of andere manier mishandeld worden. Ze doet fantastisch werk doordat ze hen herinnert aan, en vervolgens werkt met, hun eigen, vergeten bronnen van kracht en zelfrespect, waardoor ze hun leven weer in eigen hand nemen. Nu kunnen lezers overal ter wereld profiteren van de wijsheid die dr. Stern deze vrouwen meegaf: over hoe je dit soort verborgen, emotionele dominantie kunt herkennen en wat je ertegen kunt doen. Voor jonge vrouwen die hun emotionele welzijn willen bewaken, weerstand willen bieden aan controlerend en manipulerend gedrag van anderen, en voor relaties willen kunnen kiezen die hun eigen ontwikkeling steunen en voeden, is dit een heel belangrijk hulpmiddel. Ik weet uit eerste hand hoe helend de inzichten uit Het gaslighteffect voor jonge vrouwen kunnen zijn, doordat ik van dichtbij heb gezien hoe dr. Stern hen begeleidt. Ik denk alleen niet dat de waarde van haar onderzoek zich beperkt tot vrouwen. Zowel mannen als vrouwen kunnen in hun jeugd gebukt gaan onder emotioneel misbruik en dominantie door volwassenen. De meeste voorbeelden in dit boek, die komen uit dr. Sterns eigen praktijk, betreffen vrouwen, maar ik heb ook talloze mannen meegemaakt die zich blootgeven en vertellen over hun eigen strijd om vrij te worden van de giftige interacties die dr. Stern beschrijft, en een zekere mate van opluchting en vrijheid ervaren na het horen van haar analyse. Met name ouders zouden dit boek moeten lezen. Want het verwonden van het zelfbeeld van een kind – of de emotionele manipulatie van hem of haar – gebeurt heel vaak volkomen onbewust. Hoe bewuster we ons worden dat wij allemaal, hoe goedbedoelend we ook zijn, een kind dat onder onze zorg valt onbedoeld emotioneel kunnen verwonden of manipuleren, hoe beter dit is voor de volgende generatie. U als lezer heeft het geluk dat er psychotherapeuten zoals dr. Stern zijn, die zich oprecht wijden aan de emotionele groei en persoonlijke ontwikkeling van anderen. Iedere bladzijde komt recht uit het hart. Belangrijker is nog dat iedere bladzijde ons meer inzicht geeft in wat er met dat kleine mannetje in het park gebeurde, en meer begrip voor de volwassenen die zich met hem identificeren.
Dit boek zal veel mensen nieuw zelfrespect en nieuwe kracht schenken. Naomi Wolf
INLEIDING
Als de tijd rijp is voor een idee
Tegenwoordig hoor je het woord ‘gaslighter’ heel regelmatig. Als je even op Google zoekt kom je tientallen artikelen tegen: ‘Acht manieren om een gaslighter te herkennen’, ‘Weten gaslighters wel wat ze doen?’, ‘Gaslighten: een psychologisch spelletje dat iedereen moet herkennen’. Het Urban Dictionary geeft zelfs een definitie van ‘gaslighter’. Maar toen ik tien jaar geleden Het gaslight effect, verborgen narcisme, schreef, kende bijna niemand de term, hoewel het fenomeen ook toen al wijdverbreid was. Gaslighten, schreef ik, is een vorm van emotionele manipulatie waarbij een gaslighter je ervan probeert te overtuigen dat je je eigen gedrag of motivaties niet goed herinnert, verkeerd begrijpt of verkeerd interpreteert. Hierdoor zaait hij twijfel in je hoofd, waardoor je kwetsbaar wordt en in verwarring raakt. Een gaslighter kan zowel een man als vrouw zijn, echtgeno(o)t(e) of geliefde, baas of collega, ouder, broer of zus, maar allemaal zorgen ze ervoor dat je gaat twijfelen aan je eigen kijk op de werkelijkheid. Gaslighten is de creatie van twee mensen: een gaslighter die verwarring en twijfel zaait, en een gaslightee die bereid is om aan zijn of haar eigen manier van kijken te twijfelen om de relatie in stand te houden. In mijn ogen is deze gedeelde verantwoordelijkheid de kern van gaslighten. Het is niet alleen emotioneel misbruik. Er is sprake van een relatie die van twee kanten in stand wordt gehouden en die ik de gaslighttango noem. Dit vraagt om de actieve participatie van twee mensen. Natuurlijk zorgt de gaslighter ervoor dat de gaslightee aan haar eigen kijk op de werkelijkheid gaat twijfelen, maar de gaslightee doet evenzeer haar best om zo gezien te worden als ze gezien wil worden. ‘Je bent zo onzorgvuldig’, zou de gaslighter kunnen zeggen. Maar in plaats van te lachen en te zeggen ‘Zo zie jij het blijkbaar’, houdt de gaslightee gedwongen vol: ‘Dat ben ik niet!’ De manier waarop de gaslighter haar ziet, is voor haar namelijk heel belangrijk. Ze kan pas stoppen als ze hem ervan heeft overtuigd dat ze niet onzorgvuldig is.
‘Ik snap niet dat je je geld zo makkelijk uitgeeft,’ zou de gaslighter kunnen zeggen. Een niet-gaslightee zou luchtig kunnen antwoorden met ‘Iedereen is anders en het is mijn geld’ en gewoon weer doorgaan met waar ze mee bezig was. Maar een gaslightee kan urenlang vastzitten in ellendige zelfreflectie en zich wanhopig afvragen of de gaslighter misschien toch gelijk heeft. In het boek schreef ik: Het gaslighteffect is het gevolg van een relatie tussen twee mensen: een gaslighter die gelijk wil hebben om aan zijn zelfbeeld te kunnen vasthouden en aan het gevoel dat hij de controle over de wereld heeft; en een gaslightee die haar kijk op de wereld laat bepalen door de gaslighter, omdat ze hem aanbidt en zijn bevestiging zoekt (…) [Als] ook maar iets in jou vindt dat je zelf niet goed genoeg bent – als ook maar iets in jou vindt dat je de liefde en bevestiging van de gaslighter nodig hebt om je heel te voelen – dan ben je gevoelig voor gaslighten. En een gaslighter zal van die kwetsbaarheid profiteren door je steeds weer aan jezelf te laten twijfelen. Soms wacht een gaslightee een grotere straf dan afkeuring. Misschien hebben de gaslighter en zij samen kinderen en voelt de gaslightee zich financieel of emotioneel niet in staat om de kinderen alleen op te voeden. Misschien is de gaslighter een werkgever en is de gaslightee bang voor repercussies of ontslag als ze tegen haar baas ingaat. De gaslighter kan ook een familielid of oude vriend(in) zijn, waardoor de gaslightee bang is voor nadelige gevolgen binnen de familie- of vriendenkring. Het kan ook zijn dat de gaslighter de gaslightee bedreigt met een ‘Emotionele Apocalyps’, zoals ik het noem. Dit is een spervuur aan beledigingen, dreigen met zelfmoord, of een verschrikkelijke ruzie, iets wat zo verontrustend is dat de gaslightee bereid is om bijna alles te doen om het te voorkomen. Maar wat de straf ook is, voor gaslighten zijn altijd twee partijen nodig. Degene die het gaslighten doet is verantwoordelijk voor zijn eigen handelen. Maar de gaslightee is ook verantwoordelijk voor haar eigen handelen. Haar kwetsbaarheid is het gevolg van haar behoefte om de gaslighter te idealiseren, zijn goedkeuring te krijgen, of om de relatie ten koste van alles in stand te houden.1
Dat twee partijen een aandeel hebben is op zich positief, omdat dit betekent dat de gaslightee de sleutel van haar eigen gevangenis in handen heeft. Zodra ze beseft wat er gebeurt, kan ze in zichzelf de moed en helderheid zoeken om niet langer mee te gaan in de gekmakende verdraaiingen van de gaslighter en zich vasthouden aan haar eigen werkelijkheid. Als ze op haar eigen zienswijze vertrouwt, heeft ze geen goedkeuring meer nodig van de gaslighter of van iemand anders. Als we naar gaslighten op persoonlijk niveau kijken – in de liefde, bij vriendschap, werk en binnen de familie – dan geloof ik nog steeds in deze formulering. De essentie van gaslighten is de gaslighttango, de dans tussen twee mensen die elk de inbreng van de ander nodig hebben.
De ontdekking van het gaslighteffect De inspiratie voor dit boek was de aanwezigheid van gaslighten in het leven van veel van mijn cliënten, vrienden en in dat van mijzelf. Ik zag het gaslighteffect steeds weer terugkomen als een verraderlijk patroon, dat het gevoel van eigenwaarde van zelfs de meest zelfverzekerde vrouwen kan ondermijnen. In mijn geval betekende het het einde van mijn eerste huwelijk. De vrouwen bij wie ik zag dat ze gegaslight werden – cliënten en vriendinnen – waren competent en krachtig, succesvol en mooi. Maar op de een of andere manier zaten ze verstrikt in een relatie – thuis, op het werk of binnen de familie – waaruit ze zich niet konden losmaken, zelfs wanneer hun zelfbeeld verbrokkelde. In zijn mildste vorm geeft gaslighten vrouwen een ongemakkelijk gevoel en vragen zij zich af waarom ze toch altijd ongelijk lijken te hebben of niet echt gelukkig zijn met hun ogenschijnlijk ‘joviale’ partner. In het ergste geval leidt gaslighten tot zware depressies, die voorheen krachtige, levendige vrouwen reduceren tot een hoopje ellende vol zelfhaat. Maar als therapeut en in mijn privéleven stond ik hoe dan ook steeds weer versteld van de mate van zelftwijfel en verlamming die gaslighten kan veroorzaken. Ik zocht naar een manier om dit specifieke patroon van misbruik te omschrijven, omdat ik het nog niet was tegengekomen binnen de populairwetenschappelijke cultuur en professionele literatuur. Mijn inspiratie vond ik in Gaslight, een film uit 1944 met Ingrid Bergman, Charles Boyer en Joseph Cotton als hoofdrolspelers. In de film weet de romantische
held, gespeeld door Boyer, Bergman er gaandeweg van te overtuigen dat zij gek aan het worden is. Hij vraagt haar naar een broche die hij haar had gegeven en observeert haar verwarring als ze hem niet kan vinden in haar tas, terwijl ze zeker weet dat ze hem daarin had gedaan – alleen had Boyer hem er weer uit gehaald. ‘O lieverd, je bent ook zo vergeetachtig,’ zegt hij voortdurend. ‘Ik ben niet vergeetachtig,’ antwoordt het personage gespeeld door Bergman. Maar al snel gaat ze Boyers versie van de gebeurtenissen geloven en niet langer die van haarzelf. Ze vertrouwt niet langer op haar eigen geheugen en kijk op de dingen. In de film probeert Boyer Bergman bewust gek te maken, zodat hij haar erfenis opstrijkt. Doordat hij haar ervan overtuigt dat ze haar eigen waarnemingen niet meer kan vertrouwen, wordt ze ook inderdaad gek. In het echte leven zijn gaslighters zich meestal niet zo bewust van hun eigen handelen. Zowel de gaslighter als de gaslightee lijken dwangmatig te handelen, gevangen in een dodelijke gaslighttango die wordt veroorzaakt door zijn vervormde beeld van haar en haar groeiende overtuiging dat hij wel gelijk moet hebben. Ik kon geen enkel boek vinden over dit specifieke patroon van emotioneel misbruik, in ieder geval niet een boek dat het helder formuleert en dat gaslightees handvatten geeft om de betovering te doorbreken en hun zelfrespect te herwinnen. Dus gaf ik dit fenomeen zijn naam en schreef ik het boek – en stond versteld van alle reacties. Ik kreeg de ene nieuwe cliënt na de andere en ze zeiden allemaal dat ze hun situatie volledig herkenden in mijn boek. ‘Hoe wist je wat ik allemaal doormaak?’ vroegen ze. ‘Ik dacht dat ik de enige was!’ Vriendinnen waarvan ik dacht dat ze gelukkig waren in hun relaties vertrouwden me toe dat ze gegaslight werden, of dat dit in een eerdere relatie, op het werk of binnen de familie, was gebeurd. Collega’s bedankten me voor het benoemen van een nieuw patroon, omdat ze er nu met hun eigen cliënten over konden praten. Dit tot dan ongedefinieerde patroon leek veel wijdverspreider dan ik ooit had vermoed. Al snel na de publicatie van het boek werd ik adviseur bij Facebook, samen met mijn collega Marc Brackett, de directeur van het Center for Emotional Intelligence van Yale University. De sociale media stonden toen nog in de kinderschoenen en bij Facebook maakte men zich zorgen over de mogelijkheid tot cyberpesten van kwetsbare, jonge mensen. Marc en ik interviewden tientallen tieners en volwassenen om een onlineprotocol te kunnen ontwerpen voor het rapporteren en oplossen van de vele soorten
pesten, zoals het verspreiden van geruchten, gemeen gedrag, respectloosheid, stalken en regelrechte bedreigingen. Door dit werk en de lessen die wij door het hele land heen gaven in emotionele intelligentie, kregen we nog meer bewijs van de desastreuze gevolgen van gaslighten. Marc en ik hoorden verhaal na verhaal van tieners die gegaslight werden, en niet slechts door één persoon, maar door tientallen echte en Facebookvrienden. Een jonge vrouw zegt tegen haar vriendin dat ze zich ‘niet zo moet aanstellen’ omdat ze van streek is vanwege een of andere kleinerende opmerking, en vervolgens klikken zo’n twintig tot dertig mensen op ‘like’ of posten hun eigen kritiek. De vernietigende effecten van gaslighten vermenigvuldigen zich, omdat het doelwit niet alleen te maken heeft met de manipulaties van haar gaslighter, maar ook met de schijnbare overtuiging van ‘iedereen die ze kent’ en van nog een paar dozijn vreemden, dat ze ‘zich aanstelt’. Ons project leidde tot Facebooks Bully Prevention Hub, waarop tieners misbruik en beledigingen konden melden en die gespreksstof kon leveren voor leraren, opvoeders en ouders. Het verbijsterde me hoe vaak gaslighten het favoriete wapen van een bully is. Een van de ergste dingen van gaslighten is dat het zo lastig te herkennen is. Je merkt dat je verward raakt en aan jezelf gaat twijfelen, maar waarom? Hoe komt het dat je ineens aan jezelf gaat twijfelen? Hoe kan het dat iemand die zogenaamd om je geeft je zo’n rotgevoel bezorgt? Gaslighten is een vorm van heimelijk pesten en wordt vaak gedaan door een echtgenoot, vriend, of familielid die/dat volhoudt dat hij van je houdt, terwijl hij je ondermijnt. Je weet dat er iets niet klopt, maar je kunt je vinger er niet op leggen. De term ‘gaslighten’ geeft een naam aan dit misbruik, waardoor je beter in staat bent om te zien wat je vriend, je tante Martha of je zogenaamd beste vriend(in) eigenlijk doet. Marc en ik zeggen voortdurend tegen onze studenten: ‘You have to name it to tame it’ – je moet het benoemen wil je het kunnen indammen.
Gaslighten in het nieuws Enkele jaren nadat mijn boek was verschenen, zag ik zo nu en dan een artikel waarin de term werd gebruikt. In The Week bijvoorbeeld werd in een recensie van de film Zero Dark Thirty een bepaalde ondervraagtechniek als
een vorm van gaslighten beschreven. Hierin refereert een ervaren ondervrager heel vertrouwelijk aan bepaalde gebeurtenissen die nooit hebben plaatsgevonden, waardoor de gevangene zich afvraagt of zijn geheugen hem in de steek laat. De ondervrager weet dat niets zo destabiliserend werkt als iemand laten denken dat hij zijn grip op de werkelijkheid verliest en dat gaslighten de geest sterker kan vervormen dan fysieke mishandeling. Ondertussen koppelden steeds meer blogs gaslighten aan pesten, zowel in persoonlijke relaties als op het werk. ‘Is gaslighten een gendergerelateerde vorm van pesten op het werk?’ vroeg David Yamada zich af op zijn blog Minding the Workplace. Talloze dating- en zelfhulpblogs spraken over hoe belangrijk het is dat je je gaslighter herkent en tegen hem opkomt. Gaslighten kreeg zelfs een Wikipediapagina, waarop mijn boek werd genoemd in de literatuurlijst. Maar in 2016 werd gaslighten het collectieve bewustzijn in geslingerd. In maart van dat jaar beweerde de komiek en HBO-talkshowpresentator John Oliver dat Donald Trump hem had gegaslight. Op het eerste gezicht leek het allemaal heel rechttoe rechtaan. Donald Trump verklaarde dat hij een uitnodiging voor Olivers programma had geweigerd. ‘John Oliver en zijn team bellen me om te vragen of ik te gast wil zijn in zijn oersaaie, slecht bekeken programma’, tweette Trump. ‘Ik zei NEE BEDANKT, zonde van de tijd & energie!’ Maar waar het om gaat is dit: Oliver heeft hem helemaal nooit uitgenodigd. Hij wilde Trump helemaal niet als gast in zijn show. Waarom zou hij hem dan hebben uitgenodigd? Toen Oliver dit recht wilde zetten, gooide Trump er nog een schepje bovenop. Tijdens een radio-interview hield hij vol dat hij wel was gevraagd, en niet één, maar wel vier of vijf keer. Dan denk je dat Oliver zijn schouders erover ophaalt, de tweet in zijn openingswoord verwerkt en er met zijn team de nodige grappen over maakt. Maar nee, Oliver geeft toe dat hij aan zichzelf begon te twijfelen. Trump leek zo zeker over wat er was gebeurd. Misschien had Oliver hem toch uitgenodigd. ‘Ik was echt uit het lood geslagen doordat ik met zo’n overtuigende leugen werd geconfronteerd,’ zei Oliver in zijn programma. ‘Ik heb het zelfs gecontroleerd om er zeker van te zijn dat niemand hem misschien per ongeluk had uitgenodigd, wat natuurlijk niet zo was.’
John Oliver, komiek, talkshowpresentator en links-liberaal criticus, had geen enkel belang bij Trumps instemming. Het maakte hem niets uit wat Trump van hem vond of hoe hun toekomstige relatie eruit zou zien. Trump kon hem emotioneel, financieel of familiaal gezien niet raken. En het heeft er alle schijn van dat John Oliver een zelfverzekerde man is met een duidelijke eigen kijk op de wereld. Maar toch kreeg Trump hem aan het twijfelen over zoiets simpels en eenduidigs als wel of geen uitnodiging voor zijn programma. Melissa Jeltsen, een ervaren journalist van de Huffington Post, schreef: ‘Trumps bewering werd zo daadkrachtig gebracht, dat Oliver ging twijfelen aan wat hij wist dat waar was, terwijl hij wist dat Trump loog. Dat is de kracht van gaslighten.’ Jeltsen interviewde mij voor dat artikel, waarin ik bevestigde dat Trump in het geval Oliver, maar ook op andere plekken, klassiek gaslightgedrag vertoont. Ik vertelde haar: ‘Als je niet de verantwoordelijkheid neemt voor je handelen, die verantwoordelijkheid bij een ander neerlegt, of de geloofwaardigheid probeert te ondermijnen van iemand die vragen stelt bij je manier van handelen, dan is er sprake van gaslighting.’ Plotseling kwam je de term overal tegen: CNN, Teen Vogue, Salon, en op tientallen webposts, posts op sociale media en blogs. Ineens had iedereen het over gaslighten.
Het gaslighteffect herzien Toen mijn uitgever zei dat ze Het gaslight effect, verborgen narcisme opnieuw wilden uitgeven, zag ik dit als een mogelijkheid om het boek dat ik tien jaar eerder had geschreven te herzien. Hoe keek ik nu naar dit boek, gebaseerd op mijn huidige ervaringen als therapeut, adviseur van Facebook en mijn werk aan het Yale Center for Emotional Intelligence? Ik herlas het en gelukkig houdt het nog steeds stand. Ik voelde geen enkele noodzaak om iets te herschrijven. Wat me nu nog meer opvalt dan tien jaar geleden, is dat hoe zelfverzekerder iemand is – en hoe groter misschien ook zijn narcisme – hoe gemakkelijker hij vasthoudt aan zijn eigen werkelijkheid, ongeacht het aantal mensen dat de nodige vragen stelt bij zijn kijk op de feiten. Dit narcisme is een verdedigingsmechanisme dat voorkomt dat je andere mensen serieus neemt of begaan bent met hun manier van kijken naar de wereld. Een narcist kan woedend worden wanneer anderen zijn ideeën
niet delen; zo reageren heel veel gaslighters. Maar die woede wordt niet veroorzaakt door twijfel aan hun eigen gelijk, maar doordat ze het niet kunnen uitstaan dat ze geen volledige controle over de dingen hebben. Met andere woorden: je kunt een gaslighter niet gaslighten – in ieder geval wordt het steeds moeilijker om iemand te gaslighten, naarmate hij zelf meer gaslight. Wij, de rest van de mensheid, vinden het echter lastiger om ons eigen wereldbeeld in stand te houden. We vragen ons af of we dat wat we gehoord of gezien hebben wel echt gehoord of gezien hebben. Onze nederigheid en ons zelfbewustzijn maken ons kwetsbaar, iets wat een narcistischer persoon waarschijnlijk niet op deze manier kent. Van kind af aan hebben we geleerd dat de manier van kijken van een ander wel eens beter zou kunnen zijn dan die van ons. Als we iemand maar vaak genoeg horen zeggen ‘zwart is wit’ of ‘boven is onder’, dan is de kans groot dat we ons gaan afvragen of diegene soms iets weet dat wij nog niet weten. In Het gaslight effect bied ik een remedie aan die ik nog altijd heel betrouwbaar vind; ik noem deze ‘let op de stewardessen’. In een vliegtuig kun je aan het gedrag van de stewardessen zien of het schudden veroorzaakt wordt door geringe turbulentie of dat het een grote ramp aankondigt. In je eigen leven zijn ook ‘stewardessen’. Ze geven aan of je nieuwe vriend gewoon een rotdag heeft, of dat er sprake is van een langdurig patroon van misbruik. Wanneer je vragen bent gaan stellen bij je eigen wereldbeeld, dan kunnen je stewardessen – vrienden, familieleden, eventueel een therapeut – je helpen bij het maken van een goede inschatting. Op een vergelijkbare manier kunnen we misschien elkaars stewardessen worden wanneer we te maken krijgen met politiek of sociaal gaslighten. Het is aan ieder van ons om nieuwsbronnen en analyses te zoeken die we vertrouwen en feiten die na nauwkeurig onderzoek nog overeind blijven. Niemand kan dat alleen. Hiervoor hebben we zowel ‘experts’ die we vertrouwen nodig, als vrienden, buren, familie en collega’s in de zienswijze van wie we ons kunnen vinden. Gaslighten is heel ontwrichtend. Misschien hebben we wel ‘een heel dorp’ nodig voor een gemeenschappelijke, solide basis. Mocht jij of iemand die je kent vastzitten in een gaslightrelatie, dan kan Het gaslight effect helpen bij het begrijpen en heroverwegen ervan en uiteindelijk ook bij de bevrijding eruit, wat kan betekenen dat de relatie van binnenuit verandert, of dat je er voor eens en voor altijd uit stapt. Al mijn
hele werkzame leven is het mijn doel om mensen te helpen, zodat ze een compassievoller, effectiever, productiever en vervulder leven kunnen leiden. Maar dat is onmogelijk zolang je in een gaslightrelatie zit en je voortdurend aan je eigen reacties twijfelt en je je maar blijft verontschuldigen voor al je zogenaamde tekortkomingen. Tien jaar geleden schreef ik: (…) je beschikt over een krachtbron diep in jezelf, die je kan bevrijden van het gaslighteffect. De eerste stap is dat je je bewust wordt van je eigen rol bij gaslighten, de manieren waarop je eigen gedrag, verlangens en fantasieën ervoor kunnen zorgen dat je je gaslighter aanbidt en zijn goedkeuring zoekt. En nu begint je reis. Het gaslight effect is bedoeld om je te helpen bij iedere stap die je zet. Het vraagt moed om op weg te gaan en ik ben heel benieuwd naar alles wat je zult leren. 1
Als de gaslighter met lichamelijk geweld dreigt of dit gebruikt, heeft de gaslightee natuurlijk nog een reden om zich kwetsbaar te voelen. De prioriteit kan dan minder liggen bij het stoppen van het gaslighten en meer bij de veiligheid van haarzelf en die van de kinderen.
HOOFDSTUK 1
Wat is gaslighten?
Katie is een vriendelijke, vrolijke vrouw, die op straat naar iedereen glimlacht. Ze is vertegenwoordiger en praat dus heel vaak met onbekende mensen, wat ze heel leuk vindt. Ze is een mooie vrouw, eind twintig en ze had verschillende vriendjes voor ze uiteindelijk koos voor haar huidige vriend Brian. Brian kan heel lief, beschermend en voorkomend zijn, maar hij is ook nerveus, angstig en achterdochtig tegenover mensen die hij niet kent. Als ze samen gaan wandelen, is Katie heel uitgaand en praatgraag en ze knoopt al snel een gesprekje aan met de man die hen aanspreekt om de weg te vragen of met de vrouw van wie de hond het pad oversteekt. Brian daarentegen is heel afkerig en afwijzend. Ziet ze dan niet dat de mensen haar uitlachen? Ze denkt dat mensen dit soort luchtige gesprekjes leuk vinden, maar eigenlijk staan ze ongeduldig en wat geïrriteerd te wachten tot ze eindelijk klaar is. En dan die man die de weg vroeg, die probeerde haar gewoon te verleiden – ze had eens moeten zien hoe hij naar haar loerde toen ze zich omdraaide. Bovendien is dat gedrag heel respectloos naar hem, haar vriend, toe. En hoe denkt ze dat hij zich voelt wanneer ze naar iedere man die ze tegenkomt lonkt? In het begin moest Katie nog lachen om het geklaag van haar vriend. Zo is ze nu eenmaal, zegt ze, haar hele leven al en ze vindt het leuk om aardig te doen. Maar na weken vol commentaar en op- en aanmerkingen, begint ze aan zichzelf te twijfelen. Misschien lachen de mensen haar echt uit en beloeren ze haar. Misschien is ze echt een flirt en wrijft ze dat haar vriend in – en dat doe je toch niet bij de man die van je houdt! Na een tijdje weet Katie niet meer hoe ze zich moet gedragen als ze over straat loopt. Ze wil gewoon vriendelijk en aardig tegen iedereen zijn, maar als ze nu een vreemde toelacht, vraagt ze zich meteen ook af wat Brian ervan zou vinden.
Liz is een hoge leidinggevende bij een groot reclamebureau. Een stijlvolle vrouw, eind veertig en al twintig jaar gelukkig getrouwd zonder kinderen. Ze heeft altijd hard aan haar carrière gewerkt en al haar energie hierin gestoken. Ze heeft haar doel bijna bereikt en staat op het punt om het kantoor in New York te gaan leiden. Maar op het allerlaatste moment krijgt iemand van buitenaf de functie. Liz slikt haar trots in en biedt hem al haar hulp aan. In het begin is de nieuwe directeur heel charmant en vol waardering. Maar al snel merkt Liz dat ze niet meer gekend wordt in belangrijke beslissingen en niet meer wordt uitgenodigd bij de belangrijkste besprekingen. Ze hoort fluisteren dat er tegen klanten wordt gezegd dat zij niet meer met hen wil werken en dat ze liever heeft dat zij zich direct tot haar nieuwe baas wenden. Als ze bij haar collega’s klaagt, kijken ze haar verwonderd aan. ‘Maar hij prijst je altijd de hemel in,’ beweren ze, ‘waarom zou hij zo aardig zijn als hij erop uit is om je te pakken?’ Uiteindelijk confronteert Liz haar baas ermee, maar hij heeft voor ieder voorval een aannemelijke verklaring. ‘Kijk,’ zegt hij vriendelijk aan het eind van de bespreking, ‘volgens mij trek je het je allemaal veel te veel aan. Je klinkt zelfs een beetje paranoïde. Wil je misschien een paar dagen vrij om tot rust te komen?’ Liz voelt zich volkomen onthand. Ze weet dat de poten onder haar stoel worden weggezaagd, maar waarom is zij de enige die dit ziet? Mitchell is halverwege de twintig en volgt een masteropleiding tot elektronisch ingenieur. Hij is lang, wat slungelig en verlegen en het duurde lang voordat hij een vrouw vond die bij hem past. Maar hij heeft nu een beginnende relatie met iemand die hij echt heel leuk vindt. Op een dag zegt zijn vriendin dat hij zich nog steeds als een jochie kleedt. Mitchell voelt zich diep gekwetst, maar begrijpt wel wat zij bedoelt. Dus stapt hij de plaatselijke kledingwinkel binnen en vraagt aan een winkelmedewerker om hem te helpen bij het uitzoeken van een hele garderobe. Door de kleren voelt hij zich een nieuwe man, stijlvol en aantrekkelijk. Hij geniet van de blikken van vrouwen tijdens de busreis terug naar huis. Maar als hij de kleren draagt tijdens het wekelijkse zondagsetentje bij zijn ouders, barst zijn moeder in lachen uit. Ze zegt: ‘Mitchell, die kleren staan je helemaal niet, je ziet er belachelijk uit zo. Laat me de volgende keer dat je kleren gaat kopen alsjeblieft met je meegaan.’ Als Mitchell zegt dat hij
zich gekwetst voelt en vindt dat zijn moeder zich moet verontschuldigen, schudt ze verdrietig haar hoofd: ‘Ik probeer je alleen maar te helpen,’ zegt ze, ‘en ik wil dat jij je verontschuldigt voor de toon die je aanslaat.’ Mitchell is in de war. Hij vindt zijn nieuwe kleren leuk, maar misschien ziet hij er wel belachelijk uit. En was hij echt onbeleefd tegen zijn moeder? Hoe het gaslighteffect werkt Katie, Liz en Mitchell hebben één ding gemeen: ze lijden alle drie aan het gaslighteffect. Het gaslighteffect is het gevolg van een relatie tussen twee mensen: een gaslighter die gelijk moet krijgen om zijn zelfbeeld hoog te houden en zijn gevoel van controle over de wereld te bewaren, en een gaslightee die haar beeld van de werkelijkheid laat bepalen door de gaslighter, omdat ze hem aanbidt en zijn goedkeuring zoekt. Gaslighters en gaslightees kunnen allebei man of vrouw zijn en gaslighten kan binnen iedere relatie voorkomen. Maar ik zal de gaslighter ‘hij’ noemen en de gaslightee ‘zij’, omdat dit de verhouding is die ik als therapeut het meest tegenkom. Ik zal verschillende relaties onderzoeken – met vrienden, familie, leidinggevenden en collega’s – maar de nadruk ligt op de liefdesrelatie tussen man en vrouw. Zo is de wereld in de ogen van de gaslightende vriend van Katie een gevaarlijke plek en hij vindt het gedrag van Katie ongepast en gevoelloos. Als hij gestrest is of zich bedreigd voelt door het een of ander, dan is dit volgens hem volkomen terecht en dan moet Katie het met hem eens zijn. Katie hecht veel waarde aan hun relatie en wil Brian niet kwijt en daarom gaat ze de dingen van zijn kant bekijken. Misschien lachen de mensen die ze tegenkomt haar echt uit. Misschien is ze heel flirterig. Het gaslighten is begonnen. De baas van Liz houdt vol dat hij heel veel om haar geeft en dat haar bezorgdheid voortkomt uit achterdocht. Liz wil dat haar baas een goede indruk van haar krijgt – haar carrière staat immers op het spel – waardoor ze aan haar eigen indrukken gaat twijfelen en probeert om de dingen van zijn kant te zien. Maar Liz snapt helemaal niets van zijn manier van doen. Als hij niet probeert om de poten onder haar stoel vandaan te zagen, waarom zit ze dan niet bij alle besprekingen? Waarom bellen haar klanten niet terug? Waarom is ze zo bezorgd en verward? Liz is zo vol van vertrouwen, dat ze niet kan geloven dat iemand zo openlijk manipulatief kan zijn als haar baas
nu lijkt. Het kan haast niet anders dan dat zij deze verschrikkelijke houding heeft uitgelokt. Ze hoopt heel erg dat haar baas gelijk heeft, terwijl ze diep vanbinnen weet dat dit niet zo is. Hierdoor raakt Liz volledig gedesoriënteerd en weet ze niet meer wat ze nu wel of niet moet geloven. Het gaslighten doet zijn werk. Mitchells moeder vindt dat ze alles tegen haar zoon moet kunnen zeggen en dat hij onbeschoft is als hij haar tegenspreekt. Mitchell ziet zijn moeder het liefst als een goed, liefdevol mens en niet als iemand die nare dingen tegen hem zegt. Dus als ze zijn gevoelens kwetst, zoekt hij de schuld bij zichzelf, niet bij haar. Mitchell en zijn moeder zijn het eens: moeder heeft gelijk, Mitchell zit ernaast. Samen creëren zij het gaslighteffect. Natuurlijk hebben Katie, Liz en Mitchell allemaal een keuze. Katie kan de opmerkingen van haar vriend negeren, vragen of hij ermee wil stoppen of, als laatste redmiddel, met hem breken. Liz zou tegen zichzelf kunnen zeggen: ‘Nou, nou, die nieuwe directeur is me er één. Misschien dat hij iedereen voor de gek weet te houden met zijn mooie woorden en charmante gedrag, maar mij niet!’ En Mitchell zou rustig kunnen antwoorden met: ‘Sorry, mam, maar jij zou je bij mij moeten verontschuldigen.’ Ze zouden ervoor kunnen kiezen om tot op zekere hoogte met de afkeuring van de gaslighter te leven. Ze weten van zichzelf dat ze goede, bekwame en liefdevolle mensen zijn en daar gaat het uiteindelijk om. Als onze drie gaslightees vanuit die houding konden leven, dan was er helemaal geen sprake van gaslighten. Misschien dat de gaslighters zich nog altijd zouden misdragen, maar hun gedrag zou dan niet langer zulke desastreuze gevolgen hebben. Gaslighten werkt alleen als jij gelooft wat de gaslighter zegt en wanneer je wilt dat hij positief over je denkt. Maar gaslighten is als een sluipende ziekte. Het speelt in op je diepste angsten, je grootste zorgen, de diepe wens om begrepen, gezien en geliefd te worden. Als iemand die we vertrouwen, respecteren of van wie we houden iets heel stellig beweert, dan is het soms moeilijk om hem niet te geloven – met name als er iets van waarheid in zijn woorden schuilt, of als hij aan een van onze stokpaardjes raakt. Als we de gaslighter aanbidden, hem willen zien als de liefde van ons leven, een fantastische baas of geweldige ouder, dan wordt het nog lastiger om een eigen kijk op de werkelijkheid te behouden. Onze gaslighter zal gelijk krijgen en wij willen zijn bevestiging. Dit houdt gaslighten in stand.
Het kan zijn dat geen van jullie beiden doorheeft wat er echt gaande is. De gaslighter kan echt in zijn eigen woorden geloven of oprecht vinden dat hij jou tegen jezelf beschermt. Vergeet niet: hij wordt gedreven door zijn eigen behoeften. Je gaslighter kan een sterke, krachtige man lijken, of juist een onzeker jongetje met woedeuitbarstingen, maar hoe dan ook voelt hij zich zwak en machteloos. Om zich daadkrachtig en veilig te voelen moet hij bewijzen dat hij gelijk heeft en moet hij jou hiervan overtuigen. Maar ondertussen aanbid je je gaslighter en ben je wanhopig op zoek naar zijn bevestiging, al ben je je dit misschien niet bewust. Als je ook maar heel even van jezelf vindt dat je niet goed genoeg bent, als een minuscuul deeltje van jezelf behoefte heeft aan de liefde of goedkeuring van de gaslighter om je heel te voelen, dan ben je vatbaar voor gaslighten. Dan zal een gaslighter van je kwetsbaarheid profiteren en je steeds weer aan jezelf laten twijfelen. Word je gegaslight? Wees op je hoede voor gaslighten. Let op deze twintig kenmerkende signalen. Niet al deze ervaringen of gevoelens hoeven zich bij gaslighten voor te doen, maar mocht je jezelf ergens in herkennen, schenk hier dan extra aandacht aan. 1. Je twijfelt voortdurend aan jezelf. 2. Je vraagt jezelf de hele dag door af: ‘Trek ik het me te veel aan?’ 3. Je voelt je op je werk vaak verward of hebt zelfs het idee dat je gek wordt. 4. Je verontschuldigt je voortdurend bij je moeder, vader, vriend, baas. 5. Je vraagt je vaak af of je een ‘goede’ vriendin/vrouw/werknemer/ vriendin/dochter bent. 6. Je begrijpt maar niet waarom je niet gelukkig bent, terwijl je leven zo goed is. 7. Je koopt kleren voor jezelf, meubels voor je appartement, of andere persoonlijke spullen met je partner in het achterhoofd. Je vraagt je af wat hij ervan zou vinden en niet waarvan jij echt gelukkig wordt.
8. Je verontschuldigt je vaak bij vrienden en familie voor het gedrag van je partner. 9. Je vertelt je vrienden en familie niet alles, zodat je minder hoeft uit te leggen en geen excuses hoeft te zoeken. 10. Je weet dat iets helemaal niet in de haak is, maar kunt je vinger er niet op leggen, ook niet voor jezelf. 11. Je gaat liegen om vernederingen en verdraaien van de werkelijkheid te voorkomen. 12. Je kunt moeilijk eenvoudige beslissingen nemen. 13. Je denkt wel twee keer na voordat je schijnbaar onschuldige onderwerpen aansnijdt. 14. Voordat je partner thuiskomt, loop je de checklist in je hoofd na om te kijken of je misschien iets verkeerd hebt gedaan die dag. 15. Je hebt het gevoel dat je vroeger een heel ander mens was met meer zelfvertrouwen, blijer en ontspannener. 16. Je praat via de secretaresse met je man, zodat je hem die dingen waarvan je denkt dat hij erdoor van streek raakt niet rechtstreeks hoeft te zeggen. 17. Je hebt het gevoel dat je helemaal niets goed kunt doen. 18. Je kinderen nemen je in bescherming tegen je partner. 19. Je bent woedend op mensen met wie je vroeger altijd goed kon opschieten. 20. Je voelt je wanhopig en vreugdeloos.
Hoe ik het gaslichteffect ontdekte Ik heb inmiddels twintig jaar een eigen praktijk als therapeut. Daarnaast ben ik leraar, leiderschapscoach, adviseur en lid van het Woodhull Institute for Ethical Leadership, waar ik trainingen voor vrouwen van alle leeftijden help ontwikkelen en begeleiden. In al deze hoedanigheden kom ik sterke, intelligente en succesvolle vrouwen tegen. En toch hoor ik steeds weer hetzelfde verhaal: op de een of andere manier zitten veel van deze zelfverzekerde, ambitieuze vrouwen verstrikt in demoraliserende, destructieve en verbijsterende relaties. Hoewel de vrienden, vriendinnen en
collega’s van zo’n vrouw haar waarschijnlijk zien als een daadkrachtig en bekwaam persoon, beschouwt zij zichzelf als incompetent, als iemand die niet op haar eigen kwaliteit vertrouwt en ook niet op haar kijk op de wereld. Iets in al die verhalen kwam me maar al te bekend voor. Geleidelijk drong het tot me door dat ik niet alleen als deskundige naar hen luisterde, maar dat zij ook de ervaringen van mijn vriendinnen en die van mijzelf weerspiegelden. Steeds ging het om een schijnbaar sterke vrouw, die door haar relatie met een minnaar, man, vriend, collega, baas of familielid, ging twijfelen aan haar eigen beeld van de werkelijkheid en zich angstig, verward en depressief was gaan voelen. Deze relaties vielen met name zo op, omdat de vrouwen op andere gebieden in het leven zo sterk en als uit één stuk overkwamen. Maar er was altijd die ene, speciale persoon – geliefde, baas of familielid – van wie ze bevestiging probeerden te krijgen, zelfs wanneer hij hen steeds slechter ging behandelen. Uiteindelijk kon ik deze pijnlijke toestand een naam geven: het gaslighteffect, naar de oude film Gaslight. Deze klassieker uit 1944 gaat over Paula, een jonge, kwetsbare zangeres (gespeeld door Ingrid Bergman). Zij trouwt met Gregory, een charismatische, mysterieuze oudere man (gespeeld door Charles Boyer). Zonder dat ze het doorheeft, probeert de man van wie ze zoveel houdt, haar tot waanzin te drijven om zo haar erfenis in de wacht te slepen. Hij zegt voortdurend dat ze ziek en kwetsbaar is, verandert voortdurend allerlei spullen in huis van plek en zegt dan dat zij het heeft gedaan, en het gemeenst van alles is dat hij de gastoevoer manipuleert, zodat zij ziet dat de lampen om onverklaarbare redenen zwakker branden. Paula is volledig in de ban van het duivelse geplot van haar man en gaat echt denken dat zij gek aan het worden is. Ze is verward en bang, gedraagt zich hysterisch en wordt inderdaad ook de breekbare, gedesoriënteerde persoon die ze volgens hem is. Ze belandt in een gevaarlijke neerwaartse spiraal, hoe meer ze aan zichzelf gaat twijfelen, hoe verwarder en hysterischer ze wordt. Ze zoekt wanhopig naar de bevestiging van haar man en ze wil dat hij zegt dat hij van haar houdt, maar hij weigert steevast en zegt voortdurend dat ze psychisch gestoord is. Ze komt pas weer bij haar gezonde verstand en krijgt haar zelfvertrouwen weer terug als een politie-inspecteur haar verzekert dat ook hij ziet dat de lampen zwakker branden. Gaslight laat zien dat een gaslightrelatie altijd van twee kanten komt. Gregory moet Paula verleiden om een machtspositie en de controle te verkrijgen. Maar Paula wil heel graag verleid worden. Ze heeft een
ideaalbeeld van deze sterke, knappe man en ze klampt zich vast aan de gedachte dat hij haar zal liefhebben en beschermen. Als hij gemeen wordt, durft zij dit nauwelijks te bekennen en hem te zien voor wat hij is. Ze houdt liever het romantische beeld van de perfecte echtgenoot in stand. De onzekerheid over zichzelf en de aanbidding van hem openen de deur voor zijn manipulaties. In Gaslight wil de gaslighter iets tastbaars. Hij maakt zijn vrouw bewust gek zodat al haar bezittingen hem toevallen. In het echte leven zijn maar weinig gaslighters zo diabolisch, hoewel de gevolgen van hun handelen net zo verderfelijk kunnen zijn. De gaslighter doet in zijn ogen niets anders dan zichzelf beschermen. Een gaslighter heeft zo’n vertekend zelfbeeld, dat hij geen enkel weerwoord op zijn kijk op de dingen tolereert. Je moet het eens zijn met de manier waarop hij de dingen voor zichzelf verklaart, anders wordt hij gekweld door ondraaglijke angsten en bezorgdheid. Stel dat je op een feestje naar een man glimlacht en je gaslighter voelt zich daar ongemakkelijk bij. Iemand die geen gaslighter is, kan dan zoiets zeggen als: ‘Ik ben nogal een jaloers type’ of ‘Ik weet dat je niets verkeerds doet lieverd, maar ik word gek als ik zie dat je lol hebt met andere mannen.’ Hij durft in ieder geval toe te geven dat zijn ongemakkelijke gevoel zou kunnen worden veroorzaakt door de situatie of zijn eigen onzekerheid. Zelfs al was je aan het flirten – en deed je dit volkomen schaamteloos – dan nog zou een niet-gaslighter kunnen zien dat je gedrag, hoe bedenkelijk ook in zijn ogen, niet bedoeld is om hem een rotgevoel te geven, ook al vraagt hij of je ermee wilt stoppen. De gaslighter daarentegen houdt er nooit rekening mee dat zijn eigen jaloezie, onzekerheid of paranoia een rol zou kunnen spelen. Hij houdt vast aan zijn eigen uitleg: hij voelt zich rot omdat jij flirt. Het is niet genoeg dat hij dit weet, jij moet het ook nog met hem eens zijn. Zo niet, dat blijft hij uren boos, afstandelijk, gekwetst of met schijnbaar redelijke verwijten komen. (‘Ik snap niet dat je niet ziet hoeveel pijn je me doet. Maakt het je dan helemaal niet uit hoe ik me voel?’) Maar it takes two to tango en gaslighten kan alleen maar plaatsvinden als er een bereidwillige gaslightee is, iemand die de gaslighter op een voetstuk plaatst en wanhopig op zoek is naar zijn bevestiging. Als je niet gevoelig bent voor gaslighten, dan lach je de kritiek weg als je jaloerse vriend je valselijk beschuldigt van flirten. Maar stel dat je het niet kunt verdragen dat hij je in zo’n kwaad daglicht stelt? Dan ga je misschien de
discussie met hem aan en probeer je hem van gedachten te laten veranderen: ‘Lieverd, ik flirtte helemaal niet. Het was gewoon een onschuldige glimlach.’ De gaslighter wil per se dat zijn vriendin zich verontschuldigt en de gaslightee is net zo wanhopig op zoek naar de bevestiging van haar vriend. Soms heeft ze er alles voor over om het weer goed te maken en accepteert ze zelfs zijn negatieve, veroordelende kijk op haar.
Gaslighten: van kwaad tot erger Gaslighten verloopt in fases. In het begin valt het nog mee en merk je het misschien niet eens. Als je vriend je ervan beschuldigt dat je hem bewust probeert te kwetsen door laat op het feestje op zijn werk te verschijnen, dan schrijf je dit nog toe aan zijn zenuwen, je neemt aan dat hij het niet echt meent of je gaat je afvragen of je hem echt probeerde te kwetsen, maar vervolgens laat je het weer los. Maar gaandeweg krijgt gaslighten een grotere plek in je leven, houdt het je in gedachten voortdurend bezig en beheerst het je gevoelens. En uiteindelijk loop je vast in een diepe depressie. Je verliest alle hoop en plezier en je kunt je niet eens meer herinneren wie je ooit was, hoe je zelf naar de dingen keek en wat voor zelfbeeld je had. Natuurlijk kan het zijn dat je de volgende drie fases niet allemaal doormaakt. Maar bij veel vrouwen gaat gaslighten van kwaad tot erger. Fase 1: ongeloof Fase 1 wordt gekarakteriseerd door ongeloof. Je gaslighter zegt iets afschuwelijks: ‘Die man die de weg vroeg, was er alleen maar op uit om je te versieren!’ en je gelooft je oren niet. Je denkt dat je het niet goed hebt begrepen, dat hij het niet goed heeft gezien, of misschien maakte hij gewoon een grapje. De opmerking lijkt zo misplaatst dat je je er mogelijk niets van aantrekt. Het kan ook zijn dat je er iets aan doet, maar op een terloopse manier. Of je gaat een lange discussie aan, maar ook dan ben je nog altijd behoorlijk overtuigd van je eigen standpunt. Hoewel je de bevestiging van je gaslighter prettig zou vinden, ben je er niet wanhopig naar op zoek.
Bij Katie duurt deze fase een aantal weken. Ze blijft proberen om haar vriend ervan te overtuigen dat zijn gedachten over haar en de mensen die ze ontmoet niet kloppen, dat ze niet met iedereen flirt en dat niemand met haar flirt. Soms meent Katie dat ze Brian bijna weet te overtuigen, maar het dringt nooit helemaal tot hem door. Vervolgens maakt ze zich zorgen: ligt het aan hem of toch aan mij? Hij is zo lief als alles goed loopt, maar waarom doet hij dan soms zo raar? Zoals je ziet kan de relatief milde vorm van gaslighten tijdens de eerste fase verwarring, frustratie en bezorgdheid veroorzaken. Fase 2: verdediging Fase 2 wordt gekenmerkt door de behoefte om jezelf te verdedigen. Je gaat op zoek naar bewijzen die de gaslighter in het ongelijk stellen, je bent voortdurend met hem in discussie – vaak in je hoofd – en je bent wanhopig op zoek naar zijn bevestiging. Liz is een fase 2-gaslightee. Ze wil alleen maar dat haar baas de dingen op haar manier ziet. Na hun afspraak laat ze alle gesprekken die ze ooit met haar baas heeft gevoerd steeds opnieuw door haar hoofd gaan: onderweg naar kantoor, tijdens de lunch met vrienden en in bed voor het slapengaan. Ze moet en zal een manier vinden om aan te tonen dat ze gelijk heeft. Misschien dat ze dan zijn goedkeuring verdient en alles weer goed komt. Mitchell zit ook in fase 2. Hij heeft zijn moeder op zo’n hoog voetstuk geplaatst dat een deel van hem ook graag wil dat ze gelijk heeft. Oké, denkt Mitchell na de woordenwisseling met zijn moeder, misschien was ik een beetje onbeleefd. Vervolgens voelt hij zich rot omdat hij zo’n slechte zoon is, maar dan komt het rotgevoel in ieder geval niet doordat hij vindt dat hij zo’n slechte moeder heeft. Hij blijft haar bevestiging zoeken zonder haar nare houding te erkennen. Je weet dat je in fase 2 bent beland als je regelmatig obsessief en soms wanhopig bent. Je bent er niet langer van overtuigd dat je de goedkeuring van je gaslighter zult krijgen, maar je hebt de hoop nog niet opgegeven. Fase 3: depressie Fase 3 van gaslighten is de vervelendste: depressie. Nu probeer je actief te bewijzen dat je gaslighter gelijk heeft, omdat je de dingen dan mogelijk op
zijn manier kunt doen en zo eindelijk zijn goedkeuring zult krijgen. Fase 3 is een uitputtingsslag en vaak ben je te moe om de discussie aan te gaan. Mijn cliënt Melanie was helemaal ingebed in fase 3. Zij was een geweldige vrouw van vijfendertig jaar en ze werkte als marketinganalist voor een groot New Yorks bedrijf. Maar tijdens haar eerste bezoek aan mij kon ik aan niets afzien dat zij een topzakenvrouw was. Ze droeg een vormloze trui en zat trillend van vermoeidheid op het puntje van de bank ongecontroleerd te huilen. Een bezoek aan de supermarkt was de reden dat ze mij had opgezocht. Ze racete door de gangpaden terwijl ze alle benodigdheden voor een etentje dat ze die avond organiseerde voor haar man en zijn collega’s uit de schappen graaide. Jordan had gevraagd of ze haar specialiteit gegrilde zalm wilde klaarmaken en omdat zijn collega’s nogal gezond leefden, moest het wilde zalm zijn. Maar toen Melanie bij de visafdeling kwam, bleek er alleen gekweekte zalm te zijn. Nu had ze twee keuzes: de mindere kwaliteit kopen of een ander gerecht bedenken. ‘Ik begon helemaal te trillen,’ vertelde ze toen het huilen minder was geworden. ‘Ik kon alleen maar denken dat Jordan heel teleurgesteld zou zijn. Aan de blik op zijn gezicht wanneer ik hem vertelde dat ik de zalm niet had kunnen kopen omdat hij op was. Alle vragen die ik zou krijgen: “Had je dan niet vroeger naar de winkel kunnen gaan, Melanie? Je hebt het al eerder gemaakt, dus je weet wat er allemaal bij komt kijken. Is het etentje niet belangrijk genoeg voor je? Je weet hoe belangrijk het voor mij is. Wat was voor jou zo belangrijk dat je niet voor het etentje kon zorgen, Melanie? Nee, zeg het gewoon, ik wil het heel graag weten.”’ Melanie haalde diep adem en pakte een papieren zakdoekje. ‘En hij gaat maar door met vragen. Ik heb mijn schouders erover opgehaald, geprobeerd om het uit te leggen en me zelfs verontschuldigd. Ik heb geprobeerd om hem uit te leggen waarom iets soms niet lukt, maar hij gelooft me gewoon nooit.’ Ze zakte wat verder weg in de bank en trok de trui strakker om haar heen: ‘Waarschijnlijk heeft hij gelijk. Ik was altijd zo goed georganiseerd en had de dingen altijd volledig onder controle. Maar ik zie zelf ook wel dat ik totaal de weg kwijt ben. Ik snap niet waarom ik helemaal niets meer goed doe. Het lukt gewoon niet meer.’ Melanie is een extreem voorbeeld van het gaslighteffect. Ze ging helemaal mee in de lage dunk die haar gaslighter van haar had en ze kreeg geen toegang meer tot haar ware zelf. Tot op zekere hoogte had Melanie ook
gelijk: ze was de hulpeloze, incompetente persoon geworden die haar gaslighter voortdurend zei dat ze was. Ze had haar man zo op een voetstuk geplaatst en wilde zo graag zijn bevestiging krijgen, dat ze zelfs partij voor hem koos wanneer hij haar beschuldigde van iets waarvan ze wist dat ze het niet had gedaan, in dit geval dat ze heel onverschillig met het etentje was omgesprongen. Het was makkelijker om toe te geven en met Jordan in te stemmen, dan onder ogen te zien dat hij zich misdroeg en dat ze waarschijnlijk nooit de welgemeende, voortdurende bevestiging zou krijgen waaraan ze zo’n behoefte had – of dacht te hebben – om haar zelfbeeld te vervolledigen. De drie fases van gaslighten: een kronkelend pad De neergang door de drie fases van gaslighten is zeker niet onvermijdelijk. Sommige mensen leven hun leven in fase 1. Dat kan in dezelfde relatie of in een reeks van frustrerende vriendschappen, liefdesrelaties of werkomstandigheden. Ze hebben steeds weer dezelfde discussies en als een relatie te pijnlijk wordt, stoppen ze er gewoon mee. Ze vluchten weg en zoeken een andere gaslighter, waardoor de cyclus zich herhaalt. Andere mensen vechten voortdurend met de demonen van fase 2. Ze functioneren wel, maar hun gedachten en emoties worden volledig in beslag genomen door de gaslightende relatie. Iedereen heeft wel een vriendin gehad die over niets anders kon praten dan haar idiote baas, haar zeurende moeder of ongevoelige vriend. Omdat ze vastzit in fase 2 kan ze alleen nog maar hierover praten. Ook al heeft ze allerlei andere fantastische relaties, het gaslighten vergiftigt ze allemaal. Soms verandert een verhouding zodanig – met name in fase 2 – dat de partners om de beurt de gaslighter worden of dat de rollen zich helemaal omdraaien. Het kan zijn dat je ‘toestemming’ hebt om je partner over emotionele zaken te gaslighten, bijvoorbeeld door hem te vertellen wat hij ‘werkelijk bedoelt’ als hij iets zegt of doet wat jij niet leuk vindt. Ondertussen mag hij jou de wet voorschrijven wat betreft je gedrag tijdens sociale gebeurtenissen, je vertellen dat je te veel praat op een feestje of dat je de gasten een ongemakkelijk gevoel geeft met je politieke meningen. Jullie proberen allebei je gelijk te halen of de goedkeuring van de ander te krijgen, maar wel over verschillende onderwerpen.
Soms is een relatie enkele maanden of zelfs jaren goed voordat het gaslighten begint. Misschien zijn er incidentele gaslightmomenten of enkele moeilijke perioden, maar over het algemeen is er sprake van een gezonde relatie. En dan raakt de man zijn baan kwijt, gaat een vriend(in) scheiden, krijgt de moeder problemen met ouder worden en begint het gaslighten pas echt, want nu voelt de gaslighter zich bedreigd en grijpt hij naar gaslighten om een machtsgevoel te krijgen. Of misschien voel jij je bedreigd en ga je ineens wanhopiger op zoek naar de bevestiging van de gaslighter. Je vertwijfeling geeft hem een gevoel van macht en hij verstevigt zijn macht door ervoor te zorgen dat je vindt dat hij gelijk heeft – over om het even wat – en jij niet. En het gaslighten begint. Sommigen hebben een vriendin die haar echtgenoot, kind of een andere vriendin jarenlang heeft gegaslight, maar jou niet. Je wist niet precies wat zich allemaal afspeelde binnen die andere relatie en misschien heb je daarom haar kant gekozen en is er een band ontstaan doordat de ander haar zo slecht behandelde. Dan stapt de echtgenoot op, is het kind volwassen of de andere vriendin alle beledigingen zat en is er plotseling niemand meer om te gaslighten. Behalve jij. Omdat je zo met haar meeleefde, kan het wel weken of zelfs maanden duren voor je beseft dat je de manier waarop ze nu met je omgaat niet prettig vindt. Als je gegaslight wordt door iemand die je jarenlang vertrouwde, kan dit nog ontwrichtender werken dan wanneer je van begin af aan in een gaslightrelatie verwikkeld bent. Je vertrouwen heeft een solide basis en hierdoor wordt het nog verbijsterender om te merken dat iemand je slecht behandelt, en wordt de kans misschien groter dat je jezelf de schuld geeft. Hoe kan hij het probleem zijn? Het moet wel aan jou liggen. In al deze gevallen kan het gaslighten binnen de fases 1 en 2 blijven of tussen beide heen en weer schommelen, wat al pijnlijk genoeg is. Maar als het gaslighten fase 3 betreedt, kan dit verwoestende gevolgen hebben. Wanneer dit gebeurt, voel je je hopeloos, hulpeloos en vreugdeloos als gevolg van gaslighten. Je bent niet meer in staat om zelfs maar de kleinste beslissingen te nemen en je doolt zonder kaart en oriëntatiepunten rond in een uitgestrekte, onbekende woestijn. Je kunt je nauwelijks nog herinneren wie je was voordat de gaslightrelatie begon. Je weet alleen dat er iets helemaal niet klopt, waarschijnlijk met jou. Want als je echt een goed mens was geweest, echt een competent persoon, dan had je de bevestiging van je gaslighter wel gekregen. Of niet soms?
Inmiddels heb ik tientallen vrouwen die met dit patroon worstelen behandeld en heb ik het bovendien zelf ervaren. Daarom kan ik bevestigen dat het gaslighteffect de ziel echt te gronde richt. Het ergste moment is misschien wel wanneer je beseft hoe ver je bent afgeraakt van dat wat je als je beste zelf beschouwde, je ware zelf. Je bent je zelfvertrouwen kwijt, je gevoel van eigenwaarde, je eigen kijk, je moed. En het ergste is dat je ook al je vreugde bent verloren. Het enige wat nog telt is de bevestiging van je gaslighter. In fase 3 begin je te beseffen dat je die nooit zult krijgen.
Drie soorten gaslighters Gaslighten heeft vele vormen. Soms uit het zich in misbruik, maar soms lijkt het ook alsof je partner een heel goed mens of zelfs een romantische geliefde is. Daarom volgen hier enkele voorbeelden van de vormen die gaslighten kan aannemen. De betoverende gaslighter die een hele wereld voor je schept Stel, je vriend heeft je twee weken niet gebeld terwijl je meerdere berichten hebt achtergelaten. Maar als hij dan opduikt, heeft hij een enorme bos van je favoriete bloemen, een fles dure champagne of een reservering voor een weekendje weg bij zich. Je bent boos en gefrustreerd. Waar was hij? Waarom belde hij niet terug? Maar hij houdt stug vol dat hij niets verkeerd heeft gedaan ook al heeft hij zich niet gemeld – terwijl hij dit verder niet uitlegt – en vindt dat jullie samen lekker moeten genieten van dit door hem gecreëerde, romantische moment. Zoals alle gaslighters vervormt hij de werkelijkheid en eist hij dat je meegaat in zijn vervormde kijk op de dingen. Hij gedraagt zich alsof hij niets vreemds gedaan heeft en jij degene bent die onredelijk is omdat je zo van streek bent. Maar de betovering en romantiek kunnen zijn negatieve gedrag en de pijn en verdriet die jij in eerste instantie voelde versluieren. Zo iemand noem ik een betoverende gaslighter. Sommige mannen maken voortdurend gebruik van deze vorm van gaslighten. Anderen, zoals Katies bezitterige vriend Brian, gebruiken deze betoverende vorm mogelijk af en toe, bijvoorbeeld na een erge ruzie. Hoe dan ook, gaslighten kan behoorlijk
verwarrend werken: je weet dat er iets niet klopt, maar je houdt van de romantiek. Dus als het je niet lukt om hem ervan te overtuigen dat er wel degelijk sprake is van een probleem, dan word je het met hem eens dat alles gewoon in orde is. Als ik terugkijk op mijn eigen relatie met een betoverende gaslighter, dan besef ik dat ik helemaal in zijn magische ban was en een betoverende wereld binnentrad waarin mijn geliefde en ik de gelukkigste minnaars waren die er ooit zijn geweest. De gaslighter is vaak op zijn charmantst aan het begin van een relatie en de kenmerken die later problemen geven, kunnen in het begin juist zorgen voor een goede indruk. Hij geeft je het gevoel dat je de geweldigste vrouw ter wereld bent, de enige die hem helemaal begrijpt, de sprookjesprinses die zijn leven op een toverachtige manier heeft veranderd. En hij zal jouw leven ook veranderen. Hij zegt, of belooft zelfs, dat hij je zal overspoelen met zijn liefde, je mee zal nemen naar de mooiste plekken op aarde, je zal overladen met geschenken, je deelgenoot zal maken van de meest intieme onthullingen en je ongekend seksueel genot zal bezorgen, zodat je voortdurend in de wolken bent. Je voelt je nauw met hem verbonden, geweldig en speciaal. Hij straalt en dat straalt op jou af. Voor de vrouwen die denken dat verliefd worden magisch kan zijn – en wie gelooft dat zo nu en dan niet? – is de betoverende gaslighter de aantrekkelijkste man ter wereld, maar het creëren van die magie is juist zijn specialiteit. Goed, wat klopt hier niet? Natuurlijk kan verliefd zijn magisch aanvoelen en ik zal de laatste zijn die zegt dat je niet meer verliefd moet worden. Maar soms zijn de mannen die het meest bedreven zijn in het scheppen van ‘magie’, degenen die alleen van het idee van een relatie houden. Ze hebben veel geoefend en weten precies hoe ze romantiek moeten ensceneren. Ze hebben slechts een hoofdrolspeelster nodig en als jij dan langskomt, krijg je het script bijna in je handen geduwd en sta je ineens in een grote productie. Dat kan een tijdje heel opwindend zijn: chic restaurants, romantische gebaren, intieme momenten, seks. Zo’n man speelt graag de hoofdrol. Ook in het eerste, betoverende stadium kun je al onraad vermoeden die je bewust niet wilt zien, omdat alles eromheen zo betoverend is. Toen Katie en Brian hun eerste afspraakjes hadden bijvoorbeeld, vond Katie Brians romantische gebaren heerlijk – zoals die keer dat hij bloemen meenam of haar een voetmassage gaf – maar toen vond ze het al naar wanneer hij haar er soms van beschuldigde dat ze te veel flirtte of te naïef was. Maar omdat ze
zo van de romantische aandacht hield, overtuigde ze zichzelf ervan dat de beschuldigingen niet belangrijk waren en wel zouden verdwijnen als Brian haar beter leerde kennen, of dat ze hem misschien niet goed begreep. In andere betoverende gaslightrelaties kan alles helemaal perfect zijn tot het eerste incidentje zich voordoet, de eerste keer dat hij je van iets beschuldigt wat je niet gedaan hebt, maar toch verwacht dat je het met hem eens bent. De romantische glans kan nog weken of maanden aanhouden voordat hij je ergens van beschuldigt of zegt dat het aan jezelf ligt dat je van streek bent omdat hij twee weken niets van zich heeft laten horen en niet op je telefoontjes heeft gereageerd. Maar tegen die tijd is de relatie al zo hecht, dat je je eraan vastklampt, ook al vind je het negatieve gedrag of het gaslighten niet leuk en hoop je dat de vroegere glans weer terugkeert. Terwijl ik luisterde hoe een van mijn cliënten haar groeiende ongenoegen met zo’n romantische gaslighter beschreef, zag ik het beeld van een sneeuwbol voor me, een glazen bol met daarin een kwetsbare sprookjeswereld. De bol is prachtig, tot hij in stukken uiteenvalt. Dan valt een hele wereld in duigen, een wereld die je onmogelijk kunt repareren. Vaak, met name in fase 1, wordt betoverend gaslighten afgewisseld met perioden van liefdevolle genegenheid, waardoor je niet goed doorhebt wat nu precies het probleem is. Misschien dat je het gaslighten haat, maar vindt dat het een kleine prijs is die je betaalt voor de verbondenheid en warmte. Wanneer je net als Katie lang alleen bent geweest of als jij en de gaslighter samen kinderen hebben, dan kan het beëindigen van de relatie een schrikbeeld zijn, ook al is het een slechte relatie. En natuurlijk worden alle mooie momenten door deze dynamiek nog kostbaarder. ‘Zie je wel,’ zei Katie tegen zichzelf wanneer haar steeds chagrijniger wordende vriend haar rozen bracht, een voetmassage gaf of haar verraste met haar favoriete parfum, ‘hij houdt echt van me. Ik weet zeker dat al dat andere gedoe zal stoppen.’ Maar ondertussen raakte Katies gevoel van eigenwaarde steeds meer ondergesneeuwd. Ze ging zichzelf door de ogen van haar vriend bekijken – te uitgaand, ongepast flirtend, belachelijk – waardoor ze steeds minder vriendelijk op mensen reageerde. Soms volgen de goede perioden direct op de slechte. Een gaslighter kan urenlang tegen je tekeergaan omdat je je verkeerd gedragen hebt. En dan, als je bijna in tranen uitbarst, valt hij bijna op zijn knieën: ‘Vergeef me alsjeblieft, je weet hoe ik soms ben. Ik wil je gewoon niet verliezen.’ Het kan zijn dat hij met geschenken, seks of andere vormen van intimiteit
probeert om de vroegere nabijheid te herstellen, wat jij vervolgens met een ongelooflijke opluchting verwelkomt: je had toch gelijk, hij is gewoon een geweldige man! Hoe erger het negatieve gedrag wordt, hoe welkomer het lieve gedrag dat het nare lijkt uit te wissen en die eerste, betoverende dagen doet herleven. Sommige vrouwen blijven maanden, jaren of een leven lang hopen op zo’n terugkeer in de tijd. Er zijn vele vormen van betovering en romantiek binnen een relatie en die zijn natuurlijk niet allemaal verkeerd. Maar als je vriend of man romantiek gebruikt om je van je eigen gevoelens af te leiden, als hij bloemen meeneemt zodat je je mond houdt over het feit dat hij te laat is, of als hij je beledigt in het bijzijn van zijn vrienden en je meteen daarop de hemel in prijst zodat je gaat twijfelen aan je eigen gevoel dat dit niet oké is, dan heb je te maken met betoverend gaslighten. Is jouw vriend of man een betoverende gaslighter? Kijk of de punten op de onderstaande checklist je iets zeggen. Heb je te maken met een betoverende gaslighter? Hoewel sommige punten op de checklist negatief zijn, zijn de meeste neutraal of positief. Maar als je vermoedt dat je partner betovering gebruikt om je van je eigen gevoelens af te leiden, dan kunnen ook de positieve punten tekenen van gaslighten zijn. • • • • • •
Voelt het vaak alsof jullie samen in je eigen, speciale wereld leven? Zou je van je vriend of man zeggen: ‘Hij is de meest romantische man die ik ooit heb gekend’? Worden jullie ruzies en woordenwisselingen doorgaans gevolgd door intense momenten van nabijheid en romantiek of vrijpartijen, krijg je speciale cadeaus, is er sprake van grotere intimiteit of betere seks? Zijn je vriendinnen onder de indruk van de romantische, liefdevolle manier van doen van je vriend of man? Plaatsen je vriendinnen vraagtekens bij de romantische, liefdevolle manier van doen van je vriend of man? Komt jouw kijk op je vriend of man niet overeen met de manier waarop je vriendinnen hem zien?
• • • • •
Gedraagt hij zich in gezelschap heel anders dan wanneer jullie alleen zijn? Is hij iemand die iedereen voor zich wil innemen? Heb je soms het idee dat hij een heel repertoire aan romantische ideeën heeft, die niet altijd overeenkomen met jouw stemming, smaak of jullie gemeenschappelijke geschiedenis? Volhardt hij in romantisch gedag – seksueel of op een andere manier – ook als jij niet in de stemming bent? Ervaar je een duidelijk verschil tussen hoe de relatie in het begin was en hoe die nu is?
PS Niet alleen liefdespartners kunnen betoverende gaslighters zijn. Veel leidinggevenden, collega’s en zelfs vrienden, vriendinnen en familieleden kunnen ons een prachtige fantasiewereld voorschotelen met als prijs het gaslighten dat we dan maar door de vingers zien. Als je betoverende gaslighter een man is en jij een vrouw bent, kan het zijn dat hij iedere situatie met zijn charme een seksuele lading geeft, ook als zich nooit een seksuele relatie zal ontwikkelen. Dan gaslight hij je door erop aan te dringen dat je doet alsof jullie een ontluikende verhouding hebben, ook al weet je dat die relatie niet echt een liefdesverhouding is. Een betoverende gaslighter-vriendin kan je het ‘jullie tegen de hele wereld’-gevoel geven, je geruststellend beloven dat jullie ‘voor eeuwig’ vriendinnen zullen blijven of je vleien door maar te zeggen hoe speciaal jullie band is. Zo lokt ze je en zorgt ze ervoor dat je haar gaslighten voor lief neemt. Maar als je jullie terugkerende zondagslunch moet afzeggen vanwege een dringende familieaangelegenheid, beschuldigt ze je ervan dat je haar bewust probeert te kwetsen en de vriendschap niet respecteert. Als jij ook helemaal voor het ‘eeuwige vriendinnen’-ideaal gaat, dan ga je misschien overstag voor haar gaslightpogingen: je dacht dat je prioriteiten ergens anders lagen, maar misschien heb je haar wel gekwetst. Zo kan een gaslighter-familielid de familie romantiseren en je het gevoel geven dat je deel uitmaakt van een heel speciaal geslacht. Dit zal hem of haar er echter niet van weerhouden om te proberen je te overtuigen van zijn of haar vervormde kijk op wie je bent. Mogelijk zegt zo iemand iets als: ‘Waarom doe je toch altijd zo moeilijk?!’ Of: ‘Waarom kun je niet zo creatief
zijn als je zus?’ In plaats van tegen hen in te gaan of het voor jezelf niet met hen eens te zijn, ga je mee in hun kijk op jou, omdat je zo graag ‘deel van de familie’ wilt zijn en je instemming het entreekaartje is. Of je hebt een speciale band met een broer, zus, ouder of ander familielid en is het jullie tegen de rest van de familie, alsof jullie twee samen in een eigen wereld leven die niemand anders begrijpt. Ook hier is dit het lokaas waarin je je vastbijt. Als je gaslighter volhoudt dat je haar moet geloven, dan doe je je best om haar tegemoet te komen. ‘Je bent toch altijd zo verstrooid,’ zou je moeder, zuster of lievelingsnicht kunnen zeggen. Jij vindt van niet en eigenlijk voelt dit als een belediging. Maar je houdt zo van jullie onderlinge band tegen de rest van de familie, dat je gaat denken dat je misschien toch wel een beetje verstrooid bent, om de speciale band intact te houden. Zoals je ziet is de basisformule bij al deze gevallen van gaslighten dezelfde: iemand anders vindt dat je het met iets eens moet zijn waarvan jij weet dat het niet waar is, maar je probeert jezelf ervan te overtuigen dat het wel waar is, om de bevestiging van die ander te krijgen en een relatie die je een goed, speciaal, geliefd en volwaardig gevoel geeft in stand te houden. Je behoefte aan bevestiging van buitenaf houdt je gevangen in de gaslightrelatie. De aardige-kerel-gaslighter: als je niet precies kunt aangeven wat er niet klopt Sandra, een cliënt die ik coach, was behoorlijk in de war. Zij is een roodharige vrouw met opvallende groene ogen, van halverwege de dertig. Op het eerste gezicht had ze een heel gelukkig huwelijk en een perfect leven. Zij en haar ‘ideale man’ Peter hadden drie prachtige kinderen, ze hield van haar baan als sociaal werker en had een groot netwerk van lieve, aardige en warme vrienden en collega’s. Hoewel zij en Peter, net als veel andere jonge ouders met een baan, een druk leven leidden, was Sandra heel trots op de manier waarop ze alle dingen samen deden, ook het huishoudelijk werk en de opvoeding van de kinderen. Toch vertelde Sandra me dat ze zich steeds minder tevreden voelde, zonder dat ze precies kon zeggen waarom. Ze beschreef haar emotionele toestand als ‘verdoofd’. De laatste drie jaar voelde ze dat ze steeds ‘doffer’ werd, alsof niets er meer echt toe deed. Toen ik haar vroeg naar wat haar als laatste echt vrolijk had gemaakt, keek ze me verdrietig aan, maar die blik
verborg ze snel weer achter de rustige blik die ze eerder ook had. ‘Dat kan ik me echt niet meer herinneren,’ zei ze. ‘Is dat een slecht teken?’ Naarmate de sessies met Sandra vorderden, ging ze iets anders over haar man praten. Ik besefte dat hij veel leuke dingen voor haar en de kinderen deed, en dat Sandra in veel gevallen haar zin kreeg. Maar ik merkte ook dat Peter nogal heetgebakerd was en dat zijn gezin er heel veel aan deed om te voorkomen dat hij ontplofte. Hoewel Sandra hem het hoofd kon bieden, kon ze nooit voorspellen wanneer iets een strijd zou worden en wanneer niet. Ze was constant ‘klaar voor de strijd’, ook wanneer Peter niet door het lint ging, en dat putte haar volledig uit. Hoewel ze volhield dat Peter en zij een perfect huwelijk hadden, voelde ze zich uitgeput en depressief door hun aanvaringen. ‘Stel dat ik een avond weg moet vanwege een werkvergadering,’ vertelde Sandra me een keer, ‘dat Peter diezelfde avond ook een vergadering met collega’s heeft en we geen oppas kunnen vinden. Dan discussiëren we urenlang over welke vergadering belangrijker is. Daar word ik doodmoe van. Peter zegt dan dingen als: “Moet je er echt heen? Je weet toch dat je je altijd veel te druk maakt over allerlei kleine dingetjes” of “Weet je nog tijdens die vorige vergadering, toen dacht je ook dat je erbij moest zijn, maar dat bleek niet zo. Is dat nu ook niet zo?” Uiteindelijk kan het best zo zijn dat ik “win” en naar de vergadering ga en dan kijkt Peter me aan met zo’n blik van “Heb je nu je zin? Je hebt gewonnen”. Maar dan voel ik me nooit opgelucht, eerder totaal uitgeput.’ Sandra had in mijn ogen te maken met een aardige-kerel-gaslighter. Een man die redelijk en ‘goed’ wil overkomen, maar die toch niets uit de weg gaat om zijn zin te krijgen. Psychotherapeut Lester Lenoff is een oude vriend en collega. Hij noemt dit gedrag heel toepasselijk ‘respectloze toegeeflijkheid’. Dit komt over als stilzwijgende instemming, maar dat is slechts een façade waarachter minachting verborgen gaat. Het leek alsof Peter Sandra respecteerde, maar al die tijd gaf hij haar het gevoel dat ze waarschijnlijk niet wist waarover ze het had, of dat ze zich onnodig druk maakte. Aan het eind van zo’n gesprek bleef Sandra achter met gevoelens van minachting en respectloosheid en daardoor was ze zo gefrustreerd, of ze nu ‘won’ of ‘verloor’. Wanneer je een relatie met zo iemand hebt, dan kan het zijn dat je vaak verwarring voelt. Op een bepaald niveau voel je je afgewezen en niet gerespecteerd, omdat je verlangens en bezorgdheid niet echt gehoord zijn, maar je kunt niet precies benoemen wat er niet klopt.
Iedereen heeft weleens met zo iemand te maken gehad en het gevoel gehad dat iets ‘niet klopte’, ook al kon je niet duidelijk aangeven wat. De baas van wie je een ogenschijnlijk positieve evaluatie krijgt, terwijl je je toch uit het lood geslagen en onzeker voelt. De vriendin die zoveel voor je heeft gedaan, maar bij wie je nooit op bezoek gaat omdat je zogenaamd geen tijd hebt. De vriend die je eigenlijk ‘zou moeten’ aanbidden, die op papier zo ideaal lijkt, maar aan wie je je niet kunt binden. Het familielid dat zo’n enorme lieverd is, maar van wie je altijd slechtgehumeurd en depressief thuiskomt. Dit soort verwarrende ervaringen zijn vaak tekenen van gaslighten: het ondermijnen of ontkennen van jouw kijk op de werkelijkheid door een gaslighter die gelijk wil hebben. Wat je meeneemt na zo’n ontmoeting is niet wat er daadwerkelijk plaatsvond, maar de verborgen boodschap ‘jij hebt ongelijk en ik heb gelijk!’. En dus geef je toe zonder te weten waarom en krijg je wat je wilt zonder een bevredigend gevoel. Je weet niet precies waartegen je moet protesteren, maar voelt wel dat er iets niet klopt. Net als Sandra voel je je verdoofd, machteloos en vreugdeloos, en depressief omdat je niet weet hoe dit komt. Het probleem is in wezen heel eenvoudig: je gaslighter zit gevangen in de gevoelde noodzaak om zichzelf moed in te spreken en gelijk te krijgen. Hij moet aardige dingen doen, alleen niet noodzakelijkerwijs omdat hij om jou geeft, maar om te bewijzen dat hij zo’n enorm aardige kerel is. Dat geeft jou een eenzaam gevoel, ook al weet je niet waarom. Maar jij wilt hem per se aardig vinden en je wilt ook dat hij positief over jou denkt en dus ga je voorbij aan al je frustraties. En misschien ‘laat je je verdoven’, net als Sandra. Heb jij misschien te maken met een betoverende gaslighter? Kijk of onderstaande situaties je bekend voorkomen. Heb je te maken met een aardige-kerel-gaslighter? • •
Doet hij voortdurend zijn best om het jou en anderen naar de zin te maken? Biedt hij hulp, steun en sluit hij compromissen, terwijl je je op een bepaalde manier toch gefrustreerd en vagelijk ontevreden voelt?
• • • • •
Kun je huishoudelijk werk, sociale en werkafspraken met hem bespreken, maar voel je je toch nooit gehoord, zelfs niet als je krijgt waar je om vroeg? Heb je het gevoel dat hij uiteindelijk altijd zijn zin krijgt, maar begrijp je nooit goed hoe dit precies werkt? Heb je het gevoel dat er nooit gebeurt wat je wilt, maar dat je niet weet waartegen je moet protesteren? Vind je dat je een perfecte relatie hebt, maar voel je je toch verdoofd, heb je geen interesse in en ben je pessimistisch over het leven in het algemeen? Vraagt hij hoe je dag was, luistert hij aandachtig en antwoordt hij liefdevol, maar voel je je aan het eind van zo’n gesprek toch minder goed dan ervoor?
De intimidator die je pest, schuldgevoelens geeft en dingen achterhoudt Betoverende en aardige-kerel-gaslighters zijn vaak moeilijk te herkennen, omdat veel van het bijbehorende gedrag onder andere omstandigheden heel aantrekkelijk zou zijn. Maar andere vormen van gaslightgedrag zijn duidelijk problematischer: tekeergaan, kleinerend gedrag, buitensluiten, schuldgevoelens aanpraten en andere vormen van straffen en/of intimidatie. Mogelijk heb je allerlei redenen waarom je dit onprettige gedrag tolereert – omdat je je man als je soulmate beschouwt, omdat je vindt dat hij een goede vader is, omdat je vindt dat zijn kritiek op jou terecht is – maar ergens weet je dat je het helemaal niet prettig vindt om zo behandeld te worden. Soms wisselt dit negatieve gedrag zich af met betoverend of aardigekerel-gedrag. In andere gevallen bepaalt het de relatie zodanig, dat je terecht kunt zeggen dat je gaslighter een intimidator is. Melanies man Jordan was het stereotype intimidator. Toen Melanie de wilde zalm niet kon krijgen voor het feestelijke diner, vernederde Jordan haar. Hij ging tegen haar tekeer en kwam met een spervuur aan vragen die ze niet kon beantwoorden. Vervolgens sprak hij uren niet met haar. Zo reageerde hij altijd wanneer ze iets had gedaan wat hij niet leuk vond en Melanie kon er niet meer tegen. Ze verdedigde zich al lang niet meer tegen zijn aanvallen, maar ze probeerde nog wel altijd zijn liefde te winnen. Ze dacht nog altijd dat Jordans goedkeuring bevestigde dat zij een krachtige, intelligente en competente vrouw is die een goed en
gelukkig leven verdient en dat zijn afwijzing het ultieme bewijs was van haar minderwaardigheid. Heb jij te maken met een intimidator? Kijk of een van de volgende situaties je bekend voorkomt. Heb je te maken met een intimidator? • • • • • • •
Kleineert hij je of gedraagt hij zich op een andere manier minachtend tegenover je, in het bijzijn van anderen en/of als jullie samen zijn? Gebruikt hij stilte als wapen tegen je om zijn zin te krijgen of om je te straffen als je hem ergert? Heeft hij vaak of van tijd tot tijd woedeaanvallen? Ben je bang in zijn aanwezigheid of wanneer je aan hem denkt? Vind je dat hij je belachelijk maakt, openlijk of onder het mom van ‘het is maar een grapje’ of ‘ik plaag je maar een beetje’? Dreigt hij vaak of van tijd tot tijd dat hij bij je weggaat als je hem ergert, of stelt hij voor of suggereert hij om weg te gaan? Wekt hij vaak of van tijd tot tijd je grootste angsten op? Bijvoorbeeld: ‘Daar doe je het weer, je bent zo opdringerig!’ of ‘Zie je wel, je bent precies je moeder!’
Een relatie met een intimidator kan op zijn zachtst gezegd een hele uitdaging zijn. Als je een vervullende relatie wilt hebben, zullen jullie beiden aan twee gebieden moeten werken: het gaslighten en de intimidatie – het laatste is al onprettig wanneer het geen onderdeel is van gaslighten. Het kan zijn dat de intimidator zijn verhouding tot jou moet veranderen, maar jij zult het vermogen moeten ontwikkelen om je te verweren tegen zijn intimiderende gedrag, zodat je niet onmiddellijk toegeeft om nare toestanden te vermijden.
Gaslighten: een nieuwe epidemie Waarom is gaslighten zo’n wijdverbreid probleem? Waarom zitten zoveel slimme, sterke vrouwen verstrikt in uitputtende relaties waarbij vergeleken de huwelijken in komische tv-series uit de jaren vijftig licht en vrolijk
lijken? Waarom hebben zoveel mannen en vrouwen moeite om zich los te maken van hun werkgevers, familieleden, echtgenoten en vrienden die duidelijk manipulatief zijn en vaak ook gemeen? Volgens mij zijn er drie hoofdredenen voor de gaslightepidemie, namelijk een aantal krachtige boodschappen binnen onze samenleving, die meer invloed hebben dan al onze individuele redenen om in een gaslightrelatie te blijven. De veranderde rol van de vrouw en de reactie hierop Wanneer we het hebben over de liefdes- en professionele relaties tussen mannen en vrouwen, is het goed om te beseffen dat de rol van de vrouw in heel korte tijd is veranderd. De laatste keer dat de rol van de vrouw zo’n enorme verandering doormaakte was tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen heel veel vrouwen plotseling het werk gingen doen van de mannen die het leger ingingen. Het antwoord van Hollywood op de vrouw als nieuwe motor van de economie was de productie van enkele ‘gaslight’-films, waaronder de film Gaslight zelf, met Ingrid Bergman en Charles Boyer. In deze films weten sterke, charmante mannen krachtige maar kwetsbare vrouwen ertoe te brengen hun eigen kijk op de dingen op te geven. Deze relationele verhouding lijkt verband te houden met de plotselinge veranderingen in de verwachtingen en ervaringen van beide sekses. Zowel in de jaren veertig als in onze huidige tijd kregen vrouwen plotseling toegang tot een nieuwe vorm van macht in hun werkzaam en persoonlijk leven. Het rollenpatroon veranderde en dat voelde waarschijnlijk bedreigend aan, zowel voor henzelf als voor mannen. Ondanks hun nieuwgevonden vrijheid om te werken, zich kandidaat te stellen voor politieke functies en meer in het algemeen om deel te nemen aan het openbare leven, waren veel vrouwen nog altijd op zoek naar een of andere variant van een traditionele relatie: een sterke man die hen steunt en raad geeft. En op een bepaalde manier voelden veel mannen zich bedreigd door de nieuwe eisen van vrouwen op gelijke rechten, zowel maatschappelijk gezien als in de privésfeer. Het gevolg was, volgens mij, dat sommige mannen de sterke, intelligente vrouwen tot wie zij zich aangetrokken voelden, tegelijkertijd ook in de hand probeerden te houden. En sommige vrouwen reageerden hierop door zichzelf bewust te ‘herprogrammeren’ om op hun man te kunnen leunen, niet alleen voor emotionele steun, maar ook voor hun gevoel van eigenwaarde: ‘Wat is
mijn plek in de wereld?’ Zo ontstond een heel nieuwe generatie gaslighters en gaslightees. Paradoxaal genoeg legde de vrouwenbeweging die vrouwen meer mogelijkheden gaf, velen van ons ook een grote druk op om sterk, succesvol en onafhankelijk te zijn; het soort vrouw dat in theorie immuun is voor iedere vorm van misbruik en belediging door mannen. Met als gevolg dat vrouwen die een gaslight- of andersoortige misbruikrelatie hebben, zich dubbel schamen: ten eerste omdat ze een slechte relatie hebben, en ten tweede omdat ze niet kunnen voldoen aan de zelfopgelegde maatstaven van daadkracht en onafhankelijkheid. Ironisch genoeg kan het zijn dat vrouwen de ideeën die bedoeld zijn om hen te ondersteunen, kunnen gebruiken om niet om hulp te vragen. Ongebreideld individualisme met vereenzaming als bijproduct De traditionele samenleving kende misschien weinig mogelijkheden voor persoonlijke ontwikkeling, maar ze bood de meeste mensen wel een vaste plek binnen een veilig netwerk van relaties. Ik zeg niet dat vrouwen toen nooit in een isolement raakten binnen hun huwelijk, maar ze maakten meestal wel deel uit van een grotere familiekring en ze kenden sociale rituelen waardoor ze zich onderdeel voelden van een groter geheel. Zelfs in onze moderne, industriële samenleving hadden zowel mannen als vrouwen tot enkele tientallen jaren geleden toegang tot sociale netwerken van vakbonden, kerken, buurtgroeperingen en de eigen etnische groep. Tot op zekere hoogte waren mensen deel van een grotere wereld waarin je ieder individu, ook een echtgenote of werkgever, binnen een grotere context kon plaatsen. Tegenwoordig leven we sociaal gezien doorgaans veel geïsoleerder, doordat we ons veel individueler door het leven bewegen en door de maatschappelijke focus op consumeren. We maken lange werkuren, vaak met verschillende mensen, en onze vrije tijd brengen we vaak privé door, eerder met een partner of vrienden, dan als deel van een kerkgenootschap, vakbond of buurtgroepering. In zo’n situatie kan een bepaald individu een grote invloed krijgen, doordat we afgesneden zijn van de informatie en inbreng uit andere bronnen. Een partner lijkt dan nog de enige emotionele steunpilaar, een werkgever heeft schijnbaar onbegrensde macht over je zelfvertrouwen op het gebied van werk, een vriendin is dan misschien een van de weinige menselijke contacten in een druk en geïsoleerd leven. Het gevolg is dat onze
behoefte aan bevestiging zich volledig op deze relaties richt. We verwachten dat ze ons zelfbeeld voor ons completeren of definiëren. Binnen de traditionele samenleving waren er heel veel emotionele banden die ons hielpen om in evenwicht en gegrond te blijven. Binnen de moderne maatschappij hebben we daarentegen vaak maar één persoon, een partner, vriend(in) of familielid, tot wie we ons kunnen richten voor het begrip en de verbondenheid die we zoeken, maar eigenlijk kunnen we niet verwachten dat één relatie dit allemaal kan bieden. We willen niets liever dan horen dat we goed, bekwaam en lief zijn, terwijl we steeds minder met anderen verbonden zijn en dit maakt ons uiterst vatbaar voor gaslighten. De gaslightcultuur Gaslighten krijgt in het huidige klimaat nog meer voet aan de grond, omdat mensen ongeruster en bezorgder zijn dan ooit. We worden constant gebombardeerd met een enorme hoeveelheid nieuws en informatie, waarvan we heel goed weten dat deze niet altijd waar is en die soms zelfs in de categorie ‘nepnieuws’ of ‘verdraaide feiten’ past. In zo’n sfeer worden we minder zeker over wat we moeten geloven en dus ook kwetsbaarder dan ooit voor gaslighten. Een gebeurtenis uit maart 2016 illustreert de enorme kracht van gaslighten en de manier waarop het onze maatschappij doordringt. Corey Lewandowski was campagneleider van de toenmalige presidentskandidaat Donald Trump. Hij werd ervan beschuldigd dat hij Breitbart-journalist Mitchellle Fields aan haar arm wegtrok toen zij Trump een vraag wilde stellen. Ben Terris, verslaggever van de Washington Post, zag het gebeuren en het werd later bevestigd door een filmpje dat werd vrijgegeven door de plaatselijke politie, die Lewandowski uiteindelijk aanklaagde voor aanranding. Terris schreef over het incident, maar het voorval lekte uit via Twitter voordat het verhaal was gepubliceerd. De Trump-campagne reageerde onmiddellijk door te zeggen dat het voorval nooit had plaatsgevonden, dat Fields er ‘waanvoorstellingen’ op nahield en dat een andere film het verhaal ontkrachtte. Dit is een klassieke vorm van gaslighten. Zowel Fields, die het overkwam, als Terris, die het van dichtbij zag gebeuren en direct op haar afstapte om haar te steunen, begonnen te twijfelen aan wat ze hadden meegemaakt.
‘Toen ik vorige week met Fields sprak,’ schreef Terris in november 2016, ‘vertelde ze dat zelfs zij op een gegeven moment aan haar verhaal was gaan twijfelen, terwijl ze de blauwe plek had om het te bewijzen.’ Terris gaf toe dat ook hij was gaan twijfelen over wat hij had gezien. Zijn artikel over het incident in de Washington Post had als kop ‘Trumps campagneoorlog deed me twijfelen aan wat ik zag – hoe een incident in maart leidde tot maandenlang gaslighten’. Gaslighten is al pijnlijk genoeg en een hele beproeving wanneer het in de privésfeer van je eigen relatie voorkomt. Maar in dit geval hadden meerdere politici en enkele reporters zich verenigd in een poging om iedereen ervan te overtuigen dat het incident nooit had plaatsgevonden, ondanks betrouwbare ooggetuigenverslagen en zelfs een filmopname. Ze wisten het met zoveel overtuiging te brengen dat zelfs de direct betrokkenen bij het incident aan hun eigen ervaring gingen twijfelen. Gaslighten, zowel in het klein als in het groot, is een verontrustende kracht in onze maatschappij. Het politieke gebruik van gaslighten is al verontrustend genoeg, maar het probleem zit nog dieper. Het dringt door tot de aspecten van ons leven die heel persoonlijk lijken, maar die in wezen diepgaand worden beïnvloed door een cultuur die ons herhaaldelijk dingen probeert te laten geloven die overduidelijk niet waar zijn. Volgens de reclames moeten we geloven dat een man niet van vrouwen kan houden die geen perfect lichaam hebben en niet mooi opgemaakt zijn. Maar uit eigen ervaring en observatie weet ik dat dit niet waar is. School vertelt mijn kinderen dat leren op zichzelf heel waardevol is en tegelijkertijd herinneren ze hen eraan dat ze niet naar de school van hun voorkeur kunnen als ze geen goede cijfers halen en niet slagen voor hun toelatingsexamen. Politici geven ons een reden voor hun handelen, veranderen halverwege van beleid en geven ons hiervoor weer een andere reden, zonder ooit toe te geven dat de nieuwe ‘partijlijn’ anders is dan voorheen. Vanwege dit soort dingen vind ik dat we in een gaslightcultuur leven. We worden niet aangemoedigd om onze eigen werkelijkheid te ontdekken of creëren, maar gebombardeerd met ontelbaar veel verschillende, krachtige boodschappen die zeggen dat we onze eigen respons moeten negeren en de behoefte of manier van kijken die op dat moment in de markt wordt gezet moeten overnemen.
Zoeken naar nieuwe wegen Gelukkig is er een antwoord op het gaslightprobleem. Het is niet makkelijk om jezelf te bevrijden van dit verlammende syndroom, maar wel eenvoudig. Je hoeft alleen maar in te zien dat je al een goed, bekwaam en lief persoon bent, die geen geïdealiseerde partner nodig heeft om dit te bevestigen. Natuurlijk, dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Maar als je beseft dat alleen jij je gevoel van eigenwaarde kunt bepalen – dus dat je al een volwaardig persoon bent die het verdient om geliefd te worden, ongeacht wat je gaslighter denkt – dan zet je de eerste stap op weg naar vrijheid. Wanneer je eenmaal begrijpt dat je gevoel van eigenwaarde totaal niet afhankelijk is van je gaslighter, dan ben je bereid om een einde te maken aan het gaslighten. En omdat je weet dat je recht hebt op liefde en een goed leven, kom je voor jezelf op: of je gaslighter is goed voor je, of je stapt op. Dat drukmiddel heb je nodig om een stap terug te kunnen doen, helder naar de werkelijkheid te kunnen kijken en niet langer mee te gaan in de eindeloze kritiek van je gaslighter, zijn eis van perfectie en manipulatieve gedrag. Zo ging het bij Melanie. Stukje bij beetje leerde ze zien wat voor een intelligente, lieve en capabele vrouw ze was. Ze leerde om niet mee te gaan in de destructieve woordenwisselingen die ze nooit kon winnen en hoe ze de zeurende, oordelende en vernederende stem van haar man uit kon zetten wanneer ze deze in haar hoofd hoorde. Naarmate Melanie sterker werd, besefte ze dat Jordan een overtuigde gaslighter was. Hij moest en zou altijd gelijk hebben, ook al ging dit ten koste van Melanie. Na verloop van tijd viel hij van zijn voetstuk en zocht ze niet langer zijn bevestiging. Toen dat gebeurde, besefte ze dat ze niet voldoende liefde, affectie of vriendschap van Jordan kreeg om langer met hem getrouwd te blijven. Ze verliet haar man en kreeg later een nieuwe, bevredigende relatie. Dit was Melanies keuze en hoeft niet per se ook jouw keuze te zijn. Misschien ontdek je dat je anders met hem kunt omgaan wanneer je zijn bevestiging niet langer nodig hebt. En misschien dat zijn gedrag, in tegenstelling tot dat van Jordan, ook verandert. Als je gaslighter een familielid of je baas is, dan kun je manieren zoeken om duidelijke grenzen aan de relatie te stellen zonder deze helemaal te verbreken. Zo kun je bijvoorbeeld alleen nog samen met een vriendin bij je moeder op bezoek gaan, of onderzoeken hoe je minder direct met de baas die je vernedert kunt
samenwerken. Of je kunt, net als Melanie, besluiten om de gaslightrelatie voor eens en voor altijd te verbreken. Welke beslissing ook bij jou past, je beschikt hoe dan ook over een krachtbron in jezelf die je in staat stelt om je te bevrijden van het gaslighteffect. De eerste stap is je bewust worden van je eigen rol in het gaslighten, de manier waarop je gedrag, je verlangens en fantasieën ervoor zorgen dat je de gaslighter op een voetstuk plaatst en naar zijn bevestiging zoekt. Laten we nu verdergaan naar hoofdstuk 2 om de gaslighttango verder te onderzoeken.
HOOFDSTUK 2
De gaslighttango
Trish was een lange, atletische vrouw van achter in de twintig, met lang blond haar. Ze is een pittige, energieke vrouw en de eerste om te zeggen dat redetwisten haar lust en haar leven is. Ze zat op de debatclub van haar middelbare school, was verkiesbaar voor de studentenraad op de universiteit en werd een topaanklager. Ze had dus – in haar eigen woorden – van redetwisten haar beroep gemaakt. Maar nu maakte ze zich zorgen over de voortdurende woordenwisselingen binnen haar huwelijk. Ze was naar mij toe gekomen in de hoop dat ik haar kon helpen bij het vinden van een andere manier om met haar steeds ruzieachtigere man Aaron om te gaan. ‘Hij denkt dat hij altijd gelijk heeft’, vertelde Trish, en daarbij tilde ze haar hoofd op een – zoals ik later zou merken – voor haar karakteristieke manier op. Dit deed ze steeds wanneer ze over haar man begon te klagen. ‘Hij begrijpt natuurlijk niet dat ik altijd gelijk heb!’ Trish moest lachen terwijl ze dit zei, om mij goed duidelijk te maken dat het een grap was. Ik merkte echter dat er wel meer dan een kern van waarheid in school. Voor Trish was het heel belangrijk om gelijk te hebben, en ook dat anderen dit wisten. Het idee dat je allebei anders over iets kunt denken of om het gevecht niet aan te gaan, kwam niet in haar op. Tijdens de sessies met Trish werkten we aan de zaken die haar bij mij hadden gebracht en het werd me duidelijk dat ze zo goed als zeker gegaslight werd. Haar man was net als zij een topadvocaat die ook leefde om te kunnen argumenteren. En steeds als ze het oneens waren, bracht hij een enorme hoeveelheid feiten in stelling om zijn gelijk te halen. Toen ze pas samen waren, genoten ze van dit soort knetterende discussies en naderhand van de ‘seks om het goed te maken’. Maar inmiddels begon ze er behoorlijk moe van te worden, gaf Trish toe. ‘Het kan niet zo zijn dat ik nooit gelijk heb,’ zei ze een keer met een voor haar ongekend iel stemmetje. ‘Zó dom ben ik nu ook weer niet.’
Geleidelijk aan werd duidelijk dat Trish niet slechts het slachtoffer was van Aarons verstikkende manier van argumenteren. Het bleek dat zij zelf – al was het onbewust – actief deelnam aan de gaslighttango. Hoewel haar man het nodig vond om haar te ‘bedelven’ onder feiten en cijfers, zoals ze het zelf noemde, probeerde zij hem op een emotionele manier te ondergraven met tegenargumenten. Toen ik vroeg wat er zou gebeuren wanneer ze niet inging op een argument door iets te zeggen als ‘Ik ben het nog niet met je eens, maar ik zal er eens over nadenken’, ontplofte ze bijna. ‘Je begrijpt het niet!’ zei ze temperamentvol, terwijl ze haar behoefte om haar gelijk te halen met volle kracht op mij richtte. ‘Ik kan er niet tegen wanneer Aaron denkt dat ik een dom blondje ben, dat wil ik niet! Dat vind ik verschrikkelijk, het voelt alsof ik uit mijn vel ga springen. Ik spring nog liever van de rotsen of sla het hele huis kort en klein dan dat ik hem gelijk geef. Ik kan het er niet zomaar bij laten zitten als hij zich zo gedraagt. Dat kan ik gewoon niet.’ ‘Dat kun je niet?’ vroeg ik. ‘Nee!’ zei Trish, met hoge, overslaande stem. ‘Als hij zo over me denkt … Hij is mijn man! Waarom is hij dan met me getrouwd als hij zo over me denkt? En wat als het waar is?’ Trish’ situatie is een goed voorbeeld van de manier waarop velen van ons verstrikt raken in de gaslighttango. Mensen die gaslightees worden, zijn vaak doodsbang dat ze niet goed begrepen worden. Ondanks het vertrouwen en de daadkracht die ze vaak tentoonspreiden, voelen ze zich in werkelijkheid heel snel gekwetst door de meningen van hun dierbaren en collega’s. Met name binnen intieme relaties zijn ze geneigd om veel macht over te dragen aan de man of vrouw van wie ze houden en schrijven hun partner het bijna magische vermogen toe om hen te ‘doorzien’ en ‘helemaal te begrijpen’. In zo’n situatie kan verkeerd begrepen worden aanvoelen als een doodssteek. Als Trish haar man vond dat ze het ‘verkeerd’ zag, voelde dit voor haar veel erger dan een kleine ruzie of een eenvoudig meningsverschil. Voor haar zelfbeeld voelde het als een gapende wond. Wanneer Aaron haar actief afwees, voelde het voor haar alsof de bodem onder haar bestaan wegviel. Doordat ze Aaron op een voetstuk had geplaatst, was ze wanhopig op zoek naar zijn goedkeuring en de bevestiging dat zij een intelligent en competent persoon was, waardoor ze dus vatbaar werd voor gaslighten.
Een van hun steeds terugkerende ruzies ging over Trish’ creditcardaankopen, die ze helemaal van haar eigen spaargeld betaalde. Ze was een impulsieve shopper, die graag kleding kocht op weg van werk naar huis. Ze betaalde haar rekeningen altijd op tijd, maar ze bouwde iedere maand wel wat schuld op. Aaron was veel zuiniger. Hij kwam uit een gezin met weinig inkomen en vond de uitgaven die Trish redelijk vond een gevaarlijke extravagantie. Toen ik haar erop wees dat zijn mening er praktisch gezien niet toe deed, omdat Trish haar eigen creditcard beheerde, staarde ze me vol ongeloof aan. ‘Maar hoe kan ik met iemand samenleven die zo slecht over me denkt?’ protesteerde ze. De woordenwisseling met haar man winnen, zodat hij haar zelfbeeld overnam, was voor haar veel belangrijker dan waar het eigenlijk om ging, namelijk dat hij de manier waarop zij haar geld uitgaf wilde controleren. In hoofdstuk 1 zagen we al dat een gaslighter iemand is die gelijk moet krijgen om zijn zelfbeeld in stand te houden en zijn gevoel van controle te behouden. De gaslightee heeft de neiging om de gaslighter te idealiseren en verlangt naar zijn bevestiging. Trish’ behoefte aan Aarons bevestiging zorgde voor eindeloze woordenwisselingen waarin ze probeerde om hem de dingen op haar manier te laten zien, met name haar kijk op zichzelf. Misschien dat hij niets kon loslaten, maar zij kon dat evenmin. Hoewel Aaron hun ruzies meestal won, waren ze allebei overtuigde ruziezoekers, omdat Aaron gelijk wilde hebben en Trish zijn bevestiging zocht. Hierdoor kregen hun woordenwisselingen een heel grote lading en voelde Trish zich totaal verslagen. De gaslighttango dansen Hoewel het van de buitenkant lijkt alsof gaslighten alleen het werk van een gaslighter is die de ander vernedert, is er binnen een gaslightrelatie altijd sprake van twee actief betrokken mensen. En dat is in wezen positief. Als je gevangenzit in een gaslightrelatie, dan kun je het gedrag van de gaslighter waarschijnlijk niet veranderen, maar je kunt wel degelijk je eigen gedrag veranderen. Nogmaals, dit is niet gemakkelijk, maar wel eenvoudig: je kunt het gaslighten laten ophouden door niet langer te proberen om een ruzie te winnen, of niet langer te proberen om je gaslighter ervan te overtuigen dat hij zich redelijk moet gedragen. Je doet er gewoon niet meer aan mee.
Laten we de ingewikkelde pasjes van de gaslighttango eens van dichtbij bekijken. De dans begint meestal wanneer een gaslighter volhoudt dat iets waar is, terwijl jij ‘diep vanbinnen weet’ dat het niet klopt. Herinner je je Katie uit hoofdstuk 1 nog? Haar vriend Brian hield vol dat zij werd omringd door wellustige mannen die haar belachelijk maakten, terwijl de meeste mensen in haar ogen gewoon vriendelijk waren. Op eenzelfde manier beweerde de baas van Liz dat hij volledig aan haar kant stond, ondanks alle bewijzen dat hij de poten onder haar stoel vandaan probeerde te zagen. En de moeder van Mitchell zei dat ze hem niet beledigde, hoewel de knoop in zijn maag heel sterk het tegendeel bewees. Mensen zijn het heel vaak niet met elkaar eens, ze verdraaien de waarheid en beledigen elkaar voortdurend, dus dit hoeft op zich geen gaslighten te zijn. In theorie had Katie gewoon haar schouders kunnen ophalen en zeggen: ‘Misschien dat jij die mannen als monsters beschouwt, maar volgens mij zijn ze gewoon vriendelijk en ik ben niet van plan om mezelf te gaan veranderen.’ Steeds wanneer de baas van Liz zijn charmeoffensief begon, had ze hem lang en strak kunnen aankijken en kunnen denken: hier gebeurt iets raars, wat kan dat zijn? En Mitchell had kunnen zeggen: ‘Mam, je lacht me uit en dat doet me pijn en zolang je dit blijft doen, praat ik niet meer met je.’ Als onze gaslightees zo hadden kunnen reageren, dan was er geen sprake geweest van het gaslighteffect. Dit wil niet zeggen dat Katies vriend, de baas van Liz en de moeder van Mitchell zich anders zouden hebben gedragen. Misschien dat ze waren veranderd, maar ze hadden ook hun hakken in het zand kunnen zetten en nog koppiger kunnen worden. Dan waren Katie, Liz en Mitchell voor moeilijke keuzes komen te staan wat betreft hun volgende stappen. Maar ze zouden niet te maken hebben gekregen met gaslighten. Gaslighten doet zich alleen voor wanneer een gaslightee probeert – bewust of onbewust – om zich te conformeren aan de gaslighter, of probeert om hem van haar standpunt te overtuigen omdat ze wanhopig op zoek is naar zijn bevestiging om ze zich heel te kunnen voelen. Katie gaat de discussie aan met Brian en zegt steeds weer dat ze niet flirt. Vervolgens probeert ze door zijn ogen te kijken, omdat ze een goede, loyale vriendin wil zijn, iemand die niet met anderen flirt in het bijzijn van haar vriend. Liz probeert haar baas uit te leggen welke vervelende dingen er allemaal met haar gebeuren. Vervolgens probeert ze zichzelf ervan te overtuigen dat haar baas gelijk heeft en dat ze gewoon paranoïde is. Hierdoor voelt ze zich een
goede, competente werknemer die in staat is om zich professioneel te gedragen. Mitchell probeert tegen zijn moeder in te gaan, zodat ze wat vriendelijker tegen hem doet. Vervolgens noemt zij hem onbeleefd en vraagt hij zich af of ze misschien gelijk heeft. Alle drie de gaslightees weten, diep verborgen in zichzelf, dat hun gaslighters iets zeggen wat mogelijk niet waar is. Maar in plaats van vast te houden aan hun eigen indruk, proberen ze de goedkeuring van de gaslighter te winnen door naar een manier te zoeken waarop ze het eens kunnen worden. Meestal proberen ze te veranderen door zich gewonnen te geven.
Waarom doen we hieraan mee? Waarom wringen we onszelf in allerlei bochten om de manier van kijken van de gaslighter over te nemen? Volgens mij zijn hiervoor twee redenen: angst voor de Emotionele Apocalyps en de Drang tot Versmelting. Angst voor de Emotionele Apocalyps De meeste gaslighters lijken een geheim wapen achter de hand te hebben, een emotionele explosie die alles in de directe omgeving lamlegt en de sfeer voor de komende weken volkomen verpest. Iemand binnen een gaslightrelatie is bang dat zij deze Emotionele Apocalyps zal veroorzaken wanneer zij de gaslighter te veel onder druk zet. En dit is vele malen erger dan de eeuwige uitputtingsslag veroorzaakt door vervelende vragen en gemene opmerkingen. De Emotionele Apocalyps doet zich misschien slechts één keer voor, of misschien nooit, maar de angst ervoor is soms erger dan de uitbarsting zelf. De gaslightee is heel bang dat haar partner gaat schreeuwen en schelden, haar veroordeelt of verlaat, en ze is ervan overtuigd dat ze eraan onderdoor zal gaan wanneer haar angst werkelijkheid wordt. ‘Het voelt alsof je doodgaat,’ zei een van mijn cliënten ooit. ‘Maar je gaat niet dood,’ was mijn antwoord. Dit stelde haar echter niet gerust. Voor Katie was Brians woede de Emotionele Apocalyps. Ze kon nooit zeggen wanneer hij in woede zou uitbarsten. Als hij woedend werd begon hij hard te schreeuwen en schelden, iets wat Katie heel eng vond. Ze wist dat hij haar nooit zou slaan, maar alleen het geluid van zijn harde, woedende stem
maakte haar al bang. Na een poosje gaf ze dan toe en ging ze mee in wat hij zei, alleen al om het getier te laten stoppen. Als Katie voor de schijn toe had kunnen geven, maar er zeker van was gebleven dat ze geen flirt was, dan hadden de vervelendste gevolgen van gaslighten – verlies van zelfvertrouwen, desoriëntatie en toenemende depressiviteit – waarschijnlijk geen vat op haar gehad. Maar had ze dat gedaan, dan was ze in haar eigen ogen een lafaard geweest die voortdurend haar vriend tot bedaren probeerde te brengen. Ook wilde ze niet inzien dat haar vriend heel erg driftig was en dus niet de ideale man die ze ooit dacht dat hij was. Ze had dus heel goede redenen om te vinden dat Brian gelijk had, zo was zij geen lafaard en Brian geen slechte man. Op een bepaald niveau koos Katie ervoor om te geloven dat ze haar scherpzinnige vriend gelijk gaf en niet dat ze toegaf aan iemand die zich onredelijk gedroeg. Dus steeds als ze Brian gelijk gaf om een explosie te voorkomen, vroeg een deel van Katie zich af of hij ook echt gelijk had. De prijs die ze betaalde voor het vasthouden aan deze gedachten was dat ze gegaslight werd: haar vriend mocht haar wereldbeeld en haar zelfbeeld bepalen. De baas van Liz dreigde met een ander soort apocalyps: een beroepsmatige nederlaag. Liz had alles over voor haar topfunctie en het idee dat ze deze zou verliezen was ondraaglijk. Ze was ook bang dat haar hele professionele carrière op het spel stond. Stel dat haar baas haar zou ontslaan en vervolgens allerlei vervelende geruchten over haar ondeskundigheid en ‘paranoïde’ persoonlijkheid zou verspreiden? Wie zou haar dan ooit nog aannemen? Zoals Katie het geblaf van haar vriend wilde voorkomen, zo durfde Liz niet helder na te denken over de werkelijke macht van haar baas en over haar reële mogelijkheden. Dus hoe erger het gedrag van haar baas, hoe meer ze aan zichzelf ging twijfelen. De apocalyps die Mitchell verlamde bestond uit schuldgevoelens. Al zolang hij zich kon herinneren, was Mitchell bang om zijn moeder teleur te stellen en wilde hij alle andere teleurstellingen in haar leven goedmaken. Met als gevolg dat hij vatbaar was voor haar gaslighten. Ze beschuldigde hem bijna nooit direct van iets, maar haar gekwetste blik sprak boekdelen. ‘Het voelt alsof ik haar hart heb gebroken,’ vertelde hij me tijdens een heel pijnlijke sessie. ‘Ik zal er alles aan doen om die blik te voorkomen, omdat ik weet dat ik haar dan verdriet heb gedaan.’ Mitchell vroeg zich niet af hoe groot de kans realistisch gezien was dat hij zijn moeder gelukkig kon maken en in hoeverre hij zichzelf wilde opofferen om dit ook te doen, maar hij bleef
volhouden dat zijn moeder gelukkig kon zijn wanneer hij een betere zoon zou zijn. Soms grijpt een gaslighter naar steeds pijnlijkere manieren van doen; van gemene opmerkingen naar keihard schreeuwen en schelden, van inpraten op schuldgevoelens naar rechtstreekse beschuldigingen. Als een gaslightee hiertegen ingaat, kan het gedrag nog vervelender worden en leiden tot dagelijkse scheldpartijen, gebroken borden en dreigen met weggaan. Ze kan gaan geloven dat zelfs de gedachte om tegen hem in te gaan al genoeg is voor een escalatie, dus dat het zelfs niet veilig is om in gedachten tegen hem in te gaan. Dan lijkt je volledig overgeven – je denken, emoties en gedrag – de enige veilige optie. Als gaslightees me hun angst voor de apocalyps proberen te vertellen, is er vaak sprake van twee tegengestelde reacties. Aan de ene kant maakt het woorden geven aan deze angsten ze triviaal en onbelangrijk, waardoor mijn cliënten zich gaan schamen en aan zichzelf gaan twijfelen: ‘Het lijkt totaal onbelangrijk, besef ik …’. Of: ‘Je moet wel idioot zijn om door zoiets van streek te raken’, of: ‘Ik weet dat het niet veel voorstelt. Ik ben gewoon een doetje. Hij zegt niet voor niets altijd dat ik me aanstel.’ De andere reactie komt wanneer ik een gaslightee vraag wat er zou gebeuren als ze haar schouders zou ophalen voor de Emotionele Apocalyps of gewoon de kamer uit zou lopen. Dan houdt ze vol dat ik niet begrijp hoe erg het in werkelijkheid is. ‘Hij blijft maar schreeuwen’, kan iemand dan zeggen. ‘En als ik wegloop of vraag of hij wil stoppen, gaat hij nog harder tekeer.’ Als ik vraag waarom het geschreeuw zo erg is, staart mijn cliënt me vol ongeloof aan. Het lijkt wel alsof het geheime wapen van de gaslighter – wat voor wapen dan ook – echt de macht heeft om de gaslightee van de aarde weg te vagen en haar hele wereld te vernietigen. Ik weet dat de dreiging van een naderende Emotionele Apocalyps heel beangstigend kan zijn. Maar natuurlijk zal het geschreeuw en gescheld je wereld niet vernietigen. De veroordelingen zullen geen einde aan je leven maken. De beledigingen, hoe pijnlijk ook, laten de muren van je huis niet instorten. Ik weet dat het voelt alsof de Emotionele Apocalyps je letterlijk zal vernietigen, maar dat is niet zo. En wanneer je in staat bent om verder te kijken dan de angst die je verstikt en je geest vertroebelt, dan kun je de standpunten van je gaslighter misschien naast je neerleggen en weigeren om erin mee te gaan: je gelooft ze niet en gaat niet in discussie, maar blijft gewoon bij je eigen innerlijke waarheid.
Apocalypse Now: de geheime wapens van de gaslighter Wat vind jij het pijnlijkst? Je gaslighter gebruikt die pijnlijke plek als zijn geheime wapen, daarin is hij een expert. Hij kan: • •
•
•
•
Je herinneren aan je grootste angsten ‘Je bent echt veel te dik/frigide/gevoelig/lastig …’ Dreigen dat je helemaal alleen komt te staan ‘Niemand zal ooit nog van je houden.’ ‘Je zult de rest van je leven alleen blijven.’ ‘Ik ben de enige die het met je uithoudt.’ Andere verstoorde relaties erbij halen ‘Geen wonder dat je niet met je ouders kunt opschieten.’ ‘Misschien wil je vriendin Suzi daarom niets meer van je weten.’ ‘Snap je dan niet dat ook je baas daarom geen respect voor je heeft?’ Je idealen tegen je gebruiken ‘Trouwen is toch elkaar onvoorwaardelijk liefhebben?’ ‘En ik maar denken: van je vrienden moet je het hebben.’ ‘Iemand die echt professioneel is kan zoiets wel hebben.’ Je laten twijfelen aan je eigen indrukken, geheugen of besef van de werkelijkheid ‘Dat heb ik nooit gezegd, dat denk je maar.’ ‘Jij zou die rekening betalen, weet je dat dan niet meer?’ ‘Wat je zei doet mijn moeder veel verdriet.’ ‘Onze gasten vonden dat je je aanstelde, iedereen lachte je uit.’
Een van de eerste stappen die je moet zetten als je je wilt bevrijden uit een gaslightrelatie, is erkennen hoe vervelend en pijnlijk je deze Emotionele Apocalyps vindt. Als je het verschrikkelijk vindt dat er tegen je geschreeuwd en gescholden wordt, kun je duidelijk aangeven dat je niet wilt dat er geschreeuwd wordt, ook al hebben jullie een meningsverschil. Misschien vindt een andere vrouw het niet erg wanneer iemand haar toeschreeuwt, maar jij wel. Als je je dan zogenaamd ‘aanstelt’, is dat maar zo. Je hebt het recht
om grenzen te stellen daar waar jij ze wilt stellen en niet waar de een of andere mythische ander, een ‘minder aanstellerige’ vrouw ze zou stellen. Tegelijkertijd is het goed om te weten dat je wereld niet ineenstort als er tegen je wordt geschreeuwd. Niet zodat je gaslighter tegen je kan blijven schreeuwen, maar zodat je beseft dat je niet aan alles hoeft toe te geven wanneer hij dreigt te gaan schreeuwen en schelden. Het is niet leuk om een schreeuwende, tierende man de rug toe te keren, weg te lopen, de deur van je werkkamer achter je dicht te trekken of zelfs het huis uit te lopen. En het feit dat je niet inhaakt kan voor nog grotere vergeldingsacties zorgen. Maar het is belangrijk om te weten dat je partner niet over een machtig wapen beschikt waarmee hij je uiteindelijk tot overgave kan dwingen. In hoofdstuk 6 zullen we enkele methoden onderzoeken waarmee je je eigen grenzen kunt stellen en je innerlijke kern van zelfrespect kunt versterken. Dit zijn de eerste stappen op weg naar het gas uitdoen. Maar eerst wil ik graag de tweede reden onderzoeken waarom zovelen van ons hun eigen manier van kijken opgeven en meegaan in de gaslighttango. De Drang tot Versmelting Degenen onder ons die vatbaar zijn voor gaslighten, lijken één ding gemeenschappelijk te hebben. Hoe sterk, intelligent of bekwaam we ook zijn, we voelen de dringende behoefte aan de bevestiging van de gaslighter die we op een voetstuk hebben geplaatst. Zonder deze bevestiging kunnen we onszelf niet zien als de goede, capabele en lieve persoon die we zo graag willen zijn. We hebben de bevestiging van onze gaslighter nodig en zijn daarom bang dat er een afstand tussen ons zal ontstaan. Daarom voelen we ons niet op ons gemak wanneer wij en onze geliefde niet op één lijn zitten, of wanneer we een andere voorkeur hebben dan hij. Marian was een sensuele vrouw van begin veertig met lichtblond haar en grote, blauwe ogen. Ze had de leiding over een klein kantoor en was al enkele jaren verwikkeld in een gaslightrelatie met haar vriendin Sue. Op een keer vroeg ik Marian om de meningsverschillen tussen haar en Sue te omschrijven en dat bezorgde haar bijna een paniekaanval. ‘Als ik alleen al denk aan onze meningsverschillen,’ zei Marian, ‘dan voelt het al alsof de grond onder me vandaan valt en ik ergens in de ruimte rondtol zonder zwaartekracht of iets wat me terug kan brengen naar aarde.’
Ook hier geldt dat reacties kunnen verschillen. Marian en Sue vonden het heel lastig om van mening te verschillen, of het nu over mode, politiek, vrienden en bekenden, of zelfs hun eigen families ging. Ooit maakten ze urenlang ruzie over de vraag of Marian al dan niet te veroordelend was tegen haar moeder, terwijl haar moeder in een andere staat woonde en Sue haar nog nooit had ontmoet. Toch vonden beide vrouwen het heel erg belangrijk dat ze het in ieder geval een beetje eens werden, omdat ze er niet tegen konden dat ze Marians gedrag verschillend interpreteerden. Binnen sommige gaslightrelaties is het niet erg om over bepaalde onderwerpen van mening te verschillen, maar over andere kwesties blijkt dit dan weer niet te kunnen. Soms worden meningsverschillen die de ene dag nog veilig aanvoelden de volgende keer heel gevaarlijk terrein. In veel gevallen hangt het tolerantievermogen voor verschillen nauw samen met de stress en het gevoel van veiligheid die beide partners ervaren. Als het beide partners goed gaat, dan kunnen ze elkaar meer de ruimte geven. Voelt een van de twee – of allebei – zich kwetsbaar, dan vraagt dit meer ‘loyaliteit’, oftewel onvoorwaardelijke overeenstemming, naar elkaar toe. Als een gaslightee angstig en nerveus wordt van onenigheid en afkeuring, dan reageert zij doorgaans op een van deze twee manieren: ze stelt zichzelf snel op één lijn met haar partner, echtgenoot, vriend of baas. Ze geeft dan haar eigen kijk op de dingen zo snel mogelijk op om de ander voor zich te winnen en zichzelf te bewijzen dat ze een goed, capabel en lief persoon is. Of ze probeert de gaslighter over te halen, met behulp van argumenten of emotionele manipulatie, om de dingen vanuit haar standpunt te zien, zodat ze zich weer veilig en gewaardeerd weet. Zo probeerde Trish wanhopig om haar man Aaron ervan te overtuigen dat ze goed met geld kon omgaan. Ze vond het heel erg dat hij haar financieel onbekwaam vond en ging eindeloze discussies met hem aan, omdat ze zijn negatieve kijk op haar niet kon verdragen. Met argumenten probeerde ze haar man van haar gelijk te overtuigen. Marian daarentegen gebruikte emotionele manipulatie. Ze kon zomaar midden in een discussie gaan huilen en tegen Sue zeggen dat ze zich zo alleen voelde. Of ze riep ineens uit hoeveel Sue voor haar betekende en hoe belangrijk hun vriendschap voor haar was, alsof meningsverschillen hun onderlinge band zouden kunnen beschadigen. Hoewel Trish en Marian hun angst en bezorgdheid verschillend uitten, waren ze allebei bang dat ze de bevestiging van een dierbare zouden
kwijtraken, dat hun onderlinge band zou verdwijnen en ze helemaal alleen zouden komen te staan wanneer ze er een andere mening op na hielden. Ze hadden er allebei bijna alles voor over om het gevoel van verbondenheid met een ander te beschermen, ook al richtten ze zichzelf hiermee te gronde.
Jouw aandeel in de tango Dans je de gaslighttango? Kijk of je iets kunt leren door de volgende vragen te beantwoorden.
De tango dans je met zijn tweeën: ben je een gaslightee aan het worden? 1. Je moeder belt je al weken omdat ze met je wil lunchen, maar je agenda zit bomvol: je hebt een nieuwe vriend, bent herstellende van een griep en op je werk liggen allerlei deadlines op je te wachten. Je hebt gewoon geen tijd. Ze zegt: ‘Blijkbaar maakt het je niet uit hoe het met mij gaat. Leuk hoor, dat ik zo’n egoïstische dochter heb grootgebracht!’ Waarop jij zegt: a. ‘Hoe kun je nu zeggen dat ik egoïstisch ben? Zie je dan niet dat ik het heel erg druk heb?’ b. ‘Het spijt me, mam. Je hebt gelijk. Ik ben een slechte dochter, het spijt me.’ c. ‘Mam, ik vind het heel lastig om met je te praten als je me zo uit de hoogte toespreekt.’ 2. Je beste vriendin heeft – voor de zoveelste keer – op het allerlaatste moment afgezegd. Je verzamelt al je moed en zegt tegen haar: ‘Je zegt zo vaak af, ik ben het helemaal zat. Nu zit ik zaterdagavond weer in mijn eentje thuis. Ik ben ook boos, want als ik het eerder had geweten had ik met iemand anders kunnen afspreken. En ik mis je ook gewoon!’ Met een warme, bezorgde stem antwoordt je vriendin: ‘Ik wilde het je eigenlijk al eerder zeggen, maar ik denk dat je te veel aan mij hangt. Ik voel me nogal ongemakkelijk als ik met iemand samen ben die zo afhankelijk is.’
Waarop jij zegt: a. ‘Ik ben niet afhankelijk. Hoe kun je dat zeggen? Ik doe voortdurend dingen in mijn eentje! Ik vind het gewoon niet leuk wanneer je zo kort van tevoren afzegt, dat vind ik vervelend!’ b. ‘Jee, doen we daarom niets meer samen? Dan moet ik daar maar eens naar kijken. Het spijt me dat ik je tot last ben.’ c. ‘Ik zal er eens over nadenken. Maar wat is de link tussen jouw afzeggen op het allerlaatste moment en mijn afhankelijkheid?’ 3. Er ligt de laatste tijd heel veel druk op je baas en je vindt dat jij hier de dupe van bent. Ze prijst je af en toe wel de hemel in, maar andere keren lijkt het wel of je een moord hebt begaan terwijl het over iets kleins gaat. De afgelopen tien minuten heeft ze je de les gelezen over het lettertype dat je hebt gebruikt voor het laatste marktonderzoek, omdat dit niet overeenkomt met het standaardlettertype van het bedrijf. ‘Ik heb al een zware baan, waarom doe je zo je best om het nog moeilijker te maken?’ vraagt ze. ‘Vind je dat je recht hebt op een speciale behandeling? Of heb je een of ander autoriteitsprobleem?’ Waarop jij zegt: a. ‘Doe normaal, zeg, het is maar een lettertype!’ b. ‘Ik weet niet wat er de laatste tijd met me aan de hand is. Misschien zijn er een aantal dingen waar ik beter naar moet kijken.’ c. ‘Sorry dat ik me niet aan het protocol heb gehouden.’ (terwijl je denkt: ik haat het als je zo tegen me schreeuwt). 4. Je vriend is de hele avond al humeurig en teruggetrokken. Uiteindelijk snauwt hij: ‘Ik snap niet waarom je mijn geheimen aan iedereen rondbazuint.’ Als je vraagt wat hij bedoelt, komt het verhaal eruit. Tijdens een feestje met zijn collega’s heb je iemand verteld dat jullie samen op een cruise naar de Caraïben willen gaan. ‘Het gaat niemand wat aan waar wij heen gaan! Mensen halen zich hierdoor van alles in hun hoofd: hoeveel geld ik verdien, hoeveel ik verkoop, en dat gaat ze helemaal niets aan. Mijn privacy en aanzien kunnen je blijkbaar niets schelen.’ Waarop jij zegt: a. ‘Doe normaal, zeg. Het is een vakantie, wat maakt het uit?’ b. ‘Ik wist niet dat het zo gevoelig lag. Ik vind het heel stom van mezelf.’
c. ‘Het spijt me dat je het vervelend vindt. Wat kijken wij toch anders tegen dingen aan, vind je ook niet?’ 5. Jij en je man zijn al uren over hetzelfde aan het discussiëren. Je had beloofd zijn kleren bij de stomerij op te halen en bent het vergeten. Nu heeft hij geen schoon pak om morgen mee te nemen op zakenreis. Je zegt dat het je spijt, dat je het niet expres hebt gedaan en dat je vijf minuten na sluitingstijd voor de deur stond. Waarop hij zegt dat je altijd te laat bent als je iets voor hem moet doen en dat dit niet de eerste keer is dat je iets in het honderd laat lopen. Je geeft toe dat je vaak te laat bent, maar dat dit niet tegen hem persoonlijk is gericht. Hij beschuldigt je ervan dat je zijn reizen probeert te dwarsbomen zodat hij bij jou thuis blijft. Of misschien ben je wel jaloers op zijn nieuwe medewerker. Of misschien ben je je eigen baan zat en ben je jaloers op hem omdat hij zijn werk zo leuk vindt. Waarop jij zegt: a. ‘Hoe kun je dit soort verschrikkelijke dingen zeggen?! Zie je niet dat ik heel erg mijn best doe? Zou ik een uur eerder stoppen met werken om jou te helpen als ik je zou willen dwarszitten?’ b. ‘Misschien heb je wel gelijk. Waarschijnlijk probeerde ik zo wraak te nemen voor iets wat je hebt gedaan.’ c. ‘Jij hebt jouw kijk op hoe ik de dingen doe, en ik die van mij. Laten we voor nu zeggen dat we hier allebei anders over denken.’ Dans jij de gaslighttango? Is je antwoord a, dan zit je verstrikt in een onophoudelijke discussie met je gaslighter – een discussie die je nooit kunt winnen. Doordat je de bevestiging van je gaslighter zoekt, geef je hem de macht om je ‘gek te maken’. Zelfs als je gelijk hebt, zou je kunnen nadenken over een manier om niet in te haken, zodat de dans stopt. Is je antwoord b, dan heeft het er alle schijn van dat je gaslighter je al van zijn gelijk heeft overtuigd. Omdat je zijn bevestiging zo graag wilt, ben je bereid zijn mening te delen, ook al gaat dit ten koste van je gevoel van eigenwaarde. Maar ook al heb je iets verkeerd gedaan, dan nog hoef je het niet eens te zijn met de negatieve kijk van je gaslighter. Lees verder. Ik zal je helpen bij het terugvinden van je eigen standpunten en van een gezond en positief zelfbeeld.
Is je antwoord c, dan feliciteer ik je! Dit zijn fantastische antwoorden, waarmee je op een stijlvolle manier een einde maakt aan de gaslighttango. Je geeft nu meer om je eigen beleving van de werkelijkheid dan om de bevestiging van je gaslighter. Je bezit de kracht om uit ruzies en woordenwisselingen te stappen en het gaslighten te onderbreken. Je bent goed op weg om jezelf te bevrijden van het gaslighteffect. Maak je hoe dan ook geen zorgen, wat je ook hebt geantwoord, a, b of c. Dit boek bevat heel veel specifieke richtlijnen waarmee je uit de gaslighttango kunt stappen. Zolang een deel van jezelf nog vindt dat het de gaslighter nodig heeft om je een beter gevoel over jezelf te geven, om je zelfvertrouwen te vergroten of je plek in de wereld te kunnen bepalen, dan ben je nog altijd ontvankelijk voor gaslighten. Laten we daarom nog een laatste aspect waardoor we in die gevaarlijke gaslighttango verwikkeld raken onder de loep nemen.
De Valkuil van Empathie Empathie is het vermogen om je in te leven in wat een ander voelt door jezelf in die ander te verplaatsen. Als mijn vriendin vertelt dat er iets te zien is op de röntgenfoto van haar borst, als mijn kind op school wordt gepest of als de sponsoring van mijn partner niet doorgaat, vind ik dat meer dan jammer. Dan deel ik hun angsten, hun gekwetste gevoelens en frustraties doordat ik de verbinding leg met hoe ik me voelde toen ik bang, gefrustreerd of teleurgesteld was. En als ik hoor dat mijn vriendin gezond blijkt, dat mijn kind nieuwe vrienden heeft of dat mijn partner promotie heeft gemaakt, dan deel ik in hun vreugde. In heel veel situaties is empathie de mooist denkbare kwaliteit: de balsem die verdriet draaglijk maakt, het geschenk dat vreugde verdriedubbelt. Idealiter stroomt empathie tussen twee mensen die een hechte, intieme relatie hebben. Het zorgt ervoor dat we ons minder alleen voelen en verzekert ons ervan dat we geliefd en gezien worden. Maar soms kan empathie – jammer genoeg – een valkuil zijn, zeker in een gaslightrelatie. Juist je vermogen tot empathie, en je eigen behoefte eraan, kunnen je vatbaar maken voor het gaslighteffect.
Katie was bijvoorbeeld een van de meest empathische mensen die ik ooit heb ontmoet. Ze leek heel zuiver afgestemd op wat alle dierbare mensen om haar heen voelden en ze kon vrij nauwkeurig zeggen hoe een bepaalde gebeurtenis hen zou raken. Als ze vroeg of we een afspraak konden verzetten, verontschuldigde ze zich voor het ongemak op een manier waaruit bleek dat ze heel goed doorhad wat mijn en wat haar eigen behoeften waren. Ik besefte dat deze eigenschap haar tot een fantastische vriendin en partner maakte. Maar ik zag ook dat Katies empathie ervoor zorgde dat ze het heel moeilijk vond om bij haar eigen standpunten te blijven en niet die van haar vriend over te nemen. ‘Ik begrijp wel waarom Brian zo van streek raakt als ik met de man van onze delicatessenwinkel praat’, zei ze. ‘Volgens mij is hij bang dat ik bij hem wegga. Ik vind het heel verdrietig om te zien hoe bang hij is. Ik kan er niet tegen.’ Katie werd vaak zo overmand door de angst van haar vriend dat ze haar eigen beleving tijdens dat gesprekje en wat het eigenlijk te betekenen had, volledig over het hoofd zag. Ze voelde zich zo genoodzaakt om de dingen vanuit Brians standpunt te bekijken, dat ze haar eigen zienswijze volledig uit het oog verloor. Jammer genoeg beschikte Brian niet over dezelfde dosis empathie. Hij waardeerde Katies antwoord, haar grote begrip was een van de redenen waarom hij zo aan haar gehecht was. Maar hij reageerde niet overeenkomstig. Bijna nooit – als hij het al deed – dacht Brian: ik zie hoe goed het Katie doet als iemand haar toelacht, ze wordt er blij van en het geeft haar een gevoel van zekerheid. Of: Ik zie hoe van streek Katie raakt als ik tegen haar schreeuw, hoe onveilig en ongemakkelijk het voor haar is. Meestal was Brain zich alleen bewust van zijn eigen behoeften en gevoelens. Vanuit hem gezien betekende focussen op Katies gevoelens de verwaarlozing van die van hemzelf. Toegeven dat zij de dingen anders kon beleven dan hij, was hetzelfde als toegeven dat zijn gevoelens niet klopten. Hij kon geen empathie voor haar voelen zonder een gevoel van verslagenheid. Het voelde alsof hij alle hoop had opgegeven dat zijn eigen standpunt begrepen en gerespecteerd zou worden. Het kan zijn dat Brian echt niet in staat was om zich in te leven in andermans gevoelens. Misschien was hij bang voor zijn eigen inlevingsvermogen, omdat hij vermoedde dat deze eigenschap zijn ondergang zou betekenen. Tijdens een van de weinige parensessies zei hij: ‘Ik zou niet weten waarom ik de dingen altijd van haar uit zou moeten bekijken, het is nooit eens van mij uit! En als ik het toch doe, dan krijgt zij altijd haar zin.’
Binnen deze gaslightdynamiek, werd Katies empathie een soort valkuil. Ze wilde de dingen vanuit het standpunt van haar vriend bekijken, maar andersom was dit niet het geval. Als ze woorden hadden, dan gaf ze hem veel ruimte om zijn kant van het verhaal te vertellen, terwijl hij dit nooit bij haar deed. Door met Brian mee te leven voelde Katie zich een gevoelig en liefdevol persoon. Brian daarentegen voelde zich zwak en verslagen wanneer van hem gevraagd werd om zich in te leven in Katie. Doordat Katie zo compulsief empathisch was en de dingen door de ogen van Brian wilde zien, verwaarloosde ze haar eigen gevoelens en standpunten. Katie was niet alleen empathisch, ze was ook nog eens wanhopig op zoek naar empathie, naast de bevestiging die ze zo graag wilde, omdat ze zich alleen dankzij die bevestiging een goede, loyale vriendin kon voelen en niet de flirtende, ontrouwe vrouw die ze volgens Brian was. Haar behoefte aan Brians empathie en bevestiging was zo groot, dat haar vermogen tot helder denken erdoor leek te worden aangetast. Ze wilde niets liever dan dat Brian de dingen vanuit haar standpunt zou zien en dat zij zijn goedkeuring kon wegdragen, en hierdoor had ze grote moeite met hun onenigheden en verdeeldheid. Voor haar betekende liefde volledig begrip en onvoorwaardelijke acceptatie, niets meer en niets minder. Zonder die liefde, zo dacht Katie, zou ze zich volkomen waardeloos, verlaten en alleen voelen. Deze wanhopige behoefte aan bevestiging, begrip en liefde, maakten Katie voortdurend ontvankelijk voor Brians gaslighten. Op een keer vroeg ik Katie of ze kon accepteren dat haar vriend mogelijk nooit zou begrijpen waarom vriendelijk en open zijn zo belangrijk voor haar is. Misschien zou hij wel kunnen stoppen met alle beledigingen aan haar adres, stelde ik voor, maar dan nog zou hij er altijd anders over kunnen blijven denken. Katies mond viel open. ‘Maar Brian houdt van me,’ protesteerde ze. ‘Hij doet alles voor me.’ ‘Dat kan,’ antwoordde ik, ‘maar gevoelens en handelingen uit liefde zijn niet hetzelfde als begrijpen. Soms houden we van mensen zonder dat we kunnen voelen wat zij voelen. Soms zijn we het niet eens met iemands handelen, beslissingen of meningen, ook al hebben we al een lange liefdesrelatie.’ Katie keek me aan alsof ik Chinees sprak. ‘Dat is geen liefde,’ zei ze ten slotte. ‘Als je van iemand houdt, dan begrijp je hem, dan voel je wat de ander voelt. En je vindt de ander geweldig! En zo ziet Brian mij ook, alleen
niet altijd.’ Ze vertelde verder over de keren dat ze doodmoe thuiskwam van werk en hij haar een voetmassage gaf, iets wat ze me al vaker had verteld. ‘Hij wist precies wat ik nodig had en gaf me dat ook!’ zei ze iedere keer nadat ze dit verhaal had verteld. ‘Toen wist ik hoeveel ik voor hem beteken en dat hij altijd voor mij zou blijven zorgen.’ Omdat die herinnering haar zo dierbaar was, bleek Katie bereid om alle beledigingen en het getier van Brian te ondergaan, in de hoop dat die paar speciale momenten op een goede dag zouden terugkeren. En dat zou dan zijn wanneer zij zeker wist dat hij haar ‘begreep’ en er altijd voor haar zou zijn. Hoe bevrijd je je uit de Valkuil van Empathie? Kijk eens naar de volgende suggesties. Bevrijd jezelf uit de Valkuil van Empathie Verhelder je eigen denken en voelen. In een gaslightrelatie ben je vaak helemaal gefocust op de standpunten van je partner. Vaak zodanig dat je je eigen kijk op de dingen vergeet. Maak de volgende zinnen met betrekking tot een relatie waarover je je zorgen maakt af. Blijf volledig bij hoe jij de dingen ziet. Ik stel voor dat je je zinnen opschrijft, ze hardop uitspreekt, of allebei. Het kan een hulp zijn om je eigen standpunten daadwerkelijk te horen en te zien, en niet alleen te denken! In deze relatie wil ik … Iets wat ik zou willen veranderen is … Ik kan er niet tegen wanneer … In essentie zie ik mezelf als … Ik vind het leuk als mensen … Hoe voelde het om deze zinnen af te maken? Mocht je in paniek zijn geraakt, maak je dan geen zorgen. Dat geeft alleen maar aan hoe nieuw het voor je is om je volledig op je eigen manier van kijken te richten. Probeer bij de gevoelens en zienswijze die omhoogkomen te blijven. Misschien vind je het makkelijker om deze grote vragen eenvoudiger en concreter aan te pakken: Er is één ding dat ik mijn vriend deze week graag zou zien doen, namelijk …
Morgen zou ik graag willen dat er één ding verandert, namelijk … Eén ding dat ik leuk vind aan mezelf is … Je kunt je gevoelens ook tekenen als je dat liever doet, of een combinatie gebruiken van woord en beeld. (Zie Appendix A voor een lijst met ‘gevoelswoorden’.) Vind je ‘ideale adviseur’. Visualiseer een wijs persoon die je volledig vertrouwt. Dat kan iemand zijn die je kent, maar ook de ideale adviseur die je graag zou willen hebben. Je kunt een echt mens visualiseren, maar ook een magische of spirituele gids en zelfs een dier. Neem deze gids in gedachten terwijl hij aanwezig is bij een recente vervelende aanvaring met je gaslighter. Hij of zij bekijkt alles wat er gebeurt met grote helderheid. Beeld je in dat je na afloop van het incident bij deze gids op bezoek gaat. Wat zegt hij of zij over wat er gebeurde? Wat is het advies van je gids? Praat met iemand die je vertrouwt. Als je een vriend(in) of familielid hebt die je echt vertrouwt, kun je diegene uitleggen dat je een oefening doet om te leren ontdekken wat je eigen standpunten zijn. Probeer diegene heel precies te vertellen hoe je over een zorgelijke situatie waarbij je gaslighter betrokken is denkt. Vraag of diegene je op een vriendelijke manier wil onderbreken – bijvoorbeeld door een hand op te steken – wanneer hij of zij merkt dat je je eigen standpunten inruilt voor die van een ander, met name die van je gaslighter. De bedoeling is dat je eigen gedachten en gevoelens helder worden zonder een ander te raadplegen. Zorg ervoor dat degene met wie je bent zijn of haar eigen mening achterwege laat! Als je per se wilt weten hoe je vriend(in) of familielid erover denkt, dan kun je een dag of twee daarna afspreken om de oefening te bespreken. Probeer 24 uur te leven met alleen je eigen mening. De gaslighttango kan een heel verleidelijke dans zijn, maar inmiddels weten we dat je er een prijs voor betaalt. Weten hoe je uit de dans kunt stappen zal je goed doen. Dit geldt wanneer gaslighten maar een klein deel van je leven uitmaakt én als het de centrale dynamiek in je relaties is. In de volgende drie hoofdstukken worden concrete manieren waarmee je jezelf kunt bevrijden van alle vormen van gaslighten behandeld, van schijnbare onbenullige tot allesbepalende, terwijl we gaslight fases 1, 2 en 3 verder onderzoeken.
HOOFDSTUK 3
Fase 1: ‘Waar heb je het over?’
Je hebt een afspraakje met een man en jullie gaan samen naar de film. Voor de film begint merk je dat je dorst hebt en je zegt: ‘Sorry, ik heb heel erge dorst. Ik ben zo terug.’ Je loopt naar de wc, neemt een paar slokken uit de kraan en gaat weer terug. Terwijl je weer gaat zitten, kijkt hij je bozig aan. ‘Waar kom je vandaan?’ zegt hij verbolgen. ‘Hoe kun je zo onattent zijn?’ Ik heb hier bijna twintig minuten in mijn eentje gezeten. Ik zat me rot te vervelen.’ Waarop je verrast zegt: ‘Ben ik zo lang weggeweest?’ De film is nog niet eens begonnen en zo lang van tevoren waren jullie er niet. ‘Misschien heb je niet op de tijd gelet, maar ik wel,’ zegt je afspraakje. Dan dimmen de lichten en legt hij zijn arm lief om je heen, en daar hou je zo van. ‘Welke parfum heb je op? Die moet je altijd opdoen,’ fluistert hij romantisch in je oor. De rest van de avond hebben jullie het heel fijn samen en je beseft weer waarom je hem zo aardig vindt. De volgende dag vertel je je beste vriendin over het afspraakje en ben je het voorval met het waterdrinken helemaal vergeten. Je hebt net kennisgemaakt met je nieuwe leidinggevende en zij lijkt fantastisch. Ze nodigt je tijdens haar eerste week uit voor een lunch en geeft je voortdurend complimenten over je werk. Je hebt je nooit zo gewaardeerd gevoeld en je kunt niet wachten om haar te laten zien wat je allemaal in je mars hebt nu je de kans krijgt. Maar op een dag verslaap je je en kom je 45 minuten te laat op je werk. Je verontschuldigt je in alle talen, je nieuwe baas glimlacht en zegt dat ze het wel begrijpt. Met een zoete stem zegt ze: ‘Als we ons bedreigd voelen proberen we dat wat ons dit gevoel geeft soms te vermijden. Vertel me eens precies wat jij zo bedreigend vindt aan je huidige werksituatie. Ik zal mijn best doen om je meer op je gemak te laten voelen.’
Je zegt dat je de wekker per ongeluk verkeerd hebt gezet (maar houdt je mond over het late feestje de avond ervoor), maar wat je verder ook zegt, ze kijkt je alleen maar glimlachend aan. ‘Jammer dat je niet eerlijk tegen me durft te zijn,’ zegt ze wanneer ze je eindelijk weer naar je bureau laat gaan. ‘Mocht je van gedachten veranderen, mijn deur staat altijd voor je open.’ Ze kan niet aardiger zijn, maar jij voelt je totaal niet op je gemak, alleen begrijp je niet goed waarom. Als je baas je later die dag de opdracht geeft waarop je al maanden zit te hopen, dan beloof je jezelf dat je nooit meer te laat zult komen en zet je het voorval uit je hoofd. De familie plant een feest ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van een favoriete oom en je belt je tante Jannie om te vragen wat je mee zult nemen: ‘O, maar je hebt het al zo druk met werk,’ zegt ze, ‘waarom neem je niet wat brood mee van een goede bakker? Dan hoef je niets te maken.’ Je zegt dat je het heel leuk vindt om iets te eten te maken voor oom Henk, maar tante Jannie wil het absoluut niet hebben en dus besluit je om brood mee te nemen. Maar de dag voor het feest belt tante Jannie je op kantoor. ‘Je moeder vertelde me net dat je een heerlijke chocoladehazelnoottaart hebt gemaakt voor je vaders verjaardag. Henk is gek op chocolade, kun je nu niet ook zo’n taart maken?’ Je legt uit dat je voor die taart heel veel ingrediënten in huis moet halen en dat het uren werk is. Er loert een strakke deadline op je werk en daarom heb je inmiddels geen tijd meer om boodschappen te doen en te koken. ‘Maar je zei dat je juist iets wilde maken,’ antwoordt tante Jannie teleurgesteld. Als je aanbiedt om een taart bij de banketbakker te halen, zegt ze met een zucht: ‘Doe dat dan maar. Hij zal wel niet zo lekker zijn als jouw speciale taart, maar dat geeft niet. Ik zou het nooit gevraagd hebben als ik had geweten hoe druk je bent.’ Je hangt verward op. Je hebt aangeboden om zelf iets te maken en je had het heerlijk gevonden om iets speciaals voor je favoriete oom Henk te maken. Hoe heeft het dan kunnen gebeuren dat je nu zowel hem als tante Jannie zo teleurstelt? Fase 1 betreden: een cruciaal keerpunt
Het lastige met de fase 1 van gaslighten is dat het om zulke kleine dingen gaat. Een klein misverstand, een ongemakkelijk moment, een humeurige opmerking of een nietszeggend meningsverschil. Als je niet weet dat gaslighten een bepaalde vorm van gedrag is, dan vallen deze schijnbaar onbelangrijke incidenten niet eens op. Zelfs als je wel op de hoogte bent van gaslighten, kan het lastig zijn om erachter te komen of dit soort incidenten kleine, op zichzelf staande incidenten zijn die verder niets om het lijf hebben, problemen die jij veroorzaakt hebt, of waarschuwingen die wijzen op een destructief patroon. Hoe dan ook blijkt het gaslighten in fase 1 vaak een cruciaal keerpunt in een relatie. Soms kan het in een relatie dan twee kanten opgaan: het gaslighten in, of juist eruit. Dit hangt af van de gaslightees respons. Dus als je op een duidelijke, besliste manier weigert om mee te gaan in de fase 1 van gaslighten, dan kan het goed zijn dat je deze tendens al in het begin doorbreekt en jullie een gezonde relatie kunnen opbouwen. (Geen zorgen. Ik zal je later in dit hoofdstuk precies laten zien hoe je uit fase 1 van gaslighten kunt stappen.) Soms begint het gaslighten binnen een relatie nadat deze weken, maanden of zelfs jaren heel gezond is geweest. Door jullie gezamenlijke geschiedenis kan het een stuk moeilijker worden om te beseffen dat je echtgenoot, vriend of baas je aan het gaslighten is. Maar hoe eerder je dit beseft en stopt om het patroon te voeden, hoe groter de kans op herstel van een voorheen gezonde relatie. Het kan ook zijn dat je al vroeg besluit, en dus met minder pijn en verdriet, dat deze nieuwe of bestaande relatie voor jou niet (langer) werkt, wanneer je de kenmerken van fase 1 van gaslighten herkent. Je kunt de verhouding verbreken, een vriendschap op een vriendelijke manier beeindigen of in ieder geval wat meer afstand nemen. Als je niet om je gaslighter heen kunt, omdat het een familielid, je baas of een collega is, dan kun je het contact beperken en je emotionele betrokkenheid verminderen. Wanneer je het gaslighten al in deze vroege fase weet te herkennen, word je je ook beter bewust van je eigen neiging om de gaslighttango mee te dansen. Dit is het juiste moment om de reacties die jou vatbaar maken voor gaslighten te herzien. Nu is het gaslighten namelijk nog op een hanteerbaar niveau en je zelfbeeld nog redelijk intact. Laten we nu eens kijken naar enkele signalen die erop duiden dat je in fase 1 van gaslighten bent aanbeland. Zoals je zult zien, zijn sommige
kenmerken met elkaar in tegenspraak en kunnen ze allemaal op veel verschillende manieren worden uitgelegd. Maar als er sprake is van een angstig of verdrietig gevoel van herkenning tijdens het doorlezen van deze lijst en ook wanneer er alarmbellen afgaan, dan moet je opletten. Zo’n heftige respons kan een manier zijn om jezelf te laten weten dat je fase 1 van gaslighten hebt betreden. Signalen die aangeven dat je in fase 1 bent aanbeland Met een geliefde of echtgenoot • • • • • • • • • • • • •
Jullie hebben vaak ruzie over wie gelijk en wie ongelijk heeft. Je merkt dat je steeds minder rekening houdt met wat jij leuk vindt en je vaker afvraagt of hij soms gelijk heeft. Je begrijpt niet waarom hij zo vaak veroordelend is tegen jou. Je hebt vaak het idee dat hij de werkelijkheid verdraait: hij herinnert zich of beschrijft dingen heel anders dan ze werkelijk zijn gebeurd. Je snapt vaak niets van zijn manier van kijken. Je vindt dat jullie een heel goede relatie hebben, ‘met uitzondering van’ die op zichzelf staande incidentjes die maar door je hoofd blijven spoken. Als je de standpunten van je vriend of man aan je vrienden en vriendinnen vertelt, kijken ze je aan alsof jij gek geworden bent. Als je probeert te beschrijven wat je dwarszit in de relatie – aan anderen of jezelf – dan kun je niet goed aangeven wat het probleem is. Je vertelt al die kleine incidenten waarover je je zorgen maakt niet aan je vrienden/vriendinnen, je negeert ze liever. Je maakt vrienden met mensen die vinden dat je een heel goede relatie hebt. Je vindt dat hij veel weet en de touwtjes goed in handen heeft in plaats van dat hij belerend en veeleisend is. Je vindt hem betoverend en romantisch in plaats van onbetrouwbaar en onberekenbaar. Je vindt hem redelijk en behulpzaam, maar je vraagt je af waarom je dan toch geen beter gevoel hebt over de relatie.
• • •
Je voelt je geborgen en veilig bij hem en je wilt dat gevoel van veiligheid niet opgeven omdat hij af en toe zo naar doet. Als hij bezitterig, humeurig of in gedachten verzonken is, besef je hoe moeilijk hij het heeft en wil je het hem naar de zin maken. Je spreekt hem ergens op aan, maar hij reageert er niet op. Je blijft echter hopen dat dit zal veranderen.
Met een leidinggevende of baas • • • • • • • •
Je baas spreekt je voortdurend aan over jezelf en meestal op een negatieve manier. Je baas prijst je waar je bij staat, maar je hebt het gevoel dat hij je achter je rug probeert te ondermijnen. Je hebt het gevoel dat je niets goed kan doen in de ogen van je baas. Je vond altijd dat je goed was in je werk en nu niet meer. Je kijkt altijd wat je collega’s ergens van vinden. Na je werk speel je alle gesprekken met je baas opnieuw in je hoofd af. Als je de gesprekken met je baas in je hoofd opnieuw afspeelt, kom je er niet achter wie er gelijk heeft. Als je de gesprekken met je baas in je hoofd opnieuw afspeelt, kun je je niet meer herinneren wat hij zei, maar je weet nog wel dat je je aangevallen voelde.
Met een vriendin • • • • • •
Jullie zijn het vaak oneens. Iedere onenigheid lijkt een persoonlijke kwestie, ook al gaat het niet over jou. Je vindt de manier waarop je vriendin je ziet vaak niet leuk en je probeert haar vaak van mening te laten veranderen. Je vermijdt sommige gespreksonderwerpen. Je voelt je op je plaats gezet door je vriendin. Je merkt dat je geen zin hebt om een afspraak met haar te maken.
Met familie
• • • •
• • • •
De manier waarop je ouders of familieleden je zien, stemt niet overeen met je eigen kijk op jezelf en dat willen ze laten weten ook. Je broer(s)/zus(sen) beschuldigen je voortdurend van gedrag of een houding dat/die je in je eigen ogen niet hebt. Je broer(s)/zus(sen) hebben een ander beeld van jou en zichzelf dan jij en ze doen hun best om je te overtuigen van hun gelijk. Je broer(s)/zus(sen) houden vol dat je je nog steeds gedraagt als het kind van vroeger. Als je de jongste bent, dan zeggen ze dat je je nog steeds als een baby gedraagt, ben je de oudste dan doen ze alsof je nog altijd de baas over hen speelt. Je bent jezelf vaak aan het verdedigen. Je hebt het gevoel dat wat je doet nooit goed genoeg is. Je voelt je net een stout kind wanneer je ergens om vraagt. Je hebt vaker wel dan niet last van schuldgevoelens.
Wie is er gek, ik of de ander? Ik ben nog weleens bang tijdens het vliegen, hoewel ik verstandelijk weet dat de kans op een vliegtuigongeluk statistisch gezien veel kleiner is dan de kans op een ongeluk wanneer ik autorijd. Toch weet ik bij een klein beetje turbulentie al zeker dat we neerstorten. Ik weet dat de kans heel klein is, maar stel dat het toch zo is? Wanneer luister ik wel naar mijn gevoelens en wanneer zeg ik tegen mezelf dat ik ze moet negeren? Gelukkig kreeg ik jaren geleden toen ik met dit dilemma worstelde, goede raad van een oude vriendin. ‘Let op de stewardessen,’ zei ze. ‘Zij weten altijd wat er aan de hand is. Als zij rustig zijn, kun jij ook ontspannen en die nerveuze gevoelens onder in je buik negeren. Maar als ze voortdurend naar elkaar kijken en van die fluistergesprekjes hebben, dan moet je je zorgen gaan maken.’ Ik denk vaak aan het advies van mijn vriendin wanneer mijn cliënten aan mij vragen hoe ze kunnen merken of ze gegaslight worden. Want iedere relatie kent ongemakkelijke momenten en iedereen heeft zijn tekortkomingen. Dus hoe zit het als je vriend het verschrikkelijk vindt om alleen in de bioscoop achtergelaten te worden? Als je baas net iets te hard tekeergaat wanneer je te laat op je werk komt? Of als je oude tante Jannie haar zenuwen
in verband met de verjaardag van haar man tegenover jou uit? Op zichzelf gezien stellen de voorvallen die ik aan het begin van dit hoofdstuk geef niet veel voor; gewoon een beetje turbulentie en een paar schokken. Maar soms duidt zo’n waarschuwingssignaal wel op gevaar en dan zou je gek zijn om het te negeren. Mijn advies is daarom: let op de stewardessen. Zoek een goede graadmeter – andere mensen, je gevoel, je innerlijke stem – om erachter te komen of je bezorgdheid terecht is, of dat je deze keer geen aandacht hoeft te schenken aan het gevoel. Enkele stewardessen die op mogelijk gevaar duiden • • • • • • • • • •
Je voelt je regelmatig ontdaan of verward. Nare of rusteloze dromen. Je maakt je zorgen omdat je je de details van wat er gebeurde tussen jou en je gaslighter niet kunt herinneren. Lichamelijke signalen: een steen in je maag, benauwd gevoel in de borst, zere keel, darmproblemen. Gevoel van angst of grote alertheid als hij belt of thuiskomt. Je doet extra je best om jezelf en je vrienden/vriendinnen ervan te overtuigen dat de relatie met je gaslighter geweldig is. Je hebt het gevoel dat de manier waarop je je laat behandelen ingaat tegen je integriteit. Goede vrienden/vriendinnen en familieleden die je vertrouwt, spreken regelmatig hun bezorgdheid uit. Je vermijdt je vrienden/vriendinnen of weigert met hen over je relatie te praten. Je hebt nog maar weinig plezier in je leven.
Fase 1 van gaslighten is verraderlijk. Er hoeft helemaal geen sprake te zijn van de signalen die we doorgaans associëren met emotionele mishandeling, zoals beledigingen, gemene opmerkingen, kleineren of overheersend gedrag. Ook de Emotionele Apocalyps kan in fase 1 achterwege blijven, die kan later komen. Maar gaslighten is ook in deze vroege fase heel ontwrichtend en ondermijnend, omdat we zo naar de bevestiging van de gaslighter zoeken en
we hem mogelijk al op een voetstuk hebben geplaatst. We hebben voor onszelf besloten dat deze man ‘ons door en door kent’ en als hij negatief over ons denkt, dan moet hij wel gelijk hebben. Dus gaan we met hem in discussie, onderling of in ons eigen hoofd, in de hoop te bewijzen dat zijn kritiek niet klopt en dat we toch echt een goed mens zijn. Doordat we ons helemaal richten op het krijgen van zijn bevestiging, zien we niet meer zo helder dat zijn gedrag niet in de haak is. Het vage gevoel dat er iets niet klopt, iets waar je je vinger niet op kunt leggen, kan erop duiden dat er sprake is van een probleem. Zo weet je maar al te goed dat je in het voorbeeld van de bioscoop slechts een paar minuten weg was, anders was de film al lang begonnen. En ook al was je langer weggeweest, dan had je nog niets verkeerd gedaan. Maar de grote irritatie van je afspraakje communiceert de boodschap dat jij iets verkeerd hebt gedaan. Nu heb je twee keuzes: Gaslightvrij: Als je sterk en in je centrum kunt blijven, niet geïnteresseerd bent in de goedkeuring van je afspraakje en goed gegrond in je eigen werkelijkheid, dan kun je zijn irritatie waarschijnlijk zien als een afspiegeling van zijn eigen angsten. ‘O, hij is zenuwachtig vanwege ons afspraakje’ zou je dan kunnen denken, of ‘misschien vindt hij het echt niet prettig om vijf minuten alleen gelaten te worden’. Maar hoe dan ook besef je dat het zijn probleem is en niet dat van jou en je weigert om gegaslight te worden. (Vervolgens kun je je afvragen of je iemand die zo snel kwaad wordt wilt blijven zien!) Gaslightgevoelig: Wanneer je al volledig overtuigd bent dat hij een fantastische man is en dat je wilt dat hij van je houdt, dan is de kans groot dat je op zoek gaat naar zijn bevestiging, zelfs in deze eerste fase. In dit geval kun je jezelf dan de schuld geven van zijn irritatie. Misschien vind je dat je geen rekening met hem hield, vraag je je af waarom je je zo gemeen gedroeg of dat je je mogelijk toch in de tijd hebt vergist. Je bent bang dat je misschien toch ongevoelig bent nu hij dit zo zegt. Door zijn bevestiging te winnen wil je bewijzen dat je niet ongevoelig bent. En de gaslighttango is begonnen. In het verhaal over je nieuwe baas, weet je dat je te laat op je werk was, omdat je de avond ervoor te lang had doorgefeest. Maar je baas houdt stug
vol dat je te laat bent om redenen waar jij je helemaal niet in kunt vinden. Opnieuw heb je twee keuzes: Gaslightvrij: Als je voldoende vertrouwen hebt in jezelf en je werk, zul je niet heel hard je best doen om de bevestiging van je baas te winnen. Natuurlijk wil je dat zij je aardig vindt en je mooie opdrachten geeft, maar hoe ze verder over je denkt heeft niet heel veel invloed op de manier waarop je naar jezelf kijkt. Met zo’n zelfvertrouwen haal je waarschijnlijk je schouders op over haar vreemde interpretatie en voorkom je gaslighten. Jee, zou je kunnen denken, deze vrouw houdt er wel heel vreemde theorieën opna. Ik kan maar beter niet meer te laat komen, want dan heeft ze er waarschijnlijk nog een paar in petto! Gaslightgevoelig: Als je zelfbeeld van een goede medewerker en een intelligent, bekwaam persoon afhangt van de bevestiging van je baas, ga je je mogelijk afvragen of ze misschien een punt heeft. Misschien probeer je wel iets te vermijden. Misschien voel je je wel bedreigd. Misschien ben je jezelf aan het saboteren door tot zo laat uit te gaan. Zodra je haar theorieën de ruimte geeft, terwijl je weet dat ze niet kloppen, stel je jezelf open voor verder gaslighten. In het contact met tante Jannie zou je ook frustratie en verwarring kunnen ervaren. Tante Jannie suggereert dat je eerst aanbiedt om eten te maken en dit vervolgens weigert te doen. En omdat hier iets van waarheid in schuilt, raak je in de war. Je had inderdaad aangeboden om zelf iets te maken, maar toen dit volgens tante Jannie niet nodig was, ben je andere dingen die moesten gebeuren gaan doen. Wat zijn hier de twee keuzes? Gaslightvrij: Wanneer je jezelf beschouwt als een vriendelijk, liefdevol en vrijgevig persoon, dan weet je wat er werkelijk is gebeurd en zul je niet al te veel last hebben van de draai die tante Jannie eraan geeft. Misschien heb je zelfs mededogen met haar en bedenk je dat ze waarschijnlijk zenuwachtig is voor het feestje, waardoor je je weinig aantrekt van haar onjuiste weergave van jouw handelen. Gaslightgevoelig: Wanneer je het, als zovelen, heel belangrijk vindt dat je familie een positief beeld van je heeft, dan ben je waarschijnlijk helemaal
overdonderd door tante Jannies verdraaiing van de werkelijkheid. Dan volstaat het niet dat jij weet hoe het is gegaan, maar dan wil je tante Jannie hier ook van overtuigen. Want anders is het misschien wel waar, misschien ben je dan wel een slecht en egoïstisch persoon die zijn familie verwaarloost. Dus probeer je haar wanhopig van je goede bedoelingen te overtuigen of ga je hevig met haar in discussie over hoe het werkelijk is gegaan. Misschien blijf je wel de hele nacht op om de taart te bakken! En dan dans je de gaslighttango. Er is een grotere kans op fase 1 van gaslighten als … • • • • • • • • • • • • • •
Je je vrij makkelijk laat overtuigen door mensen die zeker overkomen. Je heel toegeeflijk bent voor mensen die gekwetst, gefrustreerd of behoeftig lijken. Je heel graag gelijk wilt hebben en wilt dat anderen zien dat je gelijk hebt. Je het heel belangrijk vindt dat anderen je aardig vinden, waarderen en begrijpen. Je het heel belangrijk vindt om het weer goed te maken en dat iedereen tevreden is. Je een groot inlevingsvermogen hebt en merkt dat je heel snel overstag gaat voor de standpunten van je gaslighter. Je de relatie heel graag in stand wilt houden. Je relaties in het algemeen in stand wilt houden en het lastig vindt om mensen los te laten. Je heel graag positief over de gaslighter wilt blijven denken. Je moeilijk kunt erkennen dat iemand je slecht behandelt. Je je heel slecht op je gemak voelt tijdens woordenwisselingen en conflicten. Je eerder op de mening van een ander vertrouwt dan op die van jezelf. Je je regelmatig bezorgd afvraagt of je wel goed genoeg bent, bekwaam genoeg, vriendelijk genoeg. Je op zoek bent naar de bevestiging van je gaslighter, met name omdat je hem aanbidt of een romantisch beeld van hem hebt, of omdat je ten koste van alles de relatie in stand wilt houden.
Als kritiek een wapen wordt Stel je hebt een relatie met een man die af en toe kwaad wordt en dan begint te schreeuwen en schelden. Je vindt het verschrikkelijk als iemand tegen je tekeergaat, maar je slikt het van hem. Dus als je vriend begint te schreeuwen zeg je rustig: ‘Wil je niet zo tegen me tekeergaan. Laten we het er nu niet over hebben en gaan slapen.’ Tot zover alles goed. Niemand wordt gegaslight en mogelijk lost de ruzie zich vanzelf op. Maar stel dat je vriend zegt: ‘Waarom overdrijf je toch altijd zo!’, of ‘Ik schreeuw helemaal niet, ik praat heel normaal.’ Dan heb je een aantal keuzes. Als je zegt ‘Ik wil het er verder niet over hebben’, of ‘Daar denken we dan blijkbaar anders over’, of zelfs ‘Misschien heb je gelijk’, dan kan de woordenwisseling nog eindigen met een intact zelfbeeld. Overigens: je hebt niet gezegd dat je vriend gelijk heeft, maar dat hij misschien gelijk heeft. Je erkent dat jullie twee verschillende mensen zijn met twee verschillende standpunten – je geeft dus niet toe aan de Drang tot Versmelting en dat is een fantastische bescherming tegen gaslighten. Maar stel dat je je gaat afvragen of je de dingen misschien niet toch altijd overdrijft, of je vriend wel zo hard schreeuwde of misschien toch gewoon praatte? Sta je dan ‘open voor kritiek’ – wat doorgaans goed is – of maak je jezelf zo ontvankelijk voor fase 1 van gaslighten? Ook dit is een dun lijntje. Soms doet je geliefde de dingen nu eenmaal anders dan jij en is dat wat jij ‘schreeuwen’ noemt voor hem ‘gewoon maar wel emotioneel praten’. Soms heeft hij ook inzichten en standpunten waardoor we uitgedaagd worden, maar die ons wel verder kunnen helpen. Door de ogen van een geliefde naar jezelf kijken, kan een enorme groeispurt teweegbrengen. En openstaan voor kritiek is net zo’n belangrijk onderdeel van een relatie. Alleen kan een gaslighter kritiek ook als wapen gebruiken. Kritiek waardoor je je bang, kwetsbaar en heel nietig voelt. Je kunt er niet tegen dat hij zo laag over je denkt en als hij vindt dat je ongevoelig, onredelijk of incompetent bent, vraag je je angstig af of dit misschien echt zo is, want al die ‘slechte eigenschappen’ wil je helemaal niet. Deze kritiek wordt zijn Emotionele Apocalyps omdat jij er zo vatbaar voor bent. De kritiek van een gaslighter kan deels waar zijn, maar de achterliggende intentie is om je te ondermijnen, niet om je te helpen. Zo wees Aaron Trish
erop dat ze haar creditcardrekening vaak te laat betaalde, waardoor ze al een aantal boetes had gehad. Hij had waarschijnlijk gelijk, ze kon haar rekeningen maar beter op tijd betalen. Als hij dit op een liefdevolle manier had gezegd, had Trish zijn advies waarschijnlijk wel opgevolgd en ervan kunnen profiteren. Maar Aaron gebruikte het punt waarop hij gelijk had als argument voor iets wat niet waar is: dat Trish zich onvolwassen en onverantwoordelijk gedraagt, niet met geld kan omgaan, veel te veel uitgeeft en hen beiden naar de financiële afgrond leidt. Dat was niet waar. Maar diep vanbinnen was Trish bang dat ze weleens ‘zo erg’ zou kunnen zijn, omdat Aaron vond dat ze dit was. Haar wanhopige pogingen om hem van gedachten te laten veranderen, waren eigenlijk pogingen om zichzelf ervan te overtuigen dat ze helemaal niet onverantwoordelijk en onvolwassen was, zoals Aaron dacht. Dus als iemand je bekritiseert en jij je hierdoor zorgen gaat maken en ondermijnd voelt, is het goed om op je stewardessen te letten. Je goede vrienden, vriendinnen en intuïties die je vertrouwt, kunnen je helpen bij de keuze: luister ik met een open hart of bescherm ik mezelf en verzet ik me tegen dit soort negatieve meningen. Zodra je merkt dat iemand je probeert te ondermijnen of aan te vallen, moet je stoppen met luisteren en je aandacht richten op het allerbelangrijkste: je verdient het niet om zo behandeld te worden, wat je ook gedaan of nagelaten hebt. Enkele stewardessen die op mogelijk gevaar duiden • • • • • • •
Je voelt je regelmatig ontdaan of verward. Nare of rusteloze dromen. Je maakt je zorgen omdat je je de details van wat er gebeurde tussen jou en je gaslighter niet kunt herinneren. Lichamelijke signalen: een steen in je maag, benauwd gevoel in de borst, zere keel, darmproblemen. Gevoel van angst of grote alertheid als hij belt of thuiskomt. Je doet extra je best om jezelf en je vrienden/vriendinnen ervan te overtuigen dat de relatie met je gaslighter geweldig is. Je hebt het gevoel dat de manier waarop je je laat behandelen ingaat tegen je integriteit.
• • •
Goede vrienden/vriendinnen en familieleden die je vertrouwt, spreken regelmatig hun bezorgdheid uit. Je vermijdt je vrienden/vriendinnen of weigert met hen over je relatie te praten. Je hebt nog maar weinig plezier in je leven.
Ik vind dit zo’n belangrijk punt, dat ik het hier nog eens wil herhalen: luister nooit naar kritiek die voornamelijk is bedoeld om je te kwetsen, ook al zit er meer dan een kern van waarheid in. Als je stewardessen zeggen dat iemand de waarheid als wapen gebruikt, stop dan met luisteren en beëindig het gesprek. Zo niet, dan bestaat de kans dat je meegesleurd wordt in de gaslighttango. Kritiek die is bedoeld om je te ondermijnen … • • • • • • •
Bevat vaak schelden, overdrijvingen of beledigingen. Krijg je midden in een ruzie of een boze woordenwisseling. Wordt gebracht als een van de argumenten om een woordenwisseling te winnen. Krijg je omdat je het niet met de ander eens bent of omdat je het gesprek wilt beëindigen. Lijkt uit het niets te komen. Leidt je aandacht af van het gedrag van de ander naar dat van jezelf. Wordt uit zijn verband gerukt, waardoor je niet direct een antwoord hebt.
De Valkuil van Verklaren Mijn vriendin Leah is eind vijftig en heeft een klein bedrijf. Ze is een tengere vrouw met zilverachtig haar, rechtdoorzee en verrassend grappig. Haar man is na een lang huwelijk overleden en momenteel is ze weer heel voorzichtig afspraakjes aan het maken. Niet lang geleden kwam ze tijdens een diner bij vrienden naast Matt te zitten. Ze had nogal wat bedenkingen tegen hem; hij
leek wat arrogant en terughoudend, maar toen hij haar vroeg of ze voor de volgende zaterdagavond een afspraakje met hem wilde maken, zei ze ja. Matt e-mailde haar de hele week om te zeggen hoeveel zin hij had om haar te zien, maar tot een definitieve afspraak kwam het maar niet. Uiteindelijk belde hij haar op zaterdagochtend om te zeggen dat hij de afspraak moest afzeggen in verband met een crisissituatie binnen de familie. Hij verontschuldigde zich meerdere keren, maar uiteindelijk zat Leah die zaterdagavond alleen thuis. Maandag belde Matt Leah weer om een nieuwe afspraak te maken. Vanwege hun volle agenda’s lukte dat pas over drie weken. ‘Dat vind ik erg jammer,’ zei Matt, ‘nu vind ik het nog vervelender dat ik heb moeten afzeggen. Weet je zeker dat je niet eerder een gaatje hebt? Ik zou je graag zo snel mogelijk willen zien.’ Leah zei dat dit niet ging en dat ze nu in ieder geval een afspraak hadden, maar het was duidelijk dat Matt niet blij was. Hierdoor ging Leah twijfelen. Zou hij hebben gemerkt dat zij wat terughoudend was geweest en daarom hebben afgezegd? Stel dat nu alle kansen op een eventuele relatie verkeken waren omdat zij niet eerder kon? Matt was duidelijk van slag vanwege zijn afzegging, hij bleef maar zeggen hoe vervelend hij het vond. Verdiende hij geen tweede kans? Misschien was hij iets toeschietelijker geweest als zij wat meer medeleven had getoond. Tegen de tijd dat ze met mij over het voorval sprak, had Leah zelf al een heel eigen verklaring. Ze vond dat ze vanwege haar bedenkingen over een afspraak met Matt hem op de een of andere manier had afgestoten, waardoor hij hun afspraak had afgezegd. En door een afspraak zo ver in de toekomst te plannen had ze de afstand tussen hen alleen maar vergroot. Zijn irritatie of ongenoegen was daarom duidelijk het gevolg van haar afstandelijke gedrag. ‘Maar Leah,’ zei ik, ‘een belangrijk deel van het verhaal vertel je niet, namelijk dat Matt op het allerlaatste moment afbelde. Ook al begrijp je waarom hij dit deed en zelfs al kloppen al je verklaringen voor zijn gedrag, dan deed hij nog altijd wat hij deed. Je pikt er hier en daar iets uit en reageert vervolgens wel op het ene deel van zijn gedrag, terwijl je het andere negeert. Maar met je verklaring maak je iets niet ongedaan.’ Leah’s pogingen om Matts onbehoorlijke gedrag te verklaren, zorgden ervoor dat ze dieper verwikkeld raakte in zijn gaslighten. Ze zag Matt niet voor wie hij werkelijk is, maar ze gebruikte haar verklaringen om hem te zien zoals hij graag gezien wil worden.
In mijn ogen viel Leah in de Valkuil van Verklaren. Dit wil zeggen dat je probeert om gedrag dat je verontrust goed te praten, ook gaslighten. Je laat bij deze eerste tekenen niet, zoals zou moeten, alle alarmbellen afgaan, maar je vindt allerlei schijnbaar logische verklaringen waarmee je aan jezelf bewijst dat die zogenaamd gevaarlijke signalen helemaal niet zo gevaarlijk zijn. Ieder aspect van gaslighten, dus ook de Valkuil van Verklaren, beïnvloedt ons, omdat we op een bepaald niveau heel graag willen dat een relatie werkt. We denken dat deze relatie ons eindelijk de bevestiging brengt van een man die ervoor zorgt dat we ons een goed, competent en lief persoon voelen. Dus zoeken we naar redenen waarmee we de onprettige waarheid kunnen negeren en de gaslighter op een voetstuk kunnen plaatsen. Hier volgen drie manieren waarop je in de Valkuil van Verklaren kunt vallen. ‘Het ligt niet aan hem, maar aan mij.’ Bij deze variant houden we onszelf voor dat wij verantwoordelijk zijn voor alles wat er binnen de relatie gebeurt. Zo beweerde Leah dat Matt de afspraak niet had afgezegd omdat hij zenuwachtig of onbeleefd was of omdat er inderdaad sprake was van een familiecrisis, maar dat zij zijn onbehoorlijke gedrag had veroorzaakt met haar manier van denken, haar gevoelens en haar handelen. Dit soort verklaringen vinden velen van ons heel aantrekkelijk, omdat je hiermee op een heimelijke manier eigenlijk zegt dat jij alle macht in handen hebt. Als het vervelende gedrag van je gaslighter helemaal jouw schuld is, dan heb je de volledige controle over de situatie. Dan hoef je alleen maar meer je best te doen om de relatie te verbeteren. ‘Hij voelt zich al zo rot.’ Hier verwarren we het verdriet, de boosheid of frustratie van de ander met oprechte spijt. Leah hield maar vol hoe erg Matt het vond dat hij hun afspraakje moest afzeggen. Inderdaad, toen Matt merkte hoe lastig het was om een nieuwe afspraak te maken, vond hij het waarschijnlijk heel jammer dat hij had moeten afzeggen. Maar het draaide allemaal om hem: hij voelde zich rot omdat hij het niet leuk vond dat het zo lastig was om het plan dat hij voor ogen had te verwezenlijken. Hij liet nooit merken dat hij besefte dat Leah zich weleens alleen, gekwetst of verward kon voelen door zijn afzegging, maar alleen dat hij het zichzelf hierdoor lastig had gemaakt. Door te benadrukken dat hij het zo vervelend vond, maakte Leah zichzelf wijs dat Matt echt om haar gaf en dat ze samen een goede relatie zouden kunnen
opbouwen. Door de kracht van haar verbeelding zag ze geen zelfgenoegzame man die nauwelijks oog had voor haar gevoelens, maar een gevoelige, zorgzame man die spijt had van zijn handelen. ‘Wat hij ook doet, ik moet erboven staan.’ Als alle andere verklaringen niet werken, kun je jezelf er altijd nog van proberen te overtuigen dat het vervelende gedrag van de ander je niet raakt, of zou moeten raken. Uiteindelijk kwam het erop neer dat Leah niet kon voorkomen dat Matt hun afspraakje afzegde, maar ze kon wel proberen om het niet erg te vinden. Soms ‘beslissen’ we gewoon dat we iets niet erg vinden en soms vergeten we, net als Leah, gewoon dat het is gebeurd. Op die manier doen we voorkomen dat we zo sterk zijn dat het gedrag van de gaslighter geen invloed op ons heeft. ‘Wat hij ook doet, ik moet gewoon van hem blijven houden,’ zei een cliënt ooit tegen me. ‘Dat is toch onvoorwaardelijke liefde?’ Wat mij betreft schuilt daar nu net het probleem rond ‘onvoorwaardelijke liefde’: het is een ideaal dat weinig met echte relaties te maken heeft. Wat zou iemand die onvoorwaardelijk van een ander houdt dan moeten zeggen? ‘Hoe je me ook behandelt, wat je ook met me doet, ik zal altijd hetzelfde voor je blijven voelen. Het maakt niet uit of je probeert mijn gevoelens te veranderen! Ook als je niet op komt dagen bij een afspraakje, zal ik precies hetzelfde voor je voelen als wanneer je wel was gekomen. Je kunt volkomen voorbijgaan aan mijn gevoelens en alleen maar bezig zijn met die van jezelf en ik zal hetzelfde voor je voelen als wanneer je me had overstelpt met aandacht en liefde. Je kunt me beledigen, negeren, onredelijke eisen stellen, het maakt me allemaal niet uit. Zo goed ben ik nu eenmaal en zoveel hou ik van je. Uiteindelijk doen jij en je manier van doen er niet veel toe, ik en mijn liefde zijn het enige wat telt.’ Begrijp me niet verkeerd, ik vind het goed wanneer mensen ook in moeilijke tijden bij elkaar blijven. Iedere liefdesrelatie vraagt om een bepaalde mate van zelfopoffering. En ik weet ook dat het niet altijd eenvoudig is in de liefde. Maar de essentie van liefde is dat het in relatie is. Wat je als partner doet heeft invloed op de ander. Dit kan zowel positief als negatief zijn; de vreugde en het verdriet van de liefde. Je kunt onmogelijk niet beïnvloed worden door het gedrag van de ander. Was dat wel zo, dan zou je net zo goed een relatie met jezelf kunnen hebben.
Waarom trekt het idee van onvoorwaardelijke liefde ons zo aan? Velen van ons zijn teleurgesteld in de liefde. We zijn niet altijd even goed behandeld door onze familieleden, vrienden en geliefden. Misschien waren je ouders er nooit voor je toen je opgroeide, ben je door een aantal geliefden bedrogen, of ben je meerdere malen in de steek gelaten door collega’s of vrienden. Misschien denk je, bewust of onbewust, dat de liefde blijkbaar niet voor jou is weggelegd, dat je nooit iemand zult ontmoeten die echt om je geeft, die voor je zorgt, met je meeleeft en je steunt. Vanwege deze pijnlijke angst kan het gebeuren dat je het probleem in je eentje probeert op te lossen door je voor te doen als een sterk, onafhankelijk en daadkrachtig persoon. Op deze manier proberen we de tekortkomingen van onze geliefden te verdoezelen door zelf een beter mens te worden. Dan kijk je niet langer helder naar je ouders, geliefde of vriendin en vraag je je niet af wat diegene eigenlijk aan het doen is, maar houd je vast aan een ideaalbeeld van de relatie en met name aan jouw eigen rol hierin. Je kijkt dan niet hoe je je werkelijk voelt binnen de relatie – vervuld of onvervuld? geliefd of genegeerd? – maar houdt vast aan een fantasiebeeld van hoe je je zou voelen wanneer je minder egoïstisch, vrijgeviger en liefdevoller zou zijn. Hierdoor ben je heel vatbaar voor gaslighten. Zolang je ook maar enigszins denkt dat je je gaslighter nodig hebt voor een beter gevoel over jezelf, om je zelfvertrouwen te versterken of je plek in de wereld te kunnen bepalen, ben je een gaslightee die erop wacht om gegaslight te worden. Vergeet niet wat er gebeurt tijdens gaslighten: je gaslighter wordt – ook al is hij in staat om soms echt de verbinding aan te gaan – beheerst door zijn eigen behoefte aan herstel van zijn zelfbeeld en machtsgevoel, door aan jou te bewijzen dat hij gelijk heeft en erop te staan dat jij hem gelijk geeft. Wat hij ook zegt over jou en jouw gevoelens, het gaat hem maar om één ding: jou ervan overtuigen dat hij gelijk heeft. Maar als je in de Valkuil van Verklaren trapt, zul je waarschijnlijk proberen om dit gedrag goed te praten. Je bent zo op zoek naar de bevestiging van je gaslighter en wilt hem zo graag op een voetstuk plaatsen, dat je zijn handelingen negeert en je je helemaal op zijn woorden richt. Matt hield vol dat hij heel graag met Leah uit wilde. Maar tegelijkertijd had hij geen echte plannen met haar gemaakt en hun afspraak zelfs afgezegd. Hij liet geen enkel moment zien dat hij werkelijk om Leah’s gevoelens gaf, maar was alleen bezig met zijn eigenbelang. Vervolgens erkende Leah niet dat het gedrag van Matt haar niet aanstond, maar legde ze het probleem bij
zichzelf neer. Ze construeerde een geruststellende verklaring die haar volledig verantwoordelijk maakte voor alles wat er mis was gegaan en wat ze dus ook weer kon herstellen. Op haar eigen manier was Leah net zo voorbijgegaan aan Matt als hij aan haar. Ze zag niet de echte man die zijn afspraak niet was nagekomen en vervolgens moeilijk deed bij het maken van een nieuwe afspraak, maar stelde zich een lieve, eenzame man voor die haar goed zou behandelen als hij eenmaal wist dat zij om hem gaf. Vervolgens beschuldigde ze zichzelf ervan dat ze niet vriendelijk genoeg was. Hoe kun je je uit de Valkuil van Verklaren bevrijden? Houd contact met je stewardessen. Ze zullen je helpen om het verschil te zien tussen verklaringen die een situatie verhelderen en verklaringen die de werkelijkheid verhullen. Als je je angstig, bezorgd, ongemakkelijk of verward voelt en je verklaring steeds weer voor jezelf of een vriend(in) moet bevestigen, duidt dit er vrij zeker op dat je probeert iets weg te redeneren. Een goede verklaring zorgt voor ontspanning door inzicht en mededogen. Meestal voedt de Valkuil van Verklaren de angsten en zorgen waar je juist vanaf wil. Enkele manieren waarop je toegang krijgt tot je stewardessen Wanneer je deze handelingen verricht, kunnen er ongemakkelijke gevoelens omhoogkomen. Dat is niet erg, het is juist een teken dat je toegang krijgt tot de innerlijke wijsheid die je nodig hebt om het probleem op te lossen. Blijf erbij, observeer de gevoelens en kijk wat ze je te vertellen hebben. •
•
Houd een dagboek bij. Als je je zorgen maakt of onzeker voelt, schrijf dan minstens zeven dagen lang iedere dag minstens drie pagina’s in je dagboek. Schrijf zo snel je kunt zonder te stoppen om jezelf te censureren of dingen te heroverwegen. Laat de waarheid omhoogkomen. Mediteer. Mediteren is een oefening bedoeld om de geest helder en rustig te maken. Veel mensen zeggen dat ze al na vijftien minuten dagelijks mediteren een innerlijke helderheid ontdekken waarbij hun diepste gedachten en gevoelens boven komen drijven, ofwel tijdens de
•
•
•
meditatie zelf, of op andere momenten van de dag. De meeste yogacentra bieden meditatiecursussen aan. Een aanrader is het prachtige boek Liefdevolle vriendelijkheid van Sharon Salzberg. Meditatie in beweging. Oefeningen van lichaam en geest – zoals yoga, tai chi en meerdere oosterse vechtsporten – zijn vaak meditatie in beweging. Deze oefeningen maken je lichaam soepeler en openen je bewustzijn, hart en geest. Het zijn uitstekende vormen om je unieke kijk op de dingen te herwinnen en je opnieuw te verbinden met je diepste, meest waarachtige inzichten. Breng wat tijd alleen door. Ons leven is vaak zo druk en vol dat we geen tijd kunnen vinden om terug te keren tot onszelf. De psycholoog Thomas Moore vergelijkt de ziel met een teruggetrokken wild dier en stelt voor dat we aan de rand van het bos rustig afwachten tot het verschijnt en zijn wijsheid deelt. Als je je geïsoleerd of verward voelt, kan het soms nodig zijn dat je je weer opnieuw verbindt. Breng wat tijd door met vrienden en familie. Soms raken we zelfs in fase 1 van gaslighten al meer geïsoleerd van iedereen behalve onze gaslighter. Zelfs wanneer je niet met je lastige vriend, vriendin, collega of baas samen bent, ben je nog altijd bezig met wat hij of zij gezegd, gedacht, gewenst of geëist zou kunnen hebben. Tijd doorbrengen met iemand die je neemt zoals je bent, kan een goede manier zijn om je eigen kijk op de dingen terug te vinden.
De gaslighttango vermijden Fase 1 van gaslighten is een belangrijke periode. Van de drie fases is het de enige waarin je de gaslighttango niet alleen kunt stoppen, maar zelfs helemaal kunt vermijden. Hoe vermijd je de gaslighttango? Hier volgen enige suggesties. Met je afspraakje • Let op. Wees alert op de verschillen tussen wat jij belangrijk vindt en wat hij belangrijk vindt. • Wees helder in je denken en oordelen. Als hij je van iets lijkt te beschuldigen, moet je jezelf afvragen of je het eens bent met zijn
• •
•
•
inschatting van jouw gedrag. Behoud je gevoel voor humor. Als hij iets veel serieuzer neemt dan jij, blijf er dan bij dat dit voor jou veel minder belangrijk, of misschien zelfs totaal onbelangrijk is. Kom voor jezelf op zonder in discussie te gaan. Als iemand je ergens van beschuldigt of vindt dat je je belachelijk gedraagt, is niets terugzeggen het beste antwoord. Proberen aan te tonen dat je gelijk hebt, betekent bijna altijd het begin van de tango, omdat de behoefte aan gelijk de motor van de tango is. Controleer je eigen gevoelens. Word je boos, verontwaardigd, bezorgd of angstig naarmate het afspraakje vordert? Voel je je in de zevende hemel? Het kan nog te vroeg zijn om te zeggen wat deze gevoelens betekenen, maar je kunt wel al opmerken dat ze er zijn. Blijf objectief. Onderzoek aan het eind van je afspraakje bij jezelf wat je overheersende gevoel is. Als het overwegend positief is, kun je nog een keer met hem afspreken, maar vergeet de dingen die je ietwat zorgelijk vond of die je lieten fronsen niet.
Met je baas • Herken het patroon. Hoewel je baas je heeft gegaslight, zegt dat je emotioneel labiel bent en niet met druk kunt omgaan, weet je nog niet zeker of hij deze vorm van gaslighten altijd gebruikt, of alleen als antwoord op bepaalde situaties. Bijvoorbeeld wanneer jij iets verkeerd of juist heel goed doet, of ergens mee lijkt te worstelen. Als je het gaslightpatroon van je baas kent, kun je erachter komen wat je wel en niet moet accepteren. • Onderzoek hoe ver je baas gaat. Resulteert het gaslighten in straf – mindere opdrachten, korting op je loon, ontslag – of is het alleen een psychologisch spelletje? Ook nu geldt weer dat je beter kunt bepalen waar je eigen grenzen liggen wanneer je de situatie helder ziet. • Kijk hoeveel contact noodzakelijk is. Sommige leidinggevenden spelen een centrale rol in ons werk, andere functioneren meer op afstand. Niemand vindt het leuk om door zijn of haar baas gegaslight te worden, maar het is mogelijk beter te verdragen als je baas een minder grote rol speelt bij de dagelijkse uitvoering van je werk.
Met je familie • Niet inhaken. Dit is zo’n ‘makkelijker gezegd dan gedaan’-advies, dat je waarschijnlijk al vaker hebt gehoord. Dit neemt niet weg dat het de beste manier is om te voorkomen dat je in een gaslighttango verstrikt raakt met je moeder, vader, broer, zuster of kribbige tante Jannie. Met name binnen familieverband zijn de patronen zo diep ingesleten dat het heel moeilijk is om ze te doorbreken. Niet inhaken tijdens een gaslightgesprek is vaak het beste antwoord dat er is. • Probeer niet altijd je gelijk te krijgen. Wanneer je mensen er altijd van probeert te overtuigen dat je gelijk hebt, ben je vatbaar voor gaslighten. Ik zeg niet dat je de diepe zekerheid die je vertelt dat je gelijk hebt moet opgeven. Maar wanneer het je echt niet meer uitmaakt of je familieleden het al dan niet met je eens zijn, ben je een heel eind op weg om je te bevrijden van familiegaslighten. • Laat de wens om begrepen te worden los. ‘Ik begrijp hoe zij denken, maar waarom begrijpen ze mij dan niet?’ vroeg een cliënt me ooit. Het is heel vervelend als je je niet begrepen voelt en nog lastiger wanneer je door je eigen familie niet begrepen wordt. Maar ook hier geldt dat je heel vatbaar bent voor gaslighten wanneer je begrepen wilt worden.
Stop de dans Zelfs fase 1 van gaslighten kan ervoor zorgen dat we mee gaan doen aan de gaslighttango. Hoe stop je de dans als hij eenmaal is begonnen? Hier volgen enkele suggesties die je bij iedere fase van gaslighten kunt gebruiken, maar ze zijn met name heel effectief in fase 1. Vraag je niet af: ‘Wie heeft er gelijk?’, maar ‘Wil ik wel zo behandeld worden?’ Zoals we reeds zagen is ons verlangen om gelijk te hebben de grootste valkuil waardoor we verstrikt raken in gaslightrelaties. Als je bang bent dat je niet redelijk of overgevoelig bent, of dat je je aanstelt, kan dit ervoor zorgen dat je je mond niet meer open durft te doen, waardoor je kwetsbaar wordt voor de manipulaties van de ander. Maar wanneer je uitgaat van de manier waarop je behandeld wordt, dan wordt het een stuk minder
verwarrend. Laten we even teruggaan naar het voorbeeld aan het begin van dit hoofdstuk. Stel dat je afspraakje klaagt dat je hem lang alleen in de bioscoop hebt laten zitten, dan vraag je je niet af of hij gelijk heeft, maar of je het wel leuk vindt om met iemand te zijn die je zo behandelt. Wanneer je het prettig vindt dat hij zijn gevoelens met je deelt, oprecht spijt hebt omdat hij gelijk heeft met zijn terechtwijzing, of het hele voorval je totaal onverschillig laat, dan is er niets aan de hand. Zeker niet wanneer je het de rest van de tijd heel goed hebt samen. Maar als het voorval je raakt, als je boos wordt, je klemgezet voelt of stomverbaasd bent, laat deze negatieve gevoelens er dan zijn en geef ze een plek bij de afweging of je nog een keer met hem wilt afspreken. Vraag je niet af of je een ‘goed’ mens bent, wees gewoon ‘goed genoeg’ Velen van ons maken zich druk over of we wel een ‘brave meid’ of een ‘goed mens’ zijn. Het is heel belangrijk dat we onszelf als goed beschouwen – hoe we ‘goed’ verder ook definiëren. We willen niets liever dan aardig, vriendelijk, vrijgevig, zorgzaam en begrijpend gevonden worden en tegemoetkomen aan de behoeften van onze partner. We denken niet na over de manier waarop onze partner ons behandelt, maar focussen volledig op ons eigen gedrag. Dat kan heel goed zijn wanneer je je verantwoordelijkheid binnen een relatie wilt nemen, maar het kan ook betekenen dat je niet wilt zien dat je partner je slecht behandelt en dat je daar geen genoegen mee moet nemen. Als je je voortdurend afvraagt of je wel ‘een goed mens’ bent, zou je je aandacht kunnen verleggen en je afvragen waarom je twijfelt aan de integriteit van je eigen gevoelens en gedrag, en of je misschien de enige bent die zich geroepen voelt om zich ‘goed te gedragen’ binnen de relatie. Als je echt gegaslight wordt door je partner, dan zal de relatie niet beter worden doordat jij je ‘goed’ gedraagt. De relatie wordt alleen beter als je uit de gaslighttango stapt, of je nu ‘goed’ bent of niet. Ga niet in discussie over wat je weet dat waar is Als je weet wat er is gebeurd, dan hoef je er niet over te discussiëren, daar word je namelijk stapeldol van. Discussiëren over zoiets banaals als ‘ik was geen twintig minuten weg’, ‘ik ben niet bang dat ik de baan niet aankan’, ‘ik heb nooit gezegd dat ik op het allerlaatste moment nog een taart kon bakken’, suggereert dat de feitelijke werkelijkheid interpretabel is en dat je van gedachten kunt veranderen als de ander een goed punt heeft. Zo nodig je
je gaslighter uit om je met feiten of emotionele ontboezemingen om de oren te slaan, zodat je uiteindelijk toegeeft. Ga je soms ook in discussie met een vierjarige over de vraag of de maan op de aarde kan vallen, of snoep een goede groentevervanger is, of hij de hele nacht op kan blijven zonder moe te worden? Nee, je weet namelijk dat je gelijk hebt en een vierjarige zal je niet van gedachten laten veranderen. En wat belangrijker is: je wilt niet dat hij denkt dat je bereid bent om in gesprek te gaan over deze onderwerpen. Jij weet wat waar en wat niet waar is, punt. Hoewel je gaslighter geen kind meer is, is het belangrijk dat je hem dezelfde boodschap geeft. Sommige zaken staan niet ter discussie. Vertel jezelf altijd de waarheid over jezelf Dit kan lastig zijn, omdat een gaslighter je altijd negatieve dingen over jezelf vertelt en deze kritiek voor een deel ook waar kan zijn. Het is jouw taak om niet in te gaan op de kritiek die als een wapen wordt gebruikt en met een eerlijke, evenwichtige en mededogende blik naar jezelf te blijven kijken. Dit valt niet mee als je met een gaslighter te maken hebt, maar het is absoluut noodzakelijk voor het behoud van je zelfbeeld. Dus als je gaslighter zoiets zegt als ‘Wat ben je toch vergeetachtig’, dan kan je innerlijke dialoog een van de drie volgende patronen volgen: 1. ‘Heeft hij gelijk? Ben ik echt zo vergeetachtig? Wanneer ben ik voor het laatst iets vergeten? Ik kan het me niet herinneren. Wat kan hij toch overdrijven!’ 2. ‘Heeft hij gelijk? Ben ik echt zo vergeetachtig? Wanneer ben ik voor het laatst iets vergeten? Oké, ik ben vorige week vergeten om melk te kopen, misschien bedoelt hij dat. En een week daarvoor vergat ik om naar de stomerij te gaan. Maar twee van die kleine dingen maken me nog niet “vergeetachtig”. Dus ik ga me er verder niet druk over maken.’ 3. ‘Heeft hij gelijk? Ja natuurlijk heeft hij gelijk! Al vanaf mijn vijfde vergeet ik voortdurend van alles. Ik ben wat je noemt een “verstrooide professor”. Maar wat zou het? Daarom hoeft hij mijn tekortkomingen nog niet tegen me te gebruiken en me geen slecht gevoel over mezelf proberen aan te praten. Ik ga me niet op dit ene gebrek focussen en ik wil ook niet dat hij dit doet, want zo belangrijk is het niet en in andere dingen ben ik wel heel goed.’
Oefen je in niet meegaan in discussies met je gaslighter Maak je ook nu geen zorgen over wie gelijk heeft. Het gaat er niet om wie de discussie wint, maar hoe je behandeld wordt. Hieronder volgt een lijst met manieren om een welles-nietesdiscussie te voorkomen. Je kunt ze aan je eigen persoonlijkheid en die van je gaslighter aanpassen. Sommige mannen luisteren beter naar wat je zegt wanneer je een zin begint met ‘Ik hou van je’, bijvoorbeeld: ‘Ik hou van je, maar ik wil het er nu niet over hebben. Misschien later.’ Andere mannen haken af als je op de emotionele toer gaat en luisteren alleen naar duidelijke taal: ‘Houd er nu alsjeblieft over op.’ Om erachter te komen wat het best bij jou past, kun je met de volgende mogelijkheden experimenteren. Dingen die je kunt zeggen om een welles-nietesdiscussie te voorkomen • • • • • • • • • • • • • •
‘Je hebt gelijk, maar ik heb geen zin om er ruzie over te maken.’ ‘Je hebt gelijk, maar ik wil niet dat je zo tegen me praat.’ ‘Ik wil best met je praten, maar dan moet je ophouden met schelden.’ ‘Ik vind dit geen prettig gesprek. Laten we er later op terugkomen.’ ‘Volgens mij moeten we er nu over ophouden.’ ‘Ik geloof niet dat ik nu nog iets constructiefs heb toe te voegen. Laten we er later op terugkomen.’ ‘Ik denk dat we kunnen concluderen dat we hier allebei anders over denken.’ ‘Ik heb geen zin in deze ruzie.’ ‘Ik wil nu graag stoppen met deze discussie.’ ‘Ik begrijp wat je zegt en zal erover nadenken. Maar ik wil het er nu verder niet over hebben.’ ‘Ik wil heel graag verder praten, maar wel op een prettigere toon.’ ‘Ik krijg een heel onbehaaglijk gevoel en wil nu graag stoppen met dit gesprek.’ ‘Misschien besef je het niet, maar je zegt dat ik naast de werkelijkheid leef. Het spijt me, maar daar ben ik het niet mee eens. Ik hou van je, maar ik wil het hier verder niet met je over hebben.’ ‘Ik vind het heerlijk om zulke intieme gesprekken met je te voeren, maar niet wanneer je me zo op mijn plek zet.’
• •
‘Misschien is het niet je bedoeling om me terecht te wijzen, maar zo voelt het wel en daarom heb ik geen zin om verder te praten.’ ‘Dit is voor mij geen goed moment om hierover verder te praten. Laten we een keer afspreken wanneer het ons allebei goed uitkomt.’
Je mag boos worden, maar laat je niet meeslepen in een discussie over je gevoelens of je recht om gehoord te worden Boosheid kan een heel goed middel zijn om je gevoelens duidelijk te maken, omdat discussiëren meestal voor nog meer verwarring zorgt. Het kan goed zijn om één zin te nemen die goed weergeeft wat je wilt zeggen en die vervolgens blijven herhalen. Kies ook hier de stijl die bij jou en je situatie past. Als het nodig is kun je experimenteren tot je de voor jou juiste manier gevonden hebt. Dingen die je kunt zeggen om je boosheid te uiten en een discussie te vermijden • • • • • • • •
‘Praat alsjeblieft niet op die toon met me, daar hou ik niet van.’ ‘Ik begrijp niet wat je eigenlijk probeert te zeggen zolang je blijft schreeuwen.’ ‘Ik begrijp niet wat je eigenlijk probeert te zeggen zolang je zo vanuit de hoogte tegen me doet.’ ‘Ik praat niet met je zolang je tegen me schreeuwt.’ ‘Ik praat niet met je zolang je zo uit de hoogte doet.’ ‘Ik wil nu graag stoppen met deze discussie.’ ‘Ik vind dat je de werkelijkheid verdraait en dat vind ik niet leuk. Ik wil later wel weer met je praten, als ik weer wat rustiger ben.’ ‘Misschien was het niet je bedoeling om me te kwetsen, maar ik ben té van streek om verder te praten. Laten we er later op terugkomen.’
Stoppen met de gaslighttango kan een hele uitdaging zijn, met name wanneer je al een tijd aan het dansen bent – met deze partner of meerdere. Soms is het een worsteling en soms zijn er goede periodes met zo nu en dan een terugval. Maak je daar niet druk om, zo gaat het nu eenmaal bij veranderingen, geleidelijk aan, met ups en downs. Als je volhoudt, boek je vooruitgang. En als dit niet zo snel gaat als je zou willen, dan kun je als je wilt de hulp van
een therapeut, steungroep of een ander soort ondersteuning inroepen om je pogingen een zetje te geven. Als je de dans in fase 1 kunt stoppen, terwijl je nog redelijk vertrouwd bent met je eigen manier van doen, dan heb je al een voorsprong, want zo voorkom je dat je in fase 2 of zelfs fase 3 terechtkomt. In het volgende hoofdstuk zullen we zien dat het loskomen uit de gaslighttango veel moeilijker is wanneer je bereid bent om heel ver te gaan voor de goedkeuring van je gaslighter. Dus hoe eerder je met dit patroon breekt, hoe beter.
HOOFDSTUK 4
Fase 2: ‘Misschien heb je wel gelijk.’
Katie ging inmiddels een paar maanden met Brian om en ze begon last te krijgen van het gaslighten. Toen ze net iets kregen en Brian haar ervan beschuldigde dat ze met andere mannen flirtte, vond ze dat naar voor Brian en probeerde ze hem gerust te stellen. Maar ze wist dat ze niets verkeerd deed en ze probeerde Brian hier ook van te overtuigen. Toen bevond Katie zich nog in fase 1. Inmiddels was ze zich gaan afvragen of ze misschien toch met andere mannen flirtte. ‘Ik denk van niet, maar misschien doe ik het onbewust,’ vertelde ze tijdens een sessie. ‘Brian zegt dat ik nu eenmaal zo in elkaar zit, maar dat het wel flirten is en dat het alle mannen opvalt ook al zie ik het zelf niet. Volgens hem is dat mijn stiekeme manier om hem te straffen, maar volgens mij ben ik er helemaal niet op uit om hem te straffen. Waarom zou ik? Ik hou van hem.’ Ze stopte even en schudde haar hoofd: ‘Misschien wil ik hem straffen omdat ik van hem houd. Of misschien vind ik het gewoon leuk om hem boos te zien. Dat zegt Brian. Volgens hem vind ik het leuk om hem van streek te maken, maar ik zou niet weten waarom, want ik vind het verschrikkelijk als hij tegen me tekeergaat. En dat doet hij de laatste tijd steeds vaker en harder. Ik kan er echt niet tegen.’ Opnieuw schudde ze haar hoofd. ‘Maar misschien vind ik het inderdaad leuk om hem boos te maken en besef ik niet dat ik dit leuk vind? Ik vind het maar verwarrend allemaal …’ Het is duidelijk, Katie heeft fase 1 verlaten en is in fase 2 beland. Wat is het verschil? In fase 1 van gaslighten kijk je nog vol ongeloof naar je gaslighter. Als hij je bekritiseert, intimideert of manipuleert, denk je nog: doe gewoon, of: dat is gewoon niet waar. Misschien dat hij je al wel aan het denken zet, maar je bent nog altijd vrij stevig geworteld in je eigen overtuigingen. In fase 2 doe je al veel meer je best om de goedkeuring van je gaslighter te krijgen en wil je dat hij je ziet als een goed, capabel en lief persoon, en hij probeert veel stelliger om zijn gelijk te halen. Als je het niet met hem eens
bent, kan het zijn dat hij zijn versie van de Emotionele Apocalyps upgradet: harder schreeuwen, meer gerichte beledigingen en vaker periodes van doodzwijgen. Je wilt er alles aan doen om te voorkomen dat hij je zo behandelt, dus doe je nog meer je best om het hem naar de zin te maken. En, net als Katie, wring je jezelf in allerlei bochten om het met hem eens te kunnen zijn. Nu is je eigen kijk op de dingen niet meer het uitgangspunt, maar die van hem. Het kan zelfs heel natuurlijk aanvoelen om voortdurend op je hoede te zijn. Als je gaslighter weer eens overdrijft, vraag je je niet langer af wat er met hem aan de hand is, maar probeer je hem te kalmeren of van jouw gelijk te overtuigen. Ben je in fase 2 aanbeland? Wat is je antwoord op de volgende vragen? • • • • • • • • • • • •
Voel je je niet meer zo sterk als gewoonlijk? Zie je je vrienden, vriendinnen en dierbaren minder vaak? Ben je het minder vaak eens met de meningen van mensen die je voorheen vertrouwde? Verdedig je je gaslighter steeds vaker? Laat je veel achterwege wanneer je jullie relatie beschrijft? Verontschuldig je hem voor jezelf en naar anderen toe? Denk je voortdurend aan hem? Heb je meer moeite om de interacties waarbij jullie het oneens waren te ontwarren? Vraag je jezelf en anderen voortdurend wat je gedaan kunt hebben om zijn woede, onzekerheid, afstandelijkheid of ander onprettig gedrag op te wekken? Vraag je je vaak af of je iets anders had moeten aanpakken? Huil je vaker? Heb je vaker of heviger last van het vage gevoel dat er iets niet klopt?
Laten we opnieuw naar het voorbeeld uit hoofdstuk 3 kijken, waarin je je afspraakje in de bioscoopzaal laat wachten terwijl jij wat te drinken neemt. Hieronder zie je hoe je hier in fase 1 mogelijk anders mee omgaat dan in fase 2.
Van fase 1 naar fase 2 In fase 1 • Je zoekt zijn goedkeuring en wilt van hem de bevestiging dat je een goed, capabel en lief persoon bent. Maar je kunt leven met het idee dat dit niet lukt. Daarom ga je uit van je eigen standpunten en als hij iets zegt wat niet lijkt te kloppen, ga je waarschijnlijk de discussie aan: ‘Ik heb je geen twintig minuten alleen laten zitten! Ik heb op mijn horloge gekeken en het was maar vijf minuten! Maar waar hebben we het eigenlijk over!’ • Als hij zich kwetsend opstelt of je van streek maakt, vraag je je af: wat is er met hem aan de hand?
In fase 2 • Je wilt echt zijn bevestiging. Alleen zo kun je aan jezelf bewijzen dat je een goed, capabel en lief persoon bent. Daarom neem je zijn standpunt als uitgangspunt. Misschien ga je nog in discussie – hardop of in je hoofd – maar je denkt als eerste aan zijn standpunt: hij zegt dat ik hem te
•
Je beschouwt je eigen kijk op de dingen als normaal en die van hem – wanneer hij je gaslight – als verkeerd, verdraaid of belachelijk.
•
Je oordeelt over wat er gebeurt: hij zegt dat ik twintig minuten weg was, maar ik weet dat dit niet klopt, want dan was de film al begonnen. En ook al was de film begonnen? Wat dan nog? Ik geloof niet dat ik het leuk vind wanneer een man over zoiets onbenulligs moeilijk doet.
•
Je beschouwt zijn kijk op de dingen als normaal en doet wanhopig je best om hem jouw versie duidelijk te maken, want de gedachte dat zijn kritiek op jou waar is, is onverdraaglijk: ‘Alsjeblieft lieverd, luister
lang alleen heb gelaten. Ik weet hoe vervelend het is om alleen gelaten te worden, zeker tijdens een afspraakje. Het is dus niet zo gek dat hij boos is. Maar wacht even, zo lang kan het nooit zijn geweest! Maar goed, bij een afspraakje voelt vijf minuten alleen al als ‘een ding’. Daarom begrijp ik wel dat hij geïrriteerd is.
•
Als hij zich kwetsend opstelt of je van streek maakt, vraag je je af: wat is er met mij aan de hand?
•
nu even naar mij. Ik weet dat je het heel erg vond om alleen gelaten te worden, maar zo lang was ik helemaal niet weg, toch?’ Je hoopt dat je de woordenwisseling wint om hiermee het enige dat voor jou telt te kunnen bewijzen, namelijk dat je wel een goed, capabel en lief persoon moet zijn, omdat deze man het met je eens is. Je verliest je inschattingsvermogen en overziet het grotere geheel niet meer, maar je focust op de details van zijn beschuldigingen: ik weet dat ik niet zo lang weg was. Maar misschien toch wel, want het is waar, ik houd de tijd nooit zo goed in de gaten. Ik kan me wel voorstellen dat hij dit vervelend vindt. Maar wacht even, de film was nog niet begonnen, dus het kan nooit twintig minuten zijn geweest. Dat zal ik hem zeggen! Maar misschien hield ik op de een of andere manier toch niet genoeg rekening met hem.
Weet je nog altijd niet zeker of je in fase 2 bent aanbeland? Beantwoord dan de vragen hieronder om een duidelijker beeld te krijgen.
‘Altijd in het verweer’: zit je vast in fase 2? 1. Je vriend neemt je mee naar een sjiek restaurant om je promotie te vieren en je bent dolgelukkig. Dan zegt hij: ‘Het is goed om je zo ontspannen en gelukkig te zien. De afgelopen weken deed je namelijk nogal kortaf tegen me.’ Je doet je best om rustig te blijven en vraagt wat hij bedoelt: ‘Bijvoorbeeld laatst, toen ik zei dat die ene jurk je dik maakt en je zo boos werd dat je een half uur niet tegen me sprak. Je trekt je de dingen veel te veel aan, vind je ook niet?’ Waarop jij zegt: a. ‘Doe normaal! Heb je dan helemaal geen idee wat zoiets met een vrouw doet?’ b. ‘Het is heel lastig om zoiets te horen. Ik wil gewoon een fijne avond hebben en ben best bereid om hiernaar te kijken, maar kun je voor vanavond alsjeblieft stoppen met zeggen wat er allemaal mis is met me?’ c. ‘Het spijt me. Ik moet gewoon meer zelfvertrouwen krijgen.’ d. ‘Of je nu gelijk hebt of niet, ik heb nu geen zin in allerlei kritiek.’ 2. Je bent op weg naar huis en je weet dat je man thuis op je wacht. Je…: a. bent blij hem weer te zien, al zou een deel van je ook graag gaan eten met vriendinnen. b. bent blij hem weer te zien, maar ook een beetje zenuwachtig. Hij is de laatste tijd ook zo lichtgeraakt! c. vindt het vreselijk. d. verheugt je erop, zonder enige terughoudendheid. 3. Je staat op het punt om een opdracht te laat in te leveren en je weet nu al dat je baas boos is. Je deed je werk fantastisch voor hij de leiding over de afdeling kreeg, maar sinds hij er is, laat je inderdaad weleens een steekje vallen. Sinds enige tijd beweert hij dat je hem als leidinggevende probeert te ondermijnen en je weet zeker dat hij hier nu ook weer over zal beginnen. Waarop je denkt: a. Heeft hij misschien toch gelijk? Probeer ik hem te ondermijnen? b. Ik denk dat ik hem niet probeer te ondermijnen – zoiets heb ik nog nooit gedaan – maar ik moet toegeven dat het vreemd overkomt –
maar toch denk ik echt dat ik geen verborgen agenda heb – maar misschien zie ik iets over het hoofd … c. Eerst een diazepam, anders red ik het niet. d. Mijn werk is niet meer als voorheen. Ik kom gewoon niet goed uit de verf door zijn manier van leidinggeven. 4. Je bent op dieet en iedereen op kantoor weet dit. Een collega biedt je een van haar beroemde, zelfgemaakte muffins aan, waarop je beleefd zegt: ‘Je weet toch dat ik een dieet volg, Anne?’ Anne antwoordt vriendelijk: ‘Ze bevatten heel weinig calorieën. En bovendien, zo’n mooie vrouw als jij heeft helemaal geen dieet nodig.’ Waarop jij weer zegt: ‘Nee, Anne, echt niet. Als ik een muffin neem, is mijn hele eetschema in de war.’ Anne antwoordt opnieuw met een lief stemmetje: ‘Ik ken niemand die het zo moeilijk vindt om iets wat vriendelijk is bedoeld te accepteren! Misschien wordt het makkelijker om je dieet te volgen wanneer je je emoties beter voedt.’ Vervolgens legt ze de muffin op je bureau en loopt weg. Waarop je denkt: a. Zo heb ik er nooit naar gekeken. Vind ik het echt moeilijk om vriendelijkheid te accepteren? b. Ik word gek van die vrouw! Wie denkt ze wel dat ze is?! Ik vermoord haar nog een keer, samen met haar muffins! Ik word gillend gek! c. Ach, wat maakt het uit? Ik ben al zo dik en lelijk en onuitstaanbaar, dat het niet uitmaakt wat ik eet. d. Wat een controlfreak! Ik leg die muffin meteen in de kantine, dan hoef ik er niet meer naar te kijken en ook niet meer aan te denken – en ziet zij hem ook niet meer. 5. Je zus belt met een lastminuteverzoek om op te passen. Ze lijkt altijd precies te weten wanneer je vrij bent, alleen zou jij eigenlijk het liefst een avondje ontspannen thuisblijven. Maar je zegt dat je eventueel wel zou kunnen. ‘De kinderen zullen heel teleurgesteld zijn als je niet komt,’ zegt ze. ‘En je hebt gezegd dat ik je altijd kan bellen. Blijkbaar vind je het wel een leuk idee om tante te zijn, maar hou je minder van de verantwoordelijkheden die erbij komen kijken. Waarschijnlijk heb je daarom zelf geen kinderen. Als je er inderdaad zo over denkt, dan heb je de juiste keuze gemaakt.’
Waarop jij zegt: a. ‘Je begrijpt me niet goed. Ik ben gek op je kinderen en ik heb verantwoordelijkheidsgevoel! Ik vind dat je je woorden moet terugnemen!’ b. ‘Hoe kun je zoiets zeggen! Je weet hoe erg ik het vind dat ik geen kinderen heb. Waarom doe je dit? Hoe kun je me zo kwetsen?’ c. ‘Je hebt gelijk. Ik heb inderdaad gezegd dat je me altijd kunt bellen. Ik begrijp niet waarom ik zo onverantwoordelijk was. Sorry. Zeg tegen je kinderen dat ik heel veel van ze houd.’ d. ‘Ik heb gezegd dat je me altijd kunt bellen. Maar ik heb niet gezegd dat ik ook altijd kan. Het spijt me, maar die avond kan ik niet. Heb je volgende week misschien iemand nodig?’ Zit je vast in fase 2? Is je antwoord A, dan reageer je op het niveau van fase 1. Je zoekt de bevestiging van je gaslighter, maar met behoud van je eigen standpunten. Maar wees voorzichtig: fase 1 van gaslighten gaat vaak over in fase 2. Is je antwoord B, dan lijk je in fase 2 aanbeland. Je bent zo wanhopig op zoek naar de bevestiging van je gaslighter dat je een goed, capabel of lief persoon bent, dat je de dingen als eerste vanuit zijn standpunt bekijkt. Het kan zijn dat je jezelf verdedigt, maar let eens op hoeveel energie je steekt in discussies met hem in de hoop aan je zelf te bewijzen dat al zijn vreselijke beschuldigingen niet waar zijn. Op een bepaalde manier heb je hem al laten winnen doordat je hem in je hoofd hebt toegelaten. Is je antwoord C, dan lijkt het alsof je jezelf niet eens meer verdedigt en lijdzaam je verlies neemt. Hoewel je nog altijd behoefte hebt aan de bevestiging van je gaslighter, heb je de hoop dat dit ooit zal lukken bijna helemaal opgegeven. Als dit echt is hoe je je voelt, dan ben je al verder dan fase 2 en in fase 3 aanbeland. Dan kun je doorgaan naar het volgende hoofdstuk. Is je antwoord D, gefeliciteerd! Je staat volledig in contact met de werkelijkheid. Je geeft niet toe aan de Drang tot Versmelting en gaat niet in op discussies om te bewijzen dat je gelijk hebt. Misschien geef je wel om je gaslighter, maar je kunt leven zonder zijn goedkeuring omdat je weet hoe
goed, capabel en lief je bent, wat hij of een ander hier verder ook van vindt. Het feit dat je je alleen al zo’n antwoord kunt voorstellen is een grote stap vooruit.
De drie soorten gaslighters in fase 2 Alle vormen van gaslightrelaties kunnen overgaan naar fase 2, maar iedere gaslighter voert zijn vorm van gaslighten op een eigen manier verder op. De intimidator, de betoverende gaslighter en de aardige-kerel-gaslighter hebben allemaal hun eigen vorm van fase 2-gaslighten. Intimiderende gaslighters Als intimidatie het handelsmerk van jouw gaslighter is, dan komt hij in fase 2 hoogstwaarschijnlijk met zwaarder geschut. De kans is groot dat hij een van de volgende methoden gebruikt als zijn Emotionele Apocalyps, waardoor je denkt dat jullie relatie op springen staat: tegen je schreeuwen en schelden, je schuldgevoelens aanpraten, je vernederen, je doodzwijgen, dreigen je te verlaten, nare voorspellingen doen (‘Je bent veel te dom voor het rechtbankexamen. Als ik jou was zou ik het niet eens proberen.’) of inspelen op je grootste angsten (‘Je bent net je moeder!’). Sommige intimidators bewaren hun ergste aanpak voor als er anderen bij zijn, waardoor je belachelijk wordt gemaakt met anderen erbij (‘Voor lingeriewinkels is het maar gelukkig dat niet iedere vrouw zulke kleine borsten heeft als die van mijn vrouw!’) en hij vervolgens zegt dat je ‘je niet zo moet aanstellen’ als je er iets van zegt. (‘Het was maar een grapje, lieverd. Daar moet je toch tegen kunnen!’) Andere intimidators zijn aardig en attent in het bijzijn van anderen en uiten hun beledigingen als jullie samen zijn. (‘Volgens mij besef je niet eens hoe je me vanavond voor schut hebt gezet. Toen je die Franse zin verkeerd uitsprak, kon ik wel door de grond zakken! Als je niet weet hoe je het uitspreekt, hou dan gewoon je mond!’) Natuurlijk staat intimidatie niet altijd gelijk aan gaslighten. Maar als je gaslighter ook een intimidator is, kun je een dubbele klap verwachten. Stel dat hij rijdt terwijl jullie op weg zijn naar een etentje bij zijn moeder. Je
vindt dat hij te snel rijdt en zegt hier iets van, waarop het intimidatorgaslighten begint: Jij: Lieverd, wil je wat langzamer rijden? Ik vind het een beetje eng. Hij: Je moet niet tegen me praten als ik rijd! Wil je dat we een ongeluk krijgen? Je wilt dat hij stopt met schreeuwen, dus houd je je mond verder. Hij: Hé, ik vroeg je wat! Wil je dat we een ongeluk krijgen? Geef eens gewoon antwoord! Waarom doe je dat nooit! Jij: Het spijt me. Natuurlijk wil ik niet dat we een ongeluk krijgen. Het spijt me dat ik je zo van streek heb gemaakt, ik zal het niet meer doen. Hij: Ik ben niet van streek. Je moet gewoon niet zo stom zijn. Dat weet je zelf toch ook wel? Je weet hoe lastig ik het vind om mijn moeder te zien. Waarom begin jij nu ook nog een keer? Jij: Dat wilde ik helemaal niet. Echt niet. Maar jij bent degene die iedere zondagavond naar je moeder wil. Hij: Ik heb de dag niet uitgekozen. Jij vond dat we zondags moesten gaan. Want jij bent te druk op andere dagen van de week. Je bent ook zo egoïstisch! Jij: Ik egoïstisch?! Hoe kun je zoiets zeggen?! Hij: Waarom blijf je maar tekeergaan tegen me? Ik raak alleen maar meer van streek. Blijkbaar maakt dat je helemaal niets uit. Jij: Natuurlijk wel, lieverd, dat weet je toch wel. Hij: Helemaal niet! Maar daar denk je vast ook weer anders over, of niet soms? De dynamiek van gaslighten in zijn volle glorie is herkenbaar aan: • •
•
Een gaslighter die koste wat kost gelijk wil hebben, om het even waarover. Een gaslightee die wanhopig op zoek is naar haar gaslighters bevestiging dat ze een goed, capabel of lief persoon is. Gebeurt dit niet, dan vraagt ze of hij wil stoppen met schreeuwen en haar onderbreken. Ze kan er zelfs op staan dat hij de auto stopt zodat ze uit kan stappen. Een Emotionele Apocalyps. In dit geval een beangstigende combinatie van geschreeuw, beledigingen en roekeloos rijden, waardoor de
• •
gaslightee bang, verward en nog wanhopiger wordt. De Drang tot Versmelting, omdat de gaslightee nog altijd hoopt dat zij en haar gaslighter het helemaal eens worden. De gaslighttango, omdat de gaslightee haar gaslighter nog altijd wil laten zien dat hij haar niet goed begrijpt en anders over haar moet denken. Als zij in de ogen van de gaslighter goed, capabel en lief is, bewijst dit volgens haar dat dit ook werkelijk zo is. Beschouwt hij haar daarentegen als ongevoelig, incompetent en niet lief, dan bewijst dat dat dit zo is. Voor haar zelfbeeld is het dus heel belangrijk dat ze deze ruzie wint.
Zoals je ziet, kun je het gevecht aangaan met een intimidator. Maar dit zal het gaslighten niet stoppen en de Emotionele Apocalyps niet voorkomen, het schelden, veroordelen, dreigen dat hij niet meer van je houdt. Hij wil nog altijd niets liever dan gelijk hebben en jij wilt nog altijd niets liever dan zijn goedkeuring. Woordenwisselingen en ruzies veranderen hier niets aan. En ook al win je, dan geef je hem nog altijd de macht over je zelfbeeld, want je gaat er ook nu van uit dat de manier waarop hij je ziet, is hoe je werkelijk bent. Dus je gaat iedere keer wanhopig de discussie aan en steeds weer wil je dat hij je vertelt hoe goed, capabel en lief je bent. Wat zou kunnen werken, alhoewel er geen enkele garantie is, is de strategie die we in de afgelopen twee hoofdstukken hebben behandeld: niet toegeven aan de Drang tot Versmelting en het gevecht niet aangaan. Laten we eens onderzoeken wat er gebeurt als de gaslightee niet langer zo’n behoefte heeft aan de gaslighters goedkeuring. Jij: Lieverd, wil je wat langzamer rijden? Ik vind het een beetje eng. Hij: Je moet niet tegen me praten als ik rijd! Wil je dat we een ongeluk krijgen? Jij: Ik wil alleen graag dat je iets langzamer rijdt. Hij: Hé, ik vroeg je wat! Wil je dat we een ongeluk krijgen? Geef eens gewoon antwoord! Waarom doe je dat nooit! Jij: Je moet nu echt langzamer gaan rijden. Hij: Je moet gewoon niet zo stom zijn en je mond houden. Dat weet je zelf toch ook wel? Je weet hoe lastig ik het vind om mijn moeder te zien. Waarom begin jij nu ook nog een keer?
Jij: Ik zeg alleen maar dat je af moet remmen. Als je dat niet doet, neem ik volgende keer mijn eigen auto. Hij: Ongelooflijk! Ik heb nog nooit iemand ontmoet die zo egoïstisch is als jij. Jij: (stilte) Hij: En je bent niet alleen egoïstisch, je bent nog dom ook. En het is me nu ook duidelijk hoeveel je om mij geeft. Jij: (stilte) Wanneer je niet inhaakt, wil dit zoals je ziet niet altijd zeggen dat je gaslighter zich beter gaat gedragen. Maar je blijft in ieder geval bij jezelf en je laat je niet meeslepen in een discussie die je niet kunt winnen. Je richt je niet op wat je gaslighter van je denkt, en zelfs niet op hoe je over jezelf denkt, maar gewoon op wat je wilt: een veilige, prettige autorit. De ruzie gaat niet meer over jou en of je al dan niet een goed persoon bent, maar de vraag is of je man zo wil rijden dat jij je prettig voelt. Misschien mindert hij vaart en misschien ook niet. Misschien blijft hij je provoceren en misschien ook niet. Maar als je ervoor zorgt dat je hoe dan ook niet inhaakt en erbij blijft dat je de volgende keer niet meer met hem meerijdt als hij zich zo gedraagt, kan het zijn dat hij gaat nadenken over zijn eigen gedrag. Betoverende gaslighters Een intimidator herken je vrij snel omdat hij zich zo onprettig gedraagt. Ook als je jezelf de schuld geeft, blijft het vervelend aanvoelen. Maar een betoverende gaslighter is vaak moeilijker te herkennen. Dit zijn de mannen die er ‘op papier’ heel goed uitzien, die zo perfect lijken dat je niet snapt waarom je het zo moeilijk hebt. Ze kunnen zelfs zo geweldig overkomen, dat ze ook je vrienden, vriendinnen en familie voor de gek weten te houden. Je betoverende gaslighter kan iedereen ervan hebben overtuigd dat het probleem in ieder geval niet bij hem ligt: jij bent degene die niet weet wat geluk is, niet flexibel is of alledaagse tekortkomingen niet kan accepteren. Herken je dit type gaslighter? Komen (sommige van) de volgende scenario’s je bekend voor? De betoverende gaslighter: fase 2
•
•
• •
•
Je valt voor hem als hij met een grote bos rozen voor je staat, maar hij komt wel vaak drie uur te laat opdagen of het is onmogelijk om duidelijke afspraken met hem te maken. Als je hier iets van zegt, zegt hij dat je dwingend, paranoïde en niet spontaan bent. Hij verrast je voortdurend met allerlei romantische gebaren, maar vaak sluiten deze niet goed aan bij je werkelijke gevoelens. Maar hij lijkt zo blij met wat hij doet, dat jij je gaat afvragen of er iets met jou is waardoor je er niet van kunt genieten. Afwisselend is hij opmerkelijk ontvankelijk – mentaal, emotioneel, seksueel – en ronduit ongevoelig. Is hij in een ontvankelijke stemming, dan ben jij in de wolken. Zo niet, dan geef je jezelf hiervan de schuld. Hij is ruimhartig en vrijgevig, maar soms explodeert hij, trekt hij zich in een ijzige stilte terug of is hij één hoopje kinderlijke ellende. Hoewel hij jou hier niet direct de schuld van geeft, weet je zeker dat het jouw fout is, al begrijp je nooit wat je nu eigenlijk hebt gedaan. Als jullie samen zijn is het leven fantastisch, maar er zijn allerlei kleine dingetjes die niet kloppen. Bij sommige betoverende gaslighters is er gedoe met geld: je bankrekening klopt niet, er zijn onverklaarbare creditcarduitgaven, je snapt niet waarom hij soms geld genoeg heeft en andere keren helemaal blut is. Bij andere betoverende mannen ontstaat gedoe rond seks: als hij afstandelijk en ontwijkend doet, weet je zeker dat hij je bedriegt. En wanneer hij je liefdevol en teder in zijn armen sluit, vraag je je af waarom je toch zo achterdochtig bent.
Als je een relatie hebt met een betoverende gaslighter, zit je waarschijnlijk instemmend te knikken. Maar de verwarring blijft. Je ziet wat hij doet, maar je begrijpt niet goed waarom jij het hier moeilijk mee hebt. Maar ik begrijp het wel: meestal – maar misschien wel altijd – is je gaslighter alleen bezig om zichzelf ervan te overtuigen dat hij een heel romantische man is. Het lijkt alsof het hem om jullie relatie gaat, maar in wezen is hij alleen bezig met zichzelf. De dingen die hij doet om in zijn eigen behoeften te voorzien lijken liefdevol, attent en bevredigend, maar zijn onvermogen om echt contact te maken, geeft jou een eenzaam gevoel. Stel, hij geeft je een enorm boeket lelies ter herinnering aan jullie allereerste kus. Hoe romantisch! Je bedankt hem omdat hij hieraan heeft gedacht, maar vervolgens herinner je hem eraan dat je allergisch bent voor lelies en zit hij
uren te mokken. Hij zegt niets maar de boodschap is overduidelijk: je bent egoïstisch en tactloos omdat je zijn cadeau niet waardeert. Uiteindelijk wordt hij boos vanwege een kleinigheidje, bijvoorbeeld omdat je de airconditioning zo hoog hebt gezet. Hij straft je omdat je niet bent gevallen voor zijn romantische gebaar, ook al maakte dit gebaar je letterlijk ziek. Maar als je nog altijd iets van de relatie wilt maken en nog steeds zijn bevestiging zoekt voor je gevoel van eigenwaarde, vraag je jezelf misschien af waarom je toch zo ongevoelig was en niet waarom je romantische, perfecte vriend je een ongepast cadeau gaf. Hier volgt een typerend voorbeeld van een situatie met zo iemand. Let eens op hoe schijnbaar goed gedrag in een andere context manipulatief en ongevoelig kan zijn. Bijvoorbeeld in onderstaand voorbeeld, waarin een betoverende gaslighter blijft volhouden dat hij gelijk heeft, zelfs terwijl hij complimentjes en cadeaus geeft. Jij: Waar was je? Is er iets gebeurd? Ik zit al drie uur te wachten met eten, je had wel even kunnen bellen. Hij: Ik ben laat omdat ik deze prachtige negligé voor je heb gekocht. Ik moest naar drie winkels voor ik er een vond die goed bij je ogen past. Jij: Hij is inderdaad heel mooi. Maar drie uur? Hij: Wat maakt het uit dat ik te laat ben! Is dat het enige wat telt? Jij: Maar ik was bezorgd. Hij: Je bent ook zo gestrest! Voor alles heb je een schema! Jij: Dat is helemaal niet waar! Iedereen maakt zich zorgen als hij drie uur moet wachten. Hij: Maar wij zijn niet ‘iedereen’. Waarom zouden we ons aan anderen meten? Dat is zo burgerlijk en saai. Is dat dan wat je wil? Jij: Dus je vindt mij saai? Hij: Nee, natuurlijk niet! Ik begrijp best dat je bezorgd was en dat spijt me. Kom, dan gaan we uit eten. Daarna trakteer ik je op mijn speciale, twee uur durende massage en dan kun je deze negligé aantrekken! Jij: Oké … dat klinkt op zich wel leuk, ja. Wie durft iemand die je mooie cadeaus geeft, meeneemt uit eten, twee uur masseert en de avond afsluit met fantastische seks nog iets te verwijten? De stroom aan cadeaus en ogenschijnlijke attenties zouden je een goed gevoel
moeten geven. Maar als je vriend je voor de derde, vierde of twintigste keer heeft laten zitten, heb je waarschijnlijk niet meer zoveel behoefte aan zijn romantische manier van doen. Dan ben je waarschijnlijk te boos, omdat je bezwaren steeds van tafel worden geveegd. Zolang je vastzit in fase 2 van gaslighten, zul je jezelf de schuld blijven geven voor je ergernis en verwarring, en niet je vriend. Omdat je nog altijd op zoek bent naar zijn bevestiging voor een goed, capabel en lief zelfbeeld en omdat je de relatie niet wilt verbreken, is de kans groot dat je zijn standpunten overneemt en niet aan die van jezelf vasthoudt. Misschien weet je jezelf er zelfs van te overtuigen dat je gestrest, burgerlijk en veeleisend bent, precies zoals hij zegt en vraag je je af wat er toch met je aan de hand is waardoor je zijn romantische gebaren niet weet te waarderen. Als je deze gaslighttango wilt doorbreken, zul je een aantal aangename dingen moeten opgeven. Jij: Waar was je? Is er iets gebeurd? Ik zit al drie uur te wachten met eten, je had wel even kunnen bellen. Hij: Ik ben laat omdat ik deze prachtige negligé voor je heb gekocht. Ik moest naar drie winkels voor ik er een vond die goed bij je ogen past. Jij: Ik heb geen zin in cadeaus als ik zo boos ben. Hij: Wat maakt het uit dat ik te laat ben! Is dat het enige wat telt? Jij: Ik heb al zo vaak gezegd dat ik het niet leuk vind om op je te moeten wachten. De volgende keer wacht ik niet langer dan twintig minuten met eten. Daarna zet ik het weg en ga ik mijn eigen dingen doen. Hij: Je bent ook zo gestrest! Voor alles heb je een schema! Jij: Ik heb net gezegd wat ik de volgende keer doe. Dus wat mij betreft zijn we nu klaar. Hij: Helemaal niet. Je bent een geweldige, prachtige vrouw. Waarom heb je voor alles een schema zoals alle andere vrouwen? Dat is zo burgerlijk en saai. Is dat dan wat je wil? Jij: Je luistert helemaal niet naar me, daarom ga ik nu naar bed. Hij: Ik begrijp best dat je bezorgd was en dat spijt me. Kom, dan gaan we uit eten. Daarna trakteer ik op mijn speciale, twee uur durende massage en dan kun je deze negligé aantrekken! Jij: Misschien een andere keer. Ik heb geen zin om intiem te doen als je niet naar me luistert.
Het probleem met dit type gaslighter is, zoals je kunt zien, dat hij niet echt ingaat op jou en je bezorgdheid. Net als de intimidator wil ook hij zijn gelijk halen. Maar ondertussen trekt hij een heel aantrekkelijk rookgordijn op. Bij de intimidator kun je protesteren tegen het schelden, de beledigingen of kilheid zonder dat je de achterliggende redenen hoeft te analyseren. Maar het gedrag van de betoverende gaslighter zou binnen een andere context heel erg prettig zijn. Welke vrouw wil nu geen romantische diners, lange massages en prachtige cadeaus? Maar als je wilt dat zijn gedrag verandert, moet je durven vertrouwen op je eigen onaangename gevoelens en frustraties, in plaats van je te focussen op zijn betoverende of edelmoedige beloften, ook al gaan jullie hierdoor allebei boos slapen. Aardige-kerel-gaslighter De aardige-kerel-gaslighter zorgt net als de betoverende gaslighter voor behoorlijk wat verwarring. Hij lijkt meegaand, aardig en behulpzaam, maar toch voel je je uiteindelijk verward en gefrustreerd. Kijk of de volgende scenario’s je bekend voorkomen. De aardige-kerel-gaslighter: fase 2 •
•
De ene minuut geeft hij je geweldig advies over hoe je het best met je moeder kunt omgaan en even later staart hij je wezenloos aan als je het gesprek wilt voortzetten. Als je vraagt waarop hij dicht is geklapt, wil hij dit niet zeggen, of houdt hij vol dat er niets is. Jullie discussiëren urenlang over een bepaalde kwestie, bijvoorbeeld wie de kinderen ophaalt of waar de volgende vakantie naartoe gaat. Maar ineens stopt hij hiermee door toe te geven en precies te doen wat jij wilt. Misschien dat hij niet helemaal tevreden is, maar jij hebt je zin, dus je hebt niets te klagen. Of hij maakt op een heel royale manier een einde aan het gesprek door te zeggen: ‘Oké, dan doen we met de vakantie jouw zin. Jij hebt sowieso altijd goede ideeën, dus ik weet zeker dat het leuk wordt. Weet je nog toen we naar Drenthe gingen en in die knusse B&B sliepen die jij had gevonden?’ Maar ondanks dit schijnbaar royale gebaar, voel je je er toch in geluisd. Hij heeft je heel galant je zin gegeven, maar je weet – al dan niet bewust – dat hij de
•
volgende keer wanneer er iets is weer net zo hard met je in discussie zal gaan. En als hij toegeeft, voel je dat dit niet is omdat hij zo veel om jouw gevoelens geeft, maar omdat hij wil laten zien hoe goed hij wel niet is. Hierdoor ga je denken dat je gek of ondankbaar of nooit tevreden bent, want hij is immers zó geweldig. Hij doet zijn deel – of meer – van het huishouden en de dingen die bij een relatie horen. Toch heb je nooit het gevoel dat hij helemaal meedoet. Als je om een emotionele bevestiging vraagt of op een dieper niveau verbinding zoekt, kijkt hij je wezenloos aan. En je vraagt je af waarom je zo egoïstisch en veeleisend bent.
Hieronder volgt een voorbeeld van een fase 2-gesprek met een aardigekerel-gaslighter. Vraag jezelf tijdens het lezen eens af waarom de betrokken vrouw zo gefrustreerd en verward is. Hij: Zullen we zondag een stuk gaan toeren met de auto? Jij: Ja leuk, maar we zouden naar mijn ouders gaan om te eten. Hij: O … (lange stilte). Jij: Wat is er? Hij: Niets. Jij: Nee, er is wel iets. Wat is er? Hij: Echt, er is niets. Jij: Zeg me nou wat er is. Hij: Oké. Vind je niet dat we deze maand al heel vaak naar je ouders zijn geweest? En eerlijk gezegd ben je altijd behoorlijk geprikkeld na afloop. Ik weet niet of het wel zo’n goed idee is om zo vaak naar hen toe te gaan. Jij: Het is mijn familie. En volgens mij ben ik helemaal niet zo geprikkeld na een bezoek. Heb jij soms moeite met ze? Hij: Helemaal niet! Ik ben gek op je familie, dat weet je toch. Ik maakte me gewoon zorgen om jou. Als jij er zondag heen wilt, dan gaan we gewoon. Dus gaan jullie naar je ouders, waar je man nauwelijks een woord zegt. Laten we nu eens kijken wat er op de weg naar huis gebeurt.
Jij: Ik geloof niet dat je het vandaag erg naar je zin had, hè? Hij: Hoe bedoel je? Ik had het heel erg naar mijn zin! Ik vind het altijd leuk om naar je ouders te gaan, dat weet je toch. Jij: Maar je praat met niemand. En je zag er de hele dag niet vrolijk uit. Hij: Ik begrijp niet waar je het over hebt. Heb je niet gezien dat ik met je vader twee uur lang over tuinieren heb gepraat? En toen je moeder die grap over haar reis naar Bermuda vertelde, plaste ik bijna in mijn broek van het lachen. Jij: Zo herinner ik het me niet. Hij: Toch was het zo. Jij: Oké. Wat vond je van de nieuwe baby van mijn zus? Vond je haar niet mooi? En zo oplettend! Ik geloof bijna niet dat ze pas drie maanden oud is. Hij: Ik geloof … (lange stilte) Jij: Is er iets? Hij: Waarom zou er iets zijn? Jij: Omdat je een kwartier niets hebt gezegd en je er heel boos uitziet. Dan denk ik dat er iets is. Hij: Er is echt helemaal niets aan de hand, lieverd. Maar misschien begrijp je nu wat ik bedoel als ik zeg dat je altijd zo snel geprikkeld bent na een bezoek aan je ouders. Zoals je ziet weet de aardige-kerel-gaslighter het altijd zo te draaien dat het lijkt alsof hij alles doet wat jij wilt, zonder dat hij je echt geeft wat je graag wilt. Hij doet zijn uiterste best om ervoor te zorgen dat je zijn versie van de gebeurtenissen accepteert. Hij weigert niet om weer een zondag bij je ouders door te brengen en hij doet ook niet eens aardig door er een leuke dag van te maken, maar in plaats daarvan neemt hij een houding van ‘respectloze toegeeflijkheid’ aan. Hij is het in alles met je eens, maar aan allerlei kleine dingetjes merk je hoe ongelukkig en rancuneus hij is. De Emotionele Apocalyps van deze man is pruilen en mokken, er ongelukkig of bozig bij lopen zonder toe te geven dat er iets aan de hand is. Andere aardige-kerelgaslighters hebben weer een eigen apocalyps. De een kan in woede uitbarsten over een schijnbaar klein detail, een ander kan je een schuldgevoel aanpraten over het een of ander en weer een ander kan ‘per ongeluk’ een kwetsende opmerking maken en vervolgens duizendmaal zijn excuses aanbieden.
En wat is jouw rol in dit alles? Zolang je alles investeert in de relatie, in het zoeken van zijn bevestiging en positief blijft denken over je gaslighter, zul je het meest voor de hand liggende niet kunnen zien. Dan zeg je niet: ‘Mijn man is niet eerlijk over zijn gevoelens en gemok (of zijn woedeuitbarstingen, de manier waarop hij mij schuldgevoelens probeert aan te praten of zijn beledigingen) wanneer hij zijn zin niet krijgt. En ik vind dat helemaal niet leuk!’ In plaats daarvan zeg je: ‘Hij is zo’n aardige man, zo meegaand. Hij doet altijd alles wat ik vraag. Wat is er toch met mij dat ik hem niet meer waardeer?’ Je vraag je af of jij soms gek geworden bent door te denken dat er iets niet klopt. Hij zegt immers dat alles goed is en je weet hoe belangrijk het voor hem is om gelijk te hebben. Hij weet je er misschien zelfs van te overtuigen dat jij degene bent die het niet leuk vindt om naar je ouders te gaan en niet hij. Want kijk maar eens hoe geïrriteerd je nu bent! Natuurlijk hoeft deze gaslighter niet weer een hele dag mee te gaan naar je ouders. Maar hij weigert niet, hij gaat gaslighten en doet net alsof hij een aardige kerel is in plaats van duidelijk te maken wat hij echt wil. Een relatie met zo’n soort man kan je al snel in verwarring brengen. Ooit beschreef een vriendin van mij hoe ze zich voelt wanneer ze niet genoeg geslapen heeft: ‘Ik denk dan dat ik me goed voel, maar op een gegeven moment doe ik iets doms. Dan laat ik bijvoorbeeld mijn sleutels in de buitenbrievenbus zitten. Of ik giet de overgebleven melk terug in het pak met sinaasappelsap. Of ik zit vijf minuten naar mijn telefoon te staren terwijl ik me niet kan herinneren wie ik ook alweer wilde bellen. Aan dit soort dingen merk ik dat ik niet helemaal goed functioneer. Maar ook dan hoef ik me niet per se slaperig, in de war of inefficiënt te voelen. Ik voel me prima, maar gedraag me wel als iemand die in een dikke mist loopt!’ Dit vind ik een perfecte beschrijving van wat er met vrouwen kan gebeuren die een relatie hebben met een aardige-kerel-gaslighter. Je denkt dat alles prima in orde is. Je kijkt naar je man en ziet een romantische, liefdevolle, toegewijde echtgenoot die alles lijkt te doen wat je vraagt. Toch moet je steeds huilen, voel je je eenzaam, gestrest, verward of lamgeslagen. Dat is niet de respons van een vrouw in een werkelijk bevredigende relatie. Maar toch ben je je er, net als mijn vriendin die slaap tekortkomt, niet van bewust dat je iets tekortkomt. Je doet gewoon je dingen. Wat kun je doen als je een relatie hebt met een goede-kerel-gaslighter? Laten we eens kijken wat er gebeurt als je niet langer naar zijn goedkeuring
zoekt, hem niet meer idealiseert en bij je eigen besef van de werkelijkheid blijft, ook op die momenten waarop hij zijn gelijk wil halen. Hij: Zullen we zondag een stuk gaan toeren met de auto? Jij: Ja leuk, maar we zouden naar mijn ouders gaan om te eten. Hij: O … (lange stilte). Jij: Wat is er? Hij: Niets. Jij: Weet je lieverd, ik word er zo moe van dat ik iedere keer weer moet vragen of er iets is en jij mij niet vertelt wat er aan de hand is. En nu we het er toch over hebben, de vorige keer dat we naar mijn ouders gingen, deed je je mond niet open en leek het alsof je het helemaal niet naar je zin had. Daarom ga ik deze keer alleen. Dan kunnen we een andere keer gaan toeren. Hij: Ik heb geen idee waarom je dit allemaal zegt. Ik ben dol op je familie en er is helemaal niets aan de hand. Jij: Ik heb geen zin om hierover in discussie te gaan. Hij: Maar ik wil dat je weet hoeveel ik van jou en je ouders houd. Ik snap niet dat je je hier zo druk over maakt. Als jij naar je ouders wilt, dan gaan we gewoon. Heb ik ooit gezegd dat ik niet mee wil? Jij: Nee, niet met woorden, maar je gedrag spreekt voor zich. De keuze is aan jou: je kunt meegaan en je best doen om het leuk te hebben, of je blijft thuis. Ik heb geen zin om het er verder over te hebben. In werkelijkheid kan het gebeuren dat de discussie nog een tijdje duurt, maar je merkt het verschil in aanpak. Je haakt niet in. Je weigert de discussie aan te gaan over iets waarvan je weet dat het waar is. Je weet hoe je man zich gedroeg en je vertrouwt op je eigen kijk op de waarheid, niet op wat hij zegt dat waar is. Misschien dat je man gaat zitten mokken, maar je laat je niet bang maken door zijn Emotionele Apocalyps en zijn verborgen dreiging om je zijn liefde te ontzeggen. Tegelijkertijd geef je ook niet toe aan de Drang tot Versmelting. Je probeert je man niet over te halen en het met je eens te worden en je doet ook niet je best om zijn bevestiging te krijgen. Je neemt gewoon je eigen besluit en je houdt vast aan jouw beeld van de werkelijkheid. En zolang je dat doet, kan niemand je gaslighten.
De Valkuil van Verklaren: fase 2 Nella was een cliënt van mij. Ze was een dromerige, romantische vrouw van begin veertig, die dacht dat ze eindelijk de grote liefde van haar leven had gevonden. Nella was conservator van een museum en reisde voor haar werk regelmatig naar Europa en Zuid-Amerika. Ze was heel tevreden met haar baan, maar had nooit een lange liefdesrelatie gehad. Nu dacht ze in de charmante en toegewijde Frederick eindelijk ‘de ware’ gevonden te hebben. Maar Nella kwam er al snel achter dat het leven met Frederick zo zijn eigen problemen kende. Hij vond geen van haar vrienden, vriendinnen en familieleden leuk en deed heel moeilijk wanneer zij hen bezocht. Hierdoor voelde ze zich steeds meer geïsoleerd. Hij begon te klagen over haar reizen, hoewel hij inmiddels met pensioen was en Nella hem vaak uitnodigde om mee te gaan. Maar dat weigerde Frederick. Daarom ging Nella steeds vaker nee zeggen tegen belangrijke opdrachten waarvan ze eerder zo genoot. Ze zou voor haar werk een vervolgopleiding doen, maar Fredericks bezitterigheid maakte ook daar een einde aan. Alsof dit allemaal niet erg genoeg was, bleek Frederick ook nog eens een intimiderende gaslighter te zijn, die steeds weer nieuwe manieren vond om Nella te kleineren. In het ergste geval praatte hij niet meer tegen haar – zijn Emotionele Apocalyps – en dan ging zij altijd om zijn aandacht smeken om zich weer geliefd te voelen. Hoewel Nella met mij over deze dingen sprak, duurde het een aantal maanden voor zij zag welke tol zij had moeten betalen voor haar gaslightrelatie. Inmiddels was ze in staat om alle problemen op een rijtje te zetten: minder contact met vrienden, vriendinnen en familie; een lager zelfbeeld; minder kansen en mogelijkheden op haar werk; uitstel van werkgerelateerde plannen. Maar toen ik vroeg of ze verder wilde gaan met de relatie, zei ze enthousiast en met een glimlach: ‘Frederick is zo’n interessante man! We maken samen zoveel mee. Je weet nooit wat er het volgende moment kan gebeuren. En hij gaat zo diep. Ik heb nog nooit een relatie gehad met zo’n mysterieuze man.’ Terwijl we verder praatten, besefte ik dat Nella niet emotioneel reageerde op de manier waarop Frederick haar behandelde – de vernederingen, het doodzwijgen en de eis dat ze stopte met reizen en vriendenbezoek – maar dat zij ‘het probleem Frederick’ heel verstandelijk benaderde. Waarom deed hij zo moeilijk en was hij zo veeleisend? Wat lag er verborgen achter zijn behoefte om haar te beledigen of om niet meer met
haar te praten? Kon ze er op de een of andere manier achter komen wanneer de beledigingen zouden stoppen en het doodzwijgen ging beginnen, om dit in de toekomst te voorkomen? En hoe zat het met die speciale momenten waarop Frederick zich volledig blootgaf en haar over zijn diepste angsten en zwakheden vertelde? Hoe kon het dat hij zich het ene moment volledig aan haar toevertrouwde en even later zo achterdochtig was? Misschien had zijn moeder er iets mee te maken, of zijn oudere zus. Nella kon haar lastige vriend zo urenlang vrolijk analyseren. Als Nella op een emotionele manier had gereageerd, had ze er waarschijnlijk al snel genoeg van gekregen zo respectloos behandeld te worden. Maar door over de relatie na te denken, bleef ze erdoor geïntrigeerd. Nella had een fase 2-versie van de Valkuil van Verklaren ontwikkeld. Ze ervaarde de beledigende aspecten van Fredericks gedrag niet als frustrerend, pijnlijk of afstotend, maar als interessant, omdat ze haar zoveel gelegenheid gaven om allerlei verklaringen te bedenken. Voordat ze met Frederick omging, had Nella een relatie met een man die op mij veel stabieler en aardiger overkwam. Toen ik naar hem vroeg, gaf Nella onmiddellijk toe dat haar vorige vriend heel erg goed voor haar was geweest. Maar, zei ze, hij was lang niet zo interessant als Frederick. Nellas openhartige beschrijving van haar interesse in Fredericks kwetsende gedrag, maakte me bewust van een tegenstelling die ik bij veel vrouwen zag, ook bij mijzelf. Als we een relatie hebben met iemand die ons niet heel goed behandelt, dan houdt zo’n relatie ons heel erg bezig. Dan is er veel om over na te denken, over te praten en te analyseren. Over een relatie met een aardiger, betrouwbaarder persoon hoeven we niet zoveel na te denken. We genieten er wel van, maar zo’n relatie houdt ons veel minder bezig. Als onze liefdespartner (of vriendin of baas) goed voor zichzelf zorgt – attent en liefdevol is, zijn eigen gevoelens kent en zijn ongenoegen op een vriendelijke, passende manier uit – dan blijft er voor ons niet zoveel over om te doen. Daarom leek Nella, net als zoveel vrouwen in fase 2 van gaslighten, meer geïnteresseerd in het drama en de analyse van een slechte relatie, dan in de ‘gewonere’ ervaring van een goede. Nella beschouwde een relatie niet als een bolwerk van ondersteuning of een doorgaande bron van liefde, maar eerder als een uitdagend wiskundig probleem, dat zo interessant is omdat het zo ingewikkeld is.
Waarom raken sommigen van ons zo opgewonden van het analyseren van onze gaslighters? Inmiddels denk ik dat hier twee redenen voor zijn. De omgang met een onvoorspelbaar persoon geeft ons het gevoel dat we leven Een cliënt van mij beschreef ooit een ervaring met haar vader uit haar kindertijd: ‘Ik wist nooit wie er naar binnen liep als hij ’s avonds thuiskwam. Misschien had hij zijn armen vol cadeaus en zou hij uren met ons spelen tot we aan tafel moesten. Misschien viel hij uit met voor ieder van ons een aantal persoonlijk gerichte beledigingen, of misschien wilde hij met rust gelaten worden. Iedere middag vroegen mijn broers en ik aan elkaar: “Wat voor stemming denk jij dat papa vandaag heeft?” Het was iedere dag weer een groot spektakel.’ Het kan zijn dat mijn cliënt op een bepaald niveau liever een betrouwbaarder vader had gehad, iemand op wie ze kon vertrouwen, die iedere avond met dezelfde liefdevolle blik binnenkwam. Maar ze is ervan gaan genieten dat ze iedere dag alert moest zijn om de dagelijkse, nieuwe uitdagingen van haar vader het hoofd te bieden. Zoals outdoorliefhebbers vol enthousiasme kunnen vertellen over alle mogelijke voorvallen die ze kunnen verwachten tijdens een tocht door de bergen of een skitocht, zo vertelde mijn cliënt over de relatie met haar vader alsof het een doorgaand avontuur was, dat het beste in haar omhooghaalde en haar het gevoel gaf dat ze leefde. Toen ze ouder werd, zocht ze partners die ook de belofte van ‘avontuur’ in zich droegen. Proberen je gaslighter te begrijpen, geeft een gevoel van macht Wie als kind ouders had die niet voortdurend en vanzelfsprekend liefde konden geven, leerde al heel jong dat het leven onvoorspelbaar is. Een antwoord op deze onvoorspelbaarheid is proberen om je controle over de dingen te vergroten. Hoe meer je kunt controleren, hoe meer zekerheid je krijgt en hoe minder je gekwetst kunt worden door een onbetrouwbare ouder, vriend, vriendin of geliefde die tekortschiet of teleurstelt. Jammer genoeg betekent een relatie automatisch ook een verlies aan controle. Het staat de ander vrij om van je te houden of niet, om voor je op te
komen of niet, om je goed te behandelen of slecht. Uiteindelijk beslist hij, niet jij, hoe hij met je omgaat en het enige dat jij kunt doen is antwoord geven. De Valkuil van Verklaren geeft de suggestie van meer controle dan we in werkelijkheid hebben. Het lijkt dat we het nodige kunnen doen om het gedrag van de gaslighter te veranderen wanneer we hem begrijpen. Dus hoe slechter hij je behandelt, hoe geïnteresseerder je wordt, omdat hij zoveel mogelijkheden lijkt te bieden om er iets aan te doen. Wat is hier de oplossing? Hoe bevrijden we onszelf uit de Valkuil van Verklaren? Ook hier moeten we weer naar onszelf en onze stewardessen kijken. Je dient met heldere blik je eigen gedrag te onderzoeken en je af te vragen hoe blij je bent met je manier van handelen. Ben je bijvoorbeeld tevreden met het feit dat je hem om vergeving vraagt of om ermee te stoppen wanneer hij tegen je tekeergaat? Je dient je te focussen op je emotionele respons en echt te voelen wat je voelt. Je moet beseffen dat alle teleurstellingen, frustraties en huilbuien die in ons de drang tot verklaren opwekken, net zo onlosmakelijk verbonden zijn met de door ons gekoesterde romantiek, het avontuur en ‘het gevoel dat je leeft’, als een kater na een avondje flink doorzakken. Enkele stewardessen die op mogelijk gevaar duiden • • • • • • • •
Je voelt je regelmatig ontdaan of verward. Nare of rusteloze dromen. Je maakt je zorgen omdat je je de details van wat er gebeurde tussen jou en je gaslighter niet kunt herinneren. Lichamelijke signalen: een steen in je maag, benauwd gevoel in de borst, zere keel, darmproblemen. Gevoel van angst of grote alertheid als hij belt of thuiskomt. Je doet extra je best om jezelf en je vrienden/vriendinnen ervan te overtuigen dat de relatie met je gaslighter geweldig is. Je hebt het gevoel dat de manier waarop je je laat behandelen ingaat tegen je integriteit. Goede vrienden/vriendinnen en familieleden die je vertrouwt, spreken regelmatig hun bezorgdheid uit.
• •
Je vermijdt je vrienden/vriendinnen of weigert om met hen over je relatie te praten. Je hebt nog maar weinig plezier in je leven.
Mijn cliënten vragen heel regelmatig hoe ze de hoogtepunten in hun gaslightrelatie kunnen behouden terwijl ze zich bevrijden van de negatieve kanten. Maar dat gaat jammer genoeg niet. Hoewel een stabielere, betrouwbaardere relatie een ander – misschien dieper – soort bevrediging kent, is het waar dat zo’n verhouding niet altijd even romantisch of avontuurlijk lijkt als een relatie met een kwetsende, complexe partner van wie je nooit weet hoe hij op het volgende moment zal reageren. Ook als jij en je gaslighter een bepaalde bladzijde om kunnen slaan waardoor de relatie gezonder en bevredigender wordt, zul je het onverwachte verliezen dat je leven zo opwindend maakt en waardoor je altijd superalert bent. Een nieuwe, gezondere relatie is per definitie minder uitdagend en voorspelbaarder. Je hoeft jezelf niet langer voortdurend te verdedigen en alleen maar open te staan om te geven en ontvangen. En je zult moeten accepteren dat je het gedrag van je partner nog altijd niet in de hand hebt. Het enige wat je in de hand hebt, is je eigen antwoord op wat hij je wenst te geven. Dus mocht je relatie je veel frustrerende uren bezorgen (met af en toe een oprisping van vreugde), of wanneer je net als Nella beslissingen neemt die niet aansluiten bij wat je in ruimere zin van het leven wilt, dan kun je je afvragen of je soms gevangen zit in de Valkuil van Verklaren. Probeer te ervaren wat je van de relatie in zijn totaliteit vindt en doe de oefening ‘Vind je innerlijke waarheid’ (bladzijde xx) om erachter te komen welke volgende stap je wilt zetten.
De Valkuil van Onderhandelen Een andere variant op de Valkuil van Verklaren, die met name veel voorkomt bij vrouwen die een relatie hebben met een aardige-kerel-gaslighter, is de Valkuil van Onderhandelen. Net als vrouwen die vastzitten in de Valkuil van Verklaren, hebben degenen onder ons die in de Valkuil van Onderhandelen zijn gevallen, de neiging om zich te focussen op hun succes – of het ontbreken
hiervan – tijdens de onderhandelingen met hun partner, en niet op de bevrediging die de relatie als geheel schenkt. Neem Laura, een intensivecareverpleegkundige van begin zestig. Zij had een relatie met Ron, een meubelmaker die veel kenmerken vertoont van een aardige-kerel-gaslighter. Het kwam regelmatig voor dat zij urenlang discussieerden over de kleinste dingen binnen hun relatie. Toen ze elkaar net leerden kennen en samen uitgingen, hadden ze een gedetailleerd systeem bedacht voor wie wat, waar moest betalen. Ze onderhandelden over hun seksuele voorkeuren, zodat ze ervoor konden zorgen dat ze allebei aan hun trekken kwamen, zonder dat een van beiden zich gebruikt of gefrustreerd voelde. Ze maakten schema’s waarin ze hun drukke werkzaamheden, verlangen naar tijd alleen of met eigen vrienden, en hun behoefte aan tijd met zijn tweeën planden. Ze bleven onderhandelen toen ze gingen samenwonen, trouwden en vier kinderen kregen. Niets in hun leven leek te klein of te groot om tot in detail uitgewerkt te kunnen worden. Maar toen Laura naar mij toe kwam, was ze al lange tijd niet gelukkig meer. De onderhandelingen die haar ooit energie gaven, putten haar nu uit. Steeds als ze met iets persoonlijks kwam, had ze het gevoel dat ze, onder het mom van onderhandelen, in een urenlange woordenstrijd terechtkwam. Bijvoorbeeld zoals die keer dat ze haar irritatie uitte omdat Ron nauwelijks thuis was sinds hij lid was geworden van een senioren softbalteam. Ron ging niet in op haar gevoelens van eenzaamheid en geïrriteerdheid, maar begon te onderhandelen over hoeveel tijd hij van huis ‘mocht’ zijn, over hoe de tijd die hij aan softbal besteedde zich verhield tot haar lidmaatschap van de wekelijkse boekenclub en over wat hij extra kon doen als het softbalseizoen voorbij was. Het leek alsof hij heel bereidwillig en ontvankelijk was, maar in wezen waren de onderhandelingen voor Ron een middel geworden waarmee hij Laura’s bezorgdheid negeerde, terwijl hij haar ervan probeerde te overtuigen dat dit hem wel degelijk bezighield. Omdat Laura zo overtuigd was van het principe van onderhandelen, was ze niet goed in staat om de boosheid en het verdriet te uiten die ze voelde omdat Ron zo weinig thuis was en niet naar haar luisterde. Ze had het gevoel dat zij deze schijnvertoning mede hoog moest houden en net moest doen alsof ze aan het onderhandelen waren, terwijl ze eigenlijk liever van frustratie in tranen was uitgebarsten. Terwijl we met elkaar spraken, werd duidelijk dat zowel Laura als Ron het onderhandelingsproces gebruikte om een verbinding op een dieper,
emotioneel niveau te voorkomen. Ron was niet eerlijk over wat hij echt wilde (tijd voor softbal) en echt voelde (hij speelde liever softbal dan dat hij bij Laura was). Maar omdat hij zich altijd kon laten voorstaan op zijn aardige-kerel-gedrag en zijn bereidheid tot onderhandelen, was Laura gaan geloven dat ze geen reden tot klagen had. In plaats daarvan voelde ze zich eenzaam, verward en verdoofd. Laura’s frustraties groeiden toen zij en Ron een relatietherapeut bezochten. Een belangrijk onderdeel van relatietherapie is partners helpen om beter te leren communiceren, daarom begreep de therapeut in dit geval niet goed wat nu precies het probleem was. Ze kwamen alle drie tot de conclusie dat Laura en Ron heel goed communiceerden, waardoor Laura helemaal niet meer begreep waarom ze zo ongelukkig was. Tijdens onze sessies besefte Laura dat ze de onderhandelingen steeds weer aanging om haar echte gevoelens voor Ron en over hun relatie te vermijden. Het was haar manier om niet te hoeven zien hoe gefrustreerd, alleen en genegeerd ze zich voelde. Steeds als ze uiting gaf aan haar ontevredenheid over hun relatie, kon Ron altijd weer bewijzen dat er niets aan de hand was – of in ieder geval niet iets waarvoor hij verantwoordelijk was. Was hij niet altijd bereid om met haar te onderhandelen? Was hij het niet heel vaak eens met haar voorstellen? Hoe kan er dan een probleem zijn? Hier werd Laura knettergek van. Omdat ook zij vertrouwen had in het onderhandelingsproces, kon Ron altijd bewijzen dat ze geen enkele reden had om ongelukkig te zijn. Maar dat was ze wel. Alleen wilde Laura niet inzien dat haar onderhandelingen met Ron gecompliceerde schijnvertoningen waren geworden. Ron probeerde te bewijzen dat hij gelijk had en Laura probeerde zichzelf er ook van te overtuigen dat hij gelijk had, zodat ze niet hoefde te erkennen hoe onbevredigend haar huwelijk was geworden. Natuurlijk kunnen onderhandelingen heel productief zijn. Maar let op dat het onderhandelingsproces je niet blind maakt voor je eigen emotionele toestand. Als je niet tevreden bent met het eindresultaat, maakt het niet uit hoe je hiertoe gekomen bent, wat hij ervan vindt, of dat jouw overwinning er ‘op papier’ goed uitziet. Het enige dat telt is je eigen, diepste, meest authentieke, innerlijke waarheid.
Vind je innerlijke waarheid: Methoden die fase 2 van gaslighten helpen ontwarren 1. Schrijf een dialoog met je gaslighter woord voor woord op en lees hem door. Hoe klinkt het nu je niet direct met je gaslighter praat? Redelijk? Behulpzaam? Of raakt het kant noch wal? 2. Praat met een vriend(in) of raadgever die je vertrouwt. Geloof me, de mensen die je het best kennen, kennen al je tekortkomingen! Als je de kritiek van je gaslighter op jou met hen deelt, kunnen ze je vast helpen om een beter zicht op de zaak te krijgen, met name wanneer er iets van waarheid in de kritiek schuilt. Je gaslighter kan heel bedreven zijn in het verdraaien van iets wat op zich echt waar is. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat je altijd – heel vervelend – te laat bent. Maar dit wil nog niet zeggen je dit opzettelijk doet om je gaslighter voor schut te zetten. Hij mag geïrriteerd zijn, maar dat geeft hem nog niet het recht om in het wilde weg beschuldigingen rond te slingeren (‘Dat doe je alleen maar om mij dwars te zitten.’ ‘Je laat me expres wachten om me te pesten!’ ‘Iedereen ziet dat, al onze vrienden vinden dat je niet netjes met me omgaat.’) Een vriend of raadgever kan je helpen om de dingen in een beter perspectief te zien. (‘Je bent inderdaad vaak te laat en dat is vervelend, maar ik geloof niet dat je het expres doet om Jan terug te pakken, je komt bij iedereen te laat!’) 3. Let heel goed op je gevoelens. Als je met een gaslighter bent, zie je vanwege de enorme woordenstroom en de emotionele beledigingen vaak door de bomen het bos niet meer. Daarom lukt het tijdens het gesprek vaak niet om helder te blijven. Maar je kunt altijd zeggen: ‘Ik voel me hier helemaal niet prettig bij, laten we een andere keer verder praten,’ en het gesprek beëindigen. Praat op je eigen voorwaarden en als het jou past met je gaslighter en zeg hem dat het genoeg is wanneer je gevoel je dit vertelt. 4. Ga een weekendje weg, of gewoon ergens koffie drinken. Soms moet je even alleen zijn, zonder je gaslighter, om te beseffen in wat voor een gekke situatie je bent beland. Als je met een vriend(in) kunt afspreken of met iemand anders die je een goed gevoel geeft over jezelf, dan is dat nog beter. Het contrast tussen het prettige contact in die relatie en
de verwarring, pijn en frustratie in de verhouding tot je gaslighter, kan je een helderder zicht geven op je gaslightrelatie. Houd vast aan je eigen indrukken. Ik raad je aan om een zin te 5. bedenken die duidelijk maakt – aan jezelf en je gaslighter – dat je je eigen kijk op de dingen hebt en dat je deze ook duidelijk uit. Enkele voorbeeldzinnen zijn: • ‘Ik weet dat je je zo voelt, maar ik ben het niet met je eens.’ • ‘Ik kijk er nu eenmaal anders naar.’ • Zo zie jij het, maar ik denk er anders over.’
Bevrijd jezelf uit fase 2 Het verschil tussen fase 1 en fase 2 is, zo weten we inmiddels, het verschil tussen afzonderlijke incidenten en aanhoudend gedrag. In fase 1 doen zich incidentele gaslightmomenten voor. Dit zijn momenten die je doorgaans herkent en die je je ook herinnert. In fase 2 is het gaslighten je hele wereld gaan beheersen en het overheersende kenmerk van je relatie geworden. Zoals een vis niet beseft dat hij in water zwemt, zo zie jij niet langer dat je je in een abnormale situatie bevindt. Je bent constant op je hoede voor beledigingen, vernederingen, verwarrende romantische gebaren of de onbevredigende aardige-kerel-onderhandelingen, en dit beheerst je hele leven. Zolang ook maar iets in jezelf zegt dat je je gaslighter nodig hebt voor een beter zelfbeeld, meer zelfvertrouwen of om je plek in de wereld te kunnen bepalen, blijf je vatbaar voor gaslighten. Maar je wordt je nu bewuster van wat er speelt en je beseft dat de dingen nu anders zijn dan ze ooit waren en ook dat ze niet altijd zo hoeven te blijven. Je kijkt met andere ogen naar je gaslighter en je vraagt je af hoe je je relatie zou kunnen veranderen. Je bent klaar om het een en ander te veranderen in je relatie met je partner, familielid, vriend(in), collega of baas. Hoe begin je hiermee? Hieronder volgen enkele manieren om je te bevrijden uit fase 2 van gaslighten. Rustig aan
Hoe lang heeft het geduurd voor je besefte dat er iets mis is met je relatie? Hoe lang heeft het geduurd voor je er iets aan deed? Verwacht niet dat je gaslighter sneller is dan jij. Het kan zelfs zijn dat hij meer tijd nodig heeft dan jij voor hij overweg kan met de nieuwe uitdagingen en eisen die jij stelt. Vergeet niet dat jij de gaslighttango al net zo lang met hem danst als hij je gaslight. En nu verander jij de regels van het spel, wat op zich geweldig is. Maar veranderingen hebben tijd nodig. Ik stel voor dat je één concrete stap uitkiest om mee te beginnen. Zo besloot Katie om zichzelf niet langer te verdedigen en de discussie niet meer aan te gaan, toen Brian haar beschuldigde van flirten met andere mannen. Ze vroeg Brian niet om te stoppen met schreeuwen en schelden, ze vertelde hem niet hoe van streek ze was en dreigde ook niet met weggaan als hij haar bleef beschuldigen. Ze haakte gewoon niet in, maar maakte gebruikte van de stilte en korte, eenvoudige uitspraken die niet om een antwoord vragen, en keek dan wat er vervolgens gebeurde. Op bladzijde xx staan voorbeelden van eenvoudige uitspraken die je steeds weer opnieuw kunt zeggen. Hieronder staan enkele fragmenten die duidelijk maken hoe dit proces werkt. Voor Katies beslissing Brian: Zag je hoe die man naar je keek? Wat denkt hij wel? Katie: Brian, ik weet zeker dat hij geen bijbedoelingen had. Hij was gewoon vriendelijk. Brian: Wat ben je toch naïef! Ik dacht dat je inmiddels wel weet hoe het werkt. Hij was niet ‘gewoon vriendelijk’, Katie. Hij probeerde je te versieren. Katie: Echt niet. Hij had een trouwring om. Brian: Alsof dat wat uitmaakt. En waarom zat jij eigenlijk zo naar hem te kijken? Het viel je zelfs op dat hij een trouwring droeg. Dan moet je wel geïnteresseerd zijn. Katie: Ik was helemaal niet in hem geïnteresseerd. Ik ben met jou. Brian: Het is al erg genoeg dat die vent onder mijn ogen met jou staat te flirten, maar dan ga jij ook nog eens naar andere mannen staan lonken. Kun je niet even wachten tot het uit is tussen ons en dan op zoek gaan naar een ander? Katie: Ik wil helemaal geen ander. Ik wil bij jou zijn. Ik heb voor jou gekozen. Alsjeblieft, geloof me toch. Ik wil jou. Ik zou nooit vreemdgaan.
Brian: Je kunt op zijn minst eerlijk tegen me zijn. Katie: Maar ik ben eerlijk. Zie je dan niet hoeveel ik van je hou? Brian: Als je zoveel van me houdt, kun je ook wel toegeven dat je met die man stond te flirten. Wees dan eerlijk en geef het gewoon toe. Katie: Maar er valt niets toe te geven! Hoe kun je zoiets zeggen? Ik hou zo veel van je. Geloof me, alsjeblieft! Alsjeblieft, Brian. Brian: Je moet niet zo liegen, Katie. Als er iets is waar ik niet tegen kan. De ruzie duurt nog een uur. Brian wordt steeds bozer en staat erop dat hij gelijk krijgt, terwijl Katie steeds wanhopiger probeert om Brian van gedachten te laten veranderen. Na Katies beslissing Brian: Zag je hoe die man naar je keek? Wat denkt hij wel? Katie haalt diep adem en zegt niets. Brian: Wat ben je toch naïef! Ik dacht dat je inmiddels wel weet hoe het werkt. Hij was niet ‘gewoon vriendelijk’, Katie. Hij probeerde je te versieren. Katie denkt: maar hij droeg een trouwring, en zegt dat ook bijna, maar slikt het in. In plaats daarvan zegt ze: ‘Oké, dan denken we daar dus allebei anders over.’ Brian: En waarom zat jij eigenlijk met hem te flirten? Dan was je zelf waarschijnlijk ook behoorlijk geïnteresseerd. Katie wil eigenlijk zeggen: ‘Ik zat niet te flirten!’, maar zegt: Daar denken we dus allebei anders over. Ik wil het hier nu niet meer over hebben.’ Brian: O, dus nu wil je ook al niet meer met me praten? Dus sluit je me helemaal buiten. Wat ben je aan het doen? Ben je aan het bedenken hoe je me kunt inruilen voor die andere man? Katie wil niets liever dan zeggen dat ze Brian niet zal verlaten. Want als ze hem gerust kon stellen, zou hij wel kalmeren. Maar ze houdt zich aan haar plan en zegt niets. Ze beseft dat Brian haar woorden zal verdraaien of haar niet zal geloven wanneer ze toegeeft aan zijn stemming. Dus vecht ze tegen haar tranen en geeft geen antwoord. Brian: Het is al erg genoeg dat die vent onder mijn ogen met jou staat te flirten, maar nu ben jij ook nog eens in hem geïnteresseerd. Je hebt nooit echt
om me gegeven hè? En nu geef je geeneens antwoord meer. Wanneer ga je me verlaten, Katie? Ben je dat soms al heel lang van plan? Katie zat de hele ruzie uit en uiteindelijk liep Brian kwaad het huis uit. Katie voelde zich verschrikkelijk, ze was zo op zoek naar Brians bevestiging en ze moest weten of hij nog van haar hield en in haar geloofde. Ze kon er niet tegen dat hij haar beschuldigde van liegen en ontrouw en ze dacht: misschien ben ik wel echt zo als hij denkt dat ik ben. Omdat ze zo graag als een lief persoon gezien wilde worden, kreeg ze nog een grotere hekel aan de manier waarop hij haar liefde voor hem in twijfel trok. Hoe meer hij haar beledigde, hoe meer ze om zijn bevestiging wilde smeken, zodat ze wist dat hij niet echt zo slecht over haar dacht. Ze wilde niet dat iemand haar een slecht mens vond, met name Brian niet, aan wie ze de macht had gegeven om te bepalen wie ze werkelijk is. Maar ze wist ook dat hoe meer ze smeekte, hoe bozer en beledigender hij werd. Dus haakte ze niet in. Deze aanpak kan bij velen van ons die in een gaslightrelatie hebben gezeten tegen het gevoel ingaan. Als iemand om wie we geven, en die we mogelijk ook op een voetstuk hebben geplaatst, ons vertelt hoe afschuwelijk we zijn, dan is onze eerste reflex om dit te ontkennen en smeken we om zijn bevestiging. We moeten dus leren om tegen deze impuls in te gaan en onszelf een tegenovergesteld gedrag aanleren. We moeten niet smeken om de goedkeuring van onze gaslighter – waardoor hij mogelijk nog ongeruster of bozer wordt – maar naar een manier zoeken om niet in te haken. Katie was nog niet in staat om Brian de rug toe te keren als hij zich zo gedroeg. Ze wilde nog altijd graag geloven dat zijn oordelen over haar waar waren en ze hoopte hem nog altijd voor zich te ‘winnen’, zodat hij een positief beeld van haar zou krijgen. Maar ze kreeg wel door dat zoeken naar Brians goedkeuring alleen maar tot grote ruzies leidde waarvan ze allebei ongelukkig werden, terwijl niets zeggen behalve af en toe een korte zin, een ruzie in ieder geval verkortte. Later leerde ze assertiever te zijn in haar respons op Brian; misschien gebruikte ze de lijst op bladzijde xx of xx hiervoor, waarin zinnen staan die ze kon herhalen zonder een woordenstrijd aan te gaan. Maar momenteel kwam ze nog niet verder dan geen ruziemaken en dus was dat wat ze deed. Het verraste haar dat zelfs zo’n kleine stap haar al meer kracht gaf. Door niet mee te gaan in het gaslightproces leerde ze inzien dat ze Brians bevestiging misschien helemaal niet nodig had om zich goed te voelen en dat haar wereld misschien helemaal niet aan stukken zou
vallen als hij haar beschuldigde van slecht gedrag of haar niet de liefde gaf waarnaar ze zo verlangde. Ze vond het niet leuk als Brian kwaad op haar was of slecht over haar dacht, maar ze ging er niet dood van en ze werd er ook geen zielig hoopje van. Ze wist nu dat ze zijn oordelen en kritiek kon overleven en dat ze misschien zelfs ook zonder zijn liefde zou kunnen en dat gaf haar moed. Kies het juiste moment voor een gesprek Als we wat zenuwachtig zijn omdat we een gevoelige kwestie willen aansnijden, kiezen we vaak het slechtst denkbare moment uit. Bijvoorbeeld als je partner het huis uit rent op weg naar kantoor, of als we in de auto op weg zijn naar een familiebezoek en al enigszins gespannen zijn. Als je partner dan terecht zegt dat hij moet opschieten omdat hij al laat is, of uit zijn slof schiet omdat hij toch al gespannen is, zeg je tegen jezelf dat hij toch nooit verandert. Inderdaad, misschien niet, maar zolang je de kwestie niet op een geschikt moment ter sprake hebt gebracht, zul je dit nooit zeker weten. Probeer een goed moment voor een gesprek te vinden, dus niet in een situatie of met mensen die zijn angsten en verontruste gevoelens zouden kunnen oproepen. Als je kunt wachten en het uiten van je bezorgdheid kunt plannen in plaats van het eruit te gooien, zou een gesprek weleens verrassend beter kunnen verlopen dan je ooit had kunnen bedenken. Maar ook als dit niet het geval is, weet je in ieder geval dat jij je best hebt gedaan. Voor Trish, de pittige advocaat die er door haar man Aaron voortdurend van werd beschuldigd dat ze niet met geld kon omgaan, was dit heel lastig. Maar uiteindelijk leerde ze hoe ze Aaron op een goed moment moest aanspreken. Hieronder staan enkele fragmenten van voor- en nadat Trish dit had geleerd. Hieraan kun je zien hoe het voor haar uitpakte. Voordat Trish had leren wachten en plannen Aaron: Oké, ik ga naar mijn werk. Trouwens, de rekening van je creditcard is gekomen. Ik wil niet weten om hoeveel het gaat. Ik snap niet waarom je niet beter met geld leert omgaan. Trish: Ik let heus wel op mijn geld! En bovendien betaal ik al mijn rekeningen altijd op tijd.
Aaron: En afgelopen december dan? En in oktober, een paar maanden ervoor? Als ik het me goed herinner kreeg je toen enkele boetes voor te laat betalen. Waar is mijn tas? Trish: Dat is niet eerlijk! Je weet dat ik toen aan een belangrijke zaak werkte. Bovendien kan ik me die paar boetes wel veroorloven. Aaron: Jij kunt je die veroorloven? Ik dacht dat het ons geld was. Maar dat vind ik juist zo leuk aan mijn lieve, warrige vrouwtje, ze is zo begaan met die zielige creditcardbedrijven dat ze niet wil dat ze failliet gaan. Wat moeten ze zonder jou? Oké, ik moet nu gaan. Trish herinnert zich haar nieuwe strategie: niet inhaken en Aaron vertellen hoe ze zich voelt onder zijn kleinerende opmerkingen. Trish: Aaron, steeds als je zegt dat ik nergens verstand van heb, voel ik … Aaron: Trish, ik ben al laat, ik heb nu geen tijd om te luisteren naar hoe jij je voelt. Trish: Maar ik wil je zeggen … Aaron: Behalve dat je geen benul van geld hebt, heb je ook nog eens geen gevoel voor timing. Ik zal het je kort uitleggen: als ik op tijd ben voor het overleg met mijn cliënt, verdien ik geld. Ben ik te laat, dan kost dat me geld. Zo eenvoudig is het. Aaron haast zich naar de deur en laat Trish gefrustreerd en boos achter. Nadat Trish had leren wachten en plannen Aaron: Oké, ik ga naar mijn werk. Trouwens, de rekening van je creditcard is gekomen. Ik wil niet weten om hoeveel het gaat. Ik snap niet waarom je niet beter met geld leert omgaan. Trish wil iets zeggen, maar bedenkt dat ze heeft besloten te wachten en een gesprek te plannen in plaats van alles er nu uit te gooien en haalt diep adem. Trish: Dag Aaron, ik zie je vanavond. Die avond wacht Trish tot na het eten. Ze weet dat ze allebei nogal kortaf kunnen zijn voordat ze hebben gegeten en rustig en ontspannen zitten. Aaron wil ook graag de beursberichten op tv zien, dus wacht Trish tot die geweest zijn. Ze weet ook dat hij graag naar de wedstrijd wil kijken die erna komt, maar vindt dat ze niet te lang moet wachten. Dan wordt het
namelijk te laat en raakt Aaron geïrriteerd omdat hij vindt dat zij hem onnodig wakker houdt terwijl hij zijn slaap nodig heeft. Dus loopt Trish de tv-kamer in als de beursberichten afgelopen zijn. Trish: Aaron, ik wil even met je praten. Kan dat nu? Aaron: Eigenlijk wil ik deze wedstrijd graag zien … Trish: Wat is dan een beter moment? Aaron: Is het belangrijk? Trish: Voor mij wel. Aaron zet de tv uit en geeft aan dat Trish verder kan gaan. Trish: Toen je vanmorgen naar je werk ging, zei je dat ik niet goed met geld kan omgaan. Aaron: Dat is ook zo. Trish: Of het nu wel of niet zo is, de manier waarop je over me praat doet me veel pijn. Kunnen we daarom iets afspreken? Als je echt een probleem hebt met de manier waarop ik met geld omga, laten we er dan een keer voor gaan zitten, zodat je me kunt vertellen wat je precies dwarszit. En als je dit niet nodig vindt, zullen we het er dan verder ook niet meer over hebben? Want iedere keer als het ter sprake komt word ik boos en ik vind het helemaal niet prettig om zo boos op je te zijn. Aaron: Nou zeg, je maakt er wel echt een ding van. Trish: Omdat het dit voor mij ook is. Voor mij is dit heel belangrijk. Aaron: Weet je wat voor mij belangrijk is? Dat we ons geld niet verspillen aan creditcardbedrijven! Weet je hoeveel winst ze vorig jaar hebben gemaakt? Belachelijk veel! En dat komt door mensen zoals jij, mensen die niet begrijpen dat schulden maken hun financiële situatie ondermijnt. Je gedraagt je als een verwend klein meisje. Dat soort dingen vind ik nou belangrijk. Over die laatste opmerking heeft Trish wel wat te zeggen! Maar ze houdt vast aan haar plan om niet in te haken in een poging de strijd te winnen en zoekt naar een manier om het gesprek te beëindigen. Trish: Oké, ik wil het hier nu niet verder over hebben. Als je de wedstrijd wilt kijken, ga je gang. Trish loopt de kamer uit. Trish had in de kamer kunnen blijven om een andere strategie – strategieën die in hoofdstuk 6 aan bod komen – te proberen. Maar tijdens deze eerste
poging was Trish nog bang dat ze in hun oude patroon zouden terugvallen. Ze wist dat als Aaron en zij zouden blijven ruziën, hij haar uiteindelijk op de knieën zou krijgen met zijn logica en zijn kleinerende, respectloze opmerkingen. Trish nam net als Katie de tijd. Hoewel ze niet het resultaat kreeg waarnaar ze verlangde, had ze wel het gevoel dat ze er een volgende keer weer over kon beginnen. Ze was tevreden omdat ze nu voor het eerst een gesprek over geld hadden gehad dat niet was geëindigd in een ruzie. Ze voelde zich ook sterker en zelfverzekerder doordat ze Aaron onomwonden had verteld dat zijn opmerkingen haar pijn deden. Waarschijnlijk is het je opgevallen dat Trish Aaron het goede moment voor een gesprek liet bepalen. Hierdoor voelde hij zich niet klemgezet. Omdat hij het gevoel had dat hij het moment had bepaald, voelde hij zich mogelijk ook minder bedreigd tijdens het op zijn minst uitdagende gesprek. We moeten namelijk niet vergeten dat gaslighters worden aangespoord door hun eigen behoefte om gelijk te hebben. Als ze zich bedreigd en angstig voelen, groeit hun behoefte om gelijk te krijgen en neemt het gaslighten alleen maar toe. Dus als je je gaslighter enigszins de controle geeft over een lastige situatie, kan het zijn dat je hem net de speelruimte geeft die hij nodig heeft om rustig te blijven en je bezorgdheid aan te horen. Bespreek de kwestie zonder de ander de schuld te geven Als je ruzie wilt, moet je tegen iemand zeggen ‘jij doet altijd zus en zo’ of ‘je valt me de hele tijd aan’ of ‘je gedraagt je heel onbehoorlijk’. Je kunt beter proberen om het probleem en je eigen aandeel hierin te omschrijven, dan je gaslighter vertellen wat hij allemaal verkeerd doet. Hieronder volgen opnieuw een aantal voor- en nadat-fragmenten van Trish. Ze bracht altijd alles in stelling tijdens hun ruzies, totdat ze een manier vond om haar bezorgdheid te uiten zonder Aaron daarbij direct te beschuldigen. Hoe de ‘oude’ Trish een kwestie op een beschuldigende manier aankaartte Trish: Ik heb zo’n hekel aan de manier waarop je over me praat! Je vernedert me en zegt dat ik dom ben. Je bent zo’n eikel wanneer je zo tegen me praat! Ik word er knettergek van, dus stop ermee!
Aaron: Ik zou dat soort dingen helemaal niet hoeven zeggen als jij niet gewoon een keertje met je geld leert omgaan! Volgens mij denk je dat je alles kunt maken en dat ik het maar moet pikken! Nou, zo werkt het dus niet in een huwelijk. Als jij zo dom doet, heb ik het recht om er iets over te zeggen. Trish: Nu doe je het weer! Nu zeg je weer dat ik dom ben! Ik wil dat je daar een keer mee ophoudt! Aaron: Ik zal niet meer zeggen dat je dom bent als jij niet meer zo dom doet. Maakt het je dan niet uit hoe ik me voel? De ruzie duurt vervolgens minstens nog een uur, tot Aaron uiteindelijk wint of te moe wordt om door te gaan. Hoe de ‘nieuwe’ Trish een kwestie op een niet-beschuldigende manier brengt Trish: Aaron, er gebeurt regelmatig iets tussen ons waar ik niet blij van word. Jij zegt dat ik niet weet hoe ik met mijn geld moet omgaan en vervolgens word ik boos en defensief. Ik weet dat ik dingen doe met mijn geld die jij niet leuk vindt, maar dat neemt niet weg dat ik het heel lastig vind om je kleinerende opmerkingen aan te horen. Ik vind het belangrijk om te weten wat jij ervan vindt en als jij me dan dom noemt of zegt dat ik iets totaal niet begrijp, dan doet dat me pijn. Ik weet dat je het zo niet bedoelt, maar zo voelt het wel. Aaron: O, dus nu moet ik mijn mond houden? En gewoon maar toekijken hoe jij je geld over de balk smijt zonder iets te zeggen? Trish wil reageren op zijn beschuldigingen. Het liefst zou ze zeggen: ‘Ik smijt mijn geld niet over de balk en bovendien is een deel van het geld dat ik uitgeef van mij!’ Ze is op zoek naar Aarons bevestiging. Ze wil het gevoel hebben dat ze intelligent en capabel is en geen verwend kind. Ze kan niet tegen de vervelende manier waarop hij haar toespreekt, omdat ze bang is dat wat hij denkt waar is. En als ze de discussie kan winnen, dan blijkt het dus niet waar. Maar ze laat al deze gevoelens rusten en houdt zich vast aan haar voornemen om niet in te haken in de discussie. Trish: Kunnen we iets afspreken? Als je een probleem hebt met de manier waarop ik met geld omga, laten we dan afspreken om het erover te hebben. Ik beloof je dat ik zal luisteren. En als je dit niet nodig vindt, zullen we het er dan verder ook niet meer over hebben? Want iedere keer als het ter
sprake komt word ik boos en ik vind het helemaal niet prettig om zo boos op je te zijn. Aaron: Pech. Je denkt toch niet dat ik ieder woord dat ik zeg ga afwegen in mijn eigen huis? Trish: Voor mij is dit echt heel belangrijk. Wil je er in ieder geval over nadenken? Dan kunnen we het er later nog over hebben. Aaron: Ik zou niet weten waarover ik na zou moeten denken. Trish: Oké, dan weet ik nu hoe je erover denkt. Ik ga een kop thee voor mezelf maken. (Ze loopt de kamer uit.) Zoals je ziet zal Trish hier meerdere keren op terug moeten komen. Maar ze heeft in ieder geval geen ruzie veroorzaakt. En ze heeft de deur op een kier gezet voor verdere gesprekken. Ze weet ook dat Aaron het heel lastig vindt om op het moment zelf toe te geven dat hij ongelijk heeft en dat hij wat tijd nodig heeft om de dingen te laten bezinken. Op deze manier biedt ze hem de gelegenheid om haar verzoek op zijn eigen manier te verwerken. Ze probeert een situatie te scheppen waarin hun gaslightneigingen niet getriggerd worden: zijn behoefte om gelijk te krijgen en haar behoefte aan zijn bevestiging. Ze geeft hun allebei de ruimte om de dingen anders te benaderen, zodat hij kan nadenken over haar woorden en zij zijn negatieve houding tegenover haar kan accepteren zonder om zijn bevestiging te smeken. Zeggen wat je wel en niet zult doen Wanneer je deze weg verder bewandelt en meer moed hebt verzameld, kun je mogelijk de volgende stap zetten. Laten we het gesprek hierboven er nog eens bijhalen en kijken hoe Trish een volgende stap had kunnen zetten. Aaron: Pech. Je denkt toch niet dat ik ieder woord dat ik zeg ga afwegen in mijn eigen huis? Trish: Voor mij is dit echt heel belangrijk. Wil je er in ieder geval over nadenken? Dan kunnen we het er later over hebben. Aaron: Ik zou niet weten waarover ik zou moeten nadenken. Trish: Oké, dan weet ik nu hoe je erover denkt. Van nu af aan zal ik iedere keer dat je me kleinerend toespreekt zeggen: ‘Daar doe je het weer, dat waarover we het hebben gehad.’ En als het gesprek op dezelfde voet
doorgaat, zal ik het nog een keer zeggen. En dan nog een laatste keer. Daarna loop ik de kamer uit. Vanaf nu blijf ik niet met je in dezelfde kamer als ik het gevoel heb dat je me kleineert. Aaron: Waar komt dit vandaan? Leer je dit soort dingen soms in therapie? Trish: Zou kunnen. Ik ga nu een kop thee voor mezelf maken. We kunnen het er een andere keer weer over hebben. (Ze loopt de kamer uit.) Ook nu geeft Trish Aaron de tijd om haar woorden te laten bezinken, omdat ze laat merken dat ze geen direct antwoord verwacht, dat mag uren of dagen duren. Op deze manier kan hij haar nieuwe houding een plek geven zonder zijn gezicht te verliezen, ook al wil hij nog altijd zijn gelijk halen. Als je je op deze manier gaat gedragen, is het belangrijk dat je heel toegewijd en consequent bent. Maak geen loze dreigementen en doe ook geen water bij de wijn wanneer de intimidatie, manipulatie of romantische gebaren van je gaslighter toenemen. Omdat je geneigd bent te zoeken naar de goedkeuring van je gaslighter en om zijn bevestiging te smeken, voelt het volkomen tegennatuurlijk om weg te lopen in plaats van te bekvechten, smeken of huilen. Maar geloof me, niet inhaken in de discussie is de enige manier. Door in te haken houd je het gaslighten alleen maar in stand. Waarschijnlijk zul je dit heel vaak moeten doen, maar uiteindelijk is het de moeite waard, zelfs als je hier een aantal gelukkige uren in bed voor moet opgeven. Houd voet bij stuk Als je gaslighter heel aanvallend reageert op je bezorgdheid, bijvoorbeeld door te zeggen ‘Stel je toch niet zo aan!’, ‘Dat slaat nergens op!’ of ‘Wie praat er nu zo met een ander?’, dan kun je gewoon opnieuw je bedoeling duidelijk maken: ‘Ik wil niet langer dat je zo tegen me praat en als je het toch doet loop ik de kamer uit.’ Als het nodig is, kun je zelf een einde maken aan het gesprek: ‘Ik heb gezegd wat ik wilde zeggen en ik heb geen zin om er ruzie over te maken. Ik weet dat je me gehoord hebt, dus nu weet je wat je kunt verwachten.’ Laten we eens kijken hoe deze strategie werkt bij Katie en Brian. Katie voelt zich inmiddels al wat sterker. Ze houdt niet langer haar mond tijdens hun ruzies, maar heeft nu voor een assertievere aanpak gekozen. Maar ze
vecht nog altijd tegen haar neiging om Brians goedkeuring te zoeken en te smeken om zijn bevestiging dat ze een goede en trouwe vriendin is die met heel haar hart van hem houdt. Het valt niet mee, maar ze is vastbesloten om dit ingeslagen pad te volgen. Brian: Zag je hoe die man naar je keek? Wat denkt hij wel? Omdat Brian nog niets over haar heeft gezegd, houdt Katie haar mond. Ze wil niet met hem in discussie en daarom zegt ze nu nog niets. Brian: Wat ben je toch naïef! Hij probeerde je gewoon te versieren. Katie: (haalt diep adem) Weet je, Brian, er gebeurt steeds iets tussen ons wat ik niet prettig vind. Ik weet dat je me geen rotgevoel wilt bezorgen, maar als jij bijvoorbeeld zegt dat ik ‘naïef’ ben, dan doe je me pijn. Brian: Maar je bent naïef! Wat moet ik dan doen? Je gewoon je gang laten gaan, zodat alle mannen je kunnen versieren? Wat denk je dat dat met mij doet? Katie: Zou je willen ophouden met schreeuwen? Brian: O, dus nu bepaal jij ook nog hoe ik wel en niet tegen je mag praten! Heb ik dan helemaal niets meer te zeggen hier? En waarom trek je je het zo aan? Vind je niet dat je lichtelijk overdrijft? Katie: Brian, ik wil echt niet meer dat je me uitscheldt en ik wil ook niet dat je tegen me schreeuwt. Doe je het toch, dan zeg ik van nu af aan ‘Daar doe je het weer’. Als ik dat drie keer heb gezegd en je luistert nog altijd niet naar me, loop ik de kamer uit. Katie moet zich inhouden om niet te eindigen met ‘Is dat goed?’ Ze wil Brian heel graag geruststellen, hem laten weten dat ze van hem houdt en hem smeken om niet zo gemeen te zijn. Ergens denkt ze nog altijd dat ze ook echt een slecht persoon is, zolang Brian dit van haar vindt. Daarom wil ze Brians bevestiging. Maar ze is vastbesloten om deze nieuwe weg te bewandelen en daarom stopt ze hier. Brian: Je bent zo onredelijk! Je gaat steeds meer op je moeder lijken! Hoe haal je het in je hoofd om zo tegen me te praten? Katie: Daar doe je het weer. Brian: Doe even normaal. Als je iets te zeggen hebt, zeg het dan in plaats van die stomme zin steeds te herhalen! Katie: Daar doe je het weer.
Brian: En hoe zit het dan met mijn gevoelens? Denk je niet dat het mij pijn doet als je net doet of je me niet hoort? Het maakt blijkbaar helemaal niet uit wat ik tegen je zeg! Die laatste opmerking raakt Katie, omdat het waar is. Ze is heel empathisch en kan voelen hoe gefrustreerd Brian nu is en ze weet ook dat Brian er een hekel aan heeft om genegeerd te worden. Hij heeft haar vaak verteld dat zijn moeder hem meestal negeerde juist wanneer hij heel erg van streek was en nu doet zij hetzelfde. Ze vindt het verschrikkelijk om iets te doen waarvan ze weet dat het heel pijnlijk is voor de man van wie ze houdt. Maar ze beseft dat als ze van koers verandert en Brian vertelt hoeveel ze van hem houdt, hij haar meteen weer zal beschuldigen van flirten met die andere man. Dan gaat het gaslighten gewoon verder en dat wil ze niet. Daarom haalt ze diep adem en loopt de kamer uit. Katie weet nog niet welke invloed haar nieuwe gedrag op Brian zal hebben. In eerste instantie vindt ze wat ze nu deed veel erger dan alles wat ze heeft gedaan toen ze inhaakte en ruziemaakte. Ze voelt zich schuldig omdat ze Brian heeft gekwetst, maakt zich zorgen over wat hij mogelijk zal doen en heeft met hem te doen vanwege zijn pijn. Het liefst zou ze terugrennen om hem te laten zeggen hoeveel hij van haar houdt en dat hij haar vergeeft voor haar strenge gedrag. Maar enkele uren later voelt Katie ook iets anders. Nu de rook opgetrokken is, voelt ze zich iets sterker en zelfverzekerder. Ze kijkt niet bepaald uit naar weer zo’n scène, maar ze beseft dat zolang Brian haar blijft beledigen en van flirten blijft beschuldigen, ze deze nieuwe houding in ieder geval nog een aantal keren zal moeten volhouden. Daar wordt ze niet vrolijk van, maar ze voelt zich wel zelfverzekerder. De beledigingen raakten haar deze keer minder diep. Ze hebben haar besef dat ze een goed mens is, niet helemaal aan diggelen gegooid. Ze begon in te zien dat Brians onredelijke reacties niet betekenden dat zij een slecht mens was. Het betekende alleen maar dat Brian onredelijk was. Ze is ook benieuwd: zal de relatie hierdoor veranderen? Vanuit je gaslighter gezien
Het ligt voor de hand te denken dat je gaslighter heel slechte motieven heeft voor zijn manier van handelen, namelijk dat hij een negatief beeld van je schetst, dat overeenkomt met je grootste angsten over jezelf. Maar het kan heel goed zijn dat hij zelf niet beseft hoe pijnlijk zijn woorden zijn. Als je gaslighter opgroeide in een milieu waarin men heel respectloos met elkaar sprak, kan hij zijn gaan denken dat mensen nu eenmaal zo met elkaar omgaan, of dat hij niet gehoord wordt als hij zijn toon matigt. Houd daarom voet bij stuk, maar beledig hem niet. Houd het eenvoudig en blijf gefocust. Als hij klaagt omdat je altijd te laat komt op hun familiefeestjes, zeg dan niet dat hij ook nooit aardig doet tegen jouw moeder. Zeg gewoon wat je vindt en wat je van plan bent en probeer vervolgens open en liefdevol te luisteren naar wat je partner zegt. Voor meer richtlijnen om niet in te haken en het gas helemaal uit te draaien kun je naar hoofdstuk 6 gaan. Ik zal je tijdens het hele proces begeleiden. Het is een hele uitdaging om jezelf te bevrijden uit fase 2, omdat de relatie inmiddels wordt bepaald door het gaslightpatroon. Soms leiden je pogingen om niet in te haken in fase 2 niet tot een gezonde relatie, maar tot een nieuwe variant van fase 1, waarbij je partner je af en toe probeert te gaslighten en jij er af en toe in meegaat. Het is daarom een ware uitdaging om een einde te maken aan gaslighten als het al zover is gekomen. Maar het is zeker de moeite waard! Hoe pijnlijk fase 2 van gaslighten ook kan zijn, het is veel eenvoudiger om er hier iets aan te doen dan aan de dynamiek van fase 3, die totaal overweldigend is.
HOOFDSTUK 5
Fase 3: ‘Het is allemaal mijn schuld!’
Op een regenachtige dag in april stond Gail, een modieuze, dynamische vrouw van in de veertig met een eigen cateringbedrijf in Los Angeles, naar het schap van haar buurtapotheek te staren. Ze dacht erover om Ipecacsiroop te kopen. Dit is een middel dat braken opwekt en wordt gebruikt wanneer kinderen iets giftigs hebben ingeslikt. Ze wist dat haar vriend Stuart die avond chinees wilde eten en ze dacht dat hij het misschien niet zou proeven wanneer ze het middel door zijn babi pangang zou mengen. Ze zag al voor zich hoe ze van de rust en stilte kon genieten, terwijl hij de hele nacht op het toilet zat over te geven. Ze keek naar de toonbank en kon niet geloven dat dit soort gedachten door haar hoofd ging. Stuart ging iedere avond tegen haar tekeer en tegen alles in wat ze zei. Ze wist dat het vanavond heel erg zou worden. Ze wilde namelijk naar een voedselconferentie en wist dat Stuart zou zeggen dat ze daar helemaal niets te zoeken had, omdat ze toch niet wist hoe ze een zaak moest runnen en dat ze alleen maar ging om niet bij hem te hoeven zijn. Hoe zat het met samen dingen doen? Waarom hield ze helemaal geen rekening met hem? Ze vond het verschrikkelijk als hij zo tekeerging, want ze kreeg er altijd hoofdpijn van en haar hart klopte dan in haar keel. Maar ze liet de mensen van wie ze hield altijd in de steek, tenminste dat zei Stuart, en misschien had hij wel gelijk. Om allerlei redenen kon ze niet met hem breken. Volgens hem waren ze soulmates, haar familie was dol op hem, de seks was fantastisch, ze hadden samen een appartement gekocht, maar het belangrijkste was dat hij vriendelijker en liefdevoller tegen haar zou worden als zij maar wist hoe ze hem meer zekerheid kon geven. Ze haalde diep adem en liep de apotheek uit. Zoiets zou ze hem nooit kunnen aandoen. Bovendien had hij gelijk wat haar betreft. Ze hoorde voortdurend zijn stem in haar hoofd. Het was een belachelijk idee om naar de voedselconferentie te gaan wanneer hij het liefst bij haar wilde zijn. Gail was in fase 3 aanbeland.
Jill was een intense, jonge vrouw van voor in de twintig, met een caféau-laithuidskleur en donker, golvend haar. Tijdens haar eerste bezoek kon ze nauwelijks een zin helemaal afmaken. Ze was gejaagd en gespannen en spuwde snel enkele woorden uit. En alsof ze plotseling geen energie meer had, doofde haar stem uit en werd haar blik glazig. Ze somde een wirwar aan voorvallen en details op en deed een verwarde poging om de dingen op een rijtje te zetten, waaruit ik één terugkerend thema kon halen: ik herken mezelf niet meer. Jill was een talentvolle journalist bij een dagelijks nieuwsprogramma van een groot televisiestation. Maar tijdens een reorganisatie werd ze overgeplaatst naar een team dat langere items en achtergrondverhalen produceerde. Haar eerste baas bewonderde Jill en zag haar talenten, maar haar nieuwe baas leek zich door haar bedreigd te voelen. Toen zij meer vertelde, merkte ik dat hij haar op een doeltreffende manier had gegaslight. Jill was van een zelfverzekerde, ambitieuze en talentvolle jonge vrouw veranderd in een hulpeloos geval: nerveus, onzeker en heel verbitterd. ‘Ik dacht dat ik het helemaal had gemaakt, maar dat blijkt dus helemaal niet zo te zijn’, vertrouwde ze me toe. ‘Waarom vond iedereen me zo geweldig, de eerste vijf jaar nadat ik van school gekomen was? Waarom plaveiden ze de weg voor me terwijl ik zo’n …’ en daar doofde haar stem weer langzaam uit. Jill zat diep verstrikt in fase 3 van gaslighten. Dit is de fase waarin je de standpunten van je gaslighter volledig overgenomen hebt en ze voor die van jezelf bent gaan aanzien. In fase 1 verzamel je, zoals we hebben gezien, bewijzen tegen je gaslighter om hem ervan te overtuigen dat hij ongelijk heeft. Je bent al dan niet bang voor zijn Emotionele Apocalyps, maar de Drang tot Versmelting voel je in ieder geval en je zoekt naar manieren om het samen eens te worden. In fase 2 ga je wanhopiger bekvechten en ruziemaken, zowel met hem als met jezelf. Je bent banger geworden voor zijn Emotionele Apocalyps en de Drang tot Versmelting is toegenomen, waardoor je nog harder probeert om jullie verschillende standpunten op één lijn te brengen. In fase 3 heb je de standpunten van je gaslighter overgenomen en ga je namens hem op zoek naar bewijzen, niet voor jezelf. Dit komt doordat je nog altijd denkt dat je je gaslighter nodig hebt voor een beter zelfbeeld, om je meer zelfvertrouwen te geven en je plek in de wereld te kunnen bepalen. Je bent in fase 3 niet alleen bereid om de standpunten van je gaslighter te overwegen, je neemt ze ook actief over.
Toen ik Jill vriendelijk vroeg naar haar eigen inschatting van haar kwaliteiten en haar herinnerde aan de prijzen die ze had gewonnen en de promoties die ze tijdens haar eerste jaren had gemaakt, zei ze boos dat ik niet wist waar ik het over had en begon ze me de les te lezen – overduidelijk met de woorden van haar baas – over haar verschrikkelijke mislukkingen. Jill vond dat haar baas het vermogen had om haar te doorzien en haar helder kon beoordelen en ze was hier zo van onder de indruk, dat ze zijn meningen overnam, zelfs ten koste van die van haarzelf. Ze kon niet anders dan geloven dat haar baas over deze magische krachten beschikte, omdat ze nog altijd hoopte dat hij op een dag zou zien hoe goed ze in werkelijkheid was. Ze vond het verschrikkelijk dat hij haar zo slecht vond en ze had haar eigen oordeel over haar kwaliteiten helemaal losgelaten, maar dit nam ze op de koop toe, zodat ze de hoop kon houden dat hij op een dag zou zien dat ze een goede journalist was. Dan kon ze eindelijk ontspannen, omdat ze zeker wist dat ze echt een goede journalist was. Een groot deel van mijn werk met cliënten die een gaslightrelatie hebben, is gericht op het voorkomen dat zij in fase 3 belanden. Dit is namelijk een fase waarin gaslightees vaak ook te maken krijgen met andersoortige beledigingen en mishandelingen. Dan wordt er niet alleen van hen gevraagd dat ze het eens worden met standpunten die niet waar zijn, maar regelmatig worden ze dan ook uitgescholden of op de een of andere manier uitgebuit. Dit kan gebeuren doordat gaslightees in fase 3 het helemaal opgeven, zelfs vrouwen die eerder heel sterk en onafhankelijk waren. Ze accepteren vaak zonder dat ze het zelf doorhebben, dat ze in een wereld leven waarin de gaslighter de regels bedenkt en dat die regels ieder moment kunnen veranderen. Ze worden nerveus bij alles wat ze doen, omdat ze nooit weten wat ze kunnen verwachten. Ben je in fase 3 beland? Hieronder staat een checklist met vragen die je kunt beantwoorden. • • •
Ben je vaak futloos, apathisch en duf? Is het haast onmogelijk om tijd met je vrienden, vriendinnen en familie door te brengen? Vermijd je diepgaande gesprekken met mensen van wie je het inzicht vertrouwt?
• • • • • • • •
Verdedig je je gaslighter voortdurend tegenover jezelf en anderen? Zeg je niets over jullie relatie zodat je anderen niets hoeft uit te leggen? Huil je vaak zonder enige aanleiding? Heb je last van stressgerelateerde symptomen zoals migraine, buikpijn, verstopping of diarree, aambeien, netelroos, acne of huiduitslag, rugpijn of soortgelijke kwalen? Ben je meerdere keren per maand erg of minder erg ziek, bijvoorbeeld door een verkoudheid, griep, koorts, spijsverteringsproblemen, hartkloppingen, ademnood, astma-aanvallen of soortgelijke kwalen? Kun je je voorvallen waarbij jij en je gaslighter het niet eens waren niet helder voor de geest halen? Vraag je je voortdurend af – voor jezelf en tegenover anderen – of je iets hebt gedaan wat heeft bijgedragen aan zijn woede, onzekerheid, teruggetrokkenheid of ander onprettig gedrag? Heb je steeds vaker of erger last van het vage gevoel dat er iets niet klopt?
Laten we nog eens kijken naar het voorbeeld waarin je je afspraakje laat wachten in de bioscoop omdat jij wat water gaat drinken. Hieronder staat hoe je waarschijnlijk met zoiets zou omgaan in fase 2 en daarnaast hoe het zou kunnen gaan in fase 3. Van fase 2 naar fase 3 In fase 2 • Je bent alleen maar op zoek naar zijn bevestiging. Alleen hiermee kun je aan jezelf bewijzen dat je echt een goed, capabel en lief persoon bent. Daarom ga je uit van zijn standpunten. Mogelijk ga je wel met hem in discussie – hardop of in je hoofd – maar je denkt als eerste aan hoe hij de dingen ziet: hij zegt dat ik
•
Je beschouwt zijn standpunten als de norm en doet wanhopig je best om hem jouw kijk op de zaak te laten horen, omdat je het idee dat zijn kritiek op jou weleens waar zou kunnen zijn niet kunt verdragen: ‘Alsjeblieft lieverd, luister
hem te lang alleen gelaten heb. Ik weet hoe vervelend het voelt om alleen gelaten te worden, helemaal tijdens een afspraakje. Dus ik kan het hem niet kwalijk nemen dat hij boos is. Maar wacht even, zo lang ben ik helemaal niet weggeweest! Maar ja, tijdens een afspraakje voelen vijf minuten al als een eeuwigheid, daarom begrijp ik zijn irritatie wel.
•
Als hij zich kwetsend opstelt of je helemaal van je stuk brengt, vraag je je af: wat is er toch met me aan de hand?
In fase 3
•
even naar me. Ik weet dat je het verschrikkelijk vindt om alleen gelaten te worden, maar ik was helemaal niet zo lang weg, toch?’ Je hoopt dat je de woordenwisseling wint en daarmee het enige wat voor jou echt telt hebt bewezen, namelijk dat je een goed, capabel en lief persoon bent, omdat deze man zegt dat je dit bent. Je bent niet meer in staat om zelf te oordelen of de gehele situatie te overzien, maar je focust je op de details van zijn beschuldigingen: ik weet dat ik niet zo lang weg was. Maar misschien ook wel, misschien heeft hij gelijk. Ik let nooit zo goed op de tijd. Ik kan hem niet kwalijk nemen dat hij dit vervelend vindt. Maar wacht even, de film was nog niet begonnen, ik kan dus helemaal niet twintig minuten weg zijn geweest. Dat zal ik hem zeker zeggen! Maar misschien hield ik op de een of andere manier toch niet genoeg rekening met hem?
•
•
Je bent nog steeds op zoek naar zijn bevestiging, maar nu ga je ervan uit dat dit wel nooit meer zal gebeuren, in ieder geval niet op permanente basis. Maar je kunt er niet mee stoppen, omdat zijn standpunten je volledig doordrongen hebben, of omdat je helemaal apathisch bent. Het is dus al heel lastig voor je om een eigen standpunt te hebben. Je voelt niet langer de drang om jezelf te verdedigen, waarom zou je? Hij zegt dat ik hem te lang alleen liet. Misschien was dat zo. Ik ben nu eenmaal niet attent. Ik begrijp niet waarom ik geen beter mens ben, waarschijnlijk word ik dat ook nooit. Misschien hoop je nog dat hij op een goede dag zal bevestigen dat je een goed, capabel en lief persoon bent. Als hij zich kwetsend opstelt of je helemaal van je stuk brengt, weet je dat het jouw schuld is, of je voelt je verdoofd, niet in contact of gewoon hopeloos. Je zou het hem graag naar de zin maken, maar je weet bijna zeker dat dit je niet zal lukken.
•
Je beschouwt zijn standpunten als de norm en je kunt je nauwelijks nog herinneren dat je er anders over dacht. Het kan ook zijn dat je je eigen standpunten verdoezelt of onderdrukt, om zo op één lijn te komen met die van hem: ik dacht dat ik niet zo lang weg was, maar blijkbaar is dit weer een goed voorbeeld van iets wat ik altijd doe. Wat is er toch met me aan de hand? Waarom denk ik niet even na voor ik zoiets doms en pijnlijks doe?
•
Je gaat helemaal niet tegen zijn standpunten in, niet wat betreft de gehele situatie en ook niet over de details: hij zegt dat ik twintig minuten weg was. Zo gek dat ik dacht dat het er maar vijf waren. Ik heb blijkbaar helemaal geen gevoel voor tijd. Voor mij voelde het helemaal niet zo lang, maar ja, juist daarom maak ik er altijd zo’n puinhoop van.
Fase 3: Als verslagenheid heel gewoon voelt De overgang naar fase 3 kan net als die naar fase 2 onmerkbaar verlopen. Een van de grootste gevaren van fase 3 is juist het toenemende verlies van je eigen perspectief. Verslagenheid, hopeloosheid en vreugdeloosheid kunnen nu zo normaal aanvoelen, dat je je nauwelijks nog kunt herinneren dat je leven ooit anders is geweest. Misschien heb je het vage gevoel dat de dingen zijn veranderd, maar het kan zijn dat je de herinneringen aan een andere, betere tijd liever onderdrukt, omdat je je anders nog slechter gaat voelen over je huidige situatie. Om dezelfde reden is het mogelijk dat je de mensen en relaties die je weer ‘tot leven kunnen wekken’ gaat vermijden. Het kan te pijnlijk zijn om je, zelfs tijdelijk, hiervoor open te stellen, wanneer je je in je gaslightrelatie noodgedwongen moet afsluiten. Fase 3 van gaslighten vernietigt je ziel. Sommigen van mijn cliënten beschrijven een lusteloosheid die zich over bijna alle gebieden van hun leven uitstrekt: eten smaakt niet meer, ze beleven geen plezier meer aan afspraken met hun vriendinnen en een mooie wandeling door de natuur raakt hen niet meer. Uiteindelijk verliest het hele leven zijn kleur. Andere cliënten spreken over een groeiend onvermogen om zelfs maar de kleinste beslissing te nemen: waar ze willen lunchen, naar welke film ze willen gaan, welke kleren ze die dag aan willen. Weer anderen hebben het over een gebrek aan verbondenheid. Voor hen voelt het alsof een ander hun leven leidt. Ze leven op de automatische piloot en verstoppen zich diep in zichzelf, zodat anderen hen niet kunnen vinden. Het vervelendste aspect van fase 3 is in mijn ogen de hopeloosheid. Net als alle gaslightees heb je je gaslighter op een voetstuk geplaatst en ben je wanhopig op zoek naar zijn goedkeuring. Maar in fase 3 heb je de hoop zo goed als opgegeven dat dit ooit nog zal gebeuren. Het gevolg is dat je hierdoor jezelf als een heel slecht persoon beschouwt. Neem Melanie, de fase 3-gaslightee van wie de man, Jordan, zo boos werd omdat ze niet de goede zalm voor het feestelijke diner had gekocht. Het grootste deel van haar huwelijk voelde zij zich verward, ontdaan, opgeslorpt en verdoofd. Terwijl we haar gevoelens samen onderzochten, kwam ze tot het besef dat deze vooral het gevolg waren van emotionele en fysieke uitputting. ‘Als ik alleen al denk aan ingaan tegen wat Jordan zegt, stop ik mezelf,’ vertelde Melanie. ‘Ik weet zeker dat hij dan allerlei vragen op me af zal
vuren, op me inbeukt met zijn woorden, beledigingen, argumenten en zijn logische redeneringen, ik heb gewoon de energie niet meer om het gevecht aan te gaan. Ik weet toch dat hij wint, hij wint altijd, dus waarom zou ik? Het is veel eenvoudiger om gewoon toe te geven en het is nog prettiger om de ruzie te voorkomen door erachter te komen wat hij wil en dit dan gewoon te doen.’ Ik vroeg Melanie wat ze ervan vond om een relatie te hebben met iemand die ze niet kon bereiken. ‘Ik weet het niet,’ zei ze futloos. ‘Wat maakt het uit hoe ik me voel? Het is gewoon zoals het is.’ Enkele weken later kwam de vraag weer ter sprake. Deze keer vocht Melanie tegen haar tranen. ‘Ik haat het gewoon, oké!’ zei ze. ‘Ik haat het dat het helemaal niet uitmaakt wat ik doe, hoe aardig ik ben en hoe hard ik ook mijn best doe. Jordan denkt er toch altijd het zijne van en daar kom ik niet doorheen. Ik wou dat hij weer zoals vroeger van me hield. Toen was hij heel lief en aardig en ik mis die tijd. Ik dacht: als ik maar goed genoeg mijn best doe, komt die tijd wel weer terug. Maar nu ben ik totaal uitgeput. Ik zou het nog wel willen proberen, als ik dacht dat het zou helpen. Maar het is duidelijk dat ik in zijn ogen niet goed genoeg ben. Ik begrijp niet waarom hij zo lang bij me is gebleven.’ Jordan vond Melanie incompetent en onverschillig en zij had zijn mening volledig overgenomen. Bovendien was ze heel bang voor zijn Emotionele Apocalyps: kleineren. Misschien herinner je je uit hoofdstuk 1 dat Jordan heel vaak tegen zijn vrouw zei hoe dom en onnadenkend ze wel niet was. Melanie vond dat ze twee keuzes had: ze kon tegen Jordan ingaan en een gevecht beginnen waarvan ze wist dat ze het nooit kon winnen, of gewoon toegeven en het met zijn negatieve mening over haar eens zijn. Als Melanie niet zo wanhopig op zoek was geweest naar Jordans bevestiging dat ze een competente vrouw was die zijn liefde meer dan waard was, dan had ze mogelijk kunnen zien dat er nog een derde keuze was. Dan had ze misschien een stap terug kunnen doen en hem in plaats van zichzelf met een kritische blik kunnen onderzoeken. Misschien had ze dan tegen zichzelf kunnen zeggen: ‘Ik snap niet dat niets wat ik doe goed genoeg is voor deze man. Misschien is hij gewoon onredelijk en nooit tevreden.’ Ze had zich dan misschien ook afgevraagd of ze wel getrouwd wilde blijven met zo’n lastige, veeleisende partner. En wie weet had ze ook niet meer ingehaakt in
de eindeloze discussies waarin ze voortdurend bekritiseerd werd. (In hoofdstuk 6 zal ik stap voor stap uitleggen hoe je dit kunt doen.) Maar net als alle gaslightees had Melanie haar gaslighter op een voetstuk geplaatst. Ze was heel erg verliefd op Jordan toen ze trouwden en zag hun relatie als haar veilige haven, een plek waar ze zich veilig en beschut voelde. Daarom was Melanie zo vatbaar voor de Drang tot Versmelting. Ze wilde trouwen met een sterke man, met wie ze het nooit oneens hoefde te zijn, omdat ze altijd op één lijn zaten. Het idee dat dit weleens niet zo zou kunnen zijn, dat haar ideeën over Jordan misschien niet klopten en haar gedachten over het huwelijk niet echt gezond waren, was zo bedreigend dat Melanie het niet eens in overweging wilde nemen. ‘Als hij niet de man is die ik dacht dat hij was, dan was alles een leugen,’ zei ze ooit boos – zo boos had ik haar niet eerder gezien. ‘Ik geloof dat gewoon niet! Het is niet zijn schuld, het is mijn schuld!’ Omdat Melanie wilde blijven geloven dat Jordan een fantastische, lieve man was waarop ze blind kon vertrouwen en omdat ze hem maar niet tevreden kon stellen, was ze in fase 3 van gaslighten aanbeland. Ze was in therapie gegaan in de hoop dat ik haar ‘beter’ kon maken, zodat ze een betere vrouw voor Jordan kon zijn. ‘Als ik weer beter word,’ zei ze voortdurend, ‘dan wordt het misschien weer zoals vroeger.’
De drie soorten gaslighters in fase 3 Ieder type gaslighter heeft zijn eigen variant in fase 2 en in fase 3 is het niet wezenlijk anders. Je kunt verschillende soorten van fase 3 gaslighten ervaren, afhankelijk van het soort gaslighter waarmee je te maken hebt: een intimidator, betoverende gaslighter of een aardige-kerel-gaslighter. Intimidator-gaslighters Zoals Melanie het Jordan naar de zin wilde maken, zo verlangde Jill naar de bevestiging van haar nieuwe baas. Toen ze voor hem ging werken, hoopte ze dat hij onder de indruk zou zijn van haar talenten en kwaliteiten. Was ze immers niet als beste van haar klas afgestudeerd aan een prestigieuze school voor de journalistiek? Had ze niet al een aantal onderscheidingen gekregen
voor haar werk? En had haar vorige baas haar niet geprezen en een prachtige aanbeveling geschreven? Jill mocht er helemaal van uitgaan dat haar nieuwe baas heel blij zou zijn met haar werkmentaliteit en ambitieuze aanpak. Jammer genoeg bleek de nieuwe baas nogal geïntimideerd door Jill. Toen Jill zei dat hij een stille, gereserveerde man van weinig woorden was, vroeg ik me af of hij misschien moeite had met haar directe, felle, nononsensebenadering. Of misschien speelde de rassen- of seksekwestie mee. Wat verder de reden ook was, van begin af aan was duidelijk dat deze nieuwe baas het niet prettig vond om met Jill samen te werken en dat hij haar niet de belangrijke opdrachten zou geven die ze had verwacht. In het begin beschouwde Jill de houding van haar nieuwe baas nog als een uitdaging. Ze werkte harder dan ooit omdat ze dolgraag zijn bevestiging wilde krijgen; dat was bij haar vorige baas immers ook gelukt. Jills versie van de Drang tot Versmelting was het beeld van een baas met dezelfde waarden en normen als die van haar. Als ze echt goed werk leverde, dan zou hij dit zien en zijn waardering laten merken. Ze weigerde te accepteren dat haar baas zo onredelijk was dat hij haar werk nooit goed genoeg zou vinden, of dat zijn idee van ‘goed werk’ weleens anders zou kunnen zijn dan dat van haar. Dus schreef Jill lange memo’s waarin ze haar ideeën uitlegde en zocht ze haar baas persoonlijk op om haar projecten aan hem te verkopen. Als hij niet op haar verzoeken inging, hield ze aan en stond ze erop dat hij haar een helder ‘ja’ of ‘nee’ gaf. Wat Jill betreft waren dit de kenmerken van een succesvolle journalist. Maar haar baas beschouwde het als ongepast gedrag van een carrièrevrouw. Hoe meer Jill probeerde om indruk op hem te maken, hoe verder hij zich terugtrok. Maar Jills baas keurde niet alleen haar voorstellen af, hij wees haar er met allerlei kleine dingetjes voortdurend op dat ze haar werk niet goed deed. Als Jill een voorstel van twee pagina’s indiende waarin ze haar nieuwste idee voorlegde, stuurde haar baas het vergezeld van een korte e-mail – ‘Niet genoeg informatie’ – terug. Stuurde Jill vervolgens een memo van drie kantjes, dan schreef hij: ‘Te lang. Vat het voor me samen.’ Stond Jill op een gesprek met hem, dan weigerde hij en zei dat ze te veel van zijn mening liet afhangen. Dan wilde hij dat ze deze opdracht zelf afhandelde, tenzij ze het niet aankon natuurlijk. Maar als Jill het initiatief nam en zelf op pad ging, was ze ineens respectloos en een ‘ongeleid projectiel’ en kraakte hij haar af tijdens redactievergaderingen en zei hij dat ze geen teamspeler was. Hoe
harder Jill probeerde om haar baas voor zich te winnen, hoe negatiever hij over haar leek te denken. Als Jill niet zo wanhopig op zoek was gegaan naar de goedkeuring van haar baas, had ze misschien gezien dat hij nooit tevreden met haar zou zijn, wat ze ook deed. Misschien had ze dan kunnen zeggen: het is duidelijk dat ik in zijn ogen niets goed kan doen. Dan heb ik de keuze uit drie dingen: ik kan blijven zitten tot ik iets beters vind, ik kan direct stoppen, of ik kan een klacht tegen hem indienen bij het College voor de Rechten van de Mens, zodat hij wordt bestraft voor zijn schandalige gedrag. Geen van deze keuzes had Jills voorkeur, maar we kunnen hier terecht spreken van een ‘oneerlijke’ situatie. Had ze een van deze keuzes gemaakt, dan had ze haar situatie in ieder geval direct onder ogen gezien en onder de gegeven omstandigheden het beste gedaan. Maar Jill besloot zichzelf de schuld te geven. Ze was de eerste om toe te geven dat ze haar nieuwe baas niet echt aardig vond, maar zijn mening betekende alles voor haar – en alles hing er ook van af. Hoe slechter hij haar behandelde, hoe harder ze werkte om indruk op hem te maken. Toen niets bleek te werken, ging ze zichzelf de schuld geven. Een goede journalist had deze man tevreden weten te stellen. Een goede journalist had geweten hoe hij de verschillen in persoonlijkheid of andere kwesties kon omzeilen. Een goede journalist had er iets van weten te maken. Dit was Jill allemaal niet gelukt en dus kon ze onmogelijk een goede journalist zijn. Ik wilde Jill laten inzien dat haar situatie totaal zou veranderen als ze besefte hoe afhankelijk ze was geworden van de mening van haar baas. Als het haar op de een of andere manier lukte om minder belang te hechten aan zijn goedkeuring – als ze op haar eigen oordeel over zichzelf zou afgaan en niet op dat van hem – kon ze zichzelf bevrijden van het gaslighten. Maar het duurde lang voordat Jill de hoop opgaf dat ze deze man op de een of andere manier toch tevreden kon stellen. Toen ze het eindelijk opgaf, gaf ze nog altijd niet hem maar zichzelf de schuld. ‘Ik kan er niet tegen dat ik maar niet tot hem doordring,’ vertelde ze iedere sessie opnieuw. ‘Ik word er knettergek van dat hij maar niet naar me luistert, wat ik ook zeg of doe. Hoe goed ik mijn werk ook doe en hoe hard ik ook werk, hij ziet het niet. Het maakt hem gewoon niet uit wat ik doe. Daardoor voel ik (me) …’ ‘Hoe voel je je dan?’ vroeg ik toen ze haperde.
‘Waardeloos,’ zei ze uiteindelijk met een klein stemmetje. ‘Alsof ik iedereen met wie ik tot nu toe heb gewerkt voor de gek heb gehouden en hij doorheeft hoe ik echt ben.’ Omdat Jills zelfbeeld van een competent, intelligent persoon afhing van haar baas, was ze overgeleverd aan zijn oordeel. Net als Liz, die duidelijk kon bewijzen dat haar naar buiten toe zo charmante baas haar probeerde te ondermijnen, had Jill grote moeite om haar situatie helder in te schatten. Ze keken niet realistisch naar wat ze wel en niet konden doen met zo’n onredelijke, gaslightende baas, maar beide vrouwen bleven proberen om ‘het goed te maken’ en bekritiseerden zichzelf vervolgens dat ze ‘niet goed genoeg’ waren. Hoewel Liz nog in fase 2 van gaslighten zat en helemaal in beslag genomen werd door de verhouding tot haar baas en Jill al was afgezakt naar fase 3 van hopeloosheid, vreugdeloosheid en wanhoop, is het patroon in essentie hetzelfde: een gaslightende baas die ‘gelijk’ moet hebben en een gaslightee die zijn bevestiging zoekt. Om zichzelf van gaslighten te bevrijden, moesten Liz en Jill hun gevoel van eigenwaarde terugkrijgen en bereid zijn om hun werk op te zeggen – wat niet wil zeggen dat ze ook letterlijk ontslag moesten nemen. Pas dan zou het gaslighten geen vat meer op hen hebben, want alleen dan zouden ze niet langer de Drang tot Versmelting voelen, kunnen accepteren dat hun bazen en zij er verschillende gedachten en gevoelens op nahouden en hun wanhopige pogingen kunnen opgeven om ten koste van alles de goedkeuring van hun bazen voor zich te winnen. Betoverende en aardige-kerel-gaslighters Hierboven hadden we het over Melanie en Jill, die zich in fase 3 bevonden en een relatie hadden met een intimidator, een gaslighter die beledigt en kleineert. Maar hoe zit het met de vrouwen die te maken hebben met een betoverende of aardige-kerel-gaslighter? Hoe ziet fase 3 er voor hen uit? Herinner je je Sandra nog, de maatschappelijk werker die ogenschijnlijk een perfect huwelijk had met haar begripvolle man Peter, maar die haar leven omschreef als vreugdeloos en verdoofd? Tegen de tijd dat zij voor coaching bij mij kwam, was ze midden in fase 3 van gaslighten aanbeland. Ze kon inmiddels niets meer bedenken wat haar gelukkig zou kunnen maken. ‘Ik voel me leeg,’ zei ze steeds, ‘leeg en verdoofd.’
Sandra bleef maar volhouden dat haar huwelijk fantastisch was en dat zij en haar man alles samen deelden. Dus vroeg ik haar van welke dingen ze samen genoten. Sandra vertelde dat ze te druk waren om dingen samen te doen naast de zorg voor het huis en de kinderen. Eerder in hun huwelijk had Sandra geprobeerd om meer ‘tijd samen’ te creëren, maar daar was het op de een of andere manier nooit van gekomen. ‘Hij wilde wel en ik ook, maar … Ik weet het niet, het is gewoon niet gebeurd.’ Ik stelde Sandra voor om Peter te vragen een avond samen uit te gaan en dan te kijken wat er zou gebeuren. Tijdens onze volgende sessie vertelde ze: ‘Het leek hem heel leuk, zei hij. Hij vond het een goed idee, maar toen we onze agenda’s trokken, bleek dat hij helemaal geen tijd had. Nu kijken we of het volgende week kan.’ De week erop, vertelde Sandra, leek Peter heel enthousiast over hun ‘spannende afspraakje’. Hij begon er zelf over. Hij had zelfs een reservering gemaakt bij het sjiekste restaurant van de stad en aangeboden om de oppas te bellen. Sandra was heel blij en haar idee dat Peter echt een ‘aardige kerel’ is, was hiermee bevestigd. Maar toen de bewuste avond daar was, kwam de teleurstelling. Peter had een heel lange dag op het werk gehad, zei ze, en was heel moe. Ze gingen naar het restaurant waar hij met veel moeite had kunnen reserveren, maar hij was eigenlijk te moe om iets te eten en hij leek er met zijn gedachten niet bij. Toen ze naar de film gingen die Sandra had uitgekozen, viel Peter halverwege in slaap. Hoewel alles ‘volgens plan’ was verlopen, was hun avondje uit niet echt een succes geworden. Sandra’s ervaring is wat mij betreft een goed voorbeeld van aardigekerel-gaslighten. Peter speelde de aardige kerel, maar hij maakte geen enkel contact met Sandra en hij gaf haar niet het intieme, samen-gevoel waarnaar ze verlangde. Hij had van hun uitje een heel groot ding gemaakt, maar zijn daadwerkelijke houding stelde Sandra heel erg teleur, terwijl ze niet kon klagen. ‘Hij deed alles wat ik wilde,’ zei ze steeds maar weer. ‘Ik denk dat het aan mij ligt dat ik maar niet gelukkig ben.’ ‘Maar Sandra,’ zei ik, ‘hij gaf je juist niet wat je wilde. Je wilde een leuke avond samen met je man, maar hij was niet echt aanwezig. Hij zat er maar een beetje bij en dat is iets heel anders dan wat je wilde.’ ‘Ja, misschien,’ antwoordde ze futloos, ‘maar daar kan ik toch niet over gaan klagen.’
Als Sandra’s en Peters onbevredigende avondje uit een incident was geweest, dan zou het inderdaad niet erg zijn geweest. Maar Sandra had heel vaak een onbevredigd gevoel, terwijl Peter toch deed wat zij graag wilde. Naar mijn mening ging het hem meer om het hooghouden van zijn imago als aardige kerel, dan om werkelijk contact met Sandra. En zij ging helemaal mee in zijn manier van kijken; Peter moest in haar ogen een aardige kerel blijven, zoals hij dat ook voor zichzelf moest zijn. Olivia, een andere cliënt die ik coachte, had een vergelijkbaar probleem met haar betoverende gaslighter Martin. Olivia was een sombere, donkergetinte vrouw met heel hoge jukbeenderen en een lang, slank lichaam. Ze was ooit model geweest en werkte inmiddels als inkoper bij een plaatselijk warenhuis. Ze was begin veertig en al meer dan vijftien jaar getrouwd met makelaar Martin. In het begin hield ze van zijn romantische aanleg en zijn extravagante, betoverende manier van doen. Maar inmiddels was dat betoverende laagje voor haar gevoel wel heel erg dun geworden. ‘Neem gisterenavond,’ zei Olivia. ‘Ik kwam doodmoe van mijn werk en Martin zei: “Het komt goed lieverd, ik geef je de beste massage die je maar kunt bedenken.” ‘Maar ik wilde gewoon alleen in bad gaan liggen weken, daarna rustig eten en een goed gesprek. Of anders lekker ontspannen op de bank tv-kijken, gewoon een rustige avond, zonder verder ergens over na te hoeven denken. Maar Martin dacht er anders over en kwam met allerlei massageoliën, geurkaarsen en stemmige muziek. En hij bleef maar tegen me praten over hoe mooi ik wel niet was en hoe goed hij me zou laten voelen. Het leek wel alsof hij met een ander over mij sprak, ik had helemaal niet het gevoel dat hij het tegen mij had.’ Ik vroeg Olivia of ze tegen Martin had gezegd hoe ze zich voelde. Ze haalde haar schouders op en zei verdrietig: ‘Hij hoort de laatste tien jaar al niet meer wat ik zeg en ik denk niet dat hij dat nu nog gaat doen.’ Zoals Sandra eigenlijk niets voelde bij Peters ‘goede daden’, zo had Olivia vaak het gevoel dat Martins gebaren meer zeiden over zijn eigen romantische fantasieën dan over wat zij wilde en haar behoeften. Net als alle fase 3-gaslightees, had Olivia het gevoel dat niets wat ze zei of deed nog enig verschil maakte: ‘Wat ik ook doe en wat ik ook zeg, het maakt geen enkele indruk. En als ik dan toch tot hem doordring, wordt het alleen maar erger. Dan zit hij een week te mokken omdat hij zich gekwetst voelt en daar kan ik niet tegen, want dan voel ik me schuldig. Hij wil alleen maar een goede echtgenoot zijn, waarom kan ik daar niet gewoon van genieten?’
Terwijl ze allebei ongelukkig waren, konden Sandra en Olivia geen van beiden hun fase 3- gaslightrelatie verbreken. Net als de andere gaslightees in dit boek, dachten ze dat het probleem op de een of andere manier bij hen lag. Sandra vond van zichzelf dat ze te veeleisend was. Iedere andere vrouw, dacht ze, zou juist blij zijn met Peters inspanningen en zich niet altijd teleurgesteld voelen. Ze wilde dat ik haar leerde hoe ze gelukkiger kon zijn met Peter en niet hoe ze hem kon veranderen. Olivia dacht ook dat het probleem bij haar lag. Ze dacht: als ik spontaner, romantischer en energieker ben, dan komen Martin en ik wel op één lijn. De moeder en twee zusters van Olivia hadden alle drie een slecht huwelijk achter de rug; hun mannen waren of vreemdgegaan of vertrokken. Hierdoor voelde Olivia zich nog schuldiger, omdat ze de toegewijde, romantische Martin niet wist te waarderen. Beide vrouwen waren ook bang voor de Emotionele Apocalyps die bijna altijd bij gaslighten hoort. Bij Sandra was de Emotionele Apocalyps woede. Peter deed doorgaans zijn best om een aardige kerel te zijn, maar soms explodeerde hij van woede en Sandra wist nooit precies wanneer dit kon gebeuren. Als de uitbarsting voorbij was, deed hij alsof er niets was gebeurd. Wanneer Sandra er dan over begon, verontschuldigde Peter zich kort, waarna hij van onderwerp veranderde. Volgens Sandra leek hij totaal niet door te hebben wat voor impact zijn uitbarstingen hadden. ‘Maar hij zei dat het hem speet,’ vertelde ze toen ik hierover doorvroeg. ‘Ik kan toch niet van hem verlangen dat hij er nog meer over vertelt?’ Ook nu had Peter weer ‘alles goed’ gedaan. En ook nu had Sandra geen tevreden gevoel. Olivia had te maken met Martins mokken en gekwetste blik, dat was zijn Emotionele Apocalyps, en de schuldgevoelens die dit haar bezorgde. Ze voelde zich al schuldig omdat ze hem niet genoeg waardeerde, dus als hij zich dan ook nog eens ‘met die verdrietige hondenblik door het huis sleepte’, werd het haar te veel. En al helemaal omdat hij naderhand altijd met een groot cadeau kwam, waardoor ze zich nog schuldiger voelde. Vrouwen die te maken hebben met een betoverende of aardige-kerelgaslighter vinden het nogal eens moeilijk om, aan zichzelf en anderen, uit te leggen wat het probleem is. Alles samen delen en romantische gebaren lijken zo positief, wat kan daar in hemelsnaam verkeerd aan zijn? Wat er verkeerd aan is, is het gaslighten. Een betoverende gaslighter trekt alles uit de kast, maar doet dit voor zichzelf, terwijl hij zijn gaslightee ervan probeert te overtuigen dat het
allemaal voor haar is. Hij vertelt zijn partner dat ze van zijn romantische gebaren moet genieten, maar let er niet echt op of ze dit ook daadwerkelijk doet. Hij voert een show op en staat erop dat zij ervan geniet. Een aardige-kerel-gaslighter doet zijn eigen zin, terwijl hij zijn vrouw ervan probeert te overtuigen dat zij haar zin krijgt. Of hij blijft deels uit contact, terwijl hij zijn vrouw ervan probeert te overtuigen dat hij zich totaal geeft en haar probeert aan te praten dat ze wel gek moet zijn als ze om nog meer vraagt. Het gevolg is dat de vrouw die gegaslight wordt, zich alleen, verward en gefrustreerd voelt, maar niet kan zeggen waarom. Als ze tegen haar gaslighter ingaat, volgt zijn Emotionele Apocalyps en kan hij gaan schreeuwen, dreigen haar te verlaten, of haar op van alles en nog wat bekritiseren en veroordelen. Als hij zich na zijn Emotionele Apocalyps verontschuldigt, zoals Peter bijvoorbeeld, of zoals Martin met een groot cadeau komt, voelt ze zich nog slechter. Met haar gevoelens is helemaal nooit rekening gehouden, maar er wordt haar voortdurend verzekerd dat dit wel het geval is. Dat maakt eenzaam en leidt tot frustraties. En als het maar lang genoeg duurt, ook tot depressies. Zorg voor jezelf: body & mind-oefeningen Een van de lastigste aspecten van fase 3 van gaslighten is de manier waarop je je afgesloten voelt van je emoties en je beste zelf – dat je ooit was. Een goede manier om de verbinding te herstellen, is met body & mind-oefeningen: yoga, tai chi, oosterse vechtsporten en andere vormen van meditatie in beweging. Door deze oefeningen komt je geest tot rust en open je je voor je diepste zelf. Niet door discussies, analyses of visualisatie, maar door energieke bewegingen die lichaam, bewustzijn en geest integreren. Sluit je aan bij een groep in een sport-, yoga- of oosterse vechtsportcentrum in de buurt, of vraag in de natuurvoedingswinkel of de alternatieve boekwinkel naar een goede leraar. Het kan ook zijn dat je de voorkeur geeft aan eenvoudige meditatie die je uit een boek of in een groep kunt leren. (Je kunt kijken of je plaatselijke yoga- of oostersevechtsportleraren iets aanraden.) Bij meditatie ga je vijftien tot dertig minuten zitten, terwijl je je aandacht op de ademhaling richt en je je gedachten gewoon laat oplossen. Mensen die mediteren
zeggen dat ze zich rustiger en meer verbonden voelen en beter met stress kunnen omgaan. Meditatie is ook een heel goede manier om je diepste zelf de tijd en ruimte te geven om zich kenbaar te maken.
Waarom blijven we? Wat zorgt ervoor dat sterke vrouwen als Melanie, Jill, Sandra en Olivia hun fase 3-gaslightrelatie niet verbreken? Zoals we hebben gezien, wordt de belangrijkste dynamiek tijdens een gaslightrelatie veroorzaakt door een gaslighter die gelijk wil hebben om de controle en zijn zelfbeeld te behouden, en een gaslightee die de gaslighter op een voetstuk plaatst en wanhopig op zoek is naar zijn goedkeuring. Zolang iets in jou ervan overtuigd is dat je de gaslighter nodig hebt voor een beter gevoel over jezelf, om je zelfvertrouwen te geven of je plek in de wereld te kunnen bepalen, blijf je vatbaar voor gaslighten. Behalve deze gronddynamiek heb ik nog vier belangrijke redenen ontdekt waarom mensen in gaslightrelaties blijven, ook al zijn ze energieslurpend, vreugdeloos en uitputtend. De dreiging van geweld Naast de eerdergenoemde redenen zijn vrouwen in fase drie soms bang voor fysiek geweld – en soms hebben ze hier zelfs al mee te maken gehad – of voor de dreiging van fysiek geweld door hun gaslighter. Als jij of je kinderen fysiek mishandeld zijn, of als je denkt dat dit zou kunnen gebeuren, moet je vertrekken en naar een veilige plek gaan waar je kunt telefoneren en besluiten wat je volgende stap zal zijn; dit kan het huis van een dierbare, een opvanghuis of zelfs een restaurant zijn. Je eerste zorg is je fysieke veiligheid en die van je kinderen. De emotionele problemen kunnen alleen worden opgelost als je zeker weet dat jij en je kinderen veilig zijn en blijven.
Materiële gevolgen
Eerlijk gezegd zijn veel vrouwen niet bereid om de financiële zekerheid of de levensstandaard waarin hun gaslightende partner (of baas) voorziet op te geven. Hoewel ze beseffen dat ze niet gelukkig zijn, denken ze – terecht of onterecht – dat een lagere levensstandaard hen nog ongelukkiger zal maken. Veel vrouwen denken ook dat hun kinderen onder een eventuele scheiding (of verandering van werk) zullen lijden, vanwege de financiële en/of emotionele gevolgen. Veel vrouwen beschouwen hun fase 3-gaslighters als goede vaders, ook al hebben ze moeite met hem als partner, of ze zien dat hun kinderen veel van hun vader houden, ook al zijn sommige aspecten van die relatie ook reden voor bezorgdheid. Vrouwen die voor een fase 3-gaslighter werken, hebben mogelijk een baan met unieke, creatieve mogelijkheden, goede kansen om door te groeien of een goed salaris. Vanzelfsprekend schatten we deze mogelijke voordelen en obstakels soms verkeerd in. Dan overdrijven we de pluspunten van het in stand houden van de gaslightrelatie en onderschatten we de mogelijkheden die buiten de relatie liggen. Zo was Jill ervan overtuigd dat ze nooit meer zo’n goede baan zou vinden als haar huidige. Dat was onderdeel van de macht van haar baas over haar. Ze had het gevoel dat hij de macht had over haar hele professionele carrière. Toen ze zich los begon te maken van het gaslighten, ging ze beseffen dat ze jong en getalenteerd was en een mooi cv had opgebouwd. En als deze baas geen goede aanbeveling wilde schrijven, dan zouden haar voormalige baas en haar leraren aan de School voor Journalistiek dat zeker wel doen. Ze had nog alle tijd om iets neer te zetten binnen haar interessegebied, met of zonder de hulp van haar baas. Toen Melanie erover nadacht om Jordan te verlaten, waren financiële zorgen het eerste waar ze aan dacht. Melanie was door een alleenstaande moeder opgevoed en in haar herinnering was haar moeder altijd bang dat ze de rekeningen niet kon betalen. Het duurde even voordat Melanie besefte dat zij als marketinganalist veel meer verdiende dan haar moeder met haar baantjes als serveerster. Waarschijnlijk zou ze zich zonder het inkomen van Jordan niet zo’n mooi appartement en zulke luxe vakanties kunnen veroorloven, maar er bleef genoeg over om gewoon van te kunnen leven. Maar het kan ook zijn dat je financiële bezorgdheid volledig terecht is. Toen ik Sandra vroeg of ze er überhaupt aan durfde te denken om van Peter te scheiden, verbleekte ze van schrik: ‘Hoe kan ik dat mijn kinderen aandoen?’ vroeg ze. ‘Ze zijn stapelgek op hem.’ Ik ben zelf een gescheiden moeder en begreep heel goed wat ze bedoelde. Het is heel moeilijk om kinderen van
hun vader te scheiden en iedere moeder die dit doet, zal zeker rekening willen houden met de behoeften van de kinderen. Scheiden kan de juiste oplossing zijn, maar er is ook altijd sprake van verlies. Als Jills situatie anders was geweest, dan had ze mogelijk terecht gevreesd voor haar professionele carrière. Was ze, bijvoorbeeld, de vijftig al gepasseerd, dan had ze terecht kunnen vrezen dat voor haar de banen, met name de hogere functies, niet voor het oprapen lagen. Of stel, ze werkte voor een bedrijf dat zich had gespecialiseerd in een bepaald soort journalistiek, dan zou vertrekken betekenen dat ze van vakgebied moest veranderen, over lagere budgetten kon beschikken of met andere ongewenste veranderingen te maken zou krijgen. Dan zou de keuze om te vertrekken bij haar gaslightende baas een behoorlijke stap terug betekenen. Maar hoe dan ook weten we lang niet altijd wat de toekomst brengt. We weten niet hoe onze kinderen een scheiding zullen verwerken of wat een slechte huwelijksrelatie met hen doet. We weten niet hoe het voelt om van minder geld rond te moeten komen, of wat voor baan we zullen vinden. Het enige wat we kunnen doen, is goed naar ons gevoel luisteren en de mogelijke verliezen afwegen tegen de prijs die we moeten betalen als we in de gaslightrelatie blijven, met name als we hierdoor depressief en vreugdeloos door het leven gaan. Als je je in fase 3 bevindt, voelt het vaak alsof je nergens recht op hebt, ook niet op vreugde. Maar vreugde is overal, ook voor jou. En jij hebt er net zoveel recht op en je verdient het evenveel als ieder ander. Angst voor verlatenheid en eenzaamheid Velen van ons moeten er niet aan denken om geen relatie te hebben. Daarom kan het beëindigen van een liefdesrelatie aanvoelen als het einde van de wereld. We kunnen ons een leven alleen gewoonweg niet voorstellen. Maar die verlatingsangst die velen van ons hebben, beïnvloedt al onze relaties, ook die met onze vrienden, vriendinnen, collega’s en baas. In alle gevallen kan het idee om weg te gaan of de relatie op een lager pitje te zetten, diep eenzame gevoelens oproepen, die veel pijnlijker en angstaanjagender zijn dan de ergste vorm van gaslighten. En dus plaatsen we onze gaslighter op een voetstuk en doen we onze uiterste best om de relatie te
laten werken, zodat we niet hoeven zien hoe onprettig en onbevredigend deze is geworden. Bij sommigen onder ons wordt de eigen identiteit bepaald door de relatie, of door het werk dat we doen. Toen Melanie en ik onderzochten hoe het voor haar zou zijn om zonder Jordan te leven, zei ze met een breekbaar stemmetje: ‘Dan ben ik niets meer. Ik ben helemaal niets zonder hem.’ Jill zei iets soortgelijks: ‘Als ik in deze baan niet slaag, dan ben ik een totale mislukkeling.’ Ook hier moet je beseffen dat je nooit weet wat de toekomst brengt. Ondanks onze afschuw en angst kunnen we ons enorm bevrijd voelen wanneer we uit een gaslightrelatie stappen. Mogelijk ontdek je dat je je helemaal niet alleen voelt, maar juist sterker en tevredener. Of misschien blijf je je gaslighter missen, maar ben je nog altijd blij dat je bent weggegaan. En ja, soms triggert het loslaten of inperken van een gaslightrelatie gevoelens van eenzaamheid en roept het angsten op. Maar ondanks je pijn weet je dat je de juiste beslissing hebt genomen. Binnen onze maatschappij hoor je vaak de boodschap: als je goed en gezond leeft, word je gelukkig. Dat lijkt heel eenvoudig, maar volgens mij is de waarheid gecompliceerder en kan zelfs de beste beslissing verdriet en angst brengen. Maar als we onze angsten recht aankijken en verstandige keuzes maken, kunnen we wel dankbaar zijn voor de keuze waardoor onze integriteit bewaard blijft. Angst voor vernedering Je bent in fase 3 van gaslighten aanbeland en het gaat niet goed met je relatie. Voor velen van ons is toegeven dat het zo slecht gaat heel vernederend. De relatie verbreken voelt als een nederlaag en door te blijven lijken we mogelijk nog iets te kunnen herstellen. Zo dacht Melanie in ieder geval over haar huwelijk en Jill over haar baan. Voor beide vrouwen voelde het als een vernedering om toe te moeten geven dat ze niet in staat waren om hun situatie te verbeteren. Melanie dacht dat een gezond, weldenkend mens eruit moest kunnen komen met Jordan, terwijl Jill geloofde dat zij als goede journalist haar onredelijke baas voor zich moest kunnen winnen. Ze keken niet met een realistische blik naar hun
gaslighter, maar hielden stug vol en bleven maar proberen. Zelfs een bovenmenselijke inspanning leek beter dan toegeven dat ze hadden ‘gefaald’. Alleen komen we niet ver wanneer we de waarheid niet onder ogen willen zien. Of je nu wel of niet besluit om een einde te maken aan je fase 3gaslightrelatie, je zult nooit gelukkig worden – niet in, maar ook niet buiten de relatie – als je niet wilt zien in wat voor situatie je je bevindt. Je zult moeten toegeven dat er iets niet goed gaat en rigoureus en met gezond verstand kijken of enige verbetering mogelijk is. Melanie moest meedogenloos eerlijk tegen zichzelf zijn over wat voor man Jordan was. Ze moest inzien hoe oneerlijk en onredelijk zijn kritiek was en hoe diep hij haar kwetste. Ze moest ook beseffen hoe ongelukkig ze eigenlijk was geworden en hoe overstuur, verward en gefrustreerd ze zich voelde. Ze moest toegeven dat dit haar huwelijk was, deze deprimerende fase 3-gaslightrelatie, en het ideaalbeeld waarvan ze hoopte dat het zou terugkeren als ze maar genoeg therapie volgde, loslaten. Misschien kon het weer beter worden tussen Jordan en haar, misschien ook niet, maar het zou zeker niet verbeteren zolang Melanie de waarheid niet onder ogen zag. Op soortgelijke manier moest Jill gaan inzien hoe onredelijk het gedrag van haar baas was. Ze diende te beseffen dat hij haar – een goed journalist – misschien liever kwijt dan rijk was vanwege zijn irrationele vooroordelen of voorkeuren. Ze moest accepteren dat ze hem waarschijnlijk niet voor zich kon winnen en zich afvragen wat ze wilde doen, mocht dit inderdaad zo zijn. Nog harder werken en er maar het beste van hopen, had geen zin. Eerlijk naar de zaak kijken wel. Als gevoelens van vernedering bij jou ook een rol spelen, is het goed om veel mededogen met jezelf te hebben en te accepteren dat je je niet hoeft te schamen voor een fout, of de fouten die je hebt gemaakt. Je kunt zelfs denken dat de pijn van de vernedering maar een kleine prijs is die je betaalt om alle ellende achter je te kunnen laten. Vergeet ook niet dat tijd veel wonden heelt. Je vertrek leek misschien heel vernederend op het moment zelf, maar dit kan veranderen in een verre, wat wrange herinnering wanneer je een betere baan of bevredigendere relatie hebt gevonden. De kracht van de verbeelding
Velen van ons blijven in een stroeve relatie vanwege de fantasiebeelden die we hebben over onze gaslighter en onszelf. We zien een gaslighter als onze soulmate, de man die we niet kunnen missen, de grote liefde van ons leven. Of we hebben het romantische idee van ‘vrienden voor het leven’ en dierbare herinneringen aan een langdurende vriendschap. Of misschien heb je allerlei fantasiebeelden over hoe je carrière maakt en denk je dat je al je hoop om hogerop te komen opgeeft als je vertrekt bij je gaslighterbaas. Binnen familieverband zijn onze fantasiebeelden extra sterk. Velen van ons hebben diepe gevoelens voor onze ouders of broers en zussen, die we al vanaf onze geboorte kennen. We vinden dat we alles aan hen te danken hebben, dat we op hen moeten kunnen rekenen of heel intiem met hen moeten kunnen zijn. Ook als we volwassen en uit huis zijn, kunnen we ons nog verloren voelen omdat we hen wel hebben losgelaten, maar niet het fantasiebeeld van een oppermachtig persoon in ons leven, die altijd voor ons zal zorgen en onvoorwaardelijk van ons zal houden. Dit soort fantasiebeelden speelt bij iedereen die in een gaslightrelatie verwikkeld is een grote rol, ook al beseffen we dit misschien niet. Als mijn cliënten, vriendinnen en kennissen gepassioneerde uitspraken doen over hun gaslighter, denken ze dat het om feitelijkheden gaat. Ik zal hieronder enkele voorbeelden geven. • • • • • • • • • •
‘Het begon zo mooi. Ik ben ervan overtuigd dat het weer zo kan worden.’ ‘Hij is mijn soulmate. Wat ik bij hem voel, heb ik nog nooit bij iemand gevoeld.’ ‘Ik denk voortdurend aan hem. Ik hou zoveel van hem. Ik kan me een leven zonder hem niet voorstellen.’ ‘Zij is mijn beste vriendin. Dat is ze altijd geweest. Ze staat altijd voor me klaar.’ ‘Ze kent me door en door. Er is niemand die me beter kent.’ ‘Ze kijkt zo door me heen. Zo iemand heb ik nodig in mijn leven.’ ‘Ik heb zoveel goede herinneringen aan haar. We hebben samen zoveel meegemaakt.’ ‘Dit is de beste baan die ik ooit heb gehad. Ik heb alles aan deze man te danken en ik mag hem niet teleurstellen.’ ‘Zo’n baan krijg ik nooit meer.’ ‘Niemand zal me ooit nog eens zo’n kans geven.’
• • • • •
‘Hij heeft zoveel talent en hij gaat het helemaal maken. Daar wil ik wel graag de vruchten van plukken.’ ‘Ze is mijn moeder, ik doe alles voor haar. Ik kan haar toch niet teleurstellen?’ ‘Ik kan altijd op mijn vader rekenen. Goed, hij gaat weleens tegen me tekeer, maar uiteindelijk is hij er altijd voor me.’ ‘Mijn zuster is mijn beste vriendin. We hebben wel altijd ruzie, maar ik weet dat ik altijd op haar kan rekenen.’ ‘Ik heb altijd tegen mijn oudere broer opgekeken. Ook al kleineert hij me, ik weet dat hij altijd voor me opkomt.’
Ik denk dat mijn vriendinnen en kennissen dit heel oprecht menen. Maar ik denk ook dat dit niet de hele waarheid is – of ze zich hier nu van bewust zijn of niet. Wat is er echt aan de hand wanneer we ons zo vastklampen aan een relatie die heel uitputtend, naar en verwarrend is? En waarom offeren we zoveel op voor die relatie? Als we in een gaslightrelatie blijven, hebben we – meestal onbewust – besloten dat we alles moeten kunnen accepteren en dat we de kracht hebben om alles weer goed te maken. Zo moest Melanie geloven dat ze een aardige, zorgzame persoon was die met haar alomvattende liefde een gelukkig huwelijk kon scheppen, helemaal in haar eentje als het moest. Hoe slecht Jordan haar ook behandelde, zij zou en kon zo liefdevol blijven dat alles weer goed kwam. Als ze toegaf hoe ongelukkig ze met Jordan was, zou ze ook het ideaalbeeld van zichzelf moeten opgeven en moeten accepteren dat de kracht van haar liefde niet groot genoeg was om het negatieve gedrag van haar man te veranderen. Jill moest zichzelf ervan overtuigen dat ze zo sterk en getalenteerd was dat geen baas haar eronder kon krijgen. Ze wilde blijven geloven dat ze goed werk kon verrichten onder de lastigste omstandigheden en dat ze met haar kwaliteiten in staat was om een slechte baan in een goede te veranderen. Erkennen dat het haar baas helemaal niet uitmaakte hoe goed ze was, stond voor haar gelijk aan het opgeven van haarzelf. Zoals je kunt zien, gaan deze fantasiebeelden over macht. Volgens het beeld dat we van onszelf hebben zijn we in staat om iedere situatie naar onze hand te zetten, zolang we de juiste dingen doen. In plaats van de hoop
opgeven en verdergaan met ons leven, willen we, tot wanhoop toe, bewijzen dat we onze gaslighter kunnen veranderen. Als dit niet lukt, proberen we onszelf ervan te overtuigen dat zijn negatieve gedrag niet uitmaakt, omdat we toch heel sterk zijn. De wortels van dit maar blijven proberen, liggen in onze kindertijd. Ouders die zelf teleurgesteld en onbetrouwbaar zijn, zetten hun kinderen emotioneel gezien met de rug tegen de muur. De waarheid over onze ouders onder ogen zien – namelijk dat ze zich soms gedroegen als kinderen die alleen aan zichzelf denken – is gewoonweg te overweldigend. Welke twee-, vier- of zelfs twaalfjarige durft te denken dat haar moeder haar niet kan beschermen, dat haar vader er niet voor haar is? Hoe verschrikkelijk is het niet om een kind te zijn van onbetrouwbare, liefdeloze ouders! Je weet dat je niet oud en sterk genoeg bent om voor jezelf te zorgen, dus als zij het niet doen, wie dan wel? En als zelfs mama en papa niet van je houden, dan moet je wel zo minderwaardig en onbeminnelijk zijn dat er ook niemand anders is die van je houdt. Om deze verschrikkelijk werkelijkheid niet te hoeven zien, om niet te hoeven beseffen dat onze ouders vanwege hun eigen beperkingen niet voor ons kunnen zorgen of ons niet voldoende liefde kunnen geven, gaan we onszelf de schuld geven: het moet aan mij liggen. Later doen we precies hetzelfde met onze gaslighter. Maar daar stopt het niet. We gaan fantaseren om de werkelijkheid van verwaarlozing en teleurstelling te compenseren en deze fantasiebeelden geven ons het gevoel dat we meer in controle zijn. Als we maar sterk genoeg zijn, maakt het misschien niet uit dat onze ouders er niet voor ons kunnen zijn en dan kunnen wij voor hen zorgen! ‘Met mij gaat het goed, wat mijn mama ook doet,’ zou het kleine meisje kunnen zeggen. Of: ‘Het maakt niet uit hoe vaak papa me teleurstelt.’ We proberen onszelf aan te praten dat we sterk, tolerant, begripvol en vergevingsgezind zijn, zodat de tekortkomingen van onze ouders er niet langer toe doen. Alleen ligt er een hele lading verdriet, woede en angst verborgen onder al deze hoopvolle beelden over onszelf. Dit zijn de ware gevoelens van een kind dat niet kan rekenen op een liefdevolle, sterke volwassene die voor haar zorgt. Iedereen heeft behoefte aan erkenning, bewondering en liefde van anderen en als er iemand langskomt die je deze dingen belooft, dan voel je je tot diegene aangetrokken. Maar bij degenen die vatbaar zijn voor gaslighten gaat het om meer dan alleen aantrekkingskracht, wij worden gedreven door drie fantasieën:
1. Als kind waren we volledig afhankelijk van onze ouders voor onze zorg, nu zijn we dat van onze gaslighter. Hij en alleen hij zal ons de betrouwbare liefde geven die we van onze ouders niet kregen. Hij is onze soulmate, onze perfecte leraar en onze beste vriend. Het bewijs van zijn liefde is de bevestiging die we zoeken. 2. Als hij ons hierin toch niet kan voorzien, dan denken we dat we hem kunnen veranderen. Met de kracht van ons tolerantievermogen, onze liefde en ons voorbeeld, zullen we hem veranderen in de ouders die we verdienden en wilden hebben. 3. Het maakt niet uit hoe slecht hij zich gedraagt, want we zijn sterk (vergevingsgezind, zorgzaam) genoeg om hieraan te ontstijgen. En beschikken we niet over de bovenmenselijke kracht om hem te veranderen, dan beschikken we wel over de bovenmenselijke kracht om hem te accepteren. Door het negatieve gedrag van onze gaslighter gaan we dus niet minder, maar juist meer van hem houden, omdat hij ons weer een kans biedt om te laten zien hoe sterk we zijn. Waren we als kind maar zo sterk geweest! Dat waren we jammer genoeg niet, maar nu krijgen we de kans om het goed te maken! Nu zullen we er op wilskracht een goede relatie van maken! Als ik het moet doen met iemand – een lastige geliefde, baas of vriend(in) – die me beledigt, negeert, of meer met zijn eigen behoeften bezig is dan met die van mij, dan is dat maar zo. In ieder geval gebeurt er na al die ellende nu tenminste eindelijk iets goeds: deze fantastische soulmate, voortreffelijke mentor, geweldige beste vriend(in). Je klampt je vast aan het fantasiebeeld van die relatie, omdat je je diepste angst zo lijkt te kunnen ontlopen: dat niemand ooit van je zal houden op de manier waarnaar je verlangt en dat je net als in je kindertijd teleurgesteld en alleen achter zult blijven. Ondertussen ga je jezelf door zijn negatieve gedrag steeds minder leuk vinden, doordat het maar niet lukt om zijn bevestiging te krijgen en je maar niet kunt bewijzen hoe goed, capabel en lief je bent. Als dit jouw situatie is, heb ik goed en slecht nieuws voor je. Het slechte nieuws is dat je inderdaad je fantasiebeelden over je gaslightrelatie zult moeten opgeven. Als een cliënt heel verdrietig zegt: ‘Zo’n man als hij vind ik nooit meer,’ dan zeg ik zo rustig mogelijk: ‘Nee, misschien niet. Maar zou je dat ook willen? Je zegt voortdurend hoe ellendig je je voelt, is de relatie je dat waard?’
Of een cliënt zegt boos of in paniek: ‘Wat moet ik zonder mijn werk? Stel dat ik nooit meer zo’n goede baan vind? Stel dat ik nooit meer werk vind binnen mijn vakgebied, of in ieder geval niet op dit niveau? Of dat ik nooit meer een mentor tegenkom die me zo goed begrijpt als deze man?’ Dan antwoord ik: ‘Misschien vind je inderdaad niet meer zo’n goede baan. Maar als je blijft zul je je niet eens meer kunnen voorstellen dat je ooit nog een betere baan zult krijgen.’ En als een cliënt zegt: ‘Ik ken mijn vriendin al vanaf mijn veertiende. Alleen zij weet hoe ik als tiener was, verder helemaal niemand.’ Dan kan ik het alleen maar met haar eens zijn: ‘Je raakt iets belangrijks kwijt wanneer je haar vriendschap verliest,’ zal ik zeggen, ‘maar hoe vaak zeg je niet tegen me dat je heel ongelukkig wordt van de manier waarop ze je behandelt? Is deze vriendschap je dat waard?’ Het slechte nieuws is dus dat je misschien echt iets speciaals moet opgeven als je besluit om uit je gaslightrelatie te stappen. Het kan zijn dat je geen andere man tegenkomt van wie je zo hartstochtelijk zult houden, die je zo opwindend vindt of die je als je tweelingziel beschouwt. Het kan zijn dat je geen andere mentor of carrièremogelijkheid vindt die op zijn minst gelijkstaat aan wat je opgeeft. En misschien vind je nooit meer een vriendin om wie je zoveel geeft, of één die jou zo door en door kent als de gaslightende beste vriendin van wie je knettergek wordt. Het goede nieuws is dat je het einde kunt zien van de verschrikkelijke angst – om ongeliefd en alleen te blijven – waar je al je hele leven last van hebt, wanneer je de moed hebt om de gaslightrelatie te verbreken en eerlijk te kijken welke prijs je hiervoor betaalt. Je beseft dat je oud genoeg bent om ‘je eigen ouders te worden’, om voor jezelf te zorgen zoals je dat nog niet kon toen je klein was. Je kunt zien dat de wereld vol liefde is, hoeveel lieve vrienden, vriendinnen, ondersteunende collega’s en potentiële levenspartners er in je leven kunnen komen om die ene ‘soulmate’ van wie je zo afhankelijk was te vervangen. Als je beseft dat je ware zelf niet afhankelijk is van de verzorging van een ander, dat je niet langer de hulpeloze kleuter of het jonge kind bent dat zijn ouders zo graag als helden wilde zien, dan kun je eindelijk van de mensen in je leven gaan genieten om wie ze zijn. Dan hoeven zij niet langer de goede ouders te zijn die je nooit hebt gehad. Je kunt je eigen ouders zijn en voor jezelf zorgen, zodat je liefdes- en werkrelaties en je vriendschappen gebaseerd zijn op liefde en verlangen en niet op behoeftigheid en wanhoop.
Bovendien kun je er zeker van zijn dat je de moed zult hebben om nee te zeggen en weg te gaan als dat nodig is, wanneer je slecht behandeld wordt. Hierdoor neemt de kans dat je goed behandeld wordt steeds meer toe. Mijn ervaring met mensen die zich bevrijden uit gaslightrelaties is dat ze niet opnieuw op zoek gaan naar dat magische gevoel, naar een relatie die hen behoedt voor alles waar ze bang voor zijn. Verdriet uit het verleden hoeft niet langer geheeld te worden en hierdoor worden relaties steeds gewoner en bevredigender. Misschien is de adrenaline verdwenen. Maar is dat zo erg? Is het zo erg dat je diep in je hart glimlacht als de naam van je nieuwe vriend op je scherm verschijnt wanneer je telefoon gaat, maar dat je hart geen radslag maakt? Is het zo erg dat je je heel erg op je gemak voelt als jullie samen zijn, maar je niet zo zenuwachtig bent dat je geen hap door je keel krijgt? Is het zo erg als de liefde niet meer aanvoelt als een opwindend, gevaarlijk avontuur of een uitdagend, hoofdbrekend wiskundig probleem, maar heel eenvoudig als prettig, veilig en aangenaam gezelschap? Als je de fantasieën die de motor achter je gaslighten waren hebt opgegeven, kun je nog altijd boeiende gesprekken, bevredigende seks, diepe vriendschappen en zinvolle werkrelaties hebben, maar misschien zonder de intensiteit van de banden die je vormde toen je nog niet zonder die relaties kon. Het voelt waarschijnlijk niet alsof deze nieuwe verbintenissen je leven redden of je wereld volledig op zijn kop zetten, maar je hoeft ook niet de hele tijd op je tenen te lopen. Je hebt geen last meer van die knoop in je maag steeds als de telefoon gaat (of niet gaat). En je ligt ook niet meer ’s nachts wakker, denkend hoe je de dingen anders had kunnen doen om hem gelukkig te maken. Je kunt als volwassene je eigen weg gaan, wetend dat je soms eenzaam zult zijn en je vaak geliefd zult voelen. Maar hoe dan ook zul je je nooit meer door iemand slecht laten behandelen. Zorg voor jezelf: therapie en andere soorten hulp Als je klaar bent voor een verandering – of meer wilt weten over je mogelijkheden – kun je hierbij hulp vragen. Als therapeut raad ik therapie aan ter ondersteuning van de ontwikkeling die je wilt doorlopen. Therapie kan soms frustrerend en pijnlijk zijn, maar ook heel voedend en ondersteunend. Het is een hele geruststelling om te merken dat iemand in
je gelooft, je zorgen begrijpt en bereid is om je te helpen bij het bereiken van je doel. Als therapie niet iets voor jou is, kun je een andere vorm van hulp of ondersteuning inroepen. Bijvoorbeeld een levenscoach, die weliswaar doorgaans niet opgeleid is tot therapeut, maar je wel goed kan helpen bij het omschrijven van je doelstellingen en het zetten van de juiste stappen op weg naar je doel. Religieuze leiders en pastoraal werkers kunnen ook ondersteuning bieden en spirituele inzichten aanreiken, en zijn soms ook opgeleid als therapeut. Je kunt je ook aansluiten bij een ondersteuningsgroep in een plaatselijk buurtcentrum of binnen je religieuze gemeenschap. Als jij of iemand in je directe omgeving een bepaalde vorm van verslaving heeft, kan een twaalfstappenprogramma een goede keuze zijn. Maar welke stappen je ook zet, ik raad je aan om altijd contact te zoeken met vrienden, vriendinnen en dierbaren, met mensen die je vertrouwt, van wie je weet dat ze het beste met je voorhebben en een helder zicht op je situatie hebben. (Soms is het lastig om iemand te vinden die aan beide voorwaarden voldoet!) Maar soms volstaan ook de beste vrienden niet. Soms heb je iemand met wat meer afstand nodig die je helpt om erachter te komen hoe de volgende fase van je reis eruitziet. Een therapeut of andere hulpverlener kan zo’n ‘buitenstaander’ zijn die je helpt om de weg naar binnen weer te vinden.
Creëer een nieuwe wereld Ik wil hier graag een heel speciale visualisatieoefening met je delen, die ik op mijn beurt weer kreeg van mijn fantastische collega en mentor, de psychoanalist Frank Lachmann. Steeds als ik anderen meer tegemoetkwam dan ik eigenlijk wilde, of als ik niet meer helder zag wie ik was en wat ik wilde, deed ik deze oefening. Hoewel de oefening op allerlei terreinen in je leven kan doorwerken, zoals dat bij mij is gebeurd, kan zij met name een grote hulp zijn in de omgang met de uitputting en verwarring waar je zo vaak mee te maken krijgt in fase 3 van gaslighten.
Wie laat ik toe in mijn wereld?
1. Visualiseer dat je in een prachtig huis woont, met een mooi hek eromheen. Neem even de tijd om je dit huis goed in te beelden: de ligging, de kamers en meubelen. Neem ook de tijd om het hek te visualiseren. Waarvan is het gemaakt? Hoe hoog is het? Ik wil dat je je een heel stevig hek voorstelt, zo stevig dat niemand erdoorheen komt. 2. Ga nu op zoek naar de opening in het hek, de deur of poort waardoor gasten die welkom zijn binnen kunnen komen. Weet dat jij de enige poortwachter bent. Je hebt de volledige controle over wie binnenkomt en wie niet. Je mag iedereen uitnodigen die je wilt en iedereen die je niet wilt buiten laten staan. Je hoeft hiervoor geen enkele reden op te geven. ‘Neem even de tijd om te voelen hoe het is om zoveel macht te bezitten. Je kunt de gezichten van degenen die je binnenlaat even door je hoofd laten gaan, net als de beelden van degenen die je niet binnenlaat. Ervaar de macht die je hebt als poortwachter van het huis. 3. Beeld je nu in dat je besloten hebt om alleen nog mensen die vriendelijk tegen je zijn, die rekening houden met jouw gevoelens binnen te laten. Mocht er iemand binnenkomen die toch tegen je tekeergaat of jouw kijk op de werkelijkheid in twijfel trekt, dan moet hij vertrekken en mag hij pas terugkomen als hij bereid is om aardig tegen je te zijn. (Het kan ook zijn dat je moe wordt van mensen die afwisselend afwijzend en respectvol zijn, je zou dan kunnen beslissen om ze niet binnen te laten, hoe aardig ze zich ook voordoen!) 4. Visualiseer je huis, de muren, het hek minstens vijftien minuten. Kijk wie er binnen willen komen en wie je binnen wilt laten. Beeld je in wat er gebeurt wanneer je ja of nee zegt. Kijk naar de reactie van de mensen die je geweigerd en geaccepteerd hebt en naar jouw reactie op hun reacties. 5. Na afloop kun je als je wilt in enkele minuten opschrijven wat de oefening je geleerd heeft. Je kunt het er ook met een vriend(in) over hebben. Weet dat je je ommuurde huis kunt gebruiken als een toevluchtsoord dat altijd voorhanden is, wanneer je maar wilt. Inmiddels weet je waardoor je verstrikt raakt in de gaslighttango en weet je hoe ingewikkeld de drie fases van gaslighten kunnen zijn. Het is tijd om het gas uit te draaien! In het volgende hoofdstuk zal ik je laten zien hoe je dit doet.
HOOFDSTUK 6
Het gas uitdoen
Tijdens mijn sessies met Katie ging ze op zoek naar manieren waarop ze het gas kon uitdoen. In eerste instantie dacht ze dat het heel goed mogelijk was om haar relatie met Brian te verbeteren. Maar ze merkte dat haar pogingen om Brian ervan te overtuigen dat ze een goede en loyale vriendin was en geen flirt, er vaak voor zorgden dat hij nog meer ging gaslighten en dat zijn Emotionele Apocalyps nog heftiger werd; dan ging hij erg tekeer en werd hij heel beledigend. Ze was bang voor zijn reactie en raakte er erg door van streek. Dan was de verleiding groot om het op te geven. Katie moest leren dat je het gas pas kunt uitdoen als je al je krachten verzameld hebt voor je tot handelen overgaat. Dan ben je goed voorbereid op de eventuele weerstand die je krijgt, zowel van je gaslighter als van jezelf. Je kunt een gaslightrelatie pas veranderen als je bereid bent om eruit te stappen, ook al hoeft dit niet. Maar je moet je op je gemak voelen bij het idee dat jij en je gaslighter allebei jullie eigen gedachten mogen hebben. Dan hoef je niet langer in te stemmen met zijn negatieve kijk en je hoeft hem ook niet zover te krijgen dat hij bevestigt dat je een goed mens bent. Ook moet je bereid zijn om je gaslighter te verlaten als hij je blijft bestraffen voor het hebben van je eigen gedachten en meningen. Zolang hij niet beseft dat je bereid bent om de relatie te verbreken, zal hij zijn gedrag waarschijnlijk niet veranderen. In dit hoofdstuk zal ik een zesstappenplan uiteenzetten waarmee je jezelf kunt mobiliseren, zodat je in staat bent om te handelen. Vervolgens zal ik je vijf manieren laten zien waarop je het gas kunt uitdoen. Mobiliseer jezelf om het gas uit te doen: een zesstappenplan 1. Herken het probleem. 2. Heb mededogen met jezelf.
3. 4. 5. 6.
Geef jezelf toestemming om iets op te offeren. Maak contact met je gevoelens. Ga in je eigen kracht staan. Zet één stap om je leven te verbeteren en dan weer één.
Besluit om het gas uit te doen Laten we nog eens goed kijken naar wat ik eerder schreef: je kunt je gaslightrelatie pas echt veranderen als je bereid bent om eruit te stappen. Dit is heel belangrijk. Ik zal het nog een keer zeggen: je moet bereid zijn om eruit te stappen. Er kunnen tal van situaties zijn waar je niet uit hoeft te stappen. Soms sluipt gaslighten geleidelijk een relatie binnen en kun je het ook weer uitroeien. Soms grijpt iemand pas naar gaslighten wanneer hij zich heel onzeker voelt en kun je het probleem oplossen door niet in te haken en de grootste triggerpunten van de gaslighter – bepaalde uitspraken, handelingen of situaties waardoor jij en je gaslighter in de gaslighttango verstrikt kunnen raken – te vermijden. Als je vriend of man toegeeft dat er een probleem is, kan goede relatietherapie misschien helpen, of misschien kun je er met behulp van je eigen nieuwe inzichten voor zorgen dat de dynamiek verandert. Met sommige gaslighters kun je ook gewoon het contact verminderen, zonder dat je meteen alles afkapt. In hoofdstuk 7 zal ik je helpen om erachter te komen of weggaan voor jou de juiste stap is. Maar als je niet bereid bent om te vertrekken, dan werkt deze aanpak niet. Waarom niet? Omdat je net als Katie bijna zeker op een punt aanbelandt – ook als het goed gaat – waarop je gaslighter terugvalt in zijn oude manier van doen. Zo zit de mens nu eenmaal in elkaar; mensen veranderen niet van vandaag op morgen. Het kan zelfs zijn dat je gaslighter nog erger gaat gaslighten, misschien dat zijn Emotionele Apocalyps nog heftiger wordt en gaat hij van alleen schreeuwen naar razen en tieren, van incidenteel bekritiseren naar voortdurende kritiek, van periodes van doodzwijgen naar hele dagen zonder een woord te spreken. Op een bepaald moment tijdens dit proces kan hij alles op alles gaan zetten om ervoor te zorgen dat je weer je oude, gegaslighte zelf wordt.
Misschien is hij niet de enige die moeite heeft om te veranderen. Het kan zijn dat je zelf ook je twijfels hebt over de nieuw ingeslagen weg. Misschien word je overvallen door de Drang tot Versmelting en verlang je hevig naar de bevestiging van je gaslighter. Misschien is de verleiding groot om alle vervelende momenten te vergeten en je alleen nog de goede te herinneren. Ook dat is eigen aan de mens. De meesten van ons vinden het heel moeilijk om te veranderen en heel zelden doen we dit snel of in één keer helemaal. Hoe kun je die grote krachten die proberen om alles bij het oude te houden dan weerstaan? Hoe kun je anders handelen ondanks het diepgewortelde gevoel bij zowel jezelf als je gaslighter dat alles hetzelfde ‘moet’ blijven? Je relatie zal alleen veranderen wanneer je er alles aan doet om het leven te krijgen dat jij wilt: een gaslightvrij leven. Als je die belofte wilt nakomen, dien je er alles voor over te hebben, ook als dit betekent dat je de liefde van je leven, je beste vriendin of de perfecte baan moet verlaten. Je moet je gaslighter zijn eigen gedachten en standpunten gunnen, terwijl jij die van jezelf hebt; je gaat niet mee in zijn meningen en probeert hem ook niet te winnen voor die van jou. Zowel jij als je gaslighter moet beseffen dat je niet in een relatie blijft waarin je respectloos behandeld wordt en gestraft wordt voor het hebben van een eigen mening. Ook nu geldt dat je misschien niet echt weg hoeft te gaan. Maar als je niet bereid bent om te gaan, kan het lastig worden om de beproevingen die voor je liggen te doorstaan. Het gas uitdoen: ben je bereid om uit de relatie te stappen? Als je moeilijk kunt beslissen •
•
Visualiseer jezelf in de relatie over een week. Kijk zo gedetailleerd mogelijk naar jezelf. Welke kleren heb je aan? Wat voor uitdrukking heb je op je gezicht? Wat voor uitdrukking staat er op het gezicht van je gaslighter? Wat zegt hij? Wat voel je terwijl je hem hoort praten? Visualiseer jezelf nu in de relatie over een jaar. Kijk opnieuw zo gedetailleerd mogelijk naar jezelf. Hoe ziet je leven eruit? Waar werk je? Wat maakt je gelukkig? Visualiseer jezelf samen met je gaslighter.
• •
Wat zeggen jullie tegen elkaar? Hoe zien jullie eruit? Hoe voelt het terwijl je jullie zo samen voor je ziet? Visualiseer jezelf in de relatie over drie jaar. Kijk opnieuw zo gedetailleerd mogelijk naar jezelf. Hoe ziet je relatie eruit? Hoe ziet je leven eruit? Is dit het leven dat je wilt? Vraag aan jezelf hoe groot de kans is dat je huidige relatie je de toekomst brengt die je graag wilt voor jezelf. Vraag aan jezelf wat de toekomst zal brengen wanneer je op de huidige voet doorgaat. Vraag aan jezelf wat je bereid bent op te offeren om in je relatie te kunnen blijven. Vraag aan jezelf wat je bereid bent op te offeren voor het leven dat je graag wilt.
Er is nog een aantal dingen dat je in het achterhoofd moet houden. Ten eerste, als je de zes stappen om jezelf te mobiliseren leest, moet je beseffen dat er vele wegen naar Rome leiden. Je kunt deze stappen in elke door jou gewenste volgorde zetten. Ik denk dat het goed is om de volgorde die ik geef aan te houden, maar als een of meerdere stappen overslaan ervoor zorgt dat je in beweging komt, dan is dat voor jou de juiste weg. Het kan ook zijn dat je meer dan één stap tegelijk zet. Vervolgens moet je beseffen dat je in het begin je bedenkingen kunt hebben over dit proces. Je kunt je net als Katie paniekerig, eenzaam of verdrietig gaan voelen. Toen Katie weerstand ging bieden aan Brians gaslighten, werd ze vaak midden in de nacht met kloppend hart en een knoop in haar maag wakker en kon ze alleen maar denken aan hoe eenzaam ze zich zou voelen als ze met hem zou breken. Op haar werk kon ze ineens in huilen uitbarsten wanneer ze dacht aan hoe alleen ze zich had gevoeld voordat ze Brian leerde kennen en aan hoe gelukkig ze was geweest tijdens die fantastische eerste weken met hem. Dan dacht ze aan hoe zijn gezicht begon te glimmen wanneer hij haar zag, of aan die keer dat hij haar een voetmassage gaf en kon ze zich geen leven zonder hem voorstellen. Of misschien dacht ze terug aan een van die keren dat hij haar beschuldigde van flirten en hoe haar kaken zich van woede op elkaar klemden met een kracht die ze zich nu niet eens meer kon herinneren. Vervolgens dacht Katie terug aan hoe Brian haar altijd allerlei beschuldigingen toewierp en hoe ze dat haatte. Ze herinnerde zich hoe erg ze de ruzies vond en hoe verschrikkelijk ze zich voelde wanneer hij tegen haar
tekeerging. En ook hoe goed het voelde als ze zich tegen hem verzette, als ze hem en zichzelf duidelijk maakte dat ze met respect behandeld wilde worden en niet bestraft wilde worden voor het hebben van een eigen mening. Ze voelde zich nog altijd angstig, verdrietig en eenzaam, maar ze was ook vastbesloten. Wanneer je gaat beseffen dat de dingen ook anders kunnen, kan het zijn dat ook jij te maken krijgt met gevoelens van woede en wanhoop waarvan je niet eens wist dat je ze in je had. Misschien raak je snel geprikkeld of word je onvoorspelbaar in je gedrag, het ene moment vol energie en het volgende uitgeput of depressief. Dit is allemaal heel gewoon bij mensen die veranderingen doormaken. Neem deze gevoelens daarom niet al te serieus, neem ze gewoon waar en laat ze los. Mocht je soms grote vreugde of euforie voelen, alsof je de hele wereld aankunt, geniet daar dan van in de wetenschap dat ook deze naar alle waarschijnlijkheid weer voorbij zullen gaan! Het zal even duren voor je emoties weer wat gelijkmatiger worden, dus heb geduld en houd vol. Je moet ook niet vergeten dat je eigen gedrag veranderen een buitengewone prestatie is, waarvan je de rest van je leven profijt zult hebben. Of je je relatie nu weet te redden of niet, de veranderingen die je in jezelf teweegbrengt, vergroten je kans op een gezonde, gelukkige en bevredigende relatie in de toekomst, al dan niet met je huidige gaslighter. Je zult ook verbaasd staan van alle veranderingen in je leven: hoe je verhouding tot je werk, vrienden en vriendinnen, je partner, familie en de wereld als geheel verbetert, doordat je het gas in delen van je leven uitdoet. Dus terwijl je rouwt om het verlies van de dingen die je hebt opgegeven, moet je niet vergeten te genieten van de dingen die je wint, of ze in ieder geval waarderen. Tot slot wil ik je erop wijzen dat het gas uitdoen – en jezelf mobiliseren om dit te kunnen doen – een proces is dat lange tijd kan duren. Het kan zijn dat je in een paar dagen tijd wonderen kunt verrichten, maar het is ook mogelijk dat je weken geen resultaat ziet. Of je bespeurt enige vooruitgang en vervolgens merk je dat jij en je relatie weer in de problemen raken. Er zullen zeker slechte en goede dagen zijn, periodes waarin je een terugval merkt en periodes waarin je weet dat je er bijna bent. Hoe dan ook, blijf ademen, wees mededogend voor jezelf en houd nauw contact met de mensen die je liefhebt en vertrouwt. Wanneer je vastberaden bent, zul je er uiteindelijk komen.
Dingen die je kunt doen om je vastberadenheid te versterken • • •
Praat iedere dag met een vriend(in) of dierbare die je vertrouwt, of minstens wekelijks met een therapeut, om een heldere blik te houden. Schrijf je drie laatste gesprekken met je gaslighter op. Pas ze aan om jezelf eraan te herinneren hoe je in het vervolg met dit soort situaties wilt omgaan. Denk terug aan de laatste keer dat je echt blij was. Beschrijf de situatie, of maak of zoek een afbeelding die deze weer omhoog brengt. Hang deze ergens op waar je hem iedere dag ziet, om jezelf te herinneren aan het nieuwe leven dat je voor jezelf wenst.
Zes manieren om jezelf te mobiliseren en het gas uit te doen 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Herken het probleem. Heb mededogen met jezelf. Geef jezelf toestemming om iets op te offeren. Maak contact met je gevoelens. Ga in je eigen kracht staan. Zet één stap om je leven te verbeteren en dan weer één.
Mobiliseer jezelf om het gas uit te doen: een zesstappenplan Hier volgen zes manieren om jezelf te mobiliseren zodat je het gas kunt uitdoen. Je kunt de volgorde die ik hier geef aanhouden, of een volgorde kiezen die beter bij jou aansluit. Het belangrijkste is dat je aan de slag gaat. 1. Herken het probleem Zoals we hebben gezien kan het – ook voor jezelf – lastig zijn om duidelijk te krijgen wat het probleem is, met name in een relatie met een aardige-kerelgaslighter of een betoverende gaslighter. Olivia, de inkoper bij een warenhuis met een betoverende gaslighter als man, vertelde me tijdens een
van onze coachingsgesprekken over een frustrerend gesprek met een verbaasde vriendin. ‘Geeft hij je cadeaus die je niet echt leuk vindt?’ vroeg die vriendin ongelovig. ‘Hij masseert je terwijl jij liever alleen in bad gaat? En daardoor ben jij van streek? Wat is er met jou aan de hand?’ Hortend en stotend probeerde Olivia het probleem uit te leggen. Martins cadeaus, een blouse met ruches, een donzige nachtjapon en sexy lingerie, leken volgens Olivia bedoeld voor zijn ‘fantasievrouw’ en niet voor Olivia zelf, die maatpakken droeg, eenvoudig ondergoed en die het liefst naakt sliep. En van zijn beroemde massages maakte haar man altijd zoveel werk dat het voor Olivia nooit ontspannen aanvoelde. We lazen al dat Olivia zich schuldig voelde, omdat ze de romantische gebaren van haar man niet genoeg waardeerde. Een groot deel van onze eerste sessies gebruikten we om erachter te komen waarom de cadeaus van haar man Olivia zo’n uitgeput en gefrustreerd gevoel gaven en waarom ze zich niet geliefd en bemind voelde. ‘Sommige mensen zijn nu eenmaal niet zo goed in het geven van de juiste cadeaus,’ antwoordde ze dan. ‘Heb je hem verteld wat je van zijn cadeaus en zijn romantische gebaren vindt?’ vroeg ik. ‘Ja, zo ongeveer. Ik heb gezegd dat ik geen zin had in een massage. Dat ik gewoon tegen hem aan wilde zitten op de bank en tv-kijken. Maar toen keek hij zo verdrietig en zag hij er zo gekwetst uit … Het voelde alsof ik hem heel erg had teleurgesteld.’ ‘Waarschijnlijk wel.’ ‘Olivia,’ vroeg ik, ‘was de massage bedoeld om jou te ontspannen of om hem een goed gevoel te geven?’ Ze keek me vol ongeloof aan. Zo had ze duidelijk nooit over dingen nagedacht. Maar uiteindelijk lukte het Olivia om te bepalen wat haar probleem was: Mijn man doet veel aardige dingen voor me, maar ze lijken weinig te maken te hebben met wie ik werkelijk ben. Ik heb vaak het gevoel dat zijn goede daden en cadeaus eerder hem een goed gevoel geven dan mij. Maar erger is dat ik uiteindelijk ga denken dat er iets met mij aan de hand is, omdat ik zijn cadeaus niet waardeer. Doordat Olivia had vastgesteld wat het probleem was, voelde ze zich opgeluchter dan ze zich ooit had kunnen voorstellen. Eindelijk begreep ze waarom ze zich zo alleen en ontevreden voelde. Ze wist nu hoe ze haar
situatie kon omschrijven zonder haar man meteen ‘goed’ of ‘slecht’ te noemen en ze richtte zich op wat voor haar goed voelde en wat niet. Als je probeert te bepalen wat je probleem is, is het goed om te kijken naar wat hij doet en ook naar wat jij doet. Bij Olivia zag dit er zo uit: Hij gaslight me door me cadeaus te geven die niet passen bij wie ik ben en vervolgens verwacht hij dat ik dankbaar ben. Als gaslightee denk ik dat er iets met mij aan de hand is omdat ik zijn cadeaus niet leuk vind. Daardoor voel ik me eenzaam en onbegrepen. Meer manieren om het probleem te identificeren •
Mijn man vertelt me vaak wat er allemaal mis is met me, waardoor ik een heel slecht gevoel over mezelf krijg. Ik ging altijd tegen hem in, maar daar zie ik het nut niet meer van in. Ik vind het niet leuk om al die nare dingen te moeten aanhoren en ik vind het ook niet leuk dat ik altijd zo depressief ben.
Hij gaslight me door me te beledigen. Als gaslightee ga ik tegen hem in (vroeger). Accepteer ik het en voel ik me rot (nu). •
Ik raak voortdurend verstrikt in eindeloze discussies met mijn vriendin, maar ze lossen nooit iets op. Na afloop vraag ik me altijd af waarom ik geen betere vriendin kan zijn. Ik word zo moe van al die negatieve gedachten over mezelf. Bij geen enkele andere vriendin heb ik daar last van!
Zij gaslight me door me ervan te beschuldigen dat ik een slechte vriendin ben. Als gaslightee ga ik met haar in discussie, smeek ik haar om anders over me te denken, zodat blijkt dat ik toch geen slechte vriendin ben. •
Mijn baas lijkt me aardig te vinden, maar ik weet dat er iets vreemds aan de hand is. Ze nodigt me nooit bij de belangrijke vergaderingen uit waar ik voorheen wel bij was en ze heeft het contact dat ik had met onze belangrijkste klanten teruggeschroefd. Ze houdt vol dat er niets
aan de hand is, maar ik weet dat ze liegt. Ik vind het heel vervelend om niet te weten wat er allemaal speelt. Zij gaslight me door me naar het tweede plan te verschuiven en hierover te liegen tegen me. Als gaslightee doe ik alsof ik haar geloof (ik probeer haar te geloven). •
Bij mijn moeder voel ik me altijd heel schuldig. Ik wilde dat ze eens zei dat ik iets goed deed. En ik vind het heel erg dat ik dat zo graag wil. Hierdoor voel ik me zo klein en dom, alsof ik op mijn knieën val en haar smeek om te zeggen dat ik een brave meid ben.
Zij gaslight me door te doen alsof ik iets verkeerd heb gedaan. Als gaslightee doe ik nog meer mijn best om haar goedkeuring te krijgen, zodat blijkt dat ik helemaal niets verkeerd heb gedaan.
2. Heb mededogen met jezelf Een van de dingen waardoor je ziel het meest beschadigd wordt, is tegen jezelf zeggen dat je de slechte behandeling die je krijgt verdient. Wanneer we meer verantwoordelijkheid willen nemen en inzien dat we onderdeel zijn van de destructieve dynamiek waaraan we proberen te ontsnappen, kan het inderdaad gebeuren dat je gaat denken dat je je slechte behandeling daadwerkelijk verdient. En we hebben er ook aan meegedaan. Je bent de discussie met je gaslighter aangegaan, of je hebt je aan hem overgegeven, of je deed voorkomen alsof je het allemaal niet erg vond. Je probeerde de situatie in de hand te houden of je probeerde een gevoel van veiligheid te creëren. Daarom ben je net zo schuldig als hij en daarom verdien je alles wat er met je gebeurt. Toch? Nee dus. Het is niet de bedoeling dat je tegen jezelf tekeergaat, dat je je schuldig gaat voelen of jezelf schuldgevoelens aanpraat. Het enige doel is: betere omstandigheden voor jezelf scheppen. Om dit te kunnen doen, moet je weten hoe jij bijdraagt aan het probleem en wat je kunt doen om de situatie te veranderen. Maar dat is iets heel anders dan zeggen dat je de situatie zoals die is ‘verdient’ of dat deze op de een of andere manier jouw ‘schuld’ is.
Hoe zou je reageren als je een klein meisje ziet dat voortdurend aan een boze, in zichzelf gekeerde of leugenachtige en niet reagerende volwassene vraagt of hij met haar wil spelen? Wat zou je denken als ze steeds weer naar diegene toe gaat en steeds op een andere manier probeert om zijn aandacht te krijgen? En als ze na een paar pogingen een driftbui krijgt, gaat slaan of schelden? Welk advies zou je haar dan geven? Op wat voor toon zou je dit brengen? Wat zou je haar verder nog over haarzelf vertellen? Ik hoop dat je dat kleine meisje met mededogen zou bekijken, ook als je haar adviseert om niet steeds weer naar die volwassene toe te gaan die zo afwijzend op haar reageert. Misschien dat je probeert haar gedrag te veranderen, maar je beseft ook dat ze onder deze vervelende omstandigheden wel haar best doet, ook al is dat op dit moment niet het beste voor haarzelf. Ik wil je vragen om naar jezelf toe net zo mededogend te zijn als naar dat kleine meisje toe – of zoals naar al je vrienden, vriendinnen en dierbaren – en dat je liefde en waardering voor jezelf voelt, óók terwijl je steeds meer over jezelf en jouw aandeel te weten probeert te komen. Mededogen met jezelf is soms het moeilijkste wat er is. Maar mijn ervaring is dat echte verandering vaak daar begint. 3. Geef jezelf toestemming om iets op te offeren Je kunt er niet omheen: als je uit je gaslightrelatie stapt, zul je dingen moeten opgeven. Dus als je bereid bent om eruit te stappen (ook al doe je dit in werkelijkheid niet), word je vaak geconfronteerd met het vooruitzicht van grote verliezen. ‘Zo’n man zal ik nooit meer tegenkomen,’ zeggen mijn cliënten. ‘Ik zal nooit meer zo’n opwindende, sexy man tegenkomen, zo’n soulmate die helemaal bij mij past.’ Of: ‘Zo’n baan krijg ik nooit meer. Ik zal nooit meer een baan vinden die zo goed bij mijn talenten en kwaliteiten, mijn ambities en dromen aansluit als deze.’ Of: ‘Zo’n vriendin vind ik nooit meer, iemand die me zo goed kent en met wie ik zoveel meegemaakt heb.’ Of: ‘Wat blijft er nog over van ons familieleven als ik besluit om niet meer tegen mijn moeder/vader/zus/broer/tante/oom/neef/nicht te praten? Hoe
moet het dan met het kerstdiner? Wie komen er wel en niet op mijn verjaardag? Ik kan mijn kinderen toch geen familielid ontzeggen?’ In het vorige hoofdstuk zagen we al dat je mogelijke verliezen ook kunt overdrijven. Het kan heel goed zijn dat je wel een andere man tegenkomt, een andere baan vindt, een nieuwe vriendin krijgt met wie je het net zo goed hebt als met je gaslighter, en misschien nog wel leuker. Misschien kun je de familieproblemen oplossen op een manier die je nu nog niet voor je ziet, een oplossing die veel bevredigender is dan de huidige situatie. Het kan zijn dat je de volgende keer waarde hecht aan heel andere dingen dan voorheen of dat je eindelijk krijgt waarnaar je altijd al verlangde, maar dan in een betere versie. Maar het kan ook zijn dat je helemaal gelijk hebt en dat je iets zult verliezen wat je nooit meer terugkrijgt wanneer je je gaslightrelatie op het spel zet. Het gaat erom dat je dit niet van tevoren weet. Wat je wel weet is dat je in een relatie verwikkeld bent die je ondermijnt en waarin je langzaam wegkwijnt. Het kan zijn dat je al allerlei compromissen hebt gesloten met betrekking tot je werk, vriend, vriendin, partner of familie om de gaslightrelatie in stand te houden. Misschien heb je je hoop en dromen al voor een deel opgegeven. Hoogstwaarschijnlijk zal je gaslightrelatie niet verbeteren als je helemaal niets doet. Je zult een andere houding moeten aannemen, dat is de enige hoop op verandering. En inderdaad: misschien dat je iets heel dierbaars verliest als je dit doet. Dus: is een verandering de moeite waard? Je kunt van tevoren niet weten hoe een en ander zal uitpakken, welke risico’s je werkelijk neemt en wat je werkelijk zult winnen. Durf je in vertrouwen de sprong te wagen? Natuurlijk ben jij de enige die deze vraag kan beantwoorden. Ben je bereid tot handelen omdat je niet op dezelfde voet verder wilt, terwijl je weet dat je mogelijk grote risico’s neemt? Ik zal nooit vergeten welke reden een van mijn cliënten gaf om uiteindelijk haar gaslightrelatie te verbreken: ‘Ik had geen idee wat er zou gaan gebeuren,’ zei ze, ‘ik wilde me gewoon niet langer zo naar en verdrietig voelen.’ Soms is dat het enige wat je hoeft te beseffen. Vragen die je helpen bij het nemen van de sprong in vertrouwen
• • • • • •
Heb ik vandaag een beslissing genomen die me een goed gevoel gaf over mezelf? Welke beslissing was dat? Heb ik vandaag een beslissing genomen die me een rot gevoel gaf over mezelf? Welke beslissing was dat? Leef ik integer, overeenkomstig mijn waarden en normen? Zo niet, hoe breng ik mijn leven dan in overeenstemming met mijn waarden en normen? Hoe ziet een leven waarin ik het beste uit mezelf haal eruit? Wat moet ik doen om zo te kunnen leven?
4. Maak contact met je gevoelens We sluiten ons vaak af voor onze gevoelens, zodat we in de gaslightrelatie kunnen blijven. Als je het gas wilt uitdoen, zul je je gevoelens moeten aanzetten. Probeer de volgende oefening om je te herverbinden met je gevoelens. Je gevoelens opwekken: Pak pen en papier. Schrijf de antwoorden op de volgende vragen op een voor jou prettige manier op: in zinnen, korte notities, steekwoorden. Je kunt je antwoorden ook tekenen of in een schema zetten. 1. Herinner je de laatste keer dat je emotioneel geraakt werd. Dat kan zoiets groots zijn als de ziekte van een geliefde of iets kleins als een woordenwisseling met een bankmedewerker. Beschrijf het incident. 2. Wat voelde je? 3. Wat dacht je? 4. Wat deed je? Dit is wat Katie schreef toen ze deze oefening voor het eerst deed: 1. Toen ik bij ons om de hoek koffie kocht, kon ik het juiste bedrag niet direct vinden. De medewerker keek me heel boos aan en zei uiteindelijk: ‘Ga in ieder geval aan de kant, want nu houd je iedereen op.’
2. Ik voelde me heel rot en dom. Ik vond dat ik het geld gewoon had moeten vinden. 3. Ik dacht: wat ben ik toch traag. 4. Ik glimlachte naar hem en verontschuldigde me. Toen Katie me haar oefening liet zien, wees ik haar erop dat ze geen gevoelswoorden had gebruikt om haar emoties te tonen. ‘Ik voelde me dom’ beschrijft geen gevoel maar een gedachte. Katie vond dat ze dom was omdat ze haar geld niet snel genoeg kon vinden. ‘Ik vond dat ik mijn geld gewoon had moeten vinden’ was ook een gedachte, een idee over wat ze had moeten doen. Ik vroeg Katie of ze dat deel van de oefening opnieuw wilde doen, maar nu met gevoelswoorden als verdrietig, boos, gefrustreerd, overstuur, bezorgd, zenuwachtig, bang, beschaamd, trots, opgewonden, gelukkig, enzovoorts, dus met woorden die haar gevoelens en niet haar gedachten beschrijven. ‘Ik geloof dat ik me schaamde,’ zei Katie. Vervolgens schudde ze haar hoofd. ‘Raar hè? Waarom zou ik me voor zoiets schamen?’ Doordat Katie haar gevoelens toeliet, voelde ze ze ook echt en kon ze vervolgens loslaten. Als Katie zich niet bewust was geweest van haar schaamte, dan had ze daar onbewust waarschijnlijk nog lang last van gehad. Ik vroeg Katie om de hele oefening nog een keer te doen. Dit schreef ze de tweede keer: 1. Brian was kwaad op me, omdat een andere man naar me glimlachte toen we van de winkel naar huis gingen. Hij ging tegen me tekeer. Ik zei: ‘Daar doe je het weer.’ Waarop hij nog meer tekeerging. Ik liep mijn slaapkamer in en sloot de deur. 2. Ik was bang toen hij tekeerging. Ik voelde trots toen ik wegliep. Ik geloof dat ik me ook schaamde. 3. Ik dacht dat hij niet zo tekeer moest gaan tegen me. Ik dacht dat ik bij hem moest blijven. Ik dacht ook dat ik weg moest lopen. 4. Ik bleef in de slaapkamer en wachtte tot hij uitgeraasd was. Toen kwam ik eruit en ben ik het avondeten gaan klaarmaken. Katie vond de oefening geweldig, omdat ze zag hoeveel verschillende gevoelens en gedachten ze bij hetzelfde voorval had. ‘Ik besefte niet dat ik trots was’, zei ze. ‘Dat is een goed gevoel.’
Mogelijk verberg je je gevoelens als je … • • • • • • • • • •
je ‘verdoofd’, gevoelloos, apathisch of verveeld voelt. niet meer kunt genieten van de dingen waar je voorheen wel plezier aan beleefde. je seksueel ‘dood’ bent. Je geniet niet meer van seks en aantrekkelijke mensen winden je niet op, niet eens een klein beetje. enkele keren in de maand, of vaker, last hebt van fysieke symptomen als migraine, buik- of darmklachten, rugpijn, verkoudheid en griep, of ongelukjes. verontrustende dromen hebt. emotioneel reageert op dingen die je eigenlijk niet veel doen; je huilt bijvoorbeeld bij een tv-reclame of je verliest je geduld met een winkelmedewerker. eetpatroon verandert: je eet dwangmatig of eten interesseert je niet meer. slaappatroon verandert: je slaapt heel lang, kunt niet in slaap komen, of soms allebei. zonder aanwijsbare reden gespannen en geprikkeld bent. zonder aanwijsbare reden uitgeput bent.
5. Ga in je eigen kracht staan Een gaslightrelatie geeft ons vaak het gevoel dat we hulpeloos en incompetent zijn, alsof we helemaal niets goed kunnen doen. Zien waar je kracht ligt en hierin gaan staan, kan een belangrijk onderdeel zijn van veranderingen aanbrengen. Voor de ambitieuze journalist Jill die in een uitputtende fase 3gaslightrelatie met haar baas was verwikkeld, was deze stap een grote hulp. In het vorige hoofdstuk heb je kunnen lezen dat Jill zich ervoor schaamde dat het haar niet was gelukt om het respect van haar baas te winnen met haar harde werk en talenten. ‘Ik dacht dat ik het helemaal had gemaakt, maar dat blijkt dus helemaal niet zo te zijn,’ herhaalde ze keer op keer. En: ‘Als ik in deze baan niet slaag, dan ben ik een totale mislukkeling.’ Ze was zo wanhopig op zoek naar de bevestiging van haar baas, dat ze hem de
volledige controle over haar zelfbeeld had gegeven. Zei hij dat ze goed werk had geleverd, dan was dat zo. Zei hij dat ze incompetent was, dan moest dat ook wel waar zijn. Hoe kon Jill zich in een relatie verweren als er zoveel op het spel stond? Tijdens de sessies met Jill herinnerde ik haar aan haar andere kwaliteiten en sterke kanten, die niet per se iets met haar werk te maken hadden. Ik vroeg Jill of ze een lijstje wilde maken van haar sterke kanten. Toen ze maar bleef volhouden dat ze die niet had – in ieder geval geen noemenswaardige – vroeg ik haar om minstens drie vrienden of vriendinnen te vragen om minstens vijf van haar kwaliteiten te benoemen. Toen Jill tijdens onze volgende sessie haar lijst met sterke kanten tevoorschijn haalde, begon ze te huilen. Ineens kwam al het verdriet naar boven vanwege de gestage, langzame afbraak van haar zelfbeeld door toedoen van haar baas. Ze was verdrietig omdat ze zich zo door hem had laten bepalen. Ze besefte nu dat andere mensen heel andere dingen in haar zagen en dit hielp haar om contact te maken met wat ze van zichzelf vond. Jill wist nu dat ze kwaliteiten bezat die voor anderen heel duidelijk zichtbaar waren. Dit gaf haar de moed om ook haar tekortkomingen onder ogen te zien. ‘Voorheen was ik in mijn ogen zo’n slechte journalist, dat ik hem nodig had. Het maakte niet uit wat hij zei of deed, als hij er maar was,’ zei Jill later. ‘Ik voelde me tot niets gereduceerd en alleen hij had de macht om nog iets van me te maken. Maar toen ik me realiseerde dat ik al iets was, had ik hem niet meer zo hard nodig. Toen kon ik eindelijk ook nadenken over wat er allemaal mis was tussen ons. Dat durfde ik eerder niet te riskeren.’ Dingen die je helpen om in je kracht te gaan staan • • • • • •
Maak een lijst van je sterke kanten. Betwist zelfkritische of negatieve gedachten als ‘ik ben een mislukkeling’, of ‘ik word nooit gelukkig’. Doe dingen waardoor je je competent en bekwaam voelt. Vermijd mensen met een negatieve mening over je en die je energie opslurpen. Ga om met mensen die je sterke kanten zien en ondersteunen. Vertrouw op je sterke kanten en laat ze je helpen bij de uitdagingen waarmee je te maken krijgt.
6. Zet één stap om je leven te verbeteren en dan weer één Het is verbazingwekkend hoeveel kracht je krijgt als je in actie komt. Iedere handeling, hoe klein ook, verbetert je leven. Ook als een handeling helemaal niets te maken lijkt te hebben met je relatie, door te doen mobiliseer je jezelf om het gas uit te draaien. Zo realiseerde een van mijn cliënten zich dat ze in het kader van haar functie bij een pr-bedrijf regelmatig uitnodigingen van klanten krijgt voor sociale evenementen als openingen van kunsttentoonstellingen, theatervoorstellingen, cocktailparty’s en af en toe de première van een film. Haar man mocht ook altijd meekomen, maar hij wilde nooit dat ze gingen. In zijn ogen hoorden getrouwde stellen de avonden samen thuis door te brengen. Dus toen mijn cliënt een van deze uitnodigingen accepteerde, was dit een kleine, maar belangrijke stap op weg naar een beter leven. Ze had een leuke avond en besefte dat dit plezier de confrontatie met haar man, die haar egoïstisch en te carrièregericht vond, waard was. Ze had hem nooit direct geconfronteerd met het gaslighten of met mogelijke veranderingen in hun relatie, maar ze ging zelf de dingen anders doen. Een andere cliënt schreef zich in voor een cursus modeltekenen. Ze had het tekenen van naakte lichamen altijd een eng idee gevonden, maar ze hield van tekenen en dit leek een goede mogelijkheid om een talent waar ze van hield verder te ontwikkelen. Ze vertelde haar man niet dat ze de cursus volgde en toen hij er enkele weken later achter kwam, vond hij het niet erg. Maar doordat ze dit zelf had gedaan, voelde ze zich sterker en dit hielp haar later in de confrontatie met haar man. Het is onder andere zo moeilijk om het gas uit te doen, omdat je na weken, maanden of jaren gaslighten vaak niet meer je sterke zelf bent die je aan het begin van je relatie was. Het herstel van dit zelf, het de kans geven om in actie te komen, is daarom een krachtig middel waarmee je jezelf kunt mobiliseren om het gas uit te doen.
Het gas uitdoen Oké, ben je gemobiliseerd? Dan is het nu tijd om het gas uit te doen! Hier volgt een basisrecept met vijf kleine perspectiefverschuivingen waarmee je de dynamiek tussen jou en je gaslighter kunt veranderen. Je hoeft niet alles
tegelijk te doen en ook niet in een vaste volgorde. Mogelijk hoef je ze ook niet alle vijf te doen. Begin met datgene wat in jouw ogen het beste bij je past en kijk wat er gebeurt. Vijf manieren om het gas uit te doen 1. Onderscheid waarheid van verdraaiing. 2. Onderzoek of een discussie eigenlijk een machtsstrijd is. Zo ja, haak niet in. 3. Herken wat het gaslighten triggert, zowel bij jou als bij hem. 4. Focus op gevoelens en niet op ‘gelijk’ en ‘ongelijk’. 5. Weet dat je iemands mening niet kunt bepalen – zelfs al heb je gelijk!
1. Onderscheid waarheid van verdraaiing Vaak geven gaslighters hun versie van de gebeurtenissen en worden we volkomen overdonderd. Deze is voor een deel waar, net genoeg om jou te laten denken dat alles waar is. Daarom kan onderscheid maken tussen de waarheid en verdraaiingen een goede eerste stap zijn om het gas uit te doen. Liz, met de leugenachtige baas die haar probeerde te ondermijnen, heeft hier veel aan gehad. Haar baas had altijd een geloofwaardige verklaring als Liz het ergens niet mee eens was. Vroeg ze waarom haar baas een cliënt had verteld dat ze niet met hem wilde samenwerken, dan zei hij dat de klant loog. Als ze vervolgens een kopie van het bericht liet zien en vroeg wie het had gestuurd, dan had haar baas een ingewikkeld verhaal over kantoorreorganisaties, gaf hij iemand op Liz’ afdeling de schuld of haalde hij met een verbaasde blik zijn schouders op. Omdat hij altijd zo warm, aardig en rustig overkwam, waren er geen duidelijke aanwijzingen dat er iets niet in de haak was; er werd niet geschreeuwd of gescholden en er waren geen openlijke onvriendelijkheden, behalve van Liz’ kant toen ze steeds gefrustreerder raakte. Omdat iedereen in het bedrijf hem aardig vond, kreeg Liz na ieder gesprek met hem steeds meer het gevoel dat zij gek was. Dit werd nog versterkt doordat hij altijd zo rustig was en Liz steeds panischer werd.
De dingen veranderden toen ze zelf besloot om de waarheid van alle verdraaiingen te onderscheiden. Door zichzelf te dwingen om rustig en eerlijk naar de waarheid te kijken – en niet naar de beschuldigingen van haar baas of haar eigen verdedigingsmechanismen – werden haar gedachten een stuk helderder. Zo zei ze een keer: ‘Het leek wel of ik op z’n kop aan het plafond hing en op een gegeven moment tegen mezelf zei: “Liz! Wat vind jij ervan?” En ik voelde bijna letterlijk hoe mijn wereld zich weer omdraaide en de goede kant bovenkwam.’ Wat Liz’ baas zei ‘Er is geen probleem.’
Wat Liz altijd dacht
‘Ik wou dat je me geloofde.’
‘Ik vertrouw hem niet, ik wou dat het wel zo was. Het zou zo prettig zijn als het allemaal opgelost is …’
‘Ik vertrouw mensen die de waarheid verdraaien niet.’
‘Als je wat flexibeler wordt, klikt het misschien ook beter tussen ons.’
‘Waarom heeft hij altijd kritiek op me? Ziet hij niet hoe hard ik werk? Waarom ziet hij niet hoe ik mijn best doe?’
‘Mijn flexibiliteit is niet het probleem, maar dat hij mij probeert te ondermijnen en vervolgens liegt dat dit niet zo is.’
‘Maar waarom vind ik dan wel dat er een probleem is?’
Onderscheid tussen waarheid en verdraaiing ‘Goed, ik weet dat er een probleem is. Heel veel dingen kloppen niet. Dus om de een of andere reden vertelt hij de waarheid niet.’
Als Liz’ baas een betrouwbaar en behulpzaam iemand was geweest en hij had hetzelfde gezegd, dan waren zijn woorden wel waar en oprecht geweest. Maar in deze situatie waren ze manipulatief. Soms moet je niet alleen op woorden afgaan, en zelfs niet op iemands stem, lichaamstaal of algehele indruk. Soms moet je aan jezelf vragen wat je echt denkt en die diepe
waarneming als uitgangspunt nemen. Mocht je toch geen gelijk hebben, geef het dan toe en herstel je fouten. Heb je daarentegen gelijk, dan kun je jezelf feliciteren en verder gaan. Maar hoe dan ook dient jouw besef van de waarheid je uitgangspunt te zijn en niet dat van je gaslighter. Als je je gaslighter op een voetstuk hebt geplaatst en een positieve kijk op hem wilt houden, bestaat de kans dat je zijn versie van de gebeurtenissen tot de jouwe maakt. Doe dat niet. Zo begin je aan de gaslighttango. 2. Onderzoek of een discussie eigenlijk een machtsstrijd is. Zo ja, haak niet in. Gaslighten is deels zo verraderlijk omdat je niet altijd doorhebt waar het gesprek werkelijk over gaat. Laten we nog eens kijken naar de discussie tussen Katie en Brian over haar vermeende flirten. Wat is hier echt aan de hand? Brian: Zag je hoe die man naar je keek? Wat denkt hij wel? Katie: Brian, ik weet zeker dat hij geen bijbedoelingen had. Hij was gewoon vriendelijk. Brian: Wat ben je toch naïef! Ik dacht dat je inmiddels wel weet hoe het werkt. Hij was niet ‘gewoon vriendelijk’, Katie. Hij probeerde je te versieren. Katie: Echt niet. Hij had een trouwring om. Brian: Alsof dat wat uitmaakt. En waarom zat jij eigenlijk zo naar hem te kijken? Het viel je zelfs op dat hij een trouwring droeg. Dan moet je wel geïnteresseerd zijn. Katie: Ik was helemaal niet in hem geïnteresseerd. Ik ben met jou. Brian: Het is al erg genoeg dat die vent onder mijn ogen met jou staat te flirten, maar dan ga jij ook nog eens naar andere mannen staan lonken. Kun je niet even wachten tot het uit is tussen ons en dan op zoek gaan naar een ander? Katie: Ik wil helemaal geen ander. Ik wil bij jou zijn. Ik heb voor jou gekozen. Alsjeblieft, geloof me toch. Ik wil jou. Ik zou nooit vreemdgaan. Brian: Je kunt op zijn minst eerlijk tegen me zijn. Katie: Maar ik ben eerlijk. Zie je dan niet hoeveel ik van je hou?
Brian: Als je zoveel van me houdt, kun je ook wel toegeven dat je met die man stond te flirten. Wees dan eerlijk en geef het gewoon toe. Katie: Maar er valt niets toe te geven! Hoe kun je zoiets zeggen? Ik hou zo veel van je. Geloof me, alsjeblieft! Alsjeblieft, Brian. Brian: Je moet niet zo liegen, Katie. Als er iets is waar ik niet tegen kan. De ruzie duurt nog een uur. Brian wordt steeds bozer en staat erop dat hij gelijk krijgt, terwijl Katie steeds wanhopiger probeert om Brian van gedachten te laten veranderen. Als ze hem niet kan overtuigen, heeft ze het gevoel dat hij heeft bewezen dat ze inderdaad een slechte, onbetrouwbare vriendin is. En ze moet hen er allebei van weten te overtuigen dat ze wél een goede, betrouwbare vriendin en een lief persoon is. Brian en Katie zitten verstrikt in gaslighten en in wezen gaat hun gesprek helemaal niet over dit incident. Voor Brian is deze krachtmeting een machtsstrijd over wie er gelijk heeft. Voor Katie was het ook een machtsstrijd: zij zocht naar Brians bevestiging, zodat ze zich niet meer af hoefde te vragen of Brians beschuldigingen terecht waren. Wat is nu het verschil tussen een machtsstrijd en een echt gesprek? In een echt gesprek luisteren twee mensen naar elkaar en gaan ze in op elkaars bezorgdheid, ook al wordt het emotioneel. Zo zou een stel ook met de situatie kunnen omgaan: Hij: Je stond gewoon met die man te flirten, dat kun je toch niet maken!? Zij: We stonden alleen maar leuk te praten, verder helemaal niets! Hij: Zo zag het er anders niet uit. Hoe zie ik het verschil dan? Zij: Dat hoef je helemaal niet te kunnen zien, lieverd. Geloof me, ik hou alleen van jou. Met jou ben ik gekomen en met jou ga ik naar huis. Ik wil helemaal geen ander. Hij: Als je dat zo zegt, geloof ik je. Maar als ik je zo naar andere mannen zie kijken, word ik helemaal gek. Zij: Ik wist niet dat je dat zo erg vond. Sorry. Maar als ik niet gewoon met anderen kan praten omdat jij denkt dat ik aan het flirten ben, dan word ik gek. Hij: Wat erg! Je houdt helemaal geen rekening met mijn gevoelens!
Zij: Dat doe ik wel. Ik wil hier samen uitkomen. Laten we kijken hoe het voor ons allebei goed voelt. Zoals je ziet lopen de emoties hoog op in dit gesprek, maar het is geen gaslighten. Er is sprake van twee mensen met een verschillende mening, maar geen van beiden speelt een machtsspelletje. Ze zeggen gewoon wat ze voelen en wat ze willen. Hij zegt wat hij voelt als hij haar ziet flirten. Zij zegt wat ze voelt als ze niet vrijelijk met anderen kan praten. Hij probeert zijn gelijk niet te halen en zij ook niet; ze proberen een lastig probleem op te lossen, namelijk: hoe kunnen ze allebei gelukkig zijn terwijl ze, op dat moment, allebei iets anders willen? Als jij en je gaslighter echt iets willen oplossen, dan moet je dit zeker proberen. Praat er uren over of plan een aantal gesprekken in. Als de zaak voor jullie allebei belangrijk genoeg is, dan kan het zijn dat jullie het er nog jaren over hebben. Samen zijn wil niet zeggen dat je het ook altijd eens moet zijn – over sommige zaken word je het misschien nooit eens. Zolang je respectvol met elkaar praat en naar elkaar luistert, hoe emotioneel het ook wordt, is er geen enkel probleem (alhoewel het soms pijnlijk en eng kan zijn). Maar als je merkt dat er wel sprake is van een machtsstrijd, dan is de herkenning hiervan en er niet in meegaan de eerste stap op weg naar het gas uitdoen. Zo niet, dan dans je de gaslighttango. Hier volgt een voorbeeld van een machtsstrijd tussen mijn cliënt Marian en haar vriendin Sue. Het leek allemaal heel eenvoudig: Marian wilde ergens in haar buurt afspreken en Sue liever iets dichter bij haar eigen huis. Hieronder kun je zien hoe de zaak waar het echt om gaat op de achtergrond verdwijnt en de gaslighttango begint. Marian: Misschien kun je volgende week naar mij toe komen. Sue: Ik spreek liever meer buiten het centrum af. Marian: Dat is voor mij niet handig. Kun je echt niet hierheen komen? Sue: We spreken altijd bij jou in de buurt af. Ik weet niet of je dat doorhebt, maar het is wel zo. Marian: Dat is niet waar. Sue: Van de afgelopen zeven keer hebben we vijf keer bij jou in de buurt afgesproken en eerlijk gezegd heb ik daar geen zin meer in. Je moet altijd je
zin hebben en je luistert nooit eens naar mij, Marian. Volgens mij denk je dat de hele wereld om jou draait en dat doet me pijn. Marian: Ik wil je helemaal geen pijn doen! Hoe kun je zoiets zeggen? Sue: Maar zo is het toch? Volgens mij vind je dat iedereen altijd maar moet doen wat jij zegt, omdat jij zulke lange dagen maakt door die baan van je. Maar ik heb ook een eigen leven, hoor, of maakt dat je verder niet uit? Marian: Natuurlijk wel. Je bent een van mijn beste vriendinnen. Wees alsjeblieft niet boos. Ik kom wel jouw kant op als je dat liever wilt. Sue: Maar ik moest wel eerst boos worden, anders had je het niet gedaan. Nu ben je egoïstisch en manipulatief. Ik krijg mijn zin, maar ik moet er wel voor betalen. Dit win ik nooit van je. Wat er ook gebeurt, jij hebt altijd het laatste woord. Marian: Dat is echt niet zo. Onze vriendschap is voor mij heel belangrijk. Ik vind het heel erg als je dit soort dingen zegt. Sue: Dan moet je maar niet altijd zo egoïstisch zijn. Ik heb het idee dat jij je helemaal niet interesseert voor de dingen die ik belangrijk vind. Misschien is het beter dat we elkaar een tijdje niet meer zien. Marian: Nee, zeg me alsjeblieft wat ik eraan kan doen. Je weet dat het een machtsstrijd is als … • • • • • •
er veel beledigingen worden geuit. het steeds weer over hetzelfde gaat. een van jullie, of jullie allebei er dingen bij haalt/bij halen die niets met de kwestie te maken hebben. jullie hier al vaker woorden over hebben gehad zonder het op te lossen. het niet uitmaakt wat je zegt, omdat de ander steeds op dezelfde manier blijft reageren. je het gevoel hebt dat de ander de touwtjes in handen heeft.
Duidelijk is dat Sue en Marian het allebei helemaal niet meer hebben over een plek om af te spreken. Misschien kiest Marian inderdaad vaker een plek uit dan Sue en moet ze nu iets inschikkelijker zijn. En misschien is de klacht van Sue terecht. Maar geen van beide vrouwen probeert erachter te komen
wat er echt aan de hand is of om een afspraak te maken. Ze proberen erachter te komen wie de macht in handen heeft. Wint Sue, dan kan ze Marian van gedachten laten veranderen, zodat ze toegeeft dat ze geen goede vriendin is geweest. Als Marian wint kan zij Sue van gedachten laten veranderen, zodat ze gaat zien dat Marian wel een goede vriendin is. Omdat Marian haar zelfbeeld had opgegeven en Sue liet bepalen wat voor iemand zij was, bleef Sue de rechter en de jury, terwijl Marian de beklaagde was die om een goed oordeel smeekte. Met als gevolg dat Marian zich kwetsbaar en uitgeput voelde door deze ruzieachtige woordenwisselingen, zelfs al won ze. Ze kreeg nooit wat ze echt wilde, namelijk het gevoel dat ze een goed mens en een goede vriendin was. Het enige wat ze van Sue kreeg was een tijdelijk ‘onschuldig’, dat bij een volgend ‘proces’ door Sue zomaar nietig verklaard kon worden. Marian zou misschien een veldslag kunnen winnen – waardoor Sue sommige van haar negatiefste uitspraken terugnam – maar de oorlog had ze nog nooit gewonnen, want Sue was nog nooit met het eindoordeel gekomen dat Marian een goede vriendin was. Wat Marian ook deed, Sue was altijd in staat om haar te veroordelen. Die macht gaf Marian haar ook steeds weer, in de hoop dat Sue haar nu eens als ‘goed’ zou beoordelen en zo haar zelfbeeld zou bekrachtigen. Marian was het uiteindelijk altijd met Sue eens, wat het vonnis ook was, omdat ze wilde dat Sue en niet zij zelf haar gevoel van eigenwaarde bepaalde. Geleidelijk aan kwam Marian tot het besef dat ze niet moest proberen om zo’n machtsstrijd te winnen, maar dat ze niet moest inhaken. Doordat ze probeerde te winnen, zette ze zichzelf vast in de rechtszaal, smekend om de genade van een almachtige jury. Door niet in te haken, deed ze het gas uit en kon ze mogelijk haar eigen rechter worden, zelf gaan bepalen wie ze was, hoe ze zich moest gedragen en of ze al dan niet ‘goed’ was. Marian besloot enkele zinnen te gebruiken om te voorkomen dat ze inhaakte: ‘Dan denken we er allebei anders over.’ ‘Ik denk dat we er nu over moeten ophouden.’ ‘Ik voel me nogal geïntimideerd en wil hier stoppen.’ Sue reageerde hier verschillend op. Soms respecteerde ze Marians pogingen en lukte het om het over leukere dingen te hebben en soms hing Sue de telefoon op om zich later te verontschuldigen. Maar hoe dan ook ging Marian steeds meer in haar eigen kracht staan en van haar eigen oordeel over zichzelf uit, in plaats van Sue de macht te geven om over haar te oordelen en een machtsstrijd aan te gaan die ze nooit kon winnen.
Dingen die je kunt zeggen om niet in te haken in een machtsstrijd • • • • • • • • • • • • • • • •
‘Je hebt gelijk, maar ik wil hier verder geen ruzie over maken.’ ‘Je hebt gelijk, maar ik wil niet dat je zo tegen me praat.’ ‘Ik wil hier best verder over praten, maar dan zonder dat je me uitscheldt.’ ‘Ik vind dit geen prettig gesprek, zullen we het er later nog eens over hebben?’ ‘Volgens mij hebben we er nu alles wel over gezegd.’ ‘Volgens mij kan ik hier nu niets constructiefs aan toevoegen, zullen we het er later nog eens over hebben?’ ‘Dan denken we er dus allebei anders over.’ ‘Ik wil hier nu geen ruzie over maken.’ ‘Ik wil het hier nu verder niet over hebben.’ ‘Ik begrijp het en ik zal erover nadenken, maar ik wil het er nu verder niet meer over hebben.’ ‘Ik wil hier graag verder over praten, maar wel op een prettigere toon.’ ‘Ik voel me hier niet prettig bij en heb geen zin om er nu verder over te praten.’ ‘Misschien heb je het niet door, maar je zegt dat ik naast de werkelijkheid leef en daar ben ik het niet mee eens. Ik hou van je, maar hierover wil ik niet met je praten.’ ‘Ik vind de intieme gesprekken met jou heerlijk, maar niet als je me kleineert.’ ‘Misschien is het niet je bedoeling om me te kleineren, maar zo voelt het voor mij wel en daarom stop ik nu met dit gesprek.’ ‘Dit is voor mij een slecht moment om het erover te hebben. Laten we afspreken als we allebei kunnen.’
En als je niet wilt inhaken, maar wel je boosheid wilt uiten • •
‘Zo moet je niet tegen me praten, daar hou ik niet van.’ ‘Zolang je loopt te schreeuwen, hoor ik niet wat je zegt.’
• • • • • •
‘Zolang je zo neerbuigend praat, kan ik niet horen wat je echt wilt zeggen.’ ‘Ik praat niet met je als je zo tegen me schreeuwt.’ ‘Ik praat niet met je zolang je zo neerbuigend doet.’ ‘Ik ga hier nu verder geen woorden aan vuil maken.’ ‘Volgens mij verdraai je de boel en dat vind ik niet leuk. Ik zal later zeggen wat ik vind, als ik weer wat rustiger ben.’ ‘Misschien wilde je me niet kwetsen, maar ik ben nu té van streek om verder te praten. We kunnen het er later nog over hebben.’
3. Herken wat het gaslighten triggert, zowel bij jou als bij hem Vergeet niet dat jij en je gaslighter samen de gaslighttango dansen. Hoogstwaarschijnlijk hebben jullie allebei dingen die het gaslighten triggeren, situaties waardoor je gaat dansen. Als je deze triggers kunt herkennen, kun je ze beter vermijden. Voor alle duidelijkheid: ik zeg niet dat jij verantwoordelijk bent voor zijn gaslighten. Net zomin als hij verantwoordelijk is voor jouw aandeel in de gaslighttango. Ik bedoel dat jullie allebei in staat zijn om de gaslighttango te beginnen en dat er bij jullie allebei bepaalde omstandigheden zijn die de dans kunnen aanzwengelen. Ga je dus niet schuldig voelen nu we het hier over hebben en ga ook de ander niet beschuldigen. Richt je op het herkennen van je gaslighttriggers, zodat je het gas kunt uitdoen.
Herken welke onderwerpen en situaties het gaslighten triggeren. Gaslighten is een antwoord op stress. Mensen worden gaslighters of gaslightees wanneer ze zich bedreigd voelen. Hier volgt een lijst met stressvolle onderwerpen en situaties, waardoor het gaslighten vaak getriggerd wordt. Kijk of jij en je gaslighter in de problemen raken bij het volgende: Geld Seks
Familie Feestdagen Vakanties Belangrijke beslissingen als trouwen, verhuizen, van baan veranderen Kinderen Meningsverschillen ‘Regels’, bijvoorbeeld ‘We moeten iets meenemen als we voor een etentje worden uitgenodigd’ of ‘Bij een officiële gelegenheid moet je een stropdas dragen’. Trish en Aaron raakten vaak verstrikt in de gaslighttango als het over geld ging. Omdat Aaron zo geldbewust was en geen schulden wilde maken, ging hij vaak gaslighten als er een rekening op de mat lag of als er sprake was van een onverwachte uitgave. Trish wist dit en deed haar best om niet in te haken in de gaslighttango als het over geld ging, om getouwtrek te voorkomen over haar omgang met geld. Olivia besefte dat Martin ging gaslighten als het over seks ging. Als hij dacht dat ze hem seksueel afwees, greep hij terug op zijn versie van de betoverende gaslighter en ging hij heel romantisch met kaarsen en zwoele muziek in de weer om te bewijzen dat hij echt seksueel aantrekkelijk was. Hoewel Olivia geen seks met hem had als ze dit niet wilde, kon ze wel haar best doen om dit zo vriendelijk mogelijk te zeggen – en vervolgens alert zijn op het gaslighten dat mogelijk volgde. Mijn coachingscliënt Sandra – met het zogenaamd perfecte huwelijk – merkte dat haar aardige-kerel-echtgenoot getriggerd werd wanneer het over familieaangelegenheden ging. Peter sloeg aan het gaslighten zodra het over zijn familie of over die van Sandra ging. Sandra werd weer heel kritisch naar Peter toe als ze zich zorgen maakte over de kinderen en haar reactie zorgde er weer voor dat Peter ging gaslighten. Dat was dus ook een probleemgebied. Sandra dacht lang en hard na over de vraag of haar huwelijk zou verbeteren wanneer ze minder vaak op bezoek zou gaan bij haar ouders en familie. Ze besloot het uit te proberen. Ze was niet van plan om minder vaak op bezoek te gaan, maar wel om dit alleen te doen. Sandra besefte ook dat Peter onzeker werd als zij overbezorgd en overkritisch was. Als Peter merkte dat Sandra van streek of ontevreden was,
voelde hij zich machteloos en waardeloos, omdat hij er werkelijk van overtuigd was dat een goede echtgenoot zijn vrouw altijd tevreden moet kunnen stellen. Dit gevoel van machteloosheid was voor Peter een trigger om te gaan gaslighten, zodat hij weer het idee kreeg dat hij de controle had. Als hij kon bewijzen dat hij gelijk had en Sandra niet, en dat haar ontevredenheid haar eigen schuld was en niet die van hem, dan voelde hij zich sterker en kreeg hij een beter gevoel over zichzelf. Sandra begreep dat zij niet verantwoordelijk was voor dit proces, maar dat haar bezorgdheid en kritiek het wel in gang zette. Ze sprak Peter er direct op aan en zei: ‘Ik weet dat ik altijd overdreven bezorgd doe als we het over onze kinderen hebben en dat ik dan net doe alsof jij alles altijd verkeerd doet. Ik weet dat je een goede vader bent en het spijt me als ik je weleens de indruk geef dat dit niet zo is. Ik zal mijn best doen om me niet meer zo te laten gaan, maar als ik toch weer doordraaf, moet je me dat echt zeggen.’ Tot Sandra’s grote verbazing ging Peter hiermee akkoord. Het gaslighten stopte niet, maar werd wel een heel stuk minder. Maar nu moest Sandra haar eigen gedrag veranderen! ‘Ik moet nu dus echt minder overbezorgd worden over mijn kinderen,’ zei ze quasigrappig toen ze me vertelde over de eerste keer dat haar man haar hierover aansprak. ‘Je wordt bedankt!’ Maar ik zag dat ze toch vooral opgelucht was. Door deze afspraak waren zij en Peter een stuk gelukkiger. Hoewel er nog aardig wat werk voor de boeg lag, voelde dit voor Sandra als een goede start. Kun je onderwerpen of situaties bedenken waardoor jij en je gaslighter geneigd zijn om de gaslighttango te gaan dansen? Neem even de tijd om ze op te schrijven. Herken welke dingen je zegt of doet die gaslighten kunnen triggeren. Ik wil nogmaals duidelijk maken dat je niet verantwoordelijk bent voor het negatieve gedrag van je partner als je woorden of handelingen hem aanzetten tot gaslighten. Ik wil ook niet zeggen dat je jezelf in allerlei bochten moet wringen om te voorkomen dat hij boos wordt. Maar misschien is het relatief eenvoudig om andere woorden of handelingen te kiezen, die de relatie ten goede komen. Sommige mannen voelen zich bijvoorbeeld gemanipuleerd en worden defensief als een vrouw gaat huilen. Ik vind niet dat er iets mis is met huilen, maar je kunt je wel afvragen of huilen in jouw relatie gaslighten triggert.
Voelt je gaslighter zich bedreigd door je tranen? Gaat hij proberen zijn gelijk te halen wanneer jij begint te huilen? Neemt de intimidatie of nemen de aardige-kerel-manipulaties of betoverende gebaren toe om je te laten stoppen met huilen? Veroorzaken je tranen een Emotionele Apocalyps? Als je denkt dat je huilen een gaslighttrigger is binnen jullie relatie, kijk dan of je kunt voorkomen dat je gaat huilen waar je gaslighter bij is door je tranen binnen te houden, of door de kamer uit te lopen. Er zijn ook mannen die niet tegen een bepaalde manier van spreken kunnen. Zo vond Peter het verschrikkelijk als Sandra zei ‘je doet me pijn’. Steeds als ze dit zei, begon hij te gaslighten. Dan probeerde hij haar beleving van de werkelijkheid te beïnvloeden en te bewijzen dat hij toch echt gelijk had. Zei Sandra ‘dat kun je toch ook anders zeggen’, in plaats van ‘je doet me pijn’, dan was er niets aan de hand met Peter. Maar iets aan de woorden ‘je doet me pijn’ raakte hem diep. Sandra kon ook nu nog voor zichzelf opkomen, maar die iets andere woordkeuze maakte een wereld van verschil. Martin had grote moeite met de woorden ‘daar word ik heel verdrietig van’. Olivia begreep dat haar man het gevoel moest hebben dat hij zijn vrouw gelukkig kon maken. Als hij het gevoel had dat hem dit niet lukte, ging hij gaslighten en probeerde hij haar zover te krijgen dat ze toegaf dat alles goed was. Hoewel Olivia niet bereid was om altijd haar verdriet voor Martin te verbergen, zag ze wel dat hij dit gevoel veel serieuzer nam dan zij zelf. Ze besloot om hem te vragen haar te troosten als ze zich echt heel verdrietig voelde, omdat de kans dat hij haar ging gaslighten veel minder groot was als hij iets voor haar kon doen. Was haar verdriet minder groot en veroorzaakt door bijvoorbeeld een melancholische film of het verhaal van een verre vriendin, dan ging ze ermee naar haar vriendinnen. Iets aan ze vragen wat ze niet kunnen, is voor veel mannen ook een gaslighttrigger. Zo vroeg Katie Brian aan het begin van hun relatie of hij haar wilde helpen verhuizen. De enige dag waarop dit kon bleek een dag waarop Brian voor zijn werk onderweg was. Hij kon zijn afspraak niet verzetten en vond het heel erg dat hij haar niet kon helpen. Katies broer kwam helpen, maar door de stress en frustratie beschuldigde Brian Katie er in een vroege vlaag van gaslighten van dat zij haar broer gebruikte om hem voor schut te zetten en hij hield vol dat Katies broer hem sowieso nooit had gemogen. Had Katie geweten dat deze situatie voor Brian een gaslighttrigger was, dan was ze er misschien beter mee omgegaan. Dan had ze niet tussen neus en lippen door gezegd dat haar broer kwam helpen met als gevolg een lange
discussie, maar eerder iets als: ‘Lieverd, ik weet dat je me heel graag had willen helpen verhuizen en dat waardeer ik heel erg. En ik weet ook dat je zelfs je afspraak zou verzetten als het echt moest, maar dat hoef je echt niet te doen. Alleen al dat je bereid bent om dit te doen, geeft me een heel geliefd en veilig gevoel en dat voelt heel goed! Je hoeft je geen zorgen te maken, ik regel wel iets anders.’ Ze zou Brian de tijd hebben gegeven om haar woorden te laten bezinken, om hem bij een andere gelegenheid te vertellen dat haar broer ‘zijn plek innam’. Misschien zou deze benadering Brians gaslighten hebben voorkomen, misschien ook niet. Maar dan had Katie in ieder geval wel haar best gedaan en ze was goed voorbereid geweest, waardoor ze later niet als een gaslightee had gereageerd. Neem je gaslighter in gedachten. Zijn er bepaalde situaties waarin hij eerder geneigd is om je te gaslighten? Is er een manier om zijn stress en daarmee zijn behoefte tot gaslighten te verminderen? Kun je, wanneer dit soort situaties zich voordoet, extra je best doen om niet mee te gaan in het gaslighten? Herken machtsspelletjes of manipulatieve handelingen die gaslighten kunnen triggeren. Hier liggen de zaken gevoeliger. Stel jezelf de vraag wanneer en op wat voor manier jij niet altijd je beste zelf bent. Laat je je gaslighter ontvlammen, doordat je overkritisch of te veeleisend bent? Kleineer je je gaslighter of raak je bewust een gevoelige snaar? Zeg of doe je bewust dingen waar hij helemaal niet tegen kan? Het zou me eerlijk gezegd verbazen wanneer je zegt dat je je nog nooit te buiten bent gegaan aan dit soort machtsspelletjes. Niemand is heilig, we kunnen allemaal gemeen en manipulatief zijn op zijn tijd. Maar als je een patroon herkent dat je gaslighter triggert, dan is dit een goed moment om te proberen dit te veranderen. Zo besefte Trish, mijn cliënt die met haar man altijd ruziemaakte over geld, dat ze vaak over Aarons arbeidersachtergrond begon als ze hem terug wilde pakken. Dan maakte ze een terloopse, maar scherpe opmerking, bijvoorbeeld hoe opmerkelijk het was dat hij gezien zijn opvoeding toch zoveel wist van goede wijnen. Of ze wees naar een slecht geklede vrouw en zei: ‘Denk je dat je moeder die hoed leuk zou vinden?’ Een tijdlang vond Trish dat ze recht had op deze kleine machtsspelletjes, omdat Aaron zo oordelend en kleinerend sprak over haar welgestelde achtergrond. Maar toen
ze zich realiseerde dat haar opmerkingen het gaslighten aanwakkerden, was dit voor haar een goede reden om ermee te stoppen. Speel je bepaalde machtsspelletjes waardoor je gaslighter ontvlamt? Ben je bereid om deze op te geven? Herken hoe je de bevestiging van je gaslighter zoekt en zijn geruststelling verlangt. Geloof me, ik weet hoe het voelt als je wanhopig op zoek bent naar de geruststelling van een ander. Ik weet hoe het is om te denken dat alleen de bevestiging van je gaslighter je een veilig gevoel geeft en bewijst dat je een goed, capabel en lief persoon bent. Maar ik weet ook dat het zoeken naar de geruststelling van je gaslighter, of verlangen dat hij je angsten en bezorgdheid verlicht, hem vaak angstig en bezorgd maakt en zo – hoe ironisch – het gaslighten juist aanwakkert. Zo verging het Katie. Hoe wanhopiger ze Brian ervan wilde overtuigen dat ze een goede, loyale vriendin was en hoe gekwetster ze zich voelde door zijn beledigende opmerkingen, hoe bozer Brian werd en hoe erger het gaslighten. Brian vond dat hij Katie moest beschermen en gelukkig maken. Als ze bezorgd, angstig of verdrietig was – en met name wanneer hij dacht dat het zijn schuld was – voelde hij zich enorm bedreigd. En als Brian zich bedreigd voelde ging hij gaslighten, waardoor Katie nog bezorgder, banger en verdrietiger werd. En dan kun je dus spreken van een vicieuze cirkel. De positieve kant is dat Katie bij machte was om de cirkel te helpen doorbreken. Als zij haar eigen gevoelens kon tegenhouden, kon ze een potentiële gaslightsituatie laten bekoelen. Laten we eens kijken hoe dit werkt tijdens weer zo’n ruzie over Katies vermeende flirten: Brian: Zag je hoe die man naar je keek? Wat denkt hij wel? Katie weet dat Brian alleen maar zal willen bewijzen dat hij gelijk heeft als zij zegt dat er niets aan de hand is. Daarom stelt ze een vraag. Katie: Echt? Blijkbaar heb ik iets gemist. Wat gebeurde er dan? Brian: Zijn ogen klaarden helemaal op toen hij je zag en hij kwam helemaal tegen je aan hangen … Je kon aan alles zien dat hij je probeerde te versieren. Dat je dat niet doorhad. Je bent ook zo naïef! Katie vindt het heel erg als Brian haar naïef noemt, maar ze beseft dat ze dit beter niet kan laten merken, want anders zal het gaslighten alleen maar erger worden. Dus maakt ze een grap.
Katie: Jee, ik wist niet dat ik de meest gewilde vrouw ter wereld was. Ik mag wel oppassen! Brian: Wat!? Katie: Je zei dat ik naïef was. Maar je bedoelde wat anders, toch? Want ik weet zeker dat alles wat mijn fantastische vriend zegt, alleen maar bedoeld kan zijn als een enorm compliment. Brian: Laat ook maar zitten. Je ziet dat de dynamiek in deze situatie totaal anders is. Katie heeft een manier gevonden om de angel uit de machtsstrijd te trekken. Ze ging de discussie met Brian niet aan en werd ook niet boos door wat hij zei, en deed dus precies die dingen niet waardoor Brian zich bedreigd voelt en nog meer gaat gaslighten. Door haar andere manier van reageren op een triggersituatie had Katie de gaslighttango doorbroken en was ze begonnen om het gas uit te doen. Enkele alternatieve antwoorden op triggergedrag Maak een grap: ‘Jee, ik wist niet dat ik de mooiste vrouw ter wereld was. Ik geloof dat ik wel mag oppassen.’ Stel een vraag: ‘Vind je me dom? Je ziet duidelijk iets wat ik niet zie. Wat zie je dan?’ (Als je dit sarcastisch zegt, gooi je nog meer olie op het vuur, maar doe je het oprecht, dan krijg je misschien eerlijk antwoord.) Herken het gedrag: ‘De laatste keer dat je dit zei [of iets op die toon], had je geen zin om naar het etentje bij je moeder te gaan. Is er nu ook zoiets aan de hand?’ Toon mededogen: ‘Het spijt me dat je het zo moeilijk hebt. Kan ik iets doen om je te helpen?’
4. Focus op gevoelens en niet op ‘gelijk’ en ‘ongelijk’ Vaak zit er een kern van waarheid in de beschuldiging van de gaslighter. Misschien flirtte je net te veel met die vent op dat feest en is het goed om sorry te zeggen tegen je man. Misschien was je een slechte vriendin toen je je
vriendin liet zitten, omdat je een afspraakje had met die knappe, nieuwe man op kantoor. Je gaslighter zoomt in op deze tekortkomingen en misstappen en je voelt je kleiner worden omdat je ze herkent. Vervolgens gooit je gaslighter er een schepje bovenop. Zo hield Brian vol dat Katie hem bewust probeerde te vernederen. ‘Je wilt me voor iedereen te kijk zetten,’ zei hij vaak, ‘waarom geef je het niet gewoon toe?’ ‘Hoe kan ik dat toegeven als het niet waar is?!’ antwoordde Katie totaal verbijsterd. Ze keek heel goed naar zichzelf en wist dat ze niet vals of gemeen was geweest, misschien hooguit wat ongevoelig. Maar na enkele uren vol nare beschuldigingen, ging ze zich toch afvragen of Brian niet gelijk had. Hij leek immers zo zeker van zijn zaak … En haar argumenten konden hem niet overtuigen … En ze wist dat ze iets verkeerd had gedaan … Sue, de vriendin van Marian, was een meester in het vinden van Marians gebreken en tekortkomingen. Steeds als ze er een gevonden had, voelde Marian zich volkomen gehandicapt. Het leek alsof de precisie waarmee Sue Marians tekortkomingen aanwees, haar de macht gaf om te bepalen wie Marian was. Marian kon niet tegen Sue op en ging nog wanhopiger op zoek naar haar bevestiging. De enige manier om aan deze valkuil te ontkomen, is door je niet langer bezig te houden met wie er gelijk heeft en wie niet, maar je te richten op wat je voelt. Als je oprecht berouw voelt, bied dan je excuses aan en doe je best om het goed te maken. Maar als je verbijsterd of doodsbang bent, je aangevallen voelt, of volledig terneergeslagen, dan klopt er iets niet. Wat je ook deed, en ook al heb je ergens spijt van, je wordt gegaslight en dan doe je er goed aan om je direct los te maken uit het gesprek. Voor Marian kwam het keerpunt toen ze haar afspraak met Sue op het laatste moment afzegde vanwege een afspraakje met een man van haar werk. Hieronder kun je lezen hoe Marian niet inhaakte op de machtsstrijd tijdens hun telefoongesprek de dag erna. Sue: Hoe kon je zoiets doen?! Je weet hoe belangrijk onze afspraken voor mij zijn! We hadden afgesproken en dan zeg jij op het laatste moment af omdat je een date hebt met een of andere man? Marian: Ik weet het en het spijt me. Ik begrijp ook dat je boos bent. Maar hij is zo knap en ik heb al maanden geen afspraakje gehad. Maar je hebt gelijk, dat is geen excuus. Hoe kan ik het goedmaken?
Sue: Hoe bedoel je, goedmaken? Je hebt me heel bewust laten zien hoe weinig ik voor je beteken en dat je denkt dat je alles kunt maken. Je was altijd al jaloers omdat ik wel een vriend heb en jij niet. Is dit jouw manier van wraak nemen? Marian: Wat! Nu ga je echt te ver, Sue. Ik had onze afspraak niet moeten afzeggen, maar ik heb het niet gedaan omdat ik jou een hak wilde zetten. Ik wilde gewoon heel erg graag met Jan uit. Sue: Ik geloof je niet. En volgens mij weet je zelf ook wel beter. Je wilde wraak nemen. Geef het gewoon toe! Hier deed Marian altijd nog meer haar best om zichzelf te verdedigen. Maar deze keer probeerde ze het gas uit te doen en dus haakte ze niet in. Marian: Sue, het spijt me dat ik onze afspraak heb afgezegd. Als je zegt hoe ik het goed kan maken, dan zal ik dat zeker doen. Maar verder heb ik niets meer te zeggen. Sue: Wat bedoel je met niets meer te zeggen? Eerst beledig je me en nu wil je niet eens meer met me praten! Marian: Ik meen het. Als het gesprek deze kant opgaat, dan wil ik het er niet meer over hebben. Sue: Ongelooflijk! Is dit weer een manier om me terug te pakken? Marian: Nee, helemaal niet en ik heb mijn excuses al aangeboden. Voor mij is het nu klaar en kunnen we het ergens anders over hebben. Als jij dat niet kunt, dan hang ik op. Oefening in niet-inhaken • •
•
Pak het kader op bladzijde xx erbij. Kies een uitspraak die bij je persoonlijkheid past en waarnaar je gaslighter hoogstwaarschijnlijk luistert. Pas hem waar nodig aan of bedenk zelf een uitspraak. Doe een rollenspel met een vriendin. Vertel je vriendin hoe ze de rol van je gaslighter moet spelen door te vertellen wat hij hoogstwaarschijnlijk zou zeggen. Speel jezelf en kijk hoe het voelt terwijl je deze nieuwe woorden uitspreekt. Schrijf je eigen script. Schrijf een gesprek uit. Stel je voor wat je gaslighter zou zeggen en geef vervolgens een eigen antwoord. Om te oefenen kun je dit hardop doen: ‘Als hij zegt: “Doe niet zo idioot”, dan
•
•
antwoord ik “Lieverd, ik wil niet dat je zo tegen me praat.” Zegt hij: “Ik zeg tegen je wat ik wil”, dan zeg ik “Dan ga ik nu naar huis.”’ Richt je op een paar uitspraken. Je doel is niet inhaken in de ruzie, niet om het nog erger te maken. Neem één of twee behulpzame uitspraken die je steeds herhaalt, of zeg helemaal niets. Je gaslighter doet alles om gelijk te krijgen, dat kun je niet veranderen. Je kunt wel laten merken dat zijn gedrag gevolgen heeft die hij niet leuk zal vinden. Na verloop van tijd kan dit voor hem een reden zijn om te veranderen. Kies een exit-strategie. Als je gaslighter weigert te stoppen met ruziemaken, moet je er zelf een eind aan maken door op te hangen, weg te lopen, het onderwerp te veranderen of zelfs door aan te bieden om een kop thee voor hem te maken zoals Trish deed in hoofdstuk 4. Als je van tevoren al een plan hebt hoe je de discussie gaat beëindigen – ook al hoef je dit niet te gebruiken – dan kun je van begin af aan beter in je eigen kracht blijven staan.
5. Weet dat je iemands mening niet kunt bepalen, zelfs al heb je gelijk Ik haakte heel snel in het gaslightproces in, omdat ik koste wat kost wilde dat mijn ex-man toegaf dat ik gelijk had. Ik kon er gewoon niet tegen dat hij het heel normaal vond om drie uur te laat te komen en dat het probleem vervolgens was dat ik te overdreven reageerde. Dus bleef ik maar discussiëren om hem van gedachten te laten veranderen. Inmiddels besef ik dat ik net zo hard mijn best deed om zijn gedachten te bepalen als hij die van mij. Als hij bijvoorbeeld drie uur te laat thuiskwam en ik er iets van zei, probeerde hij mij er aan alle kanten van te overtuigen dat ik onredelijk was, niet spontaan en een soort controlfreak. Maar tegelijkertijd was ik net zo vastbesloten om hem ervan te overtuigen dat mijn frustratie terecht was. Twintig jaar later denk ik nog altijd dat ik gelijk had en hij ongelijk. Natuurlijk was ik terecht boos! Maar daar gaat het nu niet om. Mijn onvermogen om in te zien dat mijn man de dingen toch op zijn manier bleef bekijken, wat ik ook zei of deed, hield me gevangen in de gaslighttango. Als hij vond dat ik onredelijk was, dan vond hij dat, wat ik er ook tegen inbracht en hoe van streek ik ook was. Toen ik eenmaal besefte dat hij, en hij alleen, zijn eigen gedachten kon bepalen, ook al had ik alle gelijk van de wereld, en
dat hij ondanks al mijn inspanningen niet van gedachten zou veranderen, had ik een grote stap gezet op weg naar vrijheid. Mijn cliënt Mitchell, van wie de moeder zo minachtend en afwijzend deed over zijn nieuwe kleding, had eenzelfde soort ervaring. Tijdens onze sessies ging het er vaak over dat hij moest gaan begrijpen dat het zijn moeder vrijstond om over hem te denken wat ze wilde. Het was niet aan hem om haar van gedachten te laten veranderen, maar om zich minder druk te maken over wat zij van hem dacht. Als Mitchell zijn moeder niet langer op een voetstuk plaatste en hij niet meer naar haar bevestiging zocht, dan zouden haar regelmatige beledigingen en pogingen om hem schuldgevoelens aan te praten geen macht meer over hem hebben. Het duurde lang voordat Mitchell accepteerde dat hij zijn moeders reacties niet in de hand had. Hoewel zijn moeder hem soms overlaadde met haar goedkeuring en liefde, leek haar kille afstandelijkheid andere keren bijna wreed. Mitchell raakte volledig in de war van het extreme verschil tussen de twee. Hij wilde blijven geloven dat zijn moeders wisselvallige gedrag op de een of andere manier te maken had met zijn manier van doen, dat haar afstandelijkheid te maken had met zijn tekortkomingen en haar warmte een antwoord was op zijn goede kanten. Hij vond het een verschrikkelijk idee dat zijn moeders gedrag weleens het gevolg zou kunnen zijn van haar eigen innerlijke dynamiek en niets te maken had met zijn tekortkomingen of successen. Mitchells worsteling was met name zo aangrijpend, omdat kinderen moeten kunnen rekenen op de onvoorwaardelijke liefde en bevestiging van hun ouders. Zelfs als ouders het niet eens zijn met een bepaald gedrag, kunnen ze hun kinderen nog altijd met een basaal respect behandelen, maar precies dat deed Mitchells moeder niet. Mitchell hunkerde naar die moederlijke bevestiging en hij vond het heel moeilijk te accepteren dat hij die waarschijnlijk nooit zou krijgen. Als Mitchell zich wilde bevrijden van zijn moeders gaslighten, moest hij accepteren dat hij haar mening niet kon bepalen. ‘Ik kan haar mening niet voor haar bepalen, zelfs niet als ik gelijk heb’, werd Mitchells nieuwe mantra. In het begin vond hij het verschrikkelijk om ‘gelijk te hebben en zich alleen te voelen’, maar na verloop van tijd vond hij het heel prettig om met een heldere blik op zichzelf te staan. Doordat Mitchell niet langer probeerde om zijn moeders reacties te beïnvloeden, kreeg hij de ruimte om te ontdekken wat er in hem leefde en hiernaar te handelen.
Kies je volgende stap Je bent nu begonnen met het gas uit te doen en de reacties hierop kunnen heel verschillend zijn. Misschien dat jij en je gaslighter net als Sandra en Peter op een nieuwe manier met elkaar leren omgaan. Het kan ook zijn dat je gaslighter weigert te veranderen, zoals in het geval van Melanie en Jordan. Of misschien ben je nog steeds aan het onderzoeken wat er allemaal mogelijk is, net als Katie en Brian. Het kan zijn dat je al besloten hebt wat je volgende stap wordt. Mocht dit echter niet het geval zijn, lees dan het volgende hoofdstuk. Hierin zal ik het hebben over de beslissing om te blijven of te gaan.
HOOFDSTUK 7
Blijven of gaan?
Katie was in de war. Ze had haar uiterste best gedaan om het gas uit te doen in de relatie met haar bezitterige vriend Brian en ze had ook het gevoel dat er enige verbetering in zat. Steeds als ze niet inhaakte in de gaslighttango – als ze tegen Brian zei dat ze niet verder wilde praten of de kamer verliet om zijn beschuldigingen niet te hoeven aanhoren – dan nam hij vaak gas terug en soms verontschuldigde hij zich zelfs. En Katie vond van zichzelf dat ze beter in staat was om niet toe te geven aan de Drang tot Versmelting. Ze kon beter leven met onenigheid en had minder behoefte aan Brians bevestiging. Ze voelde steeds meer zelf, van binnenuit, dat ze een goed mens was, of Brian dit nu bevestigde of niet. Toch vertelde Katie dat het er niet op leek dat Brian ooit zou veranderen. Als Katie de dynamiek van het gaslighten doorbrak, dan deed Brian wel een stapje terug, maar hij begon nog altijd net zo vaak met gaslighten als voorheen. Katie moest hier dus altijd alert op zijn. Als zij eens een uitglijder maakte en verstrikt raakte – door zichzelf tegenover Brian te verdedigen of door zich te verontschuldigen voor iets waarvan ze wist dat ze het niet had gedaan – dan leek hij zich helemaal op zijn gemak te voelen in het oude patroon. ‘Ik heb het gevoel dat ik voor alle veranderingen moet zorgen,’ zei Katie nadat ze drie maanden haar uiterste best had gedaan. ‘Sommige dingen doet hij nu wel anders, maar veel steun krijg ik niet van hem. Het voelt alsof hij een groot rotsblok is dat ik voortdurend bergop probeer te duwen. Als ik heel erg mijn best doe, gaan we wel iets omhoog, maar als ik ook maar even ophoud, rolt hij weer terug. Die rots wordt dan wel niet zwaarder, maar lichter in ieder geval ook niet!’ Katie wist dus niet goed wat ze nu moest doen. Ze hield nog altijd van Brian en ze moest er niet aan denken om de relatie te beëindigen. Maar ze raakte steeds gefrustreerder door zijn voortdurende beschuldigingen en zijn kijk op de wereld, die volgens hem een gevaarlijke, ellendige plek was. Wat
voor veranderingen kon ze verwachten, vroeg ze zich af. Welke verwachtingen waren reëel en wat waren wensgedachten? En het belangrijkste: welke veranderingen vond zij nodig om in de relatie te kunnen blijven? Liz besefte dat er dingen moesten veranderen. Ze besteedde veel te veel tijd en emotionele energie aan de obsessie met haar baas. Soms voelde het alsof haar baas de belangrijkste persoon in haar leven was, belangrijker dan haar man, beste vriendin of familie. ‘Hij overschaduwt mijn hele leven en ik word er doodmoe van,’ zei Liz. ‘Ik wil mijn leven terug!’ Voor Liz was het de vraag of ze haar leven terug kon krijgen, terwijl ze de baan behield waarvoor ze zo hard had gewerkt om hem te krijgen. Kon dat zonder in te haken in de gaslighttango, vroeg ze zich af. Of wist haar baas zo goed hoe hij haar moest raken en kon hij de situatie zo goed manipuleren, dat zelfs minimaal contact tussen hen al voor gaslighten zou zorgen? Liz dacht goed na over haar mogelijkheden. Voor het eerst keek ze met een heldere blik naar de professionele keuzes die er waren. Ze zocht naar andere reclamebureaus waar ze zou kunnen solliciteren en liep al haar contacten na om te kijken of daar ook nog mogelijkheden lagen. Ook dacht ze lang na over wat haar huidige baas van plan zou kunnen zijn. Wilde hij echt van haar af? Probeerde hij haar volledig te isoleren binnen het bedrijf? Kon zij iets doen om de situatie te veranderen of wilde hij haar koste wat kost wegjagen? Ze keek ook goed naar zichzelf en haar aandeel in de relatie. Was het reëel om te denken dat ze anders op de provocaties van haar baas zou kunnen reageren dan nu, minder paniekerig en zonder de wanhopige wens om het hem naar de zin te maken? Zou het werken aan haar eigen houding zoveel van haar vragen dat ze haar werk uiteindelijk toch niet meer leuk vond? Wat was verstandiger: proberen om de relatie te veranderen of gewoon weggaan? Toen Mitchell uiteindelijk besefte wat hij echt van zijn moeders gaslighten vond, was hij enkele weken behoorlijk depressief. Het voelde alsof alle verdriet, woede en hulpeloosheid die hij zijn hele leven al probeerde te ontlopen, hem nu te pakken hadden gekregen. Hierdoor was hij een tijdje helemaal van slag. ‘Ik wil haar nooit meer zien,’ bleef hij maar zeggen. ‘Ik heb haar helemaal niet nodig! Waarom zou ik ook maar iets te maken willen hebben met iemand die me zo behandelt?’
Mitchell zag wel in dat het een grote beslissing was om alle contact met zijn moeder te verbreken en daarom bleef hij maar vragen wat ik ervan vond. Ik zei dat het doorgaans beter is wanneer familieleden contact houden als dit enigszins mogelijk is. Met name vanwege het gedeelde verleden en omdat deze relaties doorgaans belangrijker worden naarmate we ouder worden, met name wanneer we zelf kinderen hebben. Maar als de schade in een relatie door een bepaalde vorm van mishandeling onherstelbaar is en we hierdoor vastlopen in ons leven, of als het zoveel pijn veroorzaakt dat we nergens meer van kunnen genieten, dan kan het inderdaad goed zijn om diegene geen plek meer te geven in ons leven. Mitchell dacht diep na over hoe de relatie met zijn moeder de rest van zijn leven had beïnvloed: van zijn kledingkeuze tot zijn onvermogen om zich daadwerkelijk te binden aan zijn vriendin. Hij dacht ook na over hoe hij met zijn moeder wilde omgaan. Een deel van hem wilde haar nooit meer zien, maar hij dwong zichzelf om over andere mogelijkheden na te denken. Hij kon haar alleen op feestdagen bezoeken, of één keer per maand in plaats van één keer in de week, of met zijn vriendin of een vriend naar haar toe gaan in plaats van alleen. Hij bedacht ook dat hij niet meteen iets hoefde te beslissen, maar dat hij zijn opties open kon houden tot hij zich sterker voelde. Mitchell wist wel dat er op de een of andere manier iets moest veranderen in de relatie met zijn moeder. Maar het duurde lang voor hij kon besluiten wat hij wilde veranderen.
Neem de tijd om te beslissen Als we hebben besloten dat we onszelf willen bevrijden van gaslighten, komt er vaak een moment waarop we moeten beslissen of we in de relatie willen blijven of niet. Ik zei eerder al dat je je alleen van gaslighten kunt bevrijden als je bereid bent om te vertrekken. Maar dan moet je nog beslissen of je ook gaat vertrekken. Er kan een moment komen waarop je voelt dat je geen keuze meer hebt en weg moet om je zelfbeeld te behouden en gelukkig te worden. Het kan ook zijn dat je vindt dat er meerdere opties zijn, maar dat weggaan de beste is. Dus of je nu wanhopig bent of niet, er kan een moment komen waarop je beseft dat de relatie voorbij is.
Je kunt natuurlijk ook bij een keuzemoment aankomen en besluiten om te blijven. Het kan zijn dat je het gevoel hebt dat er nog leven in de relatie zit, of dat er goede redenen zijn om te blijven ondanks alle pijn en frustraties. Maar wat je ook beslist, het kan zijn dat je nog altijd veel voor je gaslighter voelt. Misschien ben je nog altijd straalverliefd op je man of gek op je vriendin. Binnen de familie kunnen gaslighters een ingewikkelde mix van liefde, boosheid, verdriet, frustratie, genegenheid en verwarring veroorzaken. En als je baas of collega je gaslighter is, kan het zijn dat je je baan toch graag behoudt vanwege allerlei voordelen. Misschien voel je zelfs waardering, respect of genegenheid voor je gaslighter. Ik wil hier benadrukken dat de positieve gevoelens voor onze gaslighter niet zomaar onwaar hoeven zijn. Mensen zijn nu eenmaal tegenstrijdig en complex en niemand is volmaakt. Je gaslighter kan zich heel denigrerend en vervelend hebben gedragen, maar hij kan ook heel lief, warm, attent en avontuurlijk zijn geweest en ons steun, advies en geborgenheid hebben gegeven. Hij kan deel zijn geweest van een heel belangrijke periode in je leven, of je hebben geholpen in je ontwikkeling, zoals het je alleen nooit was gelukt. Het kan goed zijn dat je deze andere kwaliteiten van een gaslighter bewondert, of dat hij iemand is tot wie je je om onverklaarbare redenen aangetrokken voelt. Als we beseffen dat we slecht behandeld of mishandeld zijn, reageren we vaak heel extreem. We willen het de ander terugbetalen. We willen gerechtigheid of wraak voor alle pijn die we hebben gevoeld. We kunnen niet geloven dat we ooit positieve gevoelens voor diegene die we nu als gevaarlijk of destructief beschouwen hebben gehad. Het kan zijn dat we degene die ons zo gekwetst heeft helemaal uit ons leven willen bannen. Dit soort gevoelens zijn heel natuurlijk en je kunt vandaaruit handelen. Maar het hoeft niet. Soms is je heftige reactie op iemand die je gegaslight heeft – met name familieleden – op zijn minst voor een deel ingegeven door de frustratie over jezelf. Hoe kon je zo blind zijn? Hoe kon je je zó laten behandelen? Waarom heb ik mijn ideaalbeeld losgelaten en ben ik niet sterk, onafhankelijk en immuun voor zo’n negatieve houding gebleven? Waarom ben ik niet goed voor mezelf opgekomen? Je kunt een ingewikkelde mengeling van schaamte, wrok, woede en verdriet voelen als je je eigen aandeel in een gaslightrelatie gaat onderzoeken. Het is belangrijk dat je dit soort reacties opmerkt en doorleeft. Ze helpen je om erachter te komen wat er met je is gebeurd en wat je hieraan wilt doen.
Soms geven ze ook de aanzet tot onmiddellijk handelen. ‘Ga weg,’ zeggen ze, ‘je moet hier geen dag langer blijven.’ Soms kun je maar het best gehoor geven aan dit urgente gevoel. Maar soms is het goed om je gevoelens te laten bezinken en tot rust te laten komen voor je tot handelen overgaat. Met name wanneer het over een levenslange relatie, de relatie met je partner of je kinderen gaat, is het goed om de tijd te nemen en de mogelijkheden te onderzoeken. Soms is het goed om een tijdelijke keuze te maken en niet meteen een definitieve beslissing te nemen. Afstand nemen in plaats van scheiden, een time-out in plaats van alle contact verbreken. Misschien kun je wat afstand nemen in een relatie zonder dit tegen de ander te zeggen. Hierdoor geef je jezelf wat tijd en ruimte, voordat je een definitieve beslissing over de toekomst maakt. Marian had steeds meer moeite met haar relatie met Sue. Ze had een hekel gekregen aan de heftige, emotionele gesprekken die haar het gevoel gaven dat ze veroordeeld en gestuurd werd. Maar Sue en zij waren al vriendinnen sinds de middelbare school en het idee haar nooit meer te zien vond ze ook verschrikkelijk. Ze wist dat er iets moest veranderen, maar nog niet of ze de relatie wilde beëindigen, meer afstand wilde nemen of het langdurige, moeilijke veranderingsproces wilde aangaan – hopelijk met de hulp van Sue. Marian wist dat Sue een nieuwe ruzieronde zou beginnen als zij zou zeggen dat ze wat afstand wilde nemen en dat was precies wat ze wilde voorkomen. Maar ze kon ook niet zomaar ophouden met bellen, want dat zou ook tot allerlei vragen en onrust leiden. Daarom vertelde ze Sue dat er een heel drukke periode op haar werk aanbrak en dat ze de komende maand niets konden afspreken. Ze beperkte het contact tot korte telefoongesprekken en enkele e-mails. Marian hoopte dat deze tijdelijke, ‘inofficiële’ beperking van de vriendschap haar wat ademruimte gaf en tijd om erachter te komen wat ze werkelijk voelde en wilde doen. Hoe kom je erachter wat je volgende stap is? Hieronder staan vier vragen die je hierbij kunnen helpen. Vier vragen over blijven of weggaan 1. Kan ik me anders gaan gedragen tegenover deze persoon? 2. Kan hij zich anders gaan gedragen tegenover mij?
3. Ben ik bereid om te werken aan de verandering van de dynamiek? 4. Is het realistisch te denken dat ik gelukkig word in deze relatie als ik er mijn uiterste best voor doe?
Kan ik me anders gedragen tegenover deze persoon? Overal in dit boek staat dat je gaslightrelatie niet zal veranderen als jij je gedrag niet verandert. Wil je het gas uitdoen, dan zul je je van je gaslighter moeten onthechten, niet inhaken in gaslightdiscussies of de kamer uitlopen als er een Emotionele Apocalyps dreigt. Dit betekent dat je niet toegeeft aan de Drang tot Versmelting en dat je je gaslighter zijn eigen standpunten gunt, ook al weet je dat deze niet kloppen. Het betekent ook dat je je gevoelens misschien niet met je gaslighter kunt delen als je je angstig, alleen of onzeker voelt, omdat dit vaak juist de gevoelens zijn die hem aanzetten tot gaslighten. Als je angstig of bezorgd bent en hij is niet in staat om je te helpen, geeft hem dat een gevoel van machteloosheid en dus gaat hij gaslighten om zijn gevoel van macht en controle te behouden. Hier volgen enkele vragen aan jezelf, waaruit je kunt afleiden in hoeverre je bereid bent te veranderen. Vervolgens kun je lezen hoe Katie, Liz en Sandra deze vragen beantwoordden. * Ben ik in staat om niet in te haken in de discussie als hij me gaat gaslighten of moet ik vaak bewijzen dat ik gelijk heb? Blijf ik in mijn hoofd met hem discussiëren ook als ik me niet hardop uitspreek? Katie: Ik hoef niet zo vaak gelijk te hebben. Dit lukt wel met mijn vriend Brian. Niet inhaken vind ik niet heel moeilijk. Liz: Ik word razend als ik hoor hoe mijn baas de werkelijkheid verdraait! Ook als ik niets tegen hem zeg, weet ik dat het gesprek zich voortdurend in mijn hoofd zal blijven afspelen. Ik kan er gewoon niet tegen als hij dit soort dingen zegt! Sandra: Toen ik voor het eerst niet inhaakte in een gaslightgesprek met mijn man Peter, raakte ik behoorlijk van streek. Ik kreeg pijn in mijn buik en begon helemaal te trillen. Ik wilde zo graag dat het weer goed kwam! Maar nu ik het enkele maanden doe, is het niet zo moeilijk meer. Dus ja, inmiddels gaat dit me redelijk makkelijk af.
* Zoek ik zijn bevestiging als ik me door het gaslighten onzeker voel over mezelf of onze relatie? Of lukt het me om mezelf te kalmeren zonder dat ik hem hiervoor nodig heb? Katie: Dit vind ik moeilijk. Ik wil op Brian kunnen steunen. Daarom denk ik dat ik hem om zijn bevestiging zal blijven vragen, ik kan het niet tegengaan. Ik weet niet eens of ik dit deel van mezelf wel wil veranderen. Ik wil mijn vriend om bevestiging kunnen vragen zonder dat hij van streek raakt. Liz: Ja, dit kan ik goed. Ik heb zijn bevestiging niet nodig om te weten dat alles goed is. Ik wil gewoon dat hij zich beter gaat gedragen. Sandra: Ik denk dat ik dit wel kan. Ik vind het lastig, omdat Peter meestal merkt dat ik van streek ben en dan vraagt of alles goed is. Soms wil hij echt een eerlijk antwoord en soms is dit het begin van een nieuwe ronde gaslighten, waarin hij ‘bewijst’ dat er voor mij geen reden is om van streek te zijn, omdat hij niets verkeerds heeft gedaan. Dus moet ik erachter zien te komen of hij oprecht is of dat hij wil dat ik toehap. Maar volgens mij kan ik dit wel. * Lukt het me om te doen wat ik zeg, bijvoorbeeld de kamer uitlopen als hij gaat schelden of het restaurant verlaten als hij meer dan twintig minuten te laat is? Katie: Dit vind ik verschrikkelijk. Ik denk dat ik dit wel kan, maar ik vind het verschrikkelijk. Liz: Geen probleem, dit kan ik. Ik weet alleen niet of het op mij van toepassing is, want wat ik volgens mij ook doe, hij zal zijn gedrag nooit veranderen. Sandra: Ja, dit kan ik. Ik heb dit met mijn kinderen heel goed kunnen oefenen! Nadat Katie, Liz en Sandra deze vragen hadden beantwoord, vroeg ik hun wat ze over zichzelf hadden geleerd. Wat zou na het beantwoorden van bovenstaande vragen hun antwoord zijn op de grote vraag: kan ik me anders gaan gedragen tegenover deze persoon?
Katie: Waarschijnlijk wel, maar ik weet niet goed of ik dit wil! Waarom zou je een vriend hebben als je niet bij hem terecht kunt met je problemen of wanneer je van tijd tot tijd bevestiging zoekt? Misschien wil ik me helemaal niet anders gaan gedragen … Liz: Volgens mij kan ik niet met deze man samenwerken zonder me druk te maken over wat hij me aandoet. Dat gaat me gewoon niet lukken. Sandra: Ja, volgens mij kan ik me tegenover Peter wel anders gaan gedragen. Het is voor mij waarschijnlijk ook goed wanneer ik dingen bij mezelf verander. Kan hij zich anders gaan gedragen tegenover mij? Laten we nog even stilstaan bij de redenen waarom iemand een gaslighter wordt. Iemand gaat gaslighten als hij zich bedreigd voelt of gestrest is en zijn antwoord op de stress is bewijzen dat hij gelijk heeft. Zo heeft hij het gevoel dat hij de macht in handen heeft en zijn plek in de wereld verovert; bovendien houdt hij zo zijn zelfbeeld in stand. Sommige mensen zijn verstokte gaslighters omdat ze heel onzeker zijn over zichzelf. Hierdoor wordt gaslighten hun normale manier van doen in de omgang met anderen. Ze voelen zich zo zwak, dat ze iedere gelegenheid aangrijpen om de gedachten van anderen te manipuleren en zo zelf een gevoel van macht en controle te krijgen. Sommige mensen gaslighten in bepaalde relaties en in andere niet. Mogelijk gaslighten ze met hun echtgenote, maar niet met hun werknemers. Of hun gaslightkant wordt getriggerd doordat ze leidinggevende zijn, terwijl ze tegenover hun echtgenote vriendelijk en liefdevol zijn. Weer anderen gaslighten af en toe als reactie op problemen binnen of buiten de relatie. Als je met zo iemand bent getrouwd, kunnen er weken of maanden voorbijgaan zonder dat er iets voorvalt. Maar plotseling hebben jullie knallende ruzie over geld, is zijn relatie met een van de kinderen verstoord, heeft hij problemen op het werk of moet zijn moeder naar het ziekenhuis en ineens is hij je aan het gaslighten. Hier is de eerste vraag over je gaslighter. * Is hij een verwoed gaslighter?
Katie: Eerlijk gezegd weet ik dat niet. Soms denk ik heel verwoed, omdat hij het maar blijft doen! En soms merk ik dat hij stopt als ik me anders gedraag. Ik weet het antwoord hierop niet. Liz: O ja, heel verwoed, tegenover mij in ieder geval. Ik merk dat hij het type man is dat altijd gelijk wil hebben en dat alles zo moet gebeuren als hij wil. Hij geniet ervan als ik me voor hem in allerlei bochten moet wringen. Ik zie de glimlach op zijn gezicht als ik zijn kantoor uitloop. Volgens mij verandert hij nooit. Sandra: Ik denk dat Peter altijd zal gaslighten als hij gestrest is. Maar ik heb geprobeerd om het gas uit te doen en dat werkte redelijk goed. Het helpt dat we erover kunnen praten en dat we allebei willen veranderen. Ik vind Peter geen verwoede gaslighter, alhoewel hij die neiging misschien altijd blijft houden. Zoals je ziet, hebben Liz en Sandra een antwoord op de vraag, maar weet Katie het niet zeker. Als jij het ook niet zeker weet, kun je de volgende oefening doen. Doe een week lang waar mogelijk je best om het gas uit te doen. Sla alle uitnodigingen voor een gaslighttango af. Grijp iedere gelegenheid aan om niet mee te dansen. Vermijd alle verleidingen tot controleren, verklaren, analyseren, fantaseren en zelfs onderhandelen met je gaslighter. Op een gegeven moment zal hij zeker proberen om je aan het dansen te krijgen, maar kijk wat er gebeurt als je blijft weigeren om aan de tango mee te doen. Katie deed dit experiment en dit is wat er gebeurde. Katie: Toen ik een hele week probeerde om het gas uit te doen, bleef Brian mij gaslighten. Soms lukte het me om het proces te onderbreken, maar hij begon steeds weer opnieuw. Ik vraag me nu af of het altijd zo zal blijven … Als je nog steeds niet weet of je gaslighter zich anders kan gedragen tegenover jou, dan kun je jezelf nog een vraag stellen: hoe is zijn verbinding tot mij? Heb je los van de dynamiek van het gaslighten het idee dat hij je beschouwt als een onafhankelijk persoon die hij respecteert, van wie hij houdt en naar wie hij luistert? Of is hij altijd meer met zichzelf bezig: met bewijzen dat hij gelijk heeft, laten zien dat hij een goed mens is, of hoe romantisch hij is? Voel je een hechte band met hem? Of heb je het gevoel dat hij net doet alsof?
Als de relatie met je gaslighter vaak heel bevredigend is, dan is dit een reden om aan te nemen dat het gaslighten kan stoppen of in ieder geval verminderen, zodat je ermee kunt leven. Maar als je merkt dat je meestal geen enkele band voelt en ontevreden bent met de relatie, dan is je gaslighter mogelijk niet in staat om op een andere manier met je om te gaan. Zelfs als hij je niet actief gaslight, kan het zijn dat hij zich niet op een intieme, respectvolle manier met je verbindt. In dat geval kan het gaslighten minder worden als je probeert het gas uit te doen, maar het kan zijn dat de relatie hierdoor niet vervullender wordt. * Hoe is zijn verbinding tot mij? Katie: Ik weet het niet goed. Toen we elkaar net leerden kennen, vond ik Brian de perfecte vriend. Hij was beschermend en lief en ik voelde me heel veilig bij hem! Maar inmiddels weet ik het niet meer zo zeker. Misschien probeerde hij gewoon te bewijzen dat hij een sterke, beschermende man was en gaat hij me gaslighten als hij denkt dat hij hierin faalt. Dus hij kan zich waarschijnlijk niet zo goed met me verbinden. Liz: Ik weet niet hoe hij met anderen is, maar met mij heeft hij zeker geen band. Alles wat hij doet, doet hij voor zichzelf en is een machtsspelletje. Hij heeft volgens mij geen idee wie Liz is. Ik ben slechts een pion in zijn grote schaakspel. Sandra: Peter kan zo verstrikt raken in zijn eigen werk en zijn eigen problemen, dat hij soms vergeet dat ik ook een mens ben. Dan gaat hij me gaslighten en moet hij bewijzen wat voor een aardige kerel hij is. Ik ben voor hem dan geen mens van vlees en bloed, maar zijn publiek. Maar het komt ook voor dat hij alle aandacht heeft voor hoe het met mij gaat. Hij merkt wanneer er iets met me is en vraagt dan of ik het erover wil hebben. Vaak geeft hij me dan heel goede adviezen. Als hij ziet dat ik moe ben, zegt hij: ‘Ik breng de kinderen wel naar bed, ga jij maar lekker zitten.’ Hij kookt zelfs voor ons als ik terugkom van een familiebezoek – want dan is hij heel blij dat hij niet mee hoefde! Dus ja, volgens mij kan hij zich heel goed met mij verbinden. Soms niet, maar meestal wel. Kan je gaslighter zich met je verbinden? Kan hij …
• • • • •
begrip en respect opbrengen voor jouw standpunten? zich in ieder geval af en toe inleven in jouw gevoelens en behoeften? in ieder geval af en toe jouw gevoelens en behoeften voor die van hem laten gaan? spijt hebben van de keren dat hij je pijn deed, zodanig dat hij zijn eigen gedrag verandert? veranderen omdat hij dit zelf wil en dit niet alleen voor jou doen of om te bewijzen dat hij zo’n aardige kerel is?
Opnieuw vroeg ik Katie, Liz en Sandra om op te schrijven wat ze over hun gaslighter te weten waren gekomen. Wat was nu hun antwoord op die grote vraag: kan hij zich anders gaan gedragen tegenover mij? Katie: Ik weet het niet zeker. Op dit moment zeg ik nee, ik geloof het niet. Liz: Zeker niet. Sandra: Ja, volgens mij wel. Niet altijd, maar waarschijnlijk wel vaak genoeg. Ben ik bereid om te werken aan de verandering van de dynamiek? Omdat we ons zo snel laten meeslepen door gaslighten, is het voor (echt) paren heel moeilijk om deze dynamiek samen te doorbreken. Gaslightrelaties creëren vaak een vicieuze cirkel, waarin zijn agressieve gedrag jouw defensieve reactie oproept, en dat roept weer meer agressie op bij hem. Zo merkte Katie dat haar gaslightrelatie van fase 1 via fase 2 in fase 3 was beland voornamelijk aan de dynamiek die tussen haar en Brian was ontstaan. Als ze bezorgd en angstig was, ergens behoefte aan had en hij het gevoel had dat hij haar niet kon helpen, ging hij gaslighten om weer het gevoel te krijgen dat hij de situatie in de hand had. Hij probeerde haar er dan van te overtuigen dat ze zich helemaal geen zorgen hoefde te maken, dat ze nergens behoefte aan had, of dat het onzin was dat ze die behoefte had. Maar hoe bozer hij werd, hoe angstiger, nerveuzer, defensiever en behoeftiger zij werd, wat de zaak alleen maar erger maakte. Toen Brian haar voor het eerst beschuldigde van flirten, wist Katie zeker dat hij ernaast zat en zo reageerde ze ook: ‘Lieverd, ik flirt helemaal niet!
Doe niet zo raar, Brian, die man deed gewoon aardig. Je hoeft je helemaal geen zorgen te maken, snap dat toch.’ Maar toen Brian maar bleef doorgaan, voelde Katie hoe haar overtuiging minder werd. In haar antwoorden klonk steeds meer ongerustheid door en ze probeerde Brian steeds vaker gerust te stellen: ‘Alsjeblieft Brian, zeg dat niet! Ik bedoelde er helemaal niets mee, geloof me toch! Ik kan er niet tegen als je zo over me denkt. Ik vind het verschrikkelijk!’ Brian was een angstige, onzekere man, maar geen monster. Als Katie zo overstuur was, voelde hij zich ook ongelukkig en hij vond het erg dat dit zijn schuld was. Toen Katies zelfvertrouwen wegebde, werd ze nog afhankelijker en behoeftiger en ging ze wanhopig op zoek naar Brians bevestiging en het bewijs van zijn liefde voor haar. Zoals we al zagen, vatte Brian Katies wanhoop heel persoonlijk op: hij voelde zich machteloos, omdat hij niet in staat was haar te helpen en hij haatte het gevoel van machteloosheid. Dus hoe wanhopiger Katie werd, hoe verbitterder, beschuldigender en negatiever Brian werd. Hierdoor belandde hun relatie in fase 2. Brians beledigingen en beschuldigingen in fase 2 maakten Katie nog bezorgder, nerveuzer en wanhopiger. Haar smeekbedes om bevestiging gaven Brian een nog machtelozer gevoel, alsof de touwtjes uit zijn handen gleden. Waarom kon hij zijn vrouw niet gelukkig maken? Waarom kon hij deze relatie niet goed maken? Wat was er met hem aan de hand? Zo zwak en hulpeloos was hij toch niet? En zo’n slechte echtgenoot of mislukkeling als man toch ook niet? Het probleem kon niet aan zijn gebrek aan kracht en inzet liggen – hij moest wel daadkrachtig zijn – en dus kon het niet anders dan aan haar liggen. Door Brians wanhoop en onzekerheid namen de beschuldigingen en aanvallen toe. Hij deed nog meer zijn best om Katie ervan te overtuigen dat hij gelijk had en sterk was en dat zij ongelijk had en slecht was. En dus schoof de relatie op naar fase 3.
Het gaslighten kan escaleren als je … •
ervan uitgaat dat je gekleineerd wordt ‘Ik weet het, ik ben ook zo dom.’
•
•
‘Vergeef me alsjeblieft, je weet dat ik soms alleen maar aan mezelf denk.’ ‘Ongelooflijk hoe egoïstisch ik soms kan zijn.’ smeekt om bevestiging ‘Je houdt toch nog wel van me, ook al ben ik zo’n mislukkeling?’ ‘ Soms voel ik me zo alleen, lieverd, daarom kan ik niet zonder je.’ ‘Ik wilde je niet kwetsen. Ben je nog boos op me?’ ervan uitgaat dat hij vervelend gaat doen ‘Als je maar niet weer zo tekeergaat.’ ‘Je hoeft niet jaloers te worden, want daar is geen enkele reden voor.’ ‘Ik weet dat je me dom vindt, maar ik kan er ook niets aan doen, oké?’
Katie was geschokt toen ze besefte dat haar eigen reacties Brian nog bezorgder hadden gemaakt en dat hij hierdoor nog bezitteriger was geworden. Hoewel ze besefte dat ze niet verantwoordelijk was voor zijn handelen, zag ze wel in dat haar reacties onderdeel waren van de dynamiek die ze samen hadden veroorzaakt. ‘Ik wilde mezelf ervan overtuigen dat ik goed voor hem was,’ zei ze tijdens een van onze sessies. ‘Maar nu denk ik dat ik misschien het slechtste in hem naar boven haal, zoals hij ook het slechtste in mij naar boven haalt.’ Zoals je steeds weer leest in dit boek, heb je voor gaslighten twee mensen nodig die allebei niet goed tegen onenigheid kunnen. Hij moet gelijk hebben en jij zoekt zijn bevestiging. Hij kan het niet uitstaan dat je een andere kijk op de dingen hebt als hij en jij kunt er niet tegen dat hij zo negatief over je denkt. Allebei hebben jullie een grote behoefte aan iets en dat werkt door in de relatie. Deze grote behoefte veroorzaakt steeds weer een nieuwe gaslighttango. Je kunt jezelf enkele vragen stellen wanneer je wilt onderzoeken of jullie de gaslightdynamiek kunnen veranderen. * Heb ik een ondersteunend netwerk? Zoals we hebben gezien doet gaslighten een beroep op je vermogen om de waarheid van verdraaiingen te onderscheiden. Het is heel moeilijk om een gaslighter te weerstaan zonder een ondersteunend netwerk van vrienden, vriendinnen, dierbaren of een therapeut om je heen, die je helpen om je eigen kijk op de werkelijkheid te bewaren. De volgende vraag heeft hiermee te
maken: is er in ieder geval één persoon – een therapeut, partner, vriend(in), zus of broer – tegen wie ik volkomen eerlijk kan zijn over de communicatie met mijn gaslighter en van wie ik eerlijke feedback krijg over wat er speelt? Katie: Ik vind het niet prettig om hier met mijn vriendinnen over te praten. Maar ik heb wel een therapeut die ik volledig vertrouw! Liz: Jazeker, ik heb een ondersteunend netwerk: mijn man, vrienden en vriendinnen en een therapeut. Maar ze worden onderhand wel moe van alle verhalen over de problemen op mijn werk. Sandra: Ja, ik heb een goed ondersteunend netwerk. Ik hoor niet altijd graag wat ze zeggen, maar ik weet in ieder geval dat ze heel eerlijk tegen me zijn. * Heb ik de discipline om mijn grenzen te blijven aangeven? We hebben al vastgesteld dat je hem niet in de hand hebt, maar dat je wel je eigen antwoord kunt bepalen. Als je de gaslightaspecten van je relatie echt wilt veranderen, moet je je houden aan de grenzen die je zelf stelt, hoe vervelend dit soms ook aanvoelt. Stel dat je tegen hem zegt: ‘Lieverd, ik heb er genoeg van dat je zo vaak te laat komt en ik heb ook geen zin meer om erover in discussie te gaan. Als je weer twintig minuten te laat komt, ga ik gewoon weg.’ Tot zover niets aan de hand. Je stelt een grens, hebt duidelijk gemaakt wat je wilt en bent voor jezelf opgekomen. Maar nu wordt het pas echt moeilijk. Je hebt gereserveerd in je favoriete restaurant en je kijkt al de hele week naar het etentje uit … maar hij is twintig minuten te laat. Ben je nu in staat om ook daadwerkelijk weg te gaan? En als het weer gebeurt? En de keer daarop? En daarop? Als je dit niet kunt – en niemand zal je daarop aanspreken – dan lukt het je waarschijnlijk niet om de relatie van binnenuit te veranderen. Katie: Dit kan ik. Maar ik weet niet zeker of ik het ook wil. Liz: Dit gaat voor mij niet op. Als ik tegenover mijn baas dit soort grenzen stel, dan ontslaat hij me. Ik denk soms weleens dat dit precies is wat hij wil dat ik doe, zodat hij me kan ontslaan.
Sandra: Ik doe dit al en het werkt ook. Het is niet makkelijk, maar zeker de moeite waard. * Heb ik behalve de discipline ook de energie om te zeggen: ‘Stop ermee’? Laten we aannemen dat je je gaslighter hebt verteld dat je het niet leuk vindt als hij tegen je schreeuwt. Je zegt dat je, afhankelijk van de situatie, de telefoon ophangt of de kamer uitloopt als hij dit de volgende keer weer doet. Je doet dit enkele keren als je ruzie hebt terwijl jullie met zijn tweeën zijn en het werkt redelijk goed. Je loopt weg en hij kalmeert. Hij stopt met schreeuwen en het is net alsof er niets is gebeurd. Soms verontschuldigt hij zich zelfs en je voelt je fantastisch: eindelijk is er iets aan het veranderen! Maar op een dag gaat hij tegen je tekeer tijdens een familie-etentje waarbij familie van jullie allebei aanwezig is. Loop je dan ook weg? Of als het ’s avonds laat gebeurt en je gewoon in je eigen bed in slaap wilt vallen? Sta je dan ook op om op de bank te gaan liggen of misschien zelfs naar een hotel te gaan? Of ’s ochtends vroeg terwijl je je haast om op tijd op je werk te zijn? Zit je het getier voor deze ene keer dan niet liever uit, zodat er geen gedoe ontstaat? Je begrijpt het probleem. Zo’n verandering vraagt een grote, toegewijde inspanning. Niet iedereen kan de energie opbrengen om dit te doen, met name niet wanneer er ook andere verplichtingen zijn. Heb je dit er allemaal voor over om je relatie te redden, terwijl je weet dat het misschien niet werkt? Of is het misschien verstandiger om ermee te stoppen en met iemand verder te gaan die niet bezig is met gaslighten? Katie: Ik heb wel de discipline, maar of ik ook de energie heb weet ik niet. Liz: Ook dit gaat voor mij niet op. Ik kan me niet zo opstellen naar mijn gaslighter toe, omdat hij mijn baas is. Als ik niet doe wat hij zegt, ontslaat hij me. Sandra: Na een dag werken en de zorg voor de kinderen, heb ik hier nauwelijks nog energie voor. Dit is mijn minst favoriete onderdeel van het hele proces. Eigenlijk heb ik er gewoon een hekel aan! Maar om mijn huwelijk te redden doe ik het wel. * Ben ik bereid om iets op te offeren?
Als je in de relatie met je gaslighter niet voor de makkelijke weg kiest, zul je dingen mislopen: dat romantische diner, het familiefeest, een rustig avondje thuis. Je kunt het gevoel krijgen dat je veel van de dingen die de relatie juist zo prettig en waardevol maakten opgeeft en dat de dingen die je doet om je relatie te redden, haar juist te gronde richten. Als je voet bij stuk houdt, kan het ook lijken alsof jij de boeman bent, degene zonder humor of met een kort lontje, als iemand die niet tegen een grapje kan of ieder foutje van een ander bekritiseert. Kun je het aan wanneer sommige mensen je niet meer aardig vinden, omdat je in hun ogen nu zo gestrest of onverdraagzaam bent? Katie: Ik kan dit wel, maar inmiddels denk ik: ik wil dit helemaal niet! Liz: Voor mij is het de vraag of ik de baan waarvoor ik zo hard heb gewerkt, wil opofferen om het gaslighten te stoppen. Zeg ik mijn fantastische baan op omdat mijn verschrikkelijke baas me het leven zuur maakt? Inmiddels vermoed ik dat dit de enige oplossing is. Maar het voelt zeker als een offer. Sandra: Oké, misschien is dit wel mijn minst favoriete onderdeel. Maar als het moet kan ik het. En ik vind nog altijd dat mijn huwelijk het waard is. Opnieuw stelde ik Katie, Liz en Sandra de grote vraag: ben ik bereid te doen wat nodig is om onze dynamiek te veranderen? Katie: Nu ik besef wat er allemaal bij komt kijken, weet ik niet zeker of ik er wel zo hard aan wil werken en zoveel offers wil brengen. Ik dacht dat ik alles overhad voor Brian… Maar dit soort dingen, ik weet het niet zeker … Liz: Het maakt niet uit wat ik doe. Onze relatie zal niet veranderen. Sandra: Ik denk dat we een goede kans hebben om ons huwelijk te redden. En ja, ik ben bereid om de dingen te doen die hiervoor nodig zijn. * Is het realistisch te denken dat ik gelukkig word in deze relatie als ik er mijn uiterste best voor doe? Deze vraag geeft echt antwoord op wat je wilt gaan doen. Als je realistisch kijkt naar wie jij bent, wat voor iemand je gaslighter is en naar wat je moet
doen om de dynamiek te veranderen, vind je dit dan de moeite waard? Of vermoed je dat je keihard zult moeten werken met weinig resultaat, en lijkt het je beter om ermee te stoppen? Wat is het eerste waar je aan denkt bij deze vraag? Komt direct een van de woorden ‘blijven’ of ‘gaan’ omhoog? Wat vinden je stewardessen ervan? Zijn ze blij met het antwoord dat opkomt? Krimpt je maag ineen als je aan blijven denkt? Kijken je vriendinnen en vrienden je verbijsterd aan of schudden ze met hun hoofd en kijken ze weg? Voel je een vreselijke angst of vermindert je gespannenheid als je aan weggaan denkt? Reageren je vriendinnen en vrienden volledig overdonderd of juist opgelucht? Het kan even duren voor je beseft wat de reactie van je stewardessen is, maar blijf op ze letten en naar ze luisteren. Ik beloof je dat ze je niet teleur zullen stellen. Enkele stewardessen die op mogelijk gevaar duiden • • • • • • • • • •
Je voelt je regelmatig ontdaan of verward. Nare of rusteloze dromen. Je maakt je zorgen omdat je je de details van wat er gebeurde tussen jou en je gaslighter niet kunt herinneren. Lichamelijke signalen: een steen in je maag, benauwd gevoel in de borst, zere keel, darmproblemen. Gevoel van angst of grote alertheid als hij belt of thuiskomt. Je doet extra je best om jezelf en je vrienden/vriendinnen ervan te overtuigen dat de relatie met je gaslighter geweldig is. Je hebt het gevoel dat de manier waarop je je laat behandelen ingaat tegen je integriteit. Goede vrienden/vriendinnen en familieleden die je vertrouwt, spreken regelmatig hun bezorgdheid uit. Je vermijdt je vrienden/vriendinnen of weigert om met hen over je relatie te praten. Je hebt nog maar weinig plezier in je leven.
Als je nog altijd geen duidelijk antwoord hebt, neem dan gewoon langer de tijd. Loop een tijd met de vraag rond en kijk wat er omhoogkomt. Misschien
dat je op een ochtend wakker wordt en weet wat je te doen staat. Of je hoort jezelf dingen zeggen over je relatie waaruit je zou kunnen opmaken dat je eigenlijk al een keuze hebt gemaakt. Het kan ook zijn dat je een deadline voor jezelf moet stellen en de rust en tijd moet nemen om goed over alles na te denken. Om je bij je beslissing te helpen, volgen hieronder enkele conclusies die cliënten van mij hebben getrokken terwijl ze rondliepen met de vraag ‘blijven of gaan?’. Redenen van cliënten om in hun gaslightrelatie te blijven • • • • • • • • •
‘Ik geniet echt van de gesprekken met mijn partner.’ ‘Als er ook maar iets is wat ik kan doen om de relatie te verbeteren, dan doe ik het. Dat ben ik mijn kinderen verschuldigd.’ ‘Ik had me nooit gerealiseerd dat ik zelf onderdeel van het probleem ben. Ik wil kijken wat er gebeurt als ik mijn eigen gedrag verander.’ ‘We hebben een heel verleden samen.’ ‘Ik bewonder mijn vriendin, ze heeft een heel eigen kijk op de dingen, daarom wil ik haar graag blijven zien.’ ‘Ik vind het niet erg mijn moeder minder vaak te bezoeken, maar ik zou haar missen als ik haar nooit meer zou zien.’ ‘Ik wil dat mijn kinderen weten wie hun familie is en daarom neem ik een hoop vervelende dingen op de koop toe.’ ‘Ik denk dat ik deze baan nog twee jaar wil houden, dan ga ik sowieso weg.’ ‘Ik denk dat ik nog altijd veel kan leren op mijn werk, dus bijt ik door en wil ik proberen om er het beste van te maken.’
Redenen van cliënten om uit hun gaslightrelatie te stappen • •
‘Ik wil geen relatie waarbij ik me niet trots en op mijn gemak voel als ik vertel wat mijn partner tegen me zegt en wat hij doet.’ ‘Een relatie dient je leven aan te vullen en te verrijken, maar deze relatie maakt mijn leven juist kleiner en armer. Ook al ben ik hier zelf verantwoordelijk voor, ik heb er genoeg van.’
• • • • • • •
‘Ik wil niet dat mijn kinderen opgroeien met het idee dat een huwelijk er zó uitziet.’ ‘Ik word altijd nerveus en gestrest als ik aan hem denk.’ ‘Ik wil gewoon niet dat iemand me uitscheldt. Punt uit.’ ‘Ik wil me niet meer de hele tijd rot voelen.’ ‘Ik wil me gewoon niet meer zo voelen.’ ‘Ik heb de hele nacht liggen huilen en nu is het genoeg.’ ‘Ik ben het zat om altijd maar met onze relatie bezig te zijn. Ik kan nergens anders meer aan denken!’
Weet je nog altijd niet wat je moet doen? Dan volgt hier nog een laatste suggestie. Blader terug naar de oefening ‘Wie laat ik toe in mijn wereld?’ op bladzijde xx en doe de oefening voor de tweede keer. Stel jezelf vervolgens de vraag: laat je je gaslighter in deze wereld toe? Licht je hart op bij deze gedachte, dan is het misschien goed om te blijven, zinkt het in je schoenen of schiet je maag in een kramp, voel je je verdoofd of uitgeput, dan is het misschien goed om weg te gaan. Kun je echt niet beslissen, overweeg dan om als proef tijdelijk uit elkaar te gaan. Enige tijd alleen kan jullie allebei veel duidelijkheid geven. Hieronder lees je de antwoorden van Katie, Liz en Sandra op de vraag: is het realistisch te denken dat ik gelukkig word in deze relatie als ik er mijn uiterste best voor doe? Katie: Ik weet het niet zeker, maar denk steeds vaker dat het antwoord nee is. Ik weet dat onze relatie kan verbeteren, het gaat ook al beter. Maar misschien halen Brian en ik gewoon het slechtste in elkaar omhoog. Misschien moet ik ermee stoppen. Ik wil een paar weken met deze gedachte rondlopen om te kijken hoe ik me erbij voel. Liz: Ik wil mijn baan helemaal niet opzeggen! Ik moet er niet aan denken om alles waarvoor ik zo hard heb gewerkt op te geven. Maar ik zie ook dat het nooit beter zal worden en zo wil ik niet verder. Mijn hele leven wordt erdoor bepaald. Ik zou willen dat ik er iets aan kon doen, maar dat lukt me niet. Sandra: Volgens mij kunnen Peter en ik ons huwelijk verbeteren. Als het ook maar enigszins mogelijk is om ons gezin bij elkaar te houden, dan zal ik dat zeker proberen. Ik blijf er dus aan werken. Ik blijf proberen. Dat is
vermoeiend, maar mijn inspanningen worden wel beloond! Over het algemeen word ik blij als ik denk aan hoe onze relatie er waarschijnlijk uit zal zien. Nu je hebt besloten of je blijft of gaat, ontstaat er een nieuwe uitdaging: hoe houd ik mijn leven gaslightvrij? Als je een gaslightrelatie van binnenuit wilt veranderen, het contact wil beperken of er helemaal uit wilt stappen, dan ligt er nog wat werk op je te wachten. Hoofdstuk 8 zal je hierbij helpen.
HOOFDSTUK 8
Een gaslightvrij leven
Je weet nu dus wat je eigen rol in de gaslighttango is en je hebt nieuwe manieren gevonden om ermee te stoppen. Je hebt geleerd hoe je het gas kunt uitdoen en misschien heb je hier ook al enigszins mee geoefend. Je hebt besloten om uit je gaslightrelatie te stappen, het contact te beperken of te proberen haar van binnenuit te veranderen.
Wat nu? Om te beginnen moet je bepalen wat je wilt. Wil je je gaslightrelatie van binnenuit veranderen in de hoop dat de huidige intimiteit bewaard blijft of om nog dichter naar elkaar toe te groeien? Probeer je het contact te beperken zodat je je kunt losmaken van het gaslighten? Of heb je besloten om de relatie helemaal te verbreken? Iedere keuze vraagt om een andere instelling en manier van handelen. Als je een gaslightrelatie van binnenuit wilt veranderen Een gaslightrelatie van binnenuit veranderen kan van de bovenstaande mogelijkheden weleens de grootste uitdaging zijn, met name wanneer het gaslighten al geruime tijd speelt. Dan is er tussen jou en je gaslighter een krachtige dynamiek ontstaan en dien je je volledig in te zetten om deze te veranderen. Dit zijn de kwaliteiten die je zult moeten inzetten als je een gaslightrelatie van binnenuit wilt veranderen: * Wees vastberaden. Je moet niet vergeten dat de gaslightdynamiek alleen zal veranderen als jij haar verandert. Maar natuurlijk volstaat het niet wanneer alleen jij verandert. Je gaslighter dient ook bereid te zijn om zijn
houding te veranderen. Maar als jij je gedrag niet verandert, dan is het bijna ondenkbaar dat hij zijn gedrag kan veranderen. * Wees alert. Je kunt je gedrag binnen een gaslightrelatie alleen veranderen als je voortdurend beseft wat je voelt en hoe je op dingen reageert. Dit wil niet zeggen dat je je door je emoties moet laten regeren. Er zijn momenten waarop we beseffen dat onze angst, ons verdriet, onze woede of eenzaamheid ‘slechts een gevoel’ is, en geen goede afspiegeling van ons hele leven, zoals de momenten van hoop, opwinding en lichamelijke extase ook niet altijd overeenkomen met de realiteit van onze relatie. Maar als een emotie steeds blijft terugkeren, is het belangrijk om ernaar te luisteren en erachter te komen wat deze je probeert te vertellen. Dit is met name belangrijk als twee totaal verschillende emoties tegelijkertijd bestaan: hoop en wanhoop, vreugde en verdriet, angst en opluchting. Onze neiging is meestal, zeker in een relatie die we niet willen verbreken, om alleen op de positieve emotie te letten en de negatieve te negeren. Maar voor een leven zonder gaslighten zul je naar allebei moeten kijken. * Wees eerlijk. Soms zijn we ons bewust van een probleem terwijl we eraan werken, maar vergeten we het gemakshalve als het niet meer speelt. Soms is dit het juiste recept voor rust en vreugde, maar als je probeert om je leven gaslightvrij te houden, is het goed om ook naar de lange termijn te kijken. Ik stel voor dat je een maand een kalender bijhoudt. Schrijf iedere avond enkele woorden of zinnen op die de ervaringen van de dag goed samenvatten, waarbij je je richt op je gaslightrelatie. Aan het eind van de maand schrijf of typ je de zinnen over in een schema met drie kolommen: positief, negatief en neutraal. Welke kolom is het langst? Wat was volgens je schema de rode draad van de afgelopen maand? Zie je – in alle eerlijkheid – enige veranderingen in je relatie en jezelf, is er sprake van een positieve ontwikkeling of juist niet? * Wees gedisciplineerd. De gaslightdynamiek zit heel diep en heeft een grote aantrekkingskracht naar beide kanten. Als je een gaslightrelatie hebt, zeker wanneer deze al langer dan een paar weken duurt, kun je er zeker van zijn dat jullie allebei heel vaak geneigd zullen zijn om terug te vallen in jullie oude patronen. Waarschijnlijk zul je dit ook niet altijd kunnen voorkomen, dat vraagt namelijk om bovenmenselijke krachten. Maar je moet wel een beetje
streng zijn en met jezelf afspreken dat je iedere mogelijkheid zult aangrijpen om je gedrag te veranderen. (En zoals we in hoofdstuk 7 al zagen, kun je altijd nog uit je gaslightrelatie stappen als dit te moeilijk is en een nieuwe relatie aangaan die niet zo’n problematische voorgeschiedenis kent.) * Wees verantwoordelijk. Voor alle duidelijkheid: ik bedoel niet dat je de verantwoordelijkheid voor het gedrag van je gaslighter moet nemen en evenmin voor de afloop van je relatie. Dit is juist een van de problemen binnen een gaslightrelatie: beide kanten zijn het er vaak over eens dat de gaslightee verantwoordelijk is voor alles wat er gebeurt. Hij komt drie uur te laat, maar dat je zo ‘gespannen en geïrriteerd’ reageert ligt echt aan jou. Hij wil niet zeggen hoeveel geld hij heeft uitgegeven aan iets voor in huis, maar dat je zo ‘opdringerig’ en ‘achterdochtig’ bent, is echt jouw ding. Hij overlaadt je met cadeaus waarop je niet echt zit te wachten, maar dat je ‘niet spontaan’ bent en ‘niet kunt ontvangen’ dat ligt niet aan hem. Hiermee wil ik niet zeggen dat je dit gedragspatroon gerust voort kunt zetten, integendeel! Neem de verantwoordelijkheid voor je eigen aandeel in de relatie en beslis wat je wilt doen als je niet krijgt wat je wilt. Is hij te laat, dan kun je je afvragen of je wilt wachten. Als hij je niets over de financiën vertelt, kun je besluiten om je geld van de gezamenlijke rekening af te halen. Als hij je cadeaus geeft die je niet wilt, kun je ze aan hem teruggeven of terugbrengen naar de winkel. Probeer niet om zijn gedrag te veranderen, maar accepteer het ook niet op een passieve manier. Als deze manier van handelen je niet aanstaat, accepteer dan dat je in een relatie zit die voor jou niet werkt en beslis wat je eraan gaat doen. * Heb mededogen zowel met je gaslighter, als met jezelf. Jullie zullen allebei fouten maken en je allebei misdragen, in ieder geval af en toe. Je hoeft het niet te pikken als je voortdurend slecht behandeld wordt, maar als je gaslighter je gaslight kun je jezelf eraan herinneren dat ook hij lijdt en misschien wel meer dan jij. Want hij werd als kind hoogstwaarschijnlijk door iemand gegaslight zonder dat hij er iets aan kon doen, daarom begrijpt hij nu niet waar jij de kracht vandaan haalt om nee te zeggen. Je kunt ook mededogend naar jezelf toe zijn en toegeven dat je kwetsbaar bent en behoeftes en tekortkomingen hebt: menselijk bent. Je mededogen heeft misschien geen invloed op je beslissing om weg te gaan of te blijven, maar
het kan de toon die je gebruikt wel veranderen, zowel naar je gaslighter toe als naar jezelf. Als je het contact binnen een gaslightrelatie wilt beperken Soms voel je je verplicht om in een relatie te blijven, terwijl je beseft dat er een einde aan het gaslighten moet komen. Dit kan een gaslightrelatie zijn met een baas, collega, familielid, oude vriend(in) of misschien met je echtgeno(o)t(e) van wie je niet wilt scheiden. Je kunt er ook achter zijn gekomen dat een bepaalde relatie gaslightvrij kan blijven als je wat meer afstand houdt en dat meer intimiteit onvermijdelijk weer tot gaslighten zal leiden. Als je een gaslightrelatie wilt beperken maar niet verbreken, dan zul je deze kwaliteiten moeten inzetten: * Wees analytisch. Maak een lijst met alle situaties waarin het gaslighten binnen deze relatie het meest voorkomt: familiebezoeken, tijd alleen met je gaslighter, jaarevaluaties, enzovoorts, enzovoorts. Maak ook een lijst met onderwerpen, en eventueel ook de momenten op de dag, in de week of het jaar, die gaslighten triggeren. Bepaal de kanten van de relatie die je zeker moet zien te vermijden, of waarbij je voor jezelf moet opkomen als je ze niet kunt vermijden. * Wees specifiek. Gebruik je analyses om te beslissen welke aspecten van de relatie je wilt terugschroeven en welke vorm van contact goed past. Wil je alleen minder tijd met deze persoon doorbrengen? Wil je intieme momenten vermijden en op een luchtigere manier met elkaar omgaan? Wil je bepaalde soorten gesprekken voorkomen, bijvoorbeeld gesprekken met je leidinggevende over persoonlijke kwesties, of lange, energievretende discussies met een vriend(in)? Ontmoet je deze persoon het liefst in groepsverband of juist liever een-op-een? Binnen families worden bepaalde patronen vaak getriggerd als bepaalde familieleden aanwezig zijn. Wil je je gaslighter niet onder deze omstandigheden ontmoeten? Het kan soms handig zijn als je ter ondersteuning iemand meeneemt wanneer je te maken hebt met een lastig persoon; denk je dat je hier iets aan zou kunnen hebben? Denk goed na over hoe het stellen van grenzen je kan helpen.
* Wees creatief. Als ik voor het eerst met mijn cliënten bespreek welke nieuwe grenzen ze zouden kunnen stellen, leggen ze me om te beginnen heel gedegen uit waarom iets absoluut niet zal werken. Als ik dan een andere manier voorstel, iets waaraan ze nog niet hadden gedacht, kijken ze me verrast aan, alsof ik een konijn uit een hoge hoed tover. Het is opmerkelijk hoe snel ons denken vast komt te zitten in een groef. Als je altijd bij je moeder gaat eten terwijl je haar eten helemaal niet lekker vindt, maar dit nu eenmaal een vastgeroeste gewoonte is, dan kun je misschien eens in een museum afspreken en niet bij haar thuis. Als je vriendin steeds maar weer over een pijnlijk onderwerp begint terwijl jij de dingen een beetje luchtig wilt houden, dan kun je misschien een keer twee ‘luchtige dag’cadeaubonnen maken, ze haar op een speelse manier geven tijdens jullie volgende afspraak en zeggen dat jullie allebei een bon kunnen gebruiken als een van jullie graag opgevrolijkt wil worden in plaats van op de proef gesteld. Probeer, voordat je tegen jezelf zegt dat iets onmogelijk is, eerst op een creatieve manier met het probleem om te gaan in plaats van de confrontatie vol aan te gaan. * Wees vriendelijk EN duidelijk. Ik noem deze twee samen, omdat mensen die moeite hebben met grenzen stellen ze vaak als tegenpolen zien en niet als twee kanten van dezelfde munt. Als we ons defensief opstellen, schuldig voelen of het moeilijk vinden om grenzen te stellen, gaan we vaak overdrijven en in een uiterste poging om gehoord te worden, kunnen we vergeten om ook vriendelijk te zijn. Als we vol vertrouwen grenzen kunnen stellen, kunnen we dit ook vriendelijker doen. Maar ook als je je niet heel zeker voelt, is dit een goed moment om ‘te doen alsof’. Bedenk dat je het recht hebt om de grenzen te stellen die jij wilt en dat je deze vanuit de wetenschap dat je niet zult zwichten, op een rustige, vriendelijke manier kunt bewaren. * Wees vastberaden. Realiseer je dat jij degene bent die de dingen wil veranderen. Je gaslighter zou waarschijnlijk het liefst willen dat de dingen blijven zoals ze zijn – in ieder geval in het begin. Dus als je de dingen meer naar je hand wilt zetten, zul je hier extra energie in moeten steken, ook al weet je dat je de nodige weerstand kunt verwachten.
* Wees gedisciplineerd. Het is soms lastig om voet bij stuk te houden, zeker als je gaslighter tegensputtert. Maar als je niet steeds opnieuw duidelijk je grenzen stelt, kun je ervan uitgaan dat je relatie binnen enkele weken weer net zo is als voorheen. Als je grenzen stelt om je relatie te behouden, is het heel belangrijk dat je gedisciplineerd (en vastberaden) bent. Zo niet, dan bestaat de kans dat de relatie steeds verder afglijdt tot je niet anders kunt dan eruit stappen. * Wees mededogend. Zoals altijd vraag ik je om mededogen te hebben met je gaslighter en met jezelf. Geen van jullie beiden heeft voor deze vervelende situatie gekozen, maar het is nu niet anders. Jullie lijden hier allebei onder en jullie zullen allebei fouten maken. Probeer met mededogen naar jullie allebei te kijken, ook bij het nemen van moeilijke beslissingen als die nodig zijn. Als je de gaslightrelatie helemaal wilt verbreken Het kan zijn dat je hebt besloten om de gaslightrelatie helemaal te verbreken, omdat dit volgens jou de enige manier is om het gaslighten te stoppen. Of misschien zijn je gevoelens voor de gaslighter helemaal verdwenen door het gaslighten en wil je de band daarom verbreken. Als je je gaslightrelatie wilt verbreken, zul je deze kwaliteiten moeten inzetten: * Wees aanwezig in het heden. Een relatie verbreken doet pijn, ook wanneer je al niet meer gelukkig was. De verleiding is groot om die pijn vervolgens op de toekomst te projecteren. Je bent ongelukkig en dat gevoel is zo allesoverheersend, dat je je niet kunt voorstellen dat je je ooit nog eens anders zult voelen. Wanneer je al meerdere vervelende relaties achter de rug hebt, kun je helemaal denken dat er nooit eens iets goeds op je pad komt. En als je heel erg gericht bent op je gaslighter, dan zie je mogelijk alleen wat je zult verliezen. Het is niet leuk, maar waarschijnlijk zul je al deze pijnlijke gevoelens moeten doorleven. Maar daarmee hoef je ze nog niet op de toekomst te projecteren. Herinner jezelf eraan dat je nu ongelukkig bent, meer weet je niet. De toekomst is nog net zo mysterieus en vol mogelijkheden als altijd. Blijf in het heden, leef bij de dag en laat de toekomst voor zichzelf zorgen.
* Laat hulp van anderen toe. Probeer het niet helemaal alleen te doen. Doe een beroep op je vrienden en vriendinnen, je dierbaren, je familie. Zoek een therapeut, ga op yoga of ga mediteren. Doe iets wat troost biedt, waar je rustig van wordt, wat inzicht geeft en waarmee je je verbonden voelt. Binnen onze samenleving vinden we vaak dat je moet doorbijten en dat je het alleen moet doen, maar daar geloof ik niet in. Volgens mij worden we juist sterker door hulp te accepteren en door hulp te vragen als we het moeilijk hebben. Als je bezig bent om een gaslightrelatie te verbreken, doe je iets wat heel moeilijk is en daar buig ik voor. Buig ook voor jezelf en vraag vervolgens om hulp. * Wees geduldig. Nu je je persoonlijk leven, gezinsleven of je carrière zo’n andere wending geeft, wil je waarschijnlijk dat alles ook meteen beter wordt. Het kan zijn dat je je relaties of werksituatie op heel korte termijn wilt verbeteren. Misschien verwacht je ook wel van jezelf dat je heel erg zult veranderen, dat je iemand wordt die zich niet meer laat gaslighten. Ik verzeker je dat je een enorme stap hebt gezet in de richting van de veranderingen die je voor jezelf wilt. Maar je kunt er zeker van zijn dat ze niet van vandaag op morgen zullen gebeuren. Maar stel dat dit wel het geval zou zijn, dan zou je weer voor heel andere uitdagingen worden gesteld. Dus gewoon doorademen – ga misschien toch echt aan yoga doen! – en wees geduldig. Het heeft je hele leven geduurd voor je was waar je nu bent, geef jezelf de tijd om het proces waaraan je begonnen bent ook af te maken. * Wees mededogend. Iedere opsomming eindigt steeds hiermee, omdat het in mijn ogen van groot belang is bij alles waar je voor kiest. Mededogen met je gaslighter kan heel helend voor hem zijn, maar mededogen met jezelf werkt nog veel helender. Zeg geen nare dingen over jezelf en wees niet gemeen, haatdragend of minachtend naar jezelf toe. Accepteer dat je je best hebt gedaan en schenk jezelf het mededogen dat je verdient. Je reactiepatroon veranderen Inmiddels heb je actie ondernomen om je meest urgente gaslightrelaties te veranderen, maar hoe voorkom je nu dat je niet opnieuw in eenzelfde situatie verzeild raakt? Als je gaslightvrij wilt blijven, zul je je gevoel van eigenwaarde niet moeten laten afhangen van andermans bevestiging. Zolang
ook maar iets in jou de bevestiging van een ander zoekt voor een beter gevoel over jezelf, om je zelfvertrouwen te vergroten of om je plek in de wereld te kunnen bepalen, ben je nog een gaslightee die erop wacht om gegaslight te worden. Als je niet meer verstrikt wilt raken in gaslightrelaties, is het heel belangrijk dat je een sterk, helder zelfbeeld krijgt en een goed zelfvertrouwen ontwikkelt. Hier volgen enkele langetermijnsuggesties om je leven gaslightvrij te houden: • • • • • • • • • • • • • •
Luister naar je innerlijke stem (neem de tijd om te dagdromen, wandelen, reflecteren). Houd een dagboek bij. Praat met een vriend(in) die je vertrouwt. Bedenk wat een vertrouwde mentor of iemand die je als voorbeeld ziet zou zeggen wanneer je de verleiding voelt om in een gaslightrelatie te stappen. Vraag jezelf: is deze man goed genoeg voor mijn dochter/zus/moeder? Praat positief tegen en over jezelf. Zeg oprecht tegen jezelf wat er goed en bewonderenswaardig aan jou is. Voed jezelf door je te verbinden met je geest. Neem de tijd om te bidden, mediteren of om gewoon stil te zijn en je te verbinden met je diepste zelf. Bedenk wat je waarden en normen zijn, de manier waarop mensen in jouw ogen met elkaar om dienen te gaan. Breng tijd door met geestverwanten. Weet dat er na ‘nee’ een punt mag komen en spreek dit vaker uit. Zorg voor voldoende versterkende lichaamsbeweging. Volg een assertiviteitsgroep of leiderschapscursus waarin je effectief leert communiceren, voor jezelf leert opkomen en leert onderhandelen. Doe alleen wat je zelf wilt doen. Zeg nee als je het niet zeker weet. Je overtuiging geeft je kracht. Doe de oefeningen in dit boek die je hoofd, emoties en geest versterken en verhelderen. Ik raad je met name aan om gebruik te maken van het beeld van het mooie huis met het hek eromheen dat alleen jij kunt openen (bladzijde xx). Oefen om alleen de juiste mensen binnen te laten en de vervelende buiten te laten staan wanneer je merkt dat je je vastberadenheid verliest. Weet dat jij volledig in de hand hebt wie er in
je ‘huis’ komt en wie niet, en zorg ervoor dat je niemand binnenlaat bij wie je een slecht gevoel hebt. Spreek met jezelf af dat je in dit huis geen enkel gesprek zult voeren dat je niet aanstaat.
Wat betreft de toekomst Op weg naar een gaslightvrije toekomst kun je, zoals ik het zie, nu nog één stap zetten die je hierbij kan helpen: je kunt de aspecten die gaslighten zo aantrekkelijk maken onderzoeken en jezelf afvragen waarom je je hierdoor zo snel laat meeslepen. Mijn ervaring, zowel in mijn eigen gaslightrelaties als in die van mijn cliënten, vrienden, vriendinnen en collega’s, heeft gaslighten naast alles wat we al besproken hebben, nog een grote aantrekkingskracht. Vaak hebben we het idee dat onze gaslightrelatie een belofte inhoudt van iets wat veel intenser, betoverender en specialer is dan alle andere relaties die we hebben. Dat wat deze relatie zo lastig maakt, is deel van de charme ervan. Laten we de film Gaslight er weer even bij halen. Paula, gespeeld door Ingrid Bergman, is zwaar verliefd op Gregory, omdat ze ervan overtuigd is dat hij haar de veiligheid en bescherming zal bieden waarnaar ze haar hele turbulente leven al verlangt. Ze werd al jong wees en groeide op bij haar geliefde tante, maar raakte getraumatiseerd door de moord op haar tante toen ze nog een kind was. Nu had Paula niemand meer die voor haar kon zorgen en ze werd van het huis van haar kinderjaren naar een vreemd land met een vreemde taal gestuurd om daar te gaan studeren. Ze hunkert naar een relatie die de band met de mensen die haar verzorgden zal vervangen. Hierdoor neemt haar diepe hunkering naar Gregory alleen maar toe; hij moet niet alleen van haar houden, maar haar ook redden. Volgens mij hebben velen van ons relaties met zo’n onderliggende wens die zich niet alleen richt op de huidige relatie, maar die ook het verleden moet herstellen – een liefdesrelatie, vriendschap, werk- of familierelatie. Het lijkt wel of we hunkeren naar een bepaald soort zorg, begrip of waardering, waarvan we denken dat de gaslighter ons die zal geven. Als je honger hebt, smaakt alles zoet en door onze grote honger naar verbinding kunnen we onze gaslighter verlosserachtige eigenschappen toedichten: hij is degene die ons heel zal maken, ons zal redden van de eenzaamheid en ons door en door begrijpt. Misschien is hij degene die ons helpt bewijzen dat we
als een goed functionerende volwassene in de wereld staan of een lieve vriendin zijn. Of misschien overtuigt hij ons ervan dat we er in de ogen van een ander toe doen, of dat we toch echt een goed mens zijn. Wat we ook verlangen, de gaslighter lijkt het ons op de een of andere manier te geven en hierdoor worden de mooie momenten – of de belofte van mooie momenten – specialer dan wat dan ook. En mogelijk houden we ook van het gevoel dat we hetzelfde voor hem kunnen doen. Wanneer je besluit om de gaslightrelatie te verbreken en je leven gaslightvrij te houden, verlang je terug naar dat speciale en vraag je je af of je dit ooit nog een keer zult beleven. Je vraagt je af of je volgende geliefde seksueel net zo aantrekkelijk zal zijn, of hij ook net als deze man (dat was of had kunnen zijn) een soulmate zal worden. Je vraagt je af of je volgende goede vriendin ‘een vriendin voor het leven’ zal worden, zoals je gaslightervriendin was. Je vraagt je af of je ooit weer een baan zult krijgen waarin je kwaliteiten zo goed tot hun recht komen, je zoveel succes zult hebben en met zoveel aantrekkelijke kanten. Je vraagt je af of er iemand zal komen die je net zoveel veiligheid en onvoorwaardelijke liefde zal schenken als je van het familielid met wie je hebt gebroken – ook al onderhoud je het contact misschien nog – had gehoopt te krijgen en soms misschien ook dacht te krijgen. Het antwoord op al deze vragen is misschien inderdaad ‘nee’. Als je relaties niet meer aangaat vanuit die enorme hunkering, dan voelen ze mogelijk niet meer zo speciaal of bevredigend aan. Maar de enorme opluchting nu er een einde is gekomen aan die eeuwige hunkering, die honger, is waarschijnlijk groter dan het oppervlakkigere genot van een heerlijke maaltijd. De opwinding van een leven met voortdurende strijd, op leven-endoodsituaties, is zeker groter dan de normale opwinding aan het begin van een nieuwe dag. Als je dwangmatig je gevoelsleven op het spel zet, omgaat met onvoorspelbare mensen of als je persoonlijke en professionele relaties ziet als mogelijkheden om verwondingen uit het verleden mee te helen, nee, dan voelt een eenvoudig leven in het heden met betrouwbare mensen en een uitdagende baan waarschijnlijk niet zo intens, speciaal en fantastisch aan. Als je naar de toekomst kijkt en nadenkt over een gaslightvrij leven, dien je je dus af te vragen of je deze extra kick van een crisissituatie, die diepe hunkering, echt wilt opgeven. Zo niet, dan zullen gaslightsituaties je waarschijnlijk blijven trekken, ook al kun je ze nu weerstaan omdat je er bekend mee bent en je jezelf beter hebt leren kennen. Maar als je je buik vol
hebt van situaties waarin je hele gevoelsleven op het spel staat, dan zul je moeten accepteren dat toekomstige relaties mogelijk niet meer zo intens zullen zijn – hoewel je er waarschijnlijk wel een diepere en duurzamere vervulling uit kunt putten. Je hoeft niet direct een keuze te maken en misschien maak je zo’n keuze ook niet bewust. Maar ik ben ervan overtuigd dat dit belangrijk is als je je leven op de lange termijn gaslightvrij wilt houden. Houd het dus in gedachten bij eventuele nieuwe relaties en professionele uitdagingen.
Het juiste perspectief Nu je je gaslightrelatie hebt veranderd, beperkt of eruit bent gestapt, kan er een nieuw soort ongerustheid ontstaan wanneer je een relatie krijgt met iemand anders: een liefdesrelatie, vriendschap of werkrelatie. Hoe weet ik, vraag je je misschien af, of een probleem ‘er gewoon bij hoort’ of dat het waarschuwt voor gaslighten? Natuurlijk kent iedere relatie zijn ups en downs, momenten waarop je je niet gehoord voelt en periodes waarin je je afgedankt, niet serieus genomen of genegeerd voelt. De zoektocht naar de volmaakte eenheid van liefde en begrip is deels de reden waarom we in een gaslightrelatie terecht zijn gekomen. Maar hoe onderscheid je de gewone onvolkomenheden van ernstige gebreken? Ik heb twee suggesties voor mensen die met deze vraag worstelen. Neem als eerste je hele relatie in ogenschouw, van begin tot nu. Voel je je over het algemeen gehoord, gewaardeerd en op je plek binnen de relatie? Brengt deze je over het algemeen wat je wilt? Incidenten zijn misschien niet zo heel belangrijk binnen het geheel, maar is er sprake van een patroon waardoor je je niet serieus genomen of afgedankt voelt? Of vind je het kenmerkend dat je gehoord en gerespecteerd wordt binnen jullie relatie? Als tweede kun je naar binnen kijken, naar je stewardessen. Voel je vreugde, blijdschap en vervulling als je aan je relatie denkt? Of voel je je angstig, ongerust en onzeker? Ervaar je een mengeling van heel positieve en heel negatieve gevoelens, de betovering van verliefd worden samen met benauwenis omdat hij zo slecht met je omgaat? Of ervaar je een blijvende stroom van waardering en vreugde, ook al vind je niet alles leuk aan je partner/vriendin/baas en de manier waarop hij of zij met je omgaat?
Enkele stewardessen die op mogelijk gevaar duiden • • • • • • • • • •
Je voelt je regelmatig ontdaan of verward. Nare of rusteloze dromen. Je maakt je zorgen omdat je je de details van wat er gebeurde tussen jou en je gaslighter niet kunt herinneren. Lichamelijke signalen: een steen in je maag, benauwd gevoel in de borst, zere keel, darmproblemen. Gevoel van angst of grote alertheid als hij belt of thuiskomt. Je doet extra je best om jezelf en je vrienden/vriendinnen ervan te overtuigen dat de relatie met je gaslighter geweldig is. Je hebt het gevoel dat de manier waarop je je laat behandelen ingaat tegen je integriteit. Goede vrienden/vriendinnen en familieleden die je vertrouwt, spreken regelmatig hun bezorgdheid uit. Je vermijdt je vrienden/vriendinnen of weigert met hen over je relatie te praten. Je hebt nog maar weinig plezier in je leven.
Als je voortdurend het gevoel hebt dat jij en de dingen die je belangrijk vindt niet serieus genomen worden in de interacties met een bepaald iemand, neem dit gevoel dan serieus en stap uit die relatie. Zelfs wanneer je ‘je aanstelt’ – veel mensen zijn tegenwoordig bang dat ze dit doen – kun je misschien nog altijd het best de relatie waarvan je gek wordt verbreken, ook al is er theoretisch niets mis en is het probleem jouw angstige bezorgdheid, kritische houding en veeleisendheid. Vervolgens kun je onderzoeken waardoor jij er niet van kon genieten. Het is nooit goed om je eigen beeld van de werkelijkheid te vervormen en te vinden dat je iets zou moeten voelen wat je niet voelt. Ook als het probleem bij jou ligt, kun je altijd beter naar een oplossing zoeken dan net doen of je niet voelt wat je voelt. Integer leven Als je gaslightvrij wilt leven, moet je opletten hoe je over het algemeen leeft. Word je voortdurend in beslag genomen door de laatste ruzie met je
vriend, moeder of baas? Of richt je je op het leven dat jij wilt leven, een integer, vervuld en blij leven? Gaslighters slurpen je mentale, emotionele en spirituele energie. Als je besluit om die energie te steken in de vervulling van de doelstellingen en dromen die belangrijk voor jou zijn, kan je leven gaslightvrij blijven. Nieuwe mogelijkheden Marian, mijn cliënt die een gaslightrelatie had met haar vriendin Sue, deed haar uiterste best om de spelregels van hun vriendschap te veranderen. Nadat ze een maand geen contact met Sue had gehad, was ze vastbesloten om anders op Sue te gaan reageren. Als Sue weer een lange, pijnlijke discussie wilde voeren, was ze niet van plan om in te haken en zou ze zoiets zeggen als: ‘Ik weet nu wat je niet leuk vindt, laten we het hierbij houden.’ Als ze niet tegen Sue in durfde te gaan of bang was om verkeerd begrepen te worden, zou ze zichzelf dwingen om niet in te haken in plaats van Sue te vragen om bevestiging. Mocht ze iets doen waar Sue het niet mee eens was, dan was Marian van plan om eerlijk naar zichzelf te kijken om erachter te komen wat ze er zelf van vond, zichzelf te verontschuldigen als dit nodig was en het daarbij te laten. Ze wilde niet dat Sue haar veroordeelde en ze ging er niet langer van uit dat Sue haar schuldgevoelens kon laten verdwijnen. Tot Marians grote verrassing kregen beide vrouwen veel meer plezier in hun vriendschap. Allebei kenden ze momenten waarop de verleiding groot was om terug te grijpen op de oude patronen, maar Marian was vastbesloten om de gaslighttango te vermijden en over het algemeen lukte dit ook. Haar beloning was het herstel van een langdurige vriendschap die voor beide vrouwen veel betekende, ook toen de relatie minder intens en allesoverheersend werd. Ook Sandra slaagde erin om de relatie met haar man te herschrijven. Zij en Peter gingen meer dingen samen doen die ze allebei leuk vonden, waardoor ze niet langer het gevoel hadden dat ze elkaars tijd inpikten met allerlei verplichtingen. Sandra merkte dat veel spanningen verdwenen toen ze besloten hadden dat Peter minder vaak mee zou gaan naar haar familie, bezoekjes die hij om de een of andere reden nooit leuk had gevonden. Nu ze minder vaak samen naar haar familie gingen, kon Peter ook besluiten om zijn
eigen familie minder vaak te bezoeken, wat hem gelukkiger en rustiger leek te maken. Sandra besefte dat Peters moeder hem waarschijnlijk op dezelfde manier had gegaslight als hij bij haar had gedaan. Het oprekken van de familiebanden werkte voor allebei dus positief. Sandra moest ook haar eigen gedrag leren veranderen. Ze diende haar zorgen over de kinderen niet langer bij Peter neer te leggen, want onbedoeld hoorde hij hierin dat hij geen goede vader was. Ze moest ook meer tijd voor zichzelf nemen en uitzoeken waar zij, naast haar familie, blij van werd en plezier in had: lange wandelingen in de natuur, met of zonder Peter, yogalessen, koffie met vriendinnen. Doordat ze een groter netwerk kreeg, werd het voor haar makkelijker om niet in te haken op Peters gaslighten, waardoor het voor hem eenvoudiger werd om ermee te stoppen. Hoewel ze nog werk te doen hadden, was Sandra heel optimistisch over haar huwelijk. En ze voelde zich niet langer verdoofd! Katie had minder geluk. Toen ze beter ging kijken naar haar relatie met Brian, kwam ze erachter dat zij inderdaad het slechtste in elkaar omhooghaalden. Brians agressieve, negatieve houding maakte Katie heel defensief, angstig en behoeftig, terwijl Katies gevoelens bij Brian juist nog meer onzekerheid en frustratie veroorzaakten. Katie raakte ervan overtuigd dat zij nooit een gelukkige, liefdevolle relatie zouden hebben en altijd verstrikt zouden blijven in de gaslighttango, doordat ze voortdurend elkaars kwetsbare plekken wisten te vinden. Ze besefte dat ze nooit blijvend plezier in haar leven zou hebben als ze bij Brian zou blijven en als ze de relatie verbrak, bestond in ieder geval de kans dat ze het zou vinden. Nadat Katie de relatie met Brian had verbroken, duurde het een tijd voor ze iemand anders vond. Dit kwam met name doordat ze er zeker van wilde zijn dat haar reacties op mannen en liefdesverhoudingen waren veranderd. Ze herkende een patroon in haar liefdesleven, namelijk dat ze op moeilijke mannen viel, die vonden dat zij de enige was die hen begreep. Katie vond het altijd prettig dat ze zo speciaal gevonden werd en dat mannen haar nodig hadden, maar nu besefte ze welke prijs ze betaalde voor deze vorm van intimiteit, namelijk dat deze eenzame en angstige mannen heel bezitterig en vaak ook agressief met haar omgingen. Katie werd voor hen heel belangrijk, omdat er verder niemand was die hen begreep, maar het legde ook een enorme druk op haar.
‘Als het me lukte, kon ik de hele wereld aan,’ zei Katie terugkijkend op haar patroon. ‘Maar lukte het niet, dan voelde ik me de slechtste mens ooit. Waarom kon ik deze man niet gelukkig maken? Hij was van mij afhankelijk en ik had gefaald. Hoe kon ik zo’n verschrikkelijk mens zijn? Maar omdat al die mannen zo ongelukkig waren, kon ook ik ze onmogelijk gelukkig maken – er was namelijk een goede reden waarom niemand hen ooit gelukkig had kunnen maken. En ik dacht dat ik wel voor elkaar zou krijgen wat anderen niet was gelukt. Maar ik vond het niet leuk om altijd maar te falen.’ Uiteindelijk kreeg Katie een nieuwe relatie die ze omschreef als ‘minder intens, minder soulmateachtig’, maar uiteindelijk veel vervullender. ‘Will is niet meer het enige waaraan ik kan denken,’ zei ze, ‘en op een bepaalde manier mis ik dat wel. Het voelt nog altijd wel een beetje alsof ik “verliefd” ben, je weet wel, dat gevoel waarbij je alleen nog maar aan hem en hoe het verder zal lopen kan denken. Maar met Will hoef ik daar niet aan te denken, omdat ik gewoon weet dat hij er voor me is. Soms voelt het alsof ik iets mis, maar meestal ben ik best gelukkig.’ Ook Liz besloot om uit haar gaslightrelatie te stappen. Ze zei haar baan op en dat was voor haar een heel pijnlijke beslissing. Doordat ze de topbaan waarvoor ze zo hard had gewerkt opzegde, ging ze twijfelen aan haar hele loopbaan. Hoewel ze verstandelijk begreep dat haar baas een manipulatieve gaslighter was die deze slag op het werk had gewonnen, werd ze overweldigd door het gevoel dat ze gefaald had en niets waard was. ‘Waarom heb ik altijd zo hard gewerkt?’ vroeg ze voortdurend, en ‘Waarom is het me niet gelukt er iets van te maken?’ Na een paar afschuwelijke maanden, besefte Liz dat haar baan bij het reclamebureau toch niet zo goed bij haar paste als ze eerder had gedacht. Ze vroeg zich af of ze soms zo hard aan haar carrière had gewerkt, omdat ze het werk zelf niet echt bevredigend vond. Hoe onvervulder ze werd, hoe harder ze werkte. Het leek wel alsof werk haar de bevrediging moest geven die in haar verdere leven ontbrak. Dat ze door haar baas aan de kant was gezet, voelde voor haar als de laatste druppel, de meest recente belediging van een lange reeks frustraties en teleurstellingen. Liz onderzoekt nog steeds wat ze nu wil gaan doen. Zonder de druk om van een onmogelijke situatie nog iets te maken, heeft ze emotioneel gezien de ruimte om om zich heen te kijken naar werk dat beter bij haar talenten en
voorkeur past. ‘Ik weet niet wat er gaat komen,’ vertelde ze onlangs, ‘maar ik kijk er hoe dan ook naar uit.’ Mitchell besloot uiteindelijk om zijn moeder niet helemaal uit zijn leven te bannen, maar om het contact met haar drastisch te verminderen. Hij ging alleen nog samen met zijn vriendin of een vriend bij haar op bezoek, die hem in ieder geval kon bijstaan als zijn moeder hem denigrerend toesprak. Hij ging niet langer iedere week bij zijn ouders eten, maar kwam wel maandelijks een keer op bezoek. Hij worstelt nog altijd met verdriet en boosheid in relatie tot zijn ouders. De positieve kant is dat Mitchells leven in een stroomvernelling kwam, nadat hij deze beslissing ten aanzien van zijn ouders had genomen. Hij kwam veel meer voor zichzelf op en hij liet zijn emoties meer spreken, waardoor de relatie met zijn vriendin zich verdiepte en Mitchell zich voor het eerst ook zeker van zichzelf voelde in een relatie buiten familieverband. Hij maakte ook enkele nieuwe vrienden en dat ging op een vanzelfsprekende manier die hij helemaal niet van zichzelf kende. Terwijl hij assertiever werd, ging het op zijn masteropleiding ook allemaal beter lopen. Zijn leraren leken hem meer te respecteren en een van hen werd meer dan een mentor. Hij bood Mitchell zelfs enkele carrièrekansen aan die eerder altijd aan zijn neus voorbij waren gegaan. Hoewel de relatie met zijn moeder nog altijd beladen en vervelend is, was er op andere gebieden wel meer vervulling doordat hij het gas had uitgedaan. Nu kun je je leven dus gaslightvrij houden en een nieuwe toekomst tegemoetzien. Je bent in staat om onbevredigende relaties te veranderen of te verbreken en om nieuwe relaties aan te gaan die je zelfbeeld, vitaliteit en vreugde versterken. Je hebt de mogelijkheid om een sterker, solider mens te worden, die haar eigen koers vaart en uitgaat van wat zij belangrijk vindt. Maar belangrijker nog, je kunt nu gaan ontdekken wat je echt wilt, op het werk, in je persoonlijk leven, in je relaties en voor jezelf. Je bent bevrijd van het gaslighteffect, waardoor je betere keuzes kunt maken, keuzes die bij jou passen. Ik wens je heel veel kracht en inspiratie op dit nieuwe deel van je levensreis. En alle geluk van de wereld.
Dankwoord
Ik ben veel mensen uit verschillende perioden in mijn leven heel dankbaar, omdat hun vriendschap, inspiratie, steun en de gesprekken en samenwerking met hen de basis voor mijn werk hebben gelegd en dit boek mogelijk hebben gemaakt. Ik voel me gezegend met mijn fantastische literaire agent Richard Pine, die in 2007 de titel voor dit boek bedacht en besefte dat dit het juiste moment is om het opnieuw uit te geven. Veel dank ook aan mijn inmiddels overleden medewerkster Rachel Kranz, die overtuigd was van het belang van de boodschap van dit boek, en voor haar originaliteit, vakmanschap en wijsheid! Dank ook aan mijn fantastische redacteuren, die door de jaren heen mijn vrienden zijn geworden: Amy Hertz en Kris Puopolo. Dank dat jullie vanaf het allereerste begin geloofden in dit boek. Aan Diana Baroni en Alyse Diamond van Crown, die vonden dat het boek opnieuw uitgegeven moest worden en dit ook mogelijk maakten. Aan Les Lenoff, met behulp van zijn briljante inzichten en steun lukte het om psychoanalytische concepten toegankelijker te maken voor een breed publiek. En aan Frank Lachman, die me liet inzien dat we over de kracht beschikken om ons leven gaslightvrij te houden. Veel dank ook aan mijn leraren en mentors aan het Postgraduate Center for Mental Health. Met name aan Manny Shapiro, mijn levenslange mentor en vriend (en natuurlijk ook aan Barbara), aan Marty Livingston, Jeffrey Kleinberg en Al Brok. Ik wil alle vrouwen van Woodhull bedanken, met name mijn goede vriendinnen Wende Jager Hyman en Helen Churko, Joan Finsilver voor de ontbijtjes bij Westside Cafe, Naomi Wolf voor haar aanmoedigingen bij het schrijven van dit boek en haar werk als voorvechtster van de psychologische bevrijding van vrouwen. Dank je wel Erica Jong, Karla Jackson Brewer, Tara Bracco, Jennifer Jones, Leeat Granek, Melissa Bradley, Gina Amaro, Susan Cain, Joie Jagar Hyman en Shan Jager Hyman, en alle jonge vrouwen die naar ons toe kwamen, over onze landerijen wandelden en vervolgens hun dromen in vervulling brachten: dank dat jullie met ons meereisden.
Na de eerste uitgave heb ik veel geweldige mensen leren kennen en er vrienden en collega’s ‘voor het leven’ bijgekregen. Ik ben iedereen van het Yale Center for Emotional Intelligence en iedereen die ons ondersteunt heel erg dankbaar. Hun levenslust, visie en hartstocht, maken van werken aan een betere wereld een dagelijks terugkerend feest. Met name bedank ik mijn collega en goede vriend Marc Brackett, de directeur van het centrum, en zijn gezin, en mijn ‘andere’ familie, mijn dierbare Horacio Marquinez, Irene Crespi, Ellyn Solis Maurer en Esme. Diepe dankbaarheid ook voor onze nabije en bredere Center-familie: mijn schrijfpartner en goede vriendin Diana Divecha – en natuurlijk Arjun Divecha – onze mentor en vriend Charley Ellis, onze stichter Peter Salovey, onze bron van inspiratie, de inmiddels overleden Marvin Maurer, en al onze vrienden, vriendinnen en medestanders, met name Andy Faas en Patrick Mundt. Veel dank ook aan onze collega’s binnen het bredere werkgebied van de Emotionele Intelligentie en SEL (Sociaal en Emotioneel Leren), die ieder op hun eigen manier een bijdrage leveren: David Caruso, Dan Goleman, Richard Boyatzis, Cary Cherniss, Maurice Elias, Linda Bruene Butler, Tom Roderick, Pam Siegle, Mark Greenberg, Tish Jennings en John Pelliterri. En aan Diana en Jonathan Rose voor het bieden van de gelegenheid tot het voeren van fundamentele gesprekken. Dank aan de vele mensen met wie ik samenwerk en die mijn leven blijven verrijken, met name Kathryn Lee, Zorana Pringle, Bonnie Brown, Charlene Voyce en alle andere fantastische collega’s en vrienden die ik door mijn werk bij Yale heb leren kennen – Jochen Menges, Wendy Baron, Jim Hagen, Kathy Higgins, Alice Forrester, Elaine Zimmerman, Steven Hernandez, Vipin Thek, Allison Holzer, Mitchellle Lugo, Dena Simmons, Danica Kelly, Claudia Santi-Fernandez, Wendy Baron, Nikki Elbertson, Madeline Chafee, Craig Bailey, Jessica Hoffman, Seth Wallace, Grace Carroll, Mela Waters, ELizbeth O’Bryon, Dan Cordero, Liz Flynn, Erik Gregory en Laura Koch, en Susan Rivers. Speciale dank aan mijn collega’s en goede vrienden Andres Richner en Mariam Korangy voor het verzamelen van allerlei puzzelstukjes door de jaren heen. En aan Laura Artusio en Andre Portero, goede vrienden en collega’s die ons werk in Italië introduceerden. Veel dank ook aan Katie Orenstein en de Yale Public Voices Fellowshipgroep van 2014, van wie ik heb geleerd hoe je belangrijk werk van de spreekkamer en academie naar een breder publiek kunt brengen.
Dank aan al mijn collega’s van het Smilow Cancer Hospital en Yale New Haven Hospital, omdat jullie beseffen hoe belangrijk mededogend communiceren is en dat het belangrijk is voor ons welzijn. Met name bedank ik Cathy Lyons, Roy Herbst, Kathleen Moseman, de verplegers en zorgassistenten van Smilow 8 en de artsen van de afdeling oncologie. Ook wil ik Dawn Kapinos en Philip Grover bedanken. Ook de collega’s en vrienden met wie ik bij Facebook werkte en werk, wil ik hartelijk danken omdat zij Emotionele intelligentie en mededogen in de digitale wereld hebben geïntroduceerd, met name Arturo Bejar, Jamie Lockwood, Nikki Staubli, Kelly Winters, Emily Vacher en Antigone Davis. En bij Greater Good: Dacher Keltner en Emiliana Simon Thomas. Veel dank ook aan alle coaches bij Star Factor; jullie veranderen jullie districten en scholen met jullie toewijding en inspiratie. Een extra hoeratje voor Dolores Esposito, die dit werk naar New York heeft gebracht, en natuurlijk voor mijn vriendin Janet Patti, omdat ze onze visie levend houdt en nog veel meer. Ook wil ik iedereen van Project Rebirth bedanken, met name Brian en Helen Rafferty, Jim Whitaker en Jack De Goia en mijn mededogende en eloquente coauteur Courtney Martin. Mijn diepe dankbaarheid aan iedereen die hart en ziel op tafel legde en ons zijn of haar verhaal vertelde. Ik dank het team van trainers van Inner Resilience voor het jarenlang voeden van ons aller innerlijk leven: Carmella B’han, Lynne Hurdle Price, Martha Eddy en natuurlijk ook mijn vriendin en mentor Linda Lantieri; dankzij haar visie ontstond de groep en konden duizenden mensen genezen. Dank aan Craig Richards omdat je me deelgenoot maakte van je visie. Dank ook aan Nicole Limperopulos en Brian Perkins en iedereen van de Summer Principals Academy, met name onze Wonderful Women Friday-night group. Dawn Decosta, Ife Lenard, Kelly Lennon, Sarah Sherman en Asheena Baez. Mijn dankbaarheid en waardering gaan ook uit naar al die geweldige vrienden en familieleden die ik via Frank heb leren kennen – neven, nichten, ooms en tantes – Midge en Lou Miele, Liz en Bill Lahey, Mary en John Dluhy, Luyen en Rachel Chou, Tucker Harding, Sibyl Golden en Chip White, Kevin Griffin, Bill en Francie Schuster, Gardner Dunnan en Francee Sugar, Mike en Tiiu Frankfurt, Peter Awn, Jewel Davis. En met name Teresa Gonzalez en natuurlijk onze familie: Nicco Moretti, Antonio Moretti en Kiki Mwaria.
Dank aan al mijn vrienden en vriendinnen door de jaren heen, voor onze belangrijke en zo vaak bezielende gesprekken die mijn inzichten in zelfonderzoek en relationele dynamiek hebben verdiept: Jan Rosenberg, Joan Finkelstein, Janet Patti, Linda Lantieri, Beryl Snyder Trost, Madaleine Berley, Suzi Epstein, Robin Bernstein, Kenny Becker, Donna Klein, Marilyn Goldstein, Julie Appel, Sheila Katz, Sheila Erlich, Tripp en Patti Evans, Robert Sherman, Pamela Carter, Yael Wender, Elana Roberts, Jolie Roberts, Julien Isaacs, Jim Fyfe, Bill Zito, Stephen Rudin, Susan Collins en Andy Caploe. En mijn neven en nichten voor een leven vol gesprekken: de inmiddels overleden Mona Van Cleef, Cheryl Filler, Leslie Sporn en Terri Yagoda. Mijn waardering gaat uit naar nog veel meer collega’s die de wereld tot een betere plek willen maken. Jullie zijn iedere dag weer een bron van inspiratie, met name: Nancy Lublin van Crisis Text Line, Jessica Minhas van I’ll Go First, Leslee Udwin van Think Equal, Denise Daniels van JellyJam Entertainment, Naomi Katz van HerWisdom en Janine Francolini van Flawless Foundation. Diepe dankbaarheid ook voor al mijn cliënten en studenten. Dank jullie voor het delen van jullie gedachten en gevoelens, dromen en beproevingen; jullie zijn mijn belangrijkste leraren geweest. Met heel mijn hart dank ik Larry Hirsch en Bertie Bregman voor alle goede zorg voor mijn gezin. En ook iedereen bij CURE, omdat jullie er waren, met name Susan Kaufman en Liz Siegle. Veel dank ook aan Enrique Mitchell. Mijn geweldige ouders: Roz en Dave Stern, die van me hielden, voor me zorgden, in me geloofden en me steunden. Ze zouden heel blij zijn geweest als ze hadden geweten dat Het gaslight effect zo veel mensen tot steun is. En mijn overleden man Frank: dank je, je was mijn hartstochtelijke steun en toeverlaat tijdens het schrijven … en bij alles. En natuurlijk gaat mijn diepe dankbaarheid, zoals altijd, uit naar mijn geliefde en grappige familie: Eric, Jacquie, Justin, Chelsea, Daniel, Julia; en naar nog meer familie: Lainey, Jan, Billy en natuurlijk Lena en Liz. En met name naar mijn fantastische kinderen Scott en Melissa, zij zijn het licht in mijn leven.
APPENDIX A
Ken je emoties
Maak een ‘gevoelswoordenboek’ Gaslighten zorgt er vaak voor dat vrouwen hun gevoelens onderdrukken of er zelfs ieder contact mee verliezen. Maar als je niet weet hoe je je voelt, ben je het contact met een belangrijke energiebron kwijtgeraakt, die je kan helpen om voor jezelf op te komen en zowel aan je gaslighter als aan jezelf duidelijk te maken hoe je behandeld wilt worden. De eerste stap naar weten wat je voelt, is er met woorden uitdrukking aan kunnen geven. Een gevoelswoordenboek kan je weer in contact brengen met je emoties. Als dan de tijd rijp is om je gaslighter te vertellen wat je voelt en verlangt, beschik je over de juiste woorden waarmee je dit kunt doen. Kijk eens naar de woorden in de onderstaande lijst. Zijn er bij die voor jou opgaan? Kun je zelf woorden toevoegen die beschrijven wat je voelt? afgewezen afhankelijk angstig bedreigd behoeftig bekwaam benieuwd beschaamd bezorgd blij creatief dankbaar depressief eenzaam
ellendig energiek gedwarsboomd gefrustreerd geïntimideerd geïsoleerd geliefd geraakt geschokt gespannen gewaardeerd gewelddadig geweldig goed in beslag genomen incapabel jaloers kwetsbaar levendig lief liefdevol moe nerveus onafhankelijk onbegrepen ondergeschikt ondermijnd ongemakkelijk ongerust ontevreden ontoereikend onzeker oordelend op mijn gemak
opgelucht opgewonden optimistisch overweldigd panisch paranoïde prettig raar schuldig slecht sloom smoorverliefd teleurgesteld tevreden tweeslachtig uitgeput verbijsterd verlaten verlegen verrukt verslagen verveeld verward vol zelfvertrouwen vijandig wanhopig woedend Eigen woorden vinden Je gevoelens zijn een primaire bron van energie, die je nodig hebt om voor jezelf op te komen en om aan je gaslighter duidelijk te maken hoe je behandeld wilt worden. Maar het is lastig om te weten wat je voelt als je niet kunt zeggen hoe je je voelt, ook niet tegen jezelf. Probeer daarom de
volgende oefening om contact te maken met je gevoelens en je vermogen om ze tot uitdrukking te brengen. Als je eenmaal je eigen woorden hebt gevonden, kun je je met een hernieuwde kracht en helderheid uitspreken tegen je gaslighter en jullie relatie mogelijk veranderen, of ze kunnen, zo je wilt, je de kracht geven om deze te verbreken. Stap 1 Lees de onderstaande uitspraken. Zijn er bij die jouw gevoelens beschrijven? • • • • • • • • • • • • • • •
‘Ik weet niet wat ik voel.’ ‘Ik voel me verdoofd.’ ‘Ik weet niet wat ik wil.’ ‘Ik weet niet wat zou kunnen helpen.’ ‘Ik voel me gewoon heel raar.’ ‘Ik voel me leeg.’ ‘Ik voel me terneergeslagen, ik weet niet waarom.’ ‘Ik heb tegenwoordig helemaal geen zin meer in seks.’ ‘Was ik maar niet getrouwd.’ ‘Mijn werk is niet heel bevredigend.’ ‘Ik voel me een buitenstaander.’ ‘Ik ben altijd maar boos.’ ‘Alles irriteert me.’ ‘Ik vind eigenlijk niets meer leuk.’ ‘Ik ben depressief.’
Stap 2 Kies de uitspraak waarin je je het meest herkent en schrijf deze op. Kies nu een van de volgende zinnen: • • •
Zo voel ik me omdat … Ik had dit gevoel voor het eerst toen … Ik blijf me maar zo voelen omdat …
• • •
Als ik me niet zo zou voelen, dan … Dit gevoel zou kunnen veranderen of verdwijnen als … Wat ik nu het liefste zou willen, is …
Stap 3 Schrijf de zin die je gekozen hebt onder de uitspraak die je eerder al opschreef. Zet je timer op vijftien minuten en dwing jezelf om de hele tijd te blijven schrijven zonder te stoppen. Om te beginnen kun je de zin afmaken, maar je kunt ook schrijven wat in je opkomt. Maar stop niet met schrijven. Als je het niet meer weet, blijf je deze ene zin – of een andere – voortdurend overschrijven. Op een gegeven moment komt er dan iets nieuws omhoog. Als je steeds die ene zin bent blijven herhalen, doe de oefening de volgende dag dan opnieuw. En indien nodig de dag erop weer, tot je merkt dat je iets nieuws opschrijft. (Je kunt ook iedere keer dat je de oefening doet een andere uitspraak en/of zin nemen.) Je gevoelens leren kennen en weten hoe je hier helder uitdrukking aan kunt geven, is een goede stap naar een gezondere en positievere houding ten opzichte van jezelf.
Teken je gevoelens Door je gevoelens uit te spreken, verbind je je ermee, en ook met de energie die nodig is om voor jezelf op te komen. Dit gebeurt ook als je ze op een andere manier weet uit te drukken. Als tekenen je beter ligt dan praten, kun je de volgende oefening doen om helder te krijgen wat je voelt, om positieve acties te ondernemen en zo het gas uit te draaien. Stap 1 Schrijf bovenaan een leeg vel papier ‘Mijn standpunt’. Hieronder maak je een tekening die weergeeft hoe jij je in de huidige situatie voelt, of over een bepaald probleem dat tussen jou en je gaslighter speelt. Boven een ander leeg vel schrijf je ‘Zijn standpunt’. Hier maak je een tekening van de situatie vanuit hem gezien.
Stap 2 Soms is het belangrijk dat je jezelf de tijd gunt om bij je gevoelens te blijven en te kijken wat ze met je doen. Leg de twee vellen papier daarom 24 uur weg. Dan pak je ze weer, samen met een ander leeg vel papier. Schrijf de gedachten en gevoelens op die omhoogkomen nu je voor de tweede keer naar de tekeningen kijkt. Misschien dat er door deze nieuwe kijk op je gevoelens onverwacht een oplossing opborrelt, waardoor je weet wat je te doen staat en je voor jezelf kunt opkomen.
APPENDIX B
Visualiseer je relatie
Door deze oefening krijg je meer inzicht in je relatie, waardoor duidelijker wordt welke beslissingen je wilt nemen. Wanneer je precies kunt visualiseren wat er in jullie relatie speelt, kun je besluiten om te blijven, te vertrekken, of om iets te doen waardoor je het gas uitdoet. Maar om deze beslissingen te kunnen maken, dien je te weten wat voor gevoelens je hebt bij de relatie. Het visualiseren van de relatie zoals die nu is, helpt je hierbij. Als er problemen zijn in je relatie, kan het visualiseren van hoe je relatie vroeger was duidelijk maken hoe ernstig deze problemen zijn. Als je relatie eerst goed was maar nu niet meer, kun je bepalen of het realistisch gezien mogelijk is om de positieve kanten te laten herleven en de negatieve te veranderen. Ontdek je dat je van begin af aan al vaak overstuur, gefrustreerd of eenzaam was, dan kun je je afvragen of het realistisch is te denken dat het ooit beter zal worden. Door te visualiseren hoe je relatie er in de toekomst uitziet, krijg je contact met hoe je echt voelt en denkt over de kansen die je relatie heeft. Kan het nog goedkomen, of kun je je niet eens voorstellen dat je ooit nog gelukkig zult zijn binnen deze relatie? Door jezelf deze vragen te stellen, zul je beter kunnen beslissen of je wilt blijven of weggaan. Visualisatie van een toekomst zonder je gaslightrelatie helpt hierbij ook en als zo’n toekomst je meer aanstaat dan het alternatief, dan is het mogelijk tijd om te vertrekken. Ten slotte kan de evaluatie van je relatie je helpen beslissen wat je wilt doen. Misschien is het een keuze tussen blijven en gaan, misschien wil je proberen om het gas uit te doen, of misschien geef je je relatie nog een bepaalde tijd en als het dan nog niet beter is geworden, kun je bepalen wat je dan gaat doen. Een evaluatie van je relatie kan tot een beslissing leiden die bij jou past, welke keuze je ook maakt.
Visualiseer je relatie zoals deze nu is
Sluit je ogen en neem de relatie met je gaslighter zoals die nu is in gedachten. Welke beelden komen er omhoog? Word je door bepaalde emoties overspoeld? Hoe zie je jezelf? Hoe zie je hem? Censureer of veroordeel de beelden, gedachten of gevoelens die in je opkomen niet. Geef je gedachten de vrije loop en kijk waar ze je heen brengen. Open je ogen wanneer je voelt dat het klaar is en maak de onderstaande zinnen af. Je mag zoveel of zo weinig opschrijven als je wilt. Als je liever een antwoord tekent of op een andere manier wilt vormgeven, kan dat ook. • • • • • • • • •
Het leukste aan [mijn gaslighter] vind ik … Het minst leuk aan [mijn gaslighter] vind ik … De kwaliteiten die ik in [mijn gaslighter] waardeer, zijn … De kwaliteiten van mijzelf die ik waardeer als ik met [mijn gaslighter] ben, zijn … Als ik kwaad ben op [mijn gaslighter], zou ik dit willen veranderen: … Als ik ons samen voor me zie, valt me het meest op dat … Mijn stewardessen vertellen me dat … Terwijl ik deze antwoorden opschrijf, voel ik (me) … Mijn lichaam voelt nu …
Visualiseer je relatie zoals deze vroeger was Doe nu je ogen dicht en denk terug aan hoe de relatie met je gaslighter in het verleden was. Welke beelden komen er omhoog? Word je door bepaalde emoties overspoeld? Hoe zie je jezelf? Hoe zie je hem? Censureer of veroordeel ook nu de beelden, gedachten of gevoelens die in je opkomen niet. Geef je gedachten de vrije loop en kijk waar ze je heen brengen. Als je klaar bent, open je je ogen en maak je de zinnen hieronder af: • • • • • •
Het leukste aan onze vroegere relatie is … Het minst leuke aan onze vroegere relatie is … Iets uit die tijd wat ik zou willen laten herleven is … Iets wat ik zeker niet terug zou willen is … Als ik naar [mijn gaslighter] in die periode kijk, zie ik iemand die … Als ik naar mijzelf in die periode kijk, zie ik iemand die …
• • • •
Als ik ons samen zie dan zie ik een (echt)paar [vrienden, collega’s, moeder en dochter, enz.] dat [die] … Mijn stewardessen zeggen me dat … Terwijl ik deze antwoorden opschrijf, voel ik (me) … Mijn lichaam voelt nu …
Visualiseer je relatie zoals deze er in de toekomst uit zal zien Opnieuw sluit je je ogen en stel je je open. Stel je voor hoe een toekomstige relatie met je gaslighter eruit zal zien. Visualiseer hoe jullie relatie er over een maand, een jaar, over vijf jaar uitziet. Welke beelden komen er omhoog? En welke emoties? Wil je de relatie met je gaslighter – als partner, vriendin, werknemer/collega, familielid – laten voortbestaan? En het belangrijkste: ben je de persoon die je het liefst wilt zijn? Ben je op de goede weg om je volledige potentieel te benutten, je dromen te vervullen, te genieten van het leven? Zie je een toekomst vol mogelijkheden en avontuur voor je, of zie je er juist tegenop, maak je je bezorgd of heb je spijt? Censureer of veroordeel ook nu dat wat in je opkomt niet. Probeer steeds weer de toekomst voor je te zien en kijk welke beelden er omhoogkomen. Als je klaar bent, open je je ogen en maak je de zinnen hieronder af: • • • • • • • •
Het leukste aan onze toekomstige relatie is … Iets waar ik me zorgen over maak in onze toekomstige relatie is … Degene die ik wil worden is iemand die … Mijn toekomstige relatie zal me helpen om diegene te worden door … Mijn toekomstige relatie zou kunnen voorkomen dat ik diegene word door … Mijn stewardessen zeggen me dat … Terwijl ik deze antwoorden opschrijf, voel ik (me) … Mijn lichaam voelt nu …
Visualiseer je toekomst zonder je gaslightrelatie
Sluit voor de laatste keer je ogen en geef je gedachten de vrije loop, terwijl je focust op een mogelijke relatie in de toekomst, maar niet met je gaslighter. Visualiseer jezelf over een maand, jaar of vijf jaar, zonder deze relatie (of terwijl het contact een stuk verminderd is). Welke beelden komen er omhoog? En welke emoties? Wie zijn de belangrijke mensen in je leven? Wat zijn je hoofdbezigheden? Hoe voel je je? Wat doe je verder zoal? En het belangrijkste: ben je de persoon die je het liefst wilt zijn? Stel je zonder te censureren of oordelen een mogelijke toekomst voor, zonder je gaslightrelatie zoals die nu is. Als je klaar bent, open je je ogen en maak je de zinnen hieronder af: • • • • • • • •
Het leukste aan de toekomst die ik me voorstel is … Iets waar ik me zorgen over maak in de toekomst die ik me voorstel is … Degene die ik wil worden is iemand die … Dat ik geen gaslightrelatie meer heb (of een sterk afgeslankte vorm ervan) zal me helpen om diegene te worden door … Dat ik geen gaslightrelatie meer heb zou kunnen voorkomen dat ik diegene word door … Mijn stewardessen zeggen me … Terwijl ik deze antwoorden opschrijf, voel ik (me) … Mijn lichaam voelt nu …
Evalueer je relatie Je hebt nu over het verleden, heden en de toekomst van je gaslightrelatie nagedacht. Laten we nu proberen te evalueren hoe jij in de relatie staat en hoe dit in de toekomst zou kunnen zijn. Pak pen en papier en maak de volgende zinnen af. Ook nu kun je weer zo veel of zo weinig opschrijven als je wilt. • •
Als ik de relatie met mijn stewardessen – mijn beste gidsen om te zeggen wat er speelt – wil beschrijven, hoor ik mezelf zeggen … Als ik visualiseer hoe mijn stewardessen naar mijn relatie kijken, dan zien zij …
• • • •
Ik zie een kind voor me, een jongere broer of zus of een ander kind dat ik goed ken, en ik visualiseer hoe dit kind opgroeit en een relatie krijgt die op die van mij lijkt. Als ik me dit inbeeld, voel ik (me) … Sinds ik deze gaslightrelatie heb, ben ik volgens mij veel … … … geworden. Sinds ik deze gaslightrelatie heb, ben ik volgens mij veel minder … … … geworden. Als ik nadenk over wat deze gaslightrelatie met me heeft gedaan, voel ik (me) …
Neem nu een nieuw vel papier en trek in het midden een verticale lijn. Boven de linker kolom zet je ‘Ik wil de relatie behouden omdat …’ en boven de rechter schrijf je: ‘Ik wil de relatie verbreken omdat …’. Vervolgens vul je de kolommen in met je antwoorden. Als je wilt kun je deze oefening over een aantal dagen spreiden en een ‘voor’ of ‘tegen’ opschrijven wanneer er een nieuwe in je opkomt. Pak tot slot, nadat je alle andere oefeningen gedaan hebt, een laatste stuk papier. Bovenaan schrijf je: ‘Wil ik de relatie behouden of verbreken?’ Je kunt het blanke vel geheel op je eigen manier invullen met woorden, tekeningen, afbeeldingen, zinnen of symbolen. Je kunt het vel ook blanco laten en een tijdje met de vraag rondlopen. Blijf er net zolang mee rondlopen tot er een passend antwoord in je opkomt.
APPENDIX C
Zorg voor jezelf
Een dieet tegen stress en depressiviteit Mensen die worstelen met een gaslightrelatie, hebben vaak ook last van stress en/of depressiviteit. Terwijl je je situatie onderzoekt en kijkt hoe je deze kunt veranderen, is het belangrijk dat je goed voor jezelf zorgt. Je kunt een voedingsdeskundige raadplegen of het volgende anti-stressen antidepressiviteitsdieet volgen. Dit kan je denken verhelderen en je meer kracht geven. •
•
•
Eet dagelijks drie maaltijden en twee tussendoortjes. Een lage bloedsuikerspiegel kan gevoelens van verwarring en hopeloosheid veroorzaken. Dus als je positief wilt blijven, is het goed om minstens iedere drie uur iets te eten. Zorg ervoor dat iedere maaltijd en ieder tussendoortje voldoende hoogwaardige eiwitten bevatten: mager vlees, vis, eieren, magere zuivelproducten of tofu. Eet voldoende volle granen, peulvruchten, magere zuivelproducten, vers fruit en groenten. Granen, peulvruchten en zuivelproducten stimuleren de aanmaak van serotonine in de hersenen en van andere belangrijke hormonen die depressiviteit tegengaan en het zelfvertrouwen en innerlijke kracht vergroten. Vers fruit en groenten leveren belangrijke vitaminen en mineralen die je hersenen nodig hebben om helder te kunnen denken. Zorg dat je genoeg omega 3-vetzuren binnenkrijgt; deze zitten in vis en vezels. Onderzoek heeft aangetoond dat omega 3-vetzuren een belangrijke rol spelen in de strijd tegen depressiviteit. De hormonen die ze helpen produceren vergroten je zelfvertrouwen, gevoelens van hoop en je innerlijke kracht.
Wie meer wil weten over een passend dieet, raad ik de volgende boeken aan: The Chemistry of Joy van Henry Emmons, M.D., met medewerking van Rachel Kranz en Potatoes, Not Prozac van Kathleen desMaisons.
Supplementen die stress en depressie tegengaan De volgende supplementen kunnen je hersenen helpen bij de aanmaak van chemische stoffen en hormonen die stress en depressiviteit verminderen en het denken verhelderen. •
• • • • •
Een dagelijkse dosis vitamine B-complex met daarin minstens o 10 tot 15 mg B6 o 400 mcg foliumzuur o 20 tot 100 mcg B12 1000 tot 3000 mg visolie, 1 x per dag 120 tot 250 mg vitamine C, 2 x per dag 400 mg vitamine E, 1 x per dag bij het eten innemen 25000 IE bètacaroteen, 1 x per dag in een supplement met gemengde carotenoïden 200 mcg seleen, 1 x per dag
Als je geen antidepressivum slikt, kun je hieraan iedere avond 50 mg 5-HTP toevoegen. Dit supplement helpt je hersenen bij de aanmaak van serotonine, een hormoon dat je beter laat slapen, je zelfvertrouwen vergroot en angsten en bezorgdheid vermindert. Als je na enkele dagen nog altijd geen bijverschijnselen hebt, kun je de dosis verhogen naar 150 mg per nacht of 3 x per dag 50 tot 100 mg innemen.
Waarschuwing: gebruik geen 5-HTP als je een voorgeschreven antidepressivum slikt en stop ook niet met het innemen van je voorgeschreven medicijn om 5-HTP te kunnen gaan gebruiken. Als je bij een arts in behandeling
bent voor depressiviteit, raadpleeg hem/haar dan eerst voor je 5-HTP gaat gebruiken. Wie meer wil weten over supplementen, raad ik de volgende boeken aan: The Chemistry of Joy van Henry Emmons, M.D., met medewerking van Rachel Kranz en Potatoes, Not Prozac van Kathleen desMaisons.
Slaap voor innerlijke kracht en stemmingsverbetering Slaap is belangrijk en al helemaal tijdens een stressvolle periode. Je hebt al je kracht nodig om het gaslighten te stoppen, zorg er daarom voor dat je minstens acht uur per nacht slaapt. Als je moeilijk in slaap kunt komen of slecht slaapt, kun je een voor-het-slapen-gaan-routine bedenken die kalmeert: vermijd koffie, andere stimulerende middelen en alcohol, zelfs al vroeger op de dag; neem ongeveer een uur voor je gaat slapen een gezond koolhydraatrijk tussendoortje (melk, fruit, noten, ontbijtgranen, volkorenbrood of zilvervliesrijst) en kijk of je een natuurlijk slaapmiddel wilt nemen, bijvoorbeeld valeriaan of melatonine. De meeste Amerikanen komen slaap tekort en slapen minstens een uur korter dan ze nodig hebben. Als je je slaappatroon verbetert, zul je waarschijnlijk merken dat je de kracht krijgt om helderder te denken en je gedrag te veranderen. Maar als je langer dan tien of elf uur per dag slaapt, dan is het goed om dit terug te brengen tot acht à negen uur. Soms leidt te veel slaap tot depressiviteit en een lethargisch, duf gevoel.
Bewegen vergroot je innerlijke kracht en verbetert je stemming Lichaamsbeweging is heel erg goed voor je. Bewegen vermindert stress, produceert hormonen die goed zijn voor de hersenen, verbetert je slaap, vergroot je innerlijke kracht en verbetert je zelfbeeld. Kijk of je iedere dag minstens vijftien minuten aerobicoefeningen kunt doen zonder jezelf te forceren; een flinke wandeling is al voldoende. Als het lukt kun je dit uitbouwen naar dertig minuten, vijf dagen in de week. Is dit om te beginnen te
veel gevraagd, begin dan met minder. Zelfs van een dagelijkse wandeling van vijf minuten zul je je al beter voelen dan nu het geval is. En wat als je nu al voldoende beweegt? Fantastisch! Dat is een positieve stap die de chemische processen in je hersenen, je emotionele balans en je zelfbeeld ondersteunt.
Hormonale cycli en antidepressiva Onze lichamen en hersenchemie hebben een grote invloed op hoe we ons voelen. Daarom heb ik ook voorgesteld dat je goed let op je eetgewoonten en andere fysieke factoren die je stemming beïnvloeden, en ervoor zorgt dat je voldoende lichaamsbeweging krijgt. Het is ook goed om te weten hoe hormonale kwesties je mentale en emotionele toestand beïnvloeden. Sommige vrouwen reageren heel heftig op de premenstruele fase van hun cyclus of op de ovulatie zelf. In deze periode kun je gaan denken dat je situatie nooit zal veranderen, of de drang naar verandering wordt juist nog groter. Misschien verander je tijdens het verloop van je cyclus van gedachten over het maken van eventuele veranderen en vraag je je af of je hier wel de energie voor hebt. Veel vrouwen reageren ook heel sterk op de hormonale veranderingen tijdens de perimenopauze en de menopauze. Als je merkt dat je je situatie door hormonale schommelingen minder helder kunt overzien, kun je de hulp van een arts en/of alternatieve therapeut inroepen. Een arts kan hormoonvervangingstherapie of andere aanvullingen voorschrijven. Een natuurgeneeskundige, voedingsdeskundige of kruidengenezer (onder wie ik ook acupuncturisten en specialisten in Chinese en ayurvedische geneeswijzen reken) kunnen natuurlijke middelen aanraden om je hormonen weer in balans te brengen. (Het kruid pau d’arco is een van de krachtigste en is verkrijgbaar als capsule, tablet of thee. Een fantastisch middel volgens een aantal van mijn vriendinnen.) Als je met watten in je hoofd rondloopt en je emoties alle kanten opschieten, is het misschien goed om een arts of psychiater te raadplegen over een recept voor een antidepressivum. Het slikken van een antidepressivum moet altijd gepaard gaan met een dieet dat goed is voor de hersenen en met voldoende lichaamsbeweging – zie hierboven. Bezoek als je zo’n middel slikt altijd een therapeut en besef dat het geen blijvende oplossing is. Maar op de korte termijn kan een antidepressivum je wel meer lucht geven, waardoor je het leven met meer zelfvertrouwen en met een
positieve blik tegemoet kunt treden. Van de meest gebruikte antidepressiva – selectieve serotonine-heropnameremmers (SSRI’s, naar het Engelse Selective Serotonin Reuptake Inhibitors) zoals Cipramil, Prozac, Fevarin, Serotax en Zoloft – is bekend dat ze het zelfvertrouwen ook kunnen vergroten, met name bij mensen die chronisch depressief zijn.
APPENDIX D
Hulporganisaties
narcismeinrelaties.nl denarcist.nl narcismevoordummies.blogspot.com www.narcismevrij.nl https://zelfbescherming.org www.slachtofferhulp.nl https://mindkorrelatie.nl
Literatuur
Alan, J.G. & Stein, H. & Fonagy, P. & Fultz, J. & Target, M. (2005). Rethinking Adult Attachment: A Study of Expert Consensus. Bulletin of the Menninger Clinic, 69(1), 59-80. Alter, R.M. (2006). It’s (Mostly) His Fault: For Women Who Are Fed Up and the Men Who Love Them. New York: Warner Books. Arrien, A. (1993). The Four-Fold Way: Walking the Paths of the Warrior, Teacher, Healer and Visionary. New York: HarperSanFrancisco. Bacal, H. (1998). Optimal Responsiveness: How Therapists Heal Their Patients. Northvale, N.J.: Aronson. Basch, M.F. (1980). Doing Psychotherapy. New York: Basic Books. Bateson, M.C. (2000). Full Circles, Overlapping Lives: Culture and Generation in Transition (1e dr.). New York: Random House. Baumgardner, J. & Richards, A. (2000). Manifesta: Young Women, Feminism, and the Future (1e dr.). New York: Farrar, Straus & Giroux. Bennett-Goleman, T. (2001). Emotional Alchemy: How the Mind Can Heal the Heart. New York: Harmony Books. Boyatzis, R.E. & McKee, A. (2005). Resonant Leadership: Renewing Yourself and Connecting with Others Through Mindfulness, Hope, and Compassion. Boston: Harvard Business School Press. Bradlow, P.A. (1973). Depersonalization, Ego Splitting, Non-Human Fantasy and Shame. International Journal of Psycho-Analysis, 54(4), 487-492. Brandchaft, B. & Stolorow, R.D. (1990). Varieties of Therapeutic Alliance. Annual of Psychoanalysis, (18), 99-114. Brizendine, L. (2006). The Female Brain. New York: Morgan Road Books. Buirski, P. (Red.) (1987). Frontiers of Dynamic Psychotherapy: Essays in Honor of Arlene and Lewis R. Wolberg. New York: Brunner/Mazel. Calef, V. & Weinshel, E.M. (1981). Some Clinical Consequences of Introjection: Gaslighting. The Psychoanalytic Quarterly, 50(1), 44-66. Callahan, D. (2004). The Cheating Culture: Why More Americans Are Doing Wrong to Get Ahead. Orlando, Fla.: Harcourt.
Carle, G. (2000). He’s Not All That!: How to Attract the Good Guys. New York: Cliff Street Books. Carter, S. & Sokol, J. (2005). Help! I’m in Love with a Narcissist. New York: M. Evans. Caruth, E. & Eber, M. (1996). Blurred Boundaries in the Therapeutic Encounter. Annual of Psychoanalysis (24), 175-185. Casarjian, B.E. & Dillon, D.H. (2006). Mommy Mantras: Affirmations and Insights to Keep You from Losing Your Mind. New York: Broadway Books. Cavell, S. (1996). Contesting Tears: The Hollywood Melodrama of the Unknown Woman. Chicago: University of Chicago Press. Dalai Lama (1990). Ethics for the New Millennium. New York: Riverhead Books. Dalai Lama & Cutler, H.C. (1998). The Art of Happiness: A Handbook for Living. New York: Riverhead Books. Desmaisons, K. (1998). Potatoes, Not Prozac. New York: Simon & Schuster. Dorpat, T.L. (2004). Gaslighting, the Double Whammy, Interrogation, and Other Methods of Covert Control in Psychotherapy and Analysis. Lanham, Md.: Rowman & Littlefield. Duck, S. (1991). Understanding Relationships. New York: Guildford Press. Elgin, S.H. (1995). You Can’t Say That to Me: Stopping the Pain of Verbal Abuse – An 8-Step Program. New York: John Wiley. Emmons, H. & Kranz, R. (2005). The Chemistry of Joy. New York: Simon & Schuster. Engel, B. (2005). Breaking the Cycle of Abuse: How to Move Beyond Your Past to Create an Abuse-Free Future. Hoboken, N.J.: John Wiley. Evans, P. (1996). The Verbally Abusive Relationship: How to Recognize It and How to Respond (2e dr.). Avon, Mass.: Adams Media. Evans, W.N. (1964). The Fear of Being Smothered. The Psychoanalytic Quarterly, (33), 53-70. Ferenczi, S. (1949). Confusion of the Tongues Between the Adults and the Child. International Journal of Psycho-Analysis, (30), 225-230. Filippini, S. (2005). Perverse Relationships: The Perspective of the Perpetrator. International Journal of Psycho-Analysis, (86), 755-773.
Forward, S. & Frazier, D. (1999). When Your Lover Is a Liar: Healing the Wounds of Deception and Betrayal. New York: HarperCollins. Forward, S. & Frazier, D. (2001). Emotional Blackmail: When the People in Your Life use Fear, Obligation, and Guilt to Manipulate You. New York: Quill. Gediman, H.K. (1991). Seduction Trauma: Complemental Intrapsychic and Interpersonal Perspectives on Fantasy and Reality. Psychoanalytic psychology, 8(4), 381-401. Gedo, J.E. (1989). Vicissitudes in the Psychotherapy of Depressive Crises. Psychoanalytic Psychology, 6(11), 1-13. Goldsmith, R.E. & Freyd, J.J. (2005). Effects of Emotional Abuse in Family and Work Environments. Journal of Emotional Abuse, 5(1), 95-123. Goleman, D. (1985). Vital Lies, Simple Truths: The Psychology of SelfDeception. New York: Simon & Schuster. Goleman, D. (1997). Emotional Intelligence. New York: Bantam Books. Goleman D. & Boyatzis, R. & McKee, A. (2002). Primal Leadership: Realizing the Power of Emotional Intelligence. Boston: Harvard Business School Press. Greenberg, L.S. & Paivio, S.C. (1997). Working with Emotions in Psychotherapy. New York: Guildford Press. Hirschfield, J. (Red.) (1995). Women in Praise of the Sacred: Forty-three Centuries of Spiritual Poetry by Women. New York: HarperPerennial. Horney, K. (1942). Self-Analyses. New York: W.W. Norton. Jordan, J.V. & Kaplan, A.G. & Miller, J.B. & Stiver, I.P. & Surrey, J.L. (1991). Women’s Growth in Connection: Writings from the Stone Center. New York: Guildford Press. Kegan, R. (1982). The Evolving Self: Problem and Process in Human Development. Cambridge, Mass.: Harvard University Press. Kegan, R. & Lahey, L.L. (2001). How the Way We Talk Can Change the Way We Work: Seven Languages for Transformation (1e dr.). San Francisco: Jossey-Bass. Kemp, A. (1998). Abuse in the Family: An Introduction. Pacific Grove, Calif.: Brooks/Cole. Kernberg, O.F. (1991). Transference Regression and Psychoanalytic Technique with Infantile Personalities. International Journal of PsychoAnalysis, (72), 189-200.
Kohut, H. (1966). Forms and Transformations of Narcissism. Journal of the American Psychoanalytic Association, (14), 243-272. Kohut, H. (1984). How Does Analysis Cure? Chicago: University of Chicago Press. Kohut, H. & Wolf, E.S. (1978). The Disorders of the Self and Their Treatment: An Outline. International Journal of Psycho-Analysis, (59), 413-425. Komarovsky, M. (1985). Women in College: Shaping New Feminine Identities. New York: Basic Books. Koonin, M. & Green, T.M. (2004). The Emotionally Abusive Workplace. Journal of Emotional Abuse, 4(3-4), 71-79. Lachkar, J. (2000). Emotional Abuse of High-Functioning Professional Women: A Psychodynamic Perspective. Journal of Emotional Abuse, 2(1), 73-91. Lachman, F.M. (1986). Interpretation of Psychic Conflict and Adversarial Relationships. Psychoanalytic Psychology, (3), 341-355. Lachman, F.M. (1988). On Ambition and Hubris. Progress Self Psychology, (3), 195-209. Lammers, M. & Ritchie, J. & Robertson, N. (2005). Women’s Experience of Emotional Abuse in Intimate Relationships: A Qualitative Study. Journal of Emotional Abuse, 5(1), 29-64. Landers, E. & Mainzer, V. (2005). The Script: The 100% Absolutely Predictable Things Men Do When They Cheat. New York: Hyperion. LeDoux, J.E. (1996). The Emotional Brain: The Mysterious Underpinning of Emotional Life. New York: Simon & Schuster. Lenoff, L. (1998). Phantasy Self-Objects and the Conditions of Therapeutic Change. Progress in Self Psychology, (14), 147-167. Lenoff, L. (2003). Consequences of Empathy: Rereading Kohut’s Examination. Progress in Self Psychology, (19), 21-40. Lerner, H.G. (1989). The Dance of Anger: A Woman’s Guide to Changing the Patterns of Intimate Relationships. (Herdruk). New York: Perennial Library. Lerner, H.G. (1993). The Dance of Deception: Pretending and Truth-telling in Women’s Lives (1e dr.). New York: HarperCollins. Lewis, M.J. (1992). Shame: The Exposed Self. New York: Free Press.
Lieberman, A.F. (1993). The Emotional Life of the Toddler. New York: Free Press, New York: Maxwell Macmillan International. Loeher, J. & Schwartz, T. (2003). The Power of Full Engagement: Managing Energy, Not Time, Is the Key to High Performance and Personal Renewal. New York: Free Press. Loring, M.T. (1998). Emotional Abuse: The Trauma and Treatment. San Francisco: Jossey-Bass. McKay, M. & Fanning, P. & Honeychurch, C. & Sutker, C. (2005). The SelfEsteem Companion (1e dr.). Oakland, Calif.: New Harbinger. Mellody, P. (1992). Facing Love Addiction: Giving Yourself the Power to Change the Way You Love. New York: HarperSanFrancisco. Mitchell, S.A. (1988). Relational Concepts in Psychoanalysis: An Intergration. Cambridge, Mass.: Harvard University Press. Modell, A.H. (1991). A Confusion of Tongues or Whose Reality Is It? The Psychoanalytic Quarterly, 60(2), 227-244. Morrison, A.P. (1983). Shame, Ideal Self, and Narcissism. Contemporary Psychoanalysis, (19), 295-318. Morrison, A.P. (2001). ‘We’ll Be In Touch’: Gas-lighting, Transference, Empathy and Forthrightness, (herziene proefversie). Voor lezingen tijdens de SICP-retraite in Montauk Point, N.Y., 30-3 t/m 1-4 2001 en in het CSPP in New Haven op 12-1-2002. Nussbaum, M.C. (2001). Upheavals of Thought: The Intelligence of Emotions. Cambridge and New York: Cambridge University Press. Ogawa, B. (1989). Walking on Eggshells: Practical Counseling for Women in or Leaving a Violent Relationship. Volcano, Calif.: Volcano Press. Reich, A. (1960). Pathologic Forms of Self-Esteem Regulation. Psychoanalytic Study of the Child, (15), 215-232. Rosenberg, M.B. (2003). Nonviolent Communication: A Language of Life. Encinitas, Calif.: Puddledance Press. Salzberg, S. (2002). Lovingkindness: The Revolutionary Art of Happiness. Boston: Shambhala. Santoro, V. (1994). Gaslighting: How to Drive Your Enemies Crazy. Port Townsend, Wash.: Loompanics Unlimited. Sorsoli, L. (2004). Hurt Feelings: Emotional Abuse and the Failure of Empathy. Journal of Emotional Abuse, 4(1), 1-26.
Steinem, G. (1992). Revolution from Within: A Book of Self-Esteem (1e dr.). Boston: Little, Brown. Taffel, R. & Blau, M. (2001). The Second Family: How Adolescent Power Is Challenging the American Family (1e dr.). New York: St. Martin’s Press. Tannen, D. (1998). The Argument Culture: Moving from Debate tot Dialogue (1e dr.). New York: Random House. Wallace, B.A. (2006). The Attention Revolution: Unlocking the Power of the Focused Mind (1e dr.). Sommerville, Mass.: Wisdom Publications. Weitzman, S. (2000). Not to People Like Us: Hidden Abuse in Upscale Marriages. New York: Basic Books. Wheelis, A. (1975). How People Change. New York: Harper & Row. Whitfield, C.L. (1993). Boundaries and Relationships: Knowing, Protecting and Enjoying the Self. Deerfield Beach, Fla.: Health Communications. Wolf, N. (2005). The Treehouse: Eccentric Wisdom from My Father on How to Live, Love and See. New York: Simon & Schuster. Yalom, I.D. (1989). Love’s Executioner, and Other Tales of Psychotherapy. New York: HarperPerennial.
Over de auteur
Robin Stern, PhD, is adjunct-directeur van het Yale Center for Emotional Intelligence en wetenschappelijk onderzoeker aan het Child Study Center van Yale. Ze is gediplomeerd psychoanalist met dertig jaar praktijkervaring in de behandeling van individuen, paren en gezinnen. Robin is medeontwikkelaar van de methode RULER van het Yale Center, waarmee Emotionele intelligentie geïntegreerd kan worden binnen schoolgemeenschappen en op werkplekken. Ze werkte ook mee aan de ontwikkeling van RULER voor gezinnen en ze is een van de hoofdtrainers aan beide centra. Robin is tevens staflid van Teachers College, Columbia University, en auteur van twee boeken: The Gaslight Effect en Project Rebirth. Robin was medeoprichter van het Woodhull Institute. Hier werkte ze vijftien jaar aan het ontwikkelen en ondersteunen van trainingen voor vrouwelijke leiders. Ze was te gast in veel lokale en nationale radioprogramma’s en heeft op veel plekken lezingen gegeven over Emotionele intelligentie en intimidatie binnen relaties. Robin geeft regelmatig adviezen aan scholen en bedrijven overal ter wereld en de afgelopen vijf jaar werkte ze met Facebook samen aan de ontwikkeling van methodes waarmee volwassenen en kinderen hun Emotionele intelligentie kunnen ontwikkelen en onlineconflicten kunnen oplossen. Momenteel is Robin adviseur aan het Smilow Cancer Hospital in New Haven, Connecticut, waar ze artsen en verplegend personeel helpt bij de ontwikkeling van hun Emotionele intelligentie. Van 2014 tot 2015 was Robin lid van het Yale Public Voices Fellowship en zij heeft vele publicaties op haar naam staan, o.a. in Psychology Today, de Huffington Post, Time.com, de Washington Post, The Hill en Harvard Business Review. Ook zet ze zich in voor het Emotional Intelligence Consortium en de adviesraad van Crisis Text Line en I’ll Go First. Robin woont in New York en koestert de relatie met haar zoon Scott en dochter Melissa, die allebei hun eigen hart volgen.
Deze ebook licentie is jouw eigendom en kan gelezen worden op een Mac, pc of laptop, e-reader, tablet en/of mobiele telefoon. (Door)verkopen, verspreiden (sub)licenseren, verhuren, leasen of op een andere manier overdragen van enig recht in of op deze licentie of dit eBook, danwel reproduceren, uitgeven, uitzenden of op enige andere manier beschikbaar stellen van dit digitale bestand aan een 3de partij is ten strengste verboden. Dit bestand is voorzien van een watermerk met informatie die jou aanmerkt als de eigenaar van de licentie om misbruik voorkomen. Veel leesplezier!