Amerika eenhoog
 9028419179 [PDF]

  • 0 0 0
  • Gefällt Ihnen dieses papier und der download? Sie können Ihre eigene PDF-Datei in wenigen Minuten kostenlos online veröffentlichen! Anmelden
Datei wird geladen, bitte warten...
Zitiervorschau

A M E R I K A EENHOOC;

, l

Ilja 111,pseudoniem van IQa Arnoldovitsj Fajnzilberg (Odessa a , 8 y i ~ o s k o 1937). ~ werkte na een opleiding aan een technischeschool enige tijd als journalist in Moskou. Daar maakte hij kennis met Jevgeni Yetrov, pseudoniem van Jevgeni petrovitsj Katajev (Odessa 1903-bij Sevastopol 1942). Samen schreven zij vele verhalen en columns, de novelle Tonja, werken voor toneel en film, en de romans Hetgouden kalfen De twaalf

stoelen.

1" 1935-1936 reisden Ilf en Petrov door de Verenigde Staten en p~ibliceerdenhun reisverslag in afleveringen in de Pravda. Later werden deze bijdragen bijeengebracht in Amerika eenhoog (1937). Tijdens de reis openbaarde zich bij Ilja Ilf tuberculose, een ziekte waaraan hij al snel zou overlijden. Jevgeni Petrov schreef daarna nog enige tijd alleen, onder meer als oorlogscorrespondent voor de Pravda. Van Amerika eenhoog verscheen in 1937 een Amerikaanse vertaling.

Ilja Ilf & Jevgeni Petrov

Amerika eenhoog

Inhoud Uit het Russisch vertaald door Paui ranse

Deel I

Uit het raam van de zesentwintigste verdieping

1. De Normandie 9 2. De eerste avond in New York 16 3. Het uitzicht uit het raam van het hotel 24 4. De eetlust verdwijnt tijdens het eten 30

5. Wij zoeken een engel zonder vleugels 38 6 . Papa and mama 46 7. De elektrische stoel j3 8. De grote New Yorkse arena

63

9. We kopen een automobiel en vertrekken 71 Deel I1 Door de Oostelijke staten Oorspronkelijke titel Odno-etazjnaja Amerika Omslagontwerp Nico Richter

10.

li.

Omslagillustraties Berenice Abbott, Nightview, New York en Carlo Carra. De rode ruiter O 2001 Nederlandse vertaling: Paul Janse en Uitgwerij Wereldbibliotheek bv, Amsterdam Spuistraat 283 1012 VR Amsterdam tel 020 638 18 99 fax 020 638 44 91 e-mail info@wereldbibliotheeknl www.wereldbibliotheeknl

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd enlof openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microNm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part of this hook rnay be reproduced in any farm, by print, photoprint, microfilm or by any other rneans, without written permission from the publisher.

12.

13. 14. 15.

16. 17. 18.

O p de autoweg 81 De kleine stad 88 De grote kleine stad 95 Het elektrische huis van Mr. Ripley 103 Amerika laat zich niet verrassen 112 Dearborn 121 Henry Ford 128 Het afschuwelijke Chicago 137 De beste muzikanten ter wereld 148

Deel 111 Naar de Stille Oceaan 19. Mark Twains geboortegrond 157 De marinier 16: 21. Roberts en zijn vrouw 174 22. Santa Fe 184 23. Op bezoek bij de indianen 191 24. Een pechdag 201

20.

25.

De woestijn

210

De Grand Canyon 218 De man met het rode hemd 225 28. De jonge baptist 237 29. Boven op de dam 244 26. 27.

Deel I

Deel IV De 'Gouden Staat' 255

30.

Het record van Mrs. A d a m

31. p. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39.

San Francisco 266 Amerikaans voetbal 276 De 'Russische Heuvel' 284 Kapitein X 291 De vier standaards 301 De god van het broddelwerk 309 De lijfeigenen van Hollywood 318 Bid, laat je wegen en betaal! 322 Gods eigen land 329

Uit het raam van de zesentwintigste verdieping

Deel V Terug naar de Atlantische Oceaan 40. 41. 42. 43.

In de voetsporen van de oude Spanjaarden

Een dag in Mexico 348 Nieuwjaar in San hntonio 356 Wij rijden de Zuidelijke staten binnen +,. De negers 374 45. De Amerikaanse democratie 384 46. Een onrustig leven 390 4 7 Vaarwel, Amerika! 399 Noten 405 Nawoord 411

365

339

De Normandie O m negen uur vertrekt uit Parijs de speciale trein die de van de Normandie naar Le Havre vervoert. De trein stopt niet op de tussengelegen stations en rijdt drie uur later het gebouw van de passagiershaven van Le Havre binnen. De passagiers stappen uit op een afgesloten perron, gaan met de roltrap naar de bovenste verdieping van het gebouw, passeren enkele zalen, lopen over aan alle zijden af. gesloten loopbruggen en komen dan in een grote vestibule terecht. Hiervandaan stappen ze de liften in en verspreiden zich over hun verdiepingen. Ze bevinden zich dan al op de Normandie. De passagiers weten niet hoe het schip er vanbuiten uitziet, omdat ze het helemaal niet gezien hebben. Wij gingen de lift binnen en een jongen in een rood jasje met gouden knopen drukte met een elegant gebaar op een fraai knopje. De schitterende nieuwe lift ging een stukje omhoog, bleef steken tussen de verdiepingen en ging toen plotseling weer naar beneden, zonder acht te slaan o p de jongen, die wanhopig op de knopjes drukte. Toen we drie verdiepingen lager waren in plaats van twee hoger, hoorden we een pijnlijk bekende frase, echter in het Frans uitgesproken: 'Lift defect." We liepen via een geheel met lichtgroen onbrandbaar rubber beklede trap naar boven. Met hetzelfde materiaal waren de gangen en vestibules van het schip gestoffeerd. Je stappen worden er zacht en onhoorbaar van. Dat is prettig. Maar je begint de kwaliteiten van de rubberen vloerbedekking pas echt te waarderen wanneer het schip slingert: je zolen lijken eraan vast te plakken. Dat helpt weliswaar niet tegen zeeziekte, maar het voorkomt vallen. De trap was helemaal geen typische scheepstrap; hii was breed en niet steil, en de overlopen en trappen zouden wat afmetingen betreft in geen enkel huis misstaan. De kajuit leek evenmin op een gewone scheeyskajuit. Een ruime kamer met twee vensters, twee brede houten bedden, leunstoelen,

is \vegge\raren. ~i~~ beneden ons riepen familie en vrienden vanaf d e platforms van het passagiershavengebouw h u n laatstr alle Er werd in het Frans, Engels ei] Spaaiis geroepen. groeten en En ook in het ~ ~ ~Een ~zonderling i ~ in~ eenh zwart . marine-uniform anker en een davidster o p zijn mouw, een baret op met een ziin hoofd en een droevige sik, riep iets in het Hebreeuws. Later bleek dit de scheePSrabbijnte zijn, die bij de Compagnie Générale Transatlantiquein dienst is om de geestelijke behoeften van een deel van de passagierste \rer\rullen. Voor een ander deel staan katholieke en geestelijken Haar. Islamieten, vuuraanbidders en Sovjetingenieursblij\yn verstoken van geestelijke dienstverlening. In dit opzicht zijn ze bij de Compagnie Générale Transatlantique o p zichzelf aangewezen. Op de Normandie is een behoorlijk grote katholieke kerk, waar een voor het bidden uitzonderlijk geschikt elektrisch schemerlicht heerst. Het altaar en de religieuze beeltenissen kunnen met speciale ~anelenworden afgedekt, waarna de kerk automatisch protestants wordt. Wat de rabbijn met zijn droevige sik betreft: hij heeft geen aparte ruimte toebedeeld gekregen en houdt zijn diensten in de kinderspeelzaal. Voor dit doel verstrekt de Compagnie hem een tallith en een speciale draperie, waarmee hij tijdelijk de vrolijke platen van haasjes en poesjes kan bedekken. Het schip verliet de haven. Op de kade en o p de pier stond een enorme mensenmassa. Men was nog niet gewend aan de Normanen elke reis van de transatlantische kolos veroorzaakt in Le Haalgemenebelangstelling. De Franse kust verdween in de nevel van de bewokte dak de avond doemden de lichtjes van Southampton 'p' De 'Ormandie lag anderhalf uur op de ree, van drie kanten Omringd door het verre, geheimzinnige licht van de onbekende s!ad' Om passagiers uit Engeland aan boord te laten, daarna voer de Oceaan op, waar meteen het tumult onzichtbare, door een 'tormachtige Wind opgeworpen golven begon. *liS tri'de "p de achtersteven, waar wij waren De

dekken, de muren, de patrijspoorten, de dekstoelen, de drinkglazen boven de wastafel, de wastafel zelf, alles trilde. De vibratie van het chip was zo sterk, dat zelfs voorwerpen waarvan je dat absoluut ,,iet had verwacht, geluid begonnen te maken. Voor het eerst in ons leven hoorden we de klank van een handdoek, zeep, een vloerkleed, papier o p tafel, gordijntjes, een boordje dat iemand op het bed had Alles wat zich in onze kajuit bevond, rammelde en rinkelde. Een sagier hoefde maar een seconde zijn gedachten te laten afdwalen en de spieren van zijn gezicht te ontspannen, of zijn tanden begonnen te klapperen. De hele nacht leek het of iemand de deur aan het inslaan was, o p het raam klopte, of luid dreunend lachte. We telden een honderdtal verschillende geluiden die door onze kajuit werden voortgebracht. De Normandie was bezig aan de tiende reis tussen Europa en Amerika. Na de elfde zal ze het dok in gaan, de achtersteven zal uit elkaar gehaald worden en de constructiefouten die de vibratie veroorzaken zullen worden verholpen. 's Morgens kwam een matroos de patrijspoorten hermetisch afsluiten met metalen platen. De storm werd heviger. Een klein vrachtschip worstelde zich moeizaam door de golven naar de Franse kust. Soms verdween het achter een golf en waren alleen de toppen van de masten te zien. O m d e een of andere reden hadden we altijd gedacht dat de weg over de oceaan van de Oude naar de Nieuwe Wereld heel druk zou zijn, dat voortdurend vrolijke schepen met muziek en vlaggen ons tegemoet zouden komen. In werkelijkheid is de oceaan een en al grootsheid en verlatenheid en was het kleine schip dat op vierhonderd mijl van Europa de storm doorstond, het enige dat we op onze vijfdaagse reis tegenkwamen. De Normandie bewoog zich langzaam en statig voort. Zij voer bijna zonder haar snelheid te verminderen, wierp zelfverzekerd de hoge golven die van alle kanten tegen haar opHommen van zich af en maakte slechts nu en dan een diepe, maar rustige buiging voor de oceaan. Dit was geen strijd van een armzalige menselijke schepping tegen de ontketende elementen. Dit was een schermutseling tussen gelijken. In de rooksalon, die de vorm had van een halve cirkel, zaten drie mannen te kaarten: het waren beroemde worstelaars met platgeslagen oren, die hun jasjes hadden uitgetrokken. Vanonder hun bolden hun overhemden op. De worstelaars dachten ingespannen na.

i l l o l l ~ e lhungelden l

ten

grote sigaren. flal1 L-rii

rareltje za-

* l l u ~

n,aillien te schaken, waarbij ze steeds de van het bord af-

Twee anderen volgden liet spel met de glijdende s t u ~ e n wie anders dan Sovjet-Russell gaan in stormkin in de handen. danlegmbiet utten spelen! En zo was het rhtig ,,,eer eell ook. De sympathieke Botwir1niks bleken Sovjet-iW'nie~rs. begon men kennis met elkaar te maken en er vormden werd een passagierslijst uitgedeeld, waar een heel zich grappig gezin op \,oorkwam: Mr. Buterbrodt, Mrs. Buterbrodt en de jonge Mr. ~ ~ ~ ~~ 1~Marsjak s b ~ zich ~ op d de t Normandie . zou hebben bevonden, zou hij een kinderversje met de titel 'De dikke hlr. ~uterbrodt'hebben geschreven. bk kwamen in het gebied van de Golfstroom. Er viel een warme regen en uit de zware broeikaslucht sloeg olieachtig roet neer, uitgestoten door een van de schoorsteenpijpen van de Normandie. wij gingen het schip bekijken. Een derdeklaspassagier ziet het schip waarmee hij reist niet. Hij wordt noch in de eerste, noch in de toeristenklasse toegelaten. Een toeristenklassepassagier ziet de Normandie ook niet, ook hem wordt niet toegestaan de grenzen over te steken. En wie de eerste klasse niet heeft gezien, heeft de Normandie niet gezien. Deze beslaat minstens negentig procent van het hele schip. Alles in de eerste klasse is reusachtig groot: de promenadedekken, de restaurants, de rooksalons, de kaartsalons, de speciale damessalons, de oranjerie, waar dikke Franse mussen rondspringen o p glazen takken en waar honderden orchideeën aan het plafond hangen, het theater met vierhonderd stoelen, het zwembad, waarvan het van onderaf met groene elektrische lampen is verlicht, het winkelcentrum met warenhuis, de sportzalen, waar kalende oudere helen hun r% liggend een bal met de voeten in de lucht gooien, gewone waar dezelfde kalende mannen, moe van het balgooien of van oefeningenmet een houten Z a n d e ~ - ~ a a rzitten d, te soezen in rijkgeborduurdefauteuils. het dertig poed zware tapijt in de belanglijhte salon. de pijpen van de Normandie, je toch zou denken dat ze bij hef hele schip hoorden, zijn in werkelijkheid alleen "Oor de eerste klasse. In een ervan bevindt zich een kamer voor bonden van eersteklas~assagiers. Mooie honden zitten in kooien Itierlijk te verveh. Meestal zijn ze zeeziel. latiemateriaal beklede kamertjes en brullen als leeuwen. Om het laat. ste hoofdvlak te zien, het vlak van de straten, moest je je uit het raam buigen en onder een rechte hoek naar beneden kijken. Daar ïag je, als door een omgedraaide verrekijker, een kruispuntje met kleine automobielen, voetgangers, op het asfalt gegooide kranten en zelfs twee rijen glanzende knoopjes die waren aangebracht op de plaats waar voetgangers de straat mochten oversteken. Uit het andere raam kon je de Hudson zien, de rivier die de scheiding vormt tussen de staten New York en New Jersey. De huizen tot aan de Hudson horen bij New York City en de huizen aan de overkant van de rivier bij Jersey City. Er is ons verteld dat deze op het eerste gezicht vreemde bestuurlijke scheiding haar voordelen heeft. Je kunt bijvoorbeeld in de ene staat wonen en in de andere werken. Je kunt ook speculeren in New York en belasting betalen in Jersey. Die is daar trouwens niet zo hoog. Dat veraangenaamt het grijze, eentonige bestaan van de beursspeculant ietwat. Je kunt trouwen in New York en scheiden in New Jersey. Of omgekeerd. Afhankelijk van waar de wet op de echtscheiding milder is of waar de echtscheidingsprocedure goedkoper is. Wij hebben bijvoorbeeld de automobiel, die we kochten om een reis door het land te maken, verzekerd in New b sey, wat inderdaad enkele dollars goedkoper was dan in NewYork.

De eetlust verdwijnt tijdens het eten iemand die voor het eerst in New York is, kan zonder vrees zijn hoen zich diep in de New Yorkse wirwar begeven. Verdwatel len in New York is moeilijk, hoewel veel straten verrassend veel op lijken. Het geheim is eenvoudig. De straten zijn verdeeld in mee soorten: die in de lengterichting, de avenues, en die dwars daarop, de greetS. z o is Manhattan opgezet. Evenwijdig aan elkaar lopen First, Second en Third Avenue. Verderop, hieraan evenwijdig, Lexington Avenue, Fourth Avenue (waarvan het verlengde vanaf Centra1 Station de naam Park Avenue draagt (dit is de straat van de rijken), Madison Avenue, de mooie winkelstraat Fifth Avenue, Sixth, Seventh Avenue, enzovoort. Fifth Avenue deelt de stad in twee stukken: East Side en West Side. Al deze avenues (het zijn er niet veel) worden doorsneden door de streets, waarvan er enkele honderden zijn. En terwijl de avenues nog enige onderscheidende kenmerken hebben (de een is breder, de ander smaller, boven de Third en Seventh rijdt de verhoogde spoorweg, op het midden van Park Avenue is een gazon aangelegd, aan de Fifth verrijzen het Empire State Building en Radio City), zien de streets er volstrekt hetzelfde uit en zelfs een doorgewinterde inwoner van New York kan ze aan de hand van uiterlijke kenmerken nauwelijks van elkaar onderscheiden. De New Yorkse geometrie wordt verbroken door de bochtige Broadwa~,die de stad schuin doorsnijdt en die zich uitstrekt over enkele tientallen kilometers. De grootste stromen voetgangers en automobielen bewegen zich Over de brede avenues. Hieronder zijn de viersporige subway-tunnels als kolenschachten zo zwart en vochtig. Erboven dreunt het ijzer van de elevated (verhoogde spoorweg). Ze hebben hier alle transportmiddelen, ook enkele ouderwetse dubbeldeksbussen en zouden ze in Kiev, waar ze het tramverkeer op de be'angrijbte hebben afgeschaft,erg verbaasd zijn als ze zouden horen dat er een tramlijn loopt over Broadway, de drukste

terichting de stad moet doorkruisen en die zich bovendienhet waan,innige idee in zijn hoofd heeft gehaald voor dit doel een taxi-cab te nemen. De taxi slaat een street in en belandt meteen in een chronifile. Terwijl politieagenten de briesende automobielkuddes voortdrijven over de mijieniange avenues, verzamelen zich in de morsige, nauwe streets razende zwermen schlemielen en waanzinnigen die niet in de lengte- maar in de breedterichting de stad door rijden. De rij strekt zich uit over enkele blokken, de chauffeurs zitten te draaien op hun stoel, passagiers steken ongeduldig hun hoofd uit het raam, leunen weer achterover en slaan mismoedig hun kranten open. Het is moeilijk te geloven, maar zeventig jaar geleden stond er op de hoek van Fifth Avenue en 4znd Street, op dezelfde plek waar zich in "ijf minuten een hoeveelheid automobielen ophoopt die er in heel polen niet bestaat, een herberg met twee veelbetekenende plakkaten ter kennisgeving aan de misters passanten:

HET IS NIET TOEGESTAAN MET SCHOENEN A A N IN BED TE GAAN LIGGEN

HET IS VERBODEN MET MEER DAN ZES GASTEN I N BED TE GAAN LIGGEN

werven, ~t~aatfotografcil riciiitcn hllil Leica? op voorbijgangers ze vooral kozen voor cavaliers met hun dames, en voor vincialen. Als de fotograaf afgedrukt had, liep hij o p zijn aanvalsob. ject af en overhandigde hem een kaartje met het adres van zijn ate., lier. Voor 25 cent kon de gefotografeerde voorbijganger zijn afdrukje krijgen, een prachtig afdrukje, waarop hij, bij verrassing gekickt, zij,, voet in de lucht heeft. Onder de beroete bogen van de brug, in de schaduw waarvan modder glom die was achtergebleven na de regen van gisteren, stond een man met zijn hoed scheef op het hoofd en zijn overhemd losgeknoopt. Hij hield een redevoering. O m hem heen hadden zo'n twintig nieuwsgierigen zich verzameld. Het was een propagandist van de onlangs in Louisiana vermoorde senator Huey Long. Hij sprak over de van de rijkdom. De luisteraars stelden vragen. Hij antwoordde. Zijn publiek aan het lachen maken leek zijn belangrijkste taak te zijn. Niet ver van hem af, op het zonovergoten trottoir, stopte een dikke negerin van het Leger des Heils, die een ouderwetse hoed en verstelde laarzen droeg. Ze haalde een bel uit haar koffertje en belde luid. Het koffertje legde ze gewoon o p het trottoir bij haar voeten. Ze wachtte tot enkele bewonderaars van de overleden senator naar haar waren overgelopen, kneep haar ogen dicht tegen de zon en begon iets te roepen, waarbij ze met haar ogen rolde en zich o p haar omvangrijke borst sloeg. We waren al enkele blokken verder gelopen, maar het geschreeuw van de negerin was nog duidelijk te horen in de zee van lawaai van deze onrustige stad. Een man liep rustig heen en weer voor een confectiewinkel. Op zijn rug en op zijn borst droeg hij twee identieke plakkaten: H I E R GESTAAKT. Op de volgende straat stapten nog enkele demonstranten heen en weer. Boven de grote etalage van een winkel op een hoekflonkerden,ondanks de zonnige ochtend, blauwe elektrische letters: CAFETARIA. De cafetaria was groot, heel licht en heel schoon. Bij de wanden glazen toonbanken, volgestouwd met mooie, appetijtelijke etenswaren. Links van de ingang bevond zich de kassa. stond een metalen kastje met een kleine spleet overdwars, zoals bij een 'paarpot Uit de spleet stak het lipje van een blauw kartonnen kaartje. Alle binnenkomende gaaen trokken aan lipje. Ook Wij deden d a t Er klonk een melodisch geklingel, en uit de spleet een nieuw lipje te voywedstrijden! In deze zelfde rechthoekige, door wrestling bezoedelde arena, zagen we een rodeo: wedstrijden van herders uit het westen.

eer waren er ring noch stoelen. h vloer van de arena wa5 Deze k tot rand bedekt met schoon zand. O p de tribune zaten muvan rand cowboyhoeden op, die uit alle macht o p hun dkanten met waldhoorns en trombones bliezen. Ben POo" in een stevige houten schutting ging open en er begon een deelnemersparade. O p fraaie paarden reden vertegenwoordigers

van de romantische staten van Amerika: cowboys en cowgirls (herder, en herderinnen) uit Texas, Arizona. Nevada. van de reusachtige hoeden deinden o p en neer. de meisge e s p e t t e n het publiek met een kordaat handopsteken. In de arena a] enkele honderden ruiters en er kwamen steeds maar nieuwe door de poort. ~~t feestelijke deel was klaar, het artistieke deel begon. om de beurt kwamen de cowboys door de poort, gezeten o p Meine, razend op en neer springende stieren. Waarschijnlijk hadden ze deze &ren, voordat die de arena werden ingestuurd, o p de een of manier pijn gedaan, want ze gingen vreselijk tekeer. De opgave van de ruiter bestond erin zo lang mogelijk o p de rug van het dier -- te blijven zitten, met de hoed in de rechterhand, zonder zich aan het beest vast te houden. Aan het plafond hing een enorme chronometer, die door de hele zaal gevolgd kon worden. De ene cowboy hield het zeventien seconden uit o p een furieuze stier, de ander vijfentwintig. Enkele ruiters werden door de stieren al in de tweede of derdeseconde op de grond geworpen. De overwinnaar was erin geslaagd iets van veertig seconden te blijven zitten. De cowboys hadden de gespannen, verlegen gezichten van dorpsknapen die niet wilden afgaan voor hun gasten. Daarna reden de cowboys o m de beurt naar binnen o p paarden, zwaaiend met een tot een kluwen opgerolde lasso. Voor het paard uit rende een kalf met de staart omhoog in triomfantelijke galop. Opnieuw werd de chronometer aangezet. Plotseling vloog het touw uit de hand van de cowboy. De lus gedroeg zich in de lucht als levend. Een seconde hing hij boven het hoofd van het kalf en al in de volgende seconde lag het kalf op de g o n d . De cowboy rende er haastig heen om het kalf zo snel mogelijk volgens alle regels van de Texaan-

Laren

se"gePakt, zij hetvastwanhopig te binden en het te veranderen in een zorgvuldig loeiend pakje.

De rodeoliefhebbers schreeuwden en noteerden seconden en tracties van seconden in hun boekjes.

Het nl»eilijkste was voor het laatst bewaard. Hier haddeli de cowboys de handen aan vol. Uit de poort werd een stootgrage, kwade koe losgel,\ten. Zij rende door de arena niet een snelheid die je absoluut cowniet zou verwachten van een doorgaans ZO vreedzaam dier. boy joeg de koe op zijn paard achterna, sprong haar in volle draf OP de hals, greep een hoorn en sprong op de grond. Het belangrijkste en liloeilijkste was om de koe op de grond te gooien. Velen slaagden daar uitelildelijk niet in. Als de koe op de grond gegooid was, moesten haar vier poten worden vastgebonden en moest er gemolken worden, een flesje, dat de cowboy haastig uit zijn zak haalde, moest melk terechtkomen, al was het maar een klein beetje. Voor dit alles werd slechts één minuut toegekend. Als hij de koe gemolken had, stak de cowboy triomfantelijk het flesje omhoog en rende opgetogen de omheining uit. Door de schitterende kunsten van de herders, hun liederen in mineur en hun zwarte gitaren, vergaten we het zware ploffen van bokshandschoenen, de kwijlerige open bekken en betraande gezichten van de deelnemers aan het Amerikaans worstelen, het wrestling. De kolonel had gelijk gehad. In zijn arena kon je zowel goede als slechte dingen zien.

We kopen een automobiel en vertrekken

opweg naar de Silig Sing, of zelfs eerder, al bij het ontbijt met ,LL~. Adams, begonnen we hem te overreden met ons mee te gaan op de grote reis door Amerika. Daar wij geen enkel argument hadden, herhaalden we steeds maar monotoon: 'Kom toch met ons mee! Het heel interessant!' We praatten op hem in als een jongeman die een meisje wil overreden verliefd op hem te worden. Die wens is op niets gebaseerd, maar liij wil heel erg dat iemand van hem houdt. Dus gaat hij aan het zeuren. Mr. Adams antwoordde daar niet op, verlegen als een jong meisje, of probeerde het gesprek op een ander onderwerp te brengen. Toen verhoogden we de druk. We bedachten een foltering, waaraan we de goede oude man een hele week onderwierpen. 'Bedenk, Mr. Adams, dat LI de oorzaak van onze ondergang zult zijn. Zonder u zijn we verloren in dit land, dat zo overvol is met gangsters, benzinestations en eieren met ham. Zie, onder uw ogen zullen we hier in New York verloederen en ten onder gaan.' 'NO, no, sirs,' zei Mr. Adams, 'no! Niet meteen zo praten! Het is kortzichtig om zo op te treden. Ja, ja, ja! Dat begrijpt u niet. Mr. Ilf en Mr. Petrov!' Maar wij zetten deze gesprekken meedogenloos voort, omdat we voelden dat onze nieuwe vriend aarzelde en dat we dit dikke, in keurig grijs pak gestoken ijzer snel moesten smeden, zolang het nog heet was. Mr. Adams en zijn vrouw behoorden tot het soort echtgenoten die elkaar met één blik begrijpen. In de blik van Mrs. Adams viel te Irzen: ik weet dat jij graag mee met wilt gaan. Jij kunt jezelf er gewoon maar net van weerhouden de eerste de beste lieden die je tegenkomt, halsoverkop op w% te Pan. Dat is gewoon jouw Het kan je gewoon niets schelen diat ie mil en onze baby in de steek laat. je bent zo nieuw'sgierig als een Werer-

tie, Iloewel je al drieënzestig jaar bent. Bedenk eens hoe vaak je rika liebt doorkruist, per autorilobicl ei1 per trein! Je keilt het toch je eigen huis. Maar als je het nog eens wilt bekijken, ga dan Inaar, ~k ben \.oor jou tot alles bereid. Ik snap d e e n één ding niet: wie van jullie zal rijden? Ach, doe maar wat je goeddunkt. Denk maar liever niet aan mij. NO,no, Becky! stond te lezen in de antwoordblik van Mr. Adains, Het is onterecht en voorbarig o m Zo somber over mij te denken. ~k wil heleinaal nergens heen. Ik zou gewoon die mensen willen helpen. Bovendien, zonder jou ben ik verloren. Wie zal mijn hoofd scheren? Het beste is dat je met ons meegaat. Jij bent nog nieuwsgieriger dan ik. Dat weet iedereen. Ga toch mee! lij zult trouwens rijden. En de kleine? antwoordde de blik van Mrs. Adains. Ja, ja, de kleine! Verschrikkelijk: die was ik helemaal vergeten! Toen het woordeloze gesprek o p dit punt was aanbeland, wendde Mr. Adams zich tot ons en riep: 'No, no, sirs! Het is onmogelijk!' 'Waarom dan?' zeurden wij. 'Alles is mogelijk. Zo zal het goed zijn. We zullen rijden, rustpauzes houden, overnachten in hotels.' 'Wie overnacht er in hotels!' schreeuwde Mr. M a m s plotseling. 'We zullen overnachten in tourist houscs of canzps.' 'Ziet u nu wel?' grepen wij deze kans aan. 'U weet alles beter, laten we gaan. Nou, laten we gaan! Echt waar! Mrs. Adams, gaat u met ons mee! Laten we met de hele familie gaan!' 'En de kleine?' riepen beide echtelieden. We antwoordden lichtzinnig: 'Die kan naar de crèche.' 'NO, no, sirs! Oh no! U vergeet iets! Hier zijn geen crèches. U bent niet in Moskou.' Dat was waar. We waren niet in Moskou. Uit de vensters van de woning van Mr. Adams kon je de kale bomen van Central Park zien en uit de dierentuin kwamen de hese kreten van papegaaien die autoclaxons nadeden. 'Breng haar dan bij bekenden,' gingen we verder. Het echtpaar verzonk in gedachten. Maar toen werd alles verpest door de kleine zelf. Ze kwam de kamer binnen in een slaappakje met Mickey Mouse o p de borst geborduurd. Ze kwam welterusten zeggen. De ouders wierpen zich kreunend op hun dochtertje. Ze omhelsden haar, kusten haar en telkens draaiden ze zich naar ons om. Nu viel in beider blik hetzelfde te lezen: wat? Dit prachtige meisje ruilen tegen die twee buitenlanders? Nee, dat zal niet gebeuren!

De verschijning van de kleine wierp ons weer bijna terug tot onze uitgangspositie. We moesten heiemaai opnieuw beginnen. En we gingen tot nieuwe aanvallen over. 'Wat een mooi kind! Hoe oud is ze? werkelijk pas twee jaar? Ze ziet eruit als acht. opmerkelijk standig kind! U moet haar meer vrijheid geven! ~~~k~ u niet dat voortdurende zorg de ontwikkeling van een kind vertraagt?9 'Ja, ja, ja, misters!' zei de gelukkige vader en drukte het kind tegen zijn buik. 'U maakt gewoon een grapje: Toen het kind in bed .was gelegd, praatten we fatsoenshalveeen minuut of vijf over koetjes en kalfjes, maar toen trokken we opnieuw ten strijde. We deden een heleboel voorstellen met betrekking tot de kleine, maar geen een was geschikt. In complete wanhoop zeiden we ineens, flapten we eruit: 'Kent u niet een of andere eerzame dame die bij de kleine zou kunnen wonen tijdens uw afwezigheid?' Zo'n dame leek er zowaar te zijn. We begonnen dit idee al verder uit te werken, toen Mr. Adams plotseling opstond. Zijn brillenglazen glinsterden. 'Sirs! Wij hebben twee dagen nodig om dit probleem op te lossen.' We hingen twee dagen rond in New York en verveelden elkaar met vragen over wat er zou gebeuren als de Adamsen zouden weigeren met ons mee te gaan. Waar zouden we dan het ideale wezen moeten vinden? En we stonden lang voor etalages van reisartikelenwinkels. Tassen van Schotse stof met ritssluitingen, rugzakken van zeildoek, zachtleren koffers, plaids en thermosflessen: dies verwees hier naar reizen en daagde uit tot reizen. Precies op het afgesproken tijdstip verscheen Mr. Adams in onze hotelkamer. Hij was niet te herkennen. Hij gedroeg zich traag en plechtig. Zijn vest zat met alle knoopjes dicht. Zo komt de ambassadeur van een bevriend buurland bij de minister van Buitenlandse Zaken om mede te delen dat de regering van Zijne blajesteit zich beschouwt als zijnde in oorlog met het land dat de genoemde minister van Buitenlandse Zaken nu juist vertegenwoordigt. Petrov,' zei de kleine dikkerd, terwijl hij puffend het ' M ~~, l en f parelende zweet van zijn kale hoofd veegde, 'wil hebben besloten uw voorstel aan te nemen.' Wij wilden hem onlhelzen, maar dat liet hij niet toe. Hii zei: 'Sirs, dit is een te ernstig- moment. Er is geen tijd meer te d i c ' e n . D,it moet u begrijpen, sirs.'

lil die twee dageii had Mr. A d a m niet a k e n het voorstcl aangelllaar ook de hele route in detail uitgewerkt. Deze route deed ons duizelen. E ~ doorkruisen ~ ~ , we de langgerekte staat New York in zijn gehele leiiStc en stoppen in Schenectady, een elektriciteitsindustriestad, ,tolgeli& grote halteplaats is ihffalo. 'Misschien is dat te triviaal, de Niagara-watervallen bekijken, sirs, die moet je gezien hebben.' Vervolgens zuilen we langs de kust van het Ontario-meer en het Erie-meer naar Detroit rijden. Hier zullen we d e Ford-fabrieken bekijken. Dan naar Chicago. Daarna gaat de weg naar Kansas City. Door Oklahoma komen we in Texas terecht. Van Texas naar Santa Fe, New Mexico. Hier zullen we op het grondgebied van indianen komen. Na ~ h q u e r q u esteken we de Kocky Mountains over en komen we in de Grand Canyon. Dan Las Vegas en d e beroemde dam in de Colarado-rivier: de Boulder Dam. En na d e Sierra Nevada-bergketen te hebben overgestoken, zijn we dan in Californië. Dan San Francisco, Los Angeles, Hollywood, San Diego. We keren terug vanaf de kust van de Stille Oceaan langs de Mexicaanse grens, door El Paso, San Antonio en Houston. We zijn nu in de zwarte staten: Louisiana, Mississippi, Alabama. We overnachten in New Orleans en langs de noordelijke hoek van Florida, over Talahassee, Savannah en Charleston rijden we naar Washington, de hoofdstad van de Verenigde Staten. Nu is het makkelijk om over dat alles te schrijven, maar toen ...Wat een geschreeuw, wat een discussies, wat een pogingen elkaar te overtuigen! We wilden overal wel zijn, maar de tijd was beperkt. De hele autoreis moest twee maanden duren en geen dag langer. De Adamsen verklaarden gedecideerd dat ze maar zestig dagen zonder hun kleine konden. Alleen een automobiel ontbrak nog. Wat voor automobiel moesten we kopen? Hoewel vooraf vaststond dat we de goedkoopste automobiel zouden kopen die er op het grondgebied van de Verenigde Staten maar gevonden kon worden, besloten we een autozaak uit 1935 te bezoeken. Het was november 1935 en de zaak was net open. In toonzalen op twee verdiepingen was, als in het brandpunt van een lens, alle sprookjesachtige glans van Amerika samengebracht Er waren geen orkesten of palmen, er was geen buffet, kortom, er waren geen extra versieringen. De automobielen zelf waren zo mooi dat

I

l

Elke firma demonstreerde zijn eigen technische truc, een of a&re perfectionering, bedacht om de klant tot het uiterste te prikkelen, hem (en vooral ook zijn vrouw) geestelijk uit zijn evenwicht te brengen. Alle automobielen die door de firma Chrysler waren uitgestald, waren goudkleurig. Er bestaan zulke kevers, koffieachtig goudkleurig. Rondom deze automobielen klonk gekreun. Knappe slanke Amerikaansen, met de blauwe ogen van Vestaalse maagden, waren bereid een moord te plegen om zo'n wagen te kunnen bezitten. Hun echtgenoten verbleekten bij de gedachte dat ze vannacht alleen moesten zijn met hun vrouw en dat van vluchten geen sprake kon zijn. Veel, heel veel wordt er gesproken in New York in de nacht na de opening van een autozaak! De man heeft het zwaar op de openingsdag van de toonzaal! Lang zal hij rond de echtelijke sponde drentelen, waar zijn dierbaarste zich als een poesje heeft opgerold, en prevelen:'Missy, onze Plymouth heeft toch nog maar twintigduizend mijl gemaakt. Dat is toch een ideale wagen.' Maar zijn dierbaarste zal niet eens luisteren naar haar man. Zij zal steeds h e t d f d e , steeds hetzelfde herhalen: 'Ik wil een gouden ChWIer!' En in die nacht za] de eerzame echtelijke bedstee voor de man veranderen in het spijkerbed van een Indiase fakir. Maar lage, machtige Cords, met kristallen koplampen die omwille van nog betere stroomlijning verborgen zitten onder de spatborden, doen de gouden kevers vergeten. De Amerikaansen klimmen in deze wagens en zitten daar hele uren, niet bij machte om uit te stapPen. Aan totale verdwazing ten prooi drukken ze op een knopje en triomfantelijk springen de koplampen vanonder de spatborden te voorschijn. Opnieuw beroeren ;re het knopie en de lampen VrrstW-

Liijl ili Iiun ncsieii. En opnieuw is vanbuiten niets te zien: naakt glinimeiid spatbord. Maar alles verbleekt, mwel goud als kristal, bij de verfijlldc en OP het oog ouderwetse vormen van de enorme Roll~-Ro~ces. ~~~~twil jedeze$~agelisvoorbijlopen. Eerst bcli je zelfs verbaasd: waarom staan tussell tinten en gestroomlijiide modellen die hun koplampen verbergen, deze eenvoudige zwarte wagens! Maar je hoeft maar even beter te kijken of het wordt duidelijk dat juist dit het topstuk is. ~ iis teen wagen voor een heel leven, een wagen voor superrijke oudjes, een wagen voor prinsen. Hier ervaart Missy dat ze volledig geluk nooit zal bereiken, dat ze nooit een prinses zal zijn. Daarvoor verdient haar Frank te weinig geld op zijn kantoor. Nooit zal deze automobiel uit de mode raken, nooit veroudert hij, zoals briljanten en sabelbont niet verouderen. Ach, het was haast griezelig om daar in te gaan zitten! Je voelt je een lord zegelbewaarder die het zegel verloren heeft en zo meteen ontslagen zal worden. We zaten een tijdje in de Rolls-Royce en besloten hem niet te kopen. Dit was te luxueus voor ons. Hij ZOU ons nauwelijks van pas zijn gekomen in de ruwe omstandigheden van onze komende reis. Daarbij kwam dat hij vele duizenden dollars kostte. Daarna zwierven we van wagen naar wagen. We zaten in een blauwe Buick en in een kleine en goedkope Chevrolet, we riepen door op het knopje te drukken de koplampen van de Cord te voorschijn uit hun schuilplaats, bevoelden de Plymouths, Oldsmobiles, Studebakers, Hudsons, Naslies, drukten zelfs op de claxon van de Cadillac met een air alsof daarvan afhing of we een Cadillac zouden kopen of niet. Maar toen we uit het binnenste van deze prachtige wagen een machtig steppengehuil hadden opgeroepen, traden we terug. Nee! We kopen hem niet! Te duur! We bezochten zelfs nog andere autosalons. Ze bevonden zich voornamelijk in de openlucht, op onbebouwde stukken terrein in de stad, en al hun pracht werd bedorven door een groot uithangbord met het opschrift TWEEDEHANDS AUTOMOBIELEN. Hier waren ook Studebakers, Oldsmobiles, Cadillacs, Hudsons en Plyiriouths. Maar wat had de tijd uitgericht! Geen opknapbeurt had hun eerbiedwaardige ouderdom kunnen verbergen. 'Dat zijn automobielen voor heel rijke mensenizei Mr. Adams onverwachts.'Ik raad u aan een nieuwe Ford te kopen. Een tweedehands wagen kost weinig, maar u weet nooit hoe vaak u hem onderweg zult

moeten laten repareren, hoeveel benzine en utie hij /,,ipt, Nee, nee, misters, dat ZOU stom zijn, oud spul kopen,' En hoewel OP elk van deze markten onder een speciaal baldakiJntje een autoInobiel stond, opgetooid met een verleidelijkplakkaat: SENSATIE VAN DE DAG en wij deze sensatie vreselijk graagwildenhet,ben (zij werd voor een heel lage prijs verkocht en zag er gavoon prachtig uit), A d a m was onvermurwbaar en weerhield ons van een gevaarlijke aankoop. We kochten een nieuwe Ford. Eerst wilden we een Ford met autoradio kopen. er werd ons een verschrikkelijk verhaal verteld. Onlangs was er een ongelukge. beurd, in de bergen had een wagen zich te pletter gereden, zwaar. gewonde inzittenden hadden enkele uren in de wagen gelegen, der de klanken van foxtrots, die door het heel gebleven radiotoestel ten gehore werden gebracht. Daarna zagen wij natuurlijk van een radio af. Deze kostte trouwens tweeënveertig dollar. Van verwarming zagen we ook af. Waarom verwarming, als er toch een raam open moest blijven omdat anders de voorruit zou beslaan. Bovendien was verwarming duur: twaalf dollar. Een asbak was goedkoop, maar er was geen tijd meer om deze te kopen. Kortom, we kochten de allergewoonste Ford, zonder radio, zonder verwarming, zonder asbak en zonder kofferruimte achterin, maar wel met een elektrische aansteker. Hij werd ons verkocht door een dealer (autoverkoper) in het lage deel van de stad, ergens op Second Avenue, op de hoek met First Street, niet de meest aristocratische wijk van de stad. Onze nieuwe automobiel, of zoals ze in Amerika zeggen, car, stond in een lege schuur. In de schuur was het donker en vrij smerig. En de dealer leek op een gangster en vertoonde eigenlijk geen bijzonder verlangen de wagen te verkopen. Kochten we hem, dan kochten we hem, kochten we hem niet, ook goed. En niettemin zagen we meteen: dat was wat we zochten. De automobiel was helemaal nieuw had een edele muisgrijze kleur, zag er duur uit, maar was goedkoop. Wat kon men zich van een nog meer wensen! Gratis gebakjes, zoals Maiakovski placht te zeggen? Zulke wonderen bestaan niet! kochteii hem meteen. Wij werden smoorverliefd op onze nieuwe Car. En toeri al ha gr regel voorbij was, toen we de papieren die recht gaven wagenbtr-

zit, olltvangen hadden, tocn hij een geel nummerbord 30-99-74 had gekregen en verzekerd was voor het geval dat wij iemand zouden aanrijden en ook voor het geval dat iemand ons zou aanrijden - toeIl wij voor Je eerste keer in onze automobiel door New York reden, met Mrs. Adams achter het stuur en Adams zelf naast haar, toen waren we erg trots en begrepen niet helemaal waarom de grote stad ons niet toejuichte. Om ons een plezier te doen zei de oude Adanis dat hij in zijn hele leven nog nooit zo'n knap staaltje, zo'n wendbare, licht rijden& en zuinige automobiel had gezien. 'Ja, het is wonderbaarlijk comfortabel en prettig om hem te besturen. U hebt wonderbaarlijk veel geluk gehad dat u juist deze automobiel hebt gekocht,' bevestigde Mrs. Adams. Ook ons gaf het voldoening dat wij er in geslaagd waren de beste van de vijfentwintig miljoen Amerikaanse automobielen te krijgen. De laatste nacht brachten we door bij de Adamsen. We besloten zo vroeg mogelijk op te staan, o m weg te gaan terwijl de arme kleine nog sliep. Maar dat lukte niet. Het meisje betrapte ons terwijl we druk bezig waren koffers heen en weer te slepen. De Adamsen boden een meelijwekkende aanblik. Met valse stemmen verzekerden ze de kleine dat ze over een uur terug zouden komen. De negerin huilde. Wij voelden ons schurken. De wagen gleed over het vochtige asfalt van Central Park West, op het dashboard werden de mijlen afgeteld, wij begonnen onze verre tocht.

Deel I1

Door de Oostelijke staten

Op de autoweg We lieten de trotse torens van New York achter ons, +,lakken van het Empire, omlijst door roestvrij staal, glansden dof in de ochtendschemer die boven de reuzenstad hing. Een fijnemist omhulde de toppen van Radio City, Chrysler, Woolworth en andere krabbers met en zonder naam. Nu reden we door drukke en onoog. lijke buitenwijken. Over de klinkerbestrating stroomde troebel water. De groene ijzeren brug van de verhoogde spoorweg doorsneed de straat ter hoogte van de vierde verdieping. De temperamentvolle New Yorkers reden onstuimig in hun automobielen naar het werk. Er blikkerde een gestreepte draaideur van een kapsalon: een draaiende glazen cilinder met witte, rode en blauwe strepen. In een rood bakstenen gebouw werden geroosterde boterhammen verkocht. Alle huizen hier waren trouwens van baksteen, allemaal waren ze rood. Wat viel hier te bewonderen, waar zou je van kunnen gaan houden? New York is een angstwekkende stad. Miljoenen mensen leveren hier een dappere strijd voor hun bestaan, In deze stad is te veel geld. Sommigen hebben te veel, anderen hebben heel weinig. En dat werpt een tragisch licht op alles wat er in New York gebeurt. We namen voor twee maanden afscheid van deze stad. De route van de eerste dag was duidelijk. We zouden naar Schenectady gaan over federale weg nr. g, over ~oughkeepsie(om dit woord uit te beelden moeten in het Engels twaalf letters tvorden V bruikt), Hudson en Albany, de hoofdstad van de staat New York. Het reisschema was ook duidelijk. We hadden zestig dagen ter beschikking en moesten ongeveer tienduizend mijl afleggen. Als we tweehonderdvijftig mijl per dag zouden doen, dan zouden wedie afstand in veertig dagen kunnen overbruggen. Vijftien dagen trokken we uit voor bezichtiging, verkenning en bestudering van een en dnder. Totaal vijfenvijftig dagen. Vijf dagen bleven in reserve, "oor Ontoe voorziene omstandigheden. Daar hoever1 we alleen nog nmdr

te ,,oegeli dat een rilijl 1,6 kilonit.tei. bedraagt.

De koffer met olize spullen werd in de bagageruimte gelegd, di, zich olider de achterl->aiikbevond. Daar zaten overhemden in, zakdoekeii, lilaar vooral aaiibevelirigsbrieven, nieuwe aanbevelingsbrieven voor onze hele reisroute. De geadresseerden waren opnieuw professoren, theatermensen, dichters, ingenieurs, politieke figuren, gouverneurs en senatoren. K ~we hadden ~ heel ~ wat aaiibevelingsgoederen. ~ ~ , ~~t is tijd om maar eens onze belofte na te komen en een apart hoofdstuk over de Amerikaanse wegen te schrijven. Dat zijn ze waard. hJisschien zijn ze zelfs meer waard: een compleet, met bezieling geschreven boek. We \+,arenniet voor het eerst op de autoweg. NU waren we gewend aan dit schitterende wegennet, het nieuwe was er voor ons al af, maar de eerste indruk was onvergetelijk. We reden over een witte plaat van gewapend beton, elf duim dik. Dit volmaakt vlakke wegdek was enigszins ruw en had een enorme cohesiecoëfticiënt. Door regen werd het niet glad. We rolden er zo licht en geluidloos overheen als een regendruppel over vensterglas. De weg was over zijn gehele lengte onderverdeeld met behulp van dikke witte strepen. Er konden in beide richtingen tegelijk vier wagens over rijden. Deze wegen zijn, net als de wegen van het oude Rome, praktisch voor de eeuwigheid aangelegd. Mrs. Adams keek af en toe klaaglijk naar ons om. Wij deden echter of we haar blikken niet begrepen, hoewel die zonneklaar waren. Mrs.î&ms wilde meer gas geven, maar de dealer had ons bij de verkoop van de wagen aangeraden de eerste paar dagen niet harder te rijden dan veertig mijl. Dat was noodzakelijk o m de nog niet ingelopen niet te vernielen. Mr. Adams keek naar de snelheidsmeter, zag dat het fraaie dunne pijltje al rond het cijfer 50 heen en weer en meteen drukte te maken: 'No, no. 1tP impossible! Dat is onmogelijk! De car is nog niet er moet hé61 voorzichtig mee omgesprongen. Nietwaar, misters?' We niets Van het omgaan met automobielen en knikten onze Ogen af te wenden van de strepen op de weg. 01die weg! Twee maanden lang snelde Iiij ons tegemoet, van beton of asfalt, of korrelig. gemaakt van steengruis en doordrenkt met zware olie.

Het is waanzin te denken datje over een Amerikaanse federaleweg langzaam kunt rijden. Enkel de wens voorzichtig te zijn is ,,iet genoeg, &halve uw automobiel rijden er nog honderden, vanachter dringen ze met duizenden tegelijk op, tienduizenden scheurenu tegemoet. En allemaal jagen ze voort zo hard ze kunnen en sleuren u mee met satanische kracht. Heel Amerika jakkert ergens heen, van ,toppen lijkt geen sprake meer te zijn. Op de neuzen van de wagens blinken metalen honden en vogels. Temidden van miljoenen automobielen vlogen ook wij van oceaan naar oceaan - een zandkorrel, voortgejaagd in een storm van benzine die al jarenlang over Amerika woedt! Onze wagen raasde voort door een haag van benzinestations met elk zes, acht, of zelfs tien rode of gele pompen. Bij een ervan hielden we stil o m de benzinetank te vullen. Uit een keurig gebouwtje, in de etalage waarvan allerlei smeersels en poeders voor automobielen te zien waren, kwam een man met een gestreepte pet en een gestreept tenue. Onder zijn open kraag zag je een gestreept boordje en een zwarte leren vlinderdas. Techniek-chic: leren strikjes dragen. Hij stak een rubberen slang in de opening van de tank en de pomp begon automatisch het aantal door de automobiel opgeslokte gallons benzine af te tellen. Tegelijk sprongen er op de teller van de pomp cijfers te voorschijn die de prijs van de benzine aangaven. Bij elke nieuwe gallon tingelde het apparaat melodieus. Getingel is ook techniek-chic. Het kan ook zonder getingel. Hier hoorden we het woord service, dat 'onderhoud' betekent. De tank is vol en je kunt verder. Maar de gentleman met de gestreepte pet en de leren vlinderdas acht zijn missie niet voltooid,hoewel hij heeft gedaan wat hij moest doen: hij heeft ons elf gallon benzine verkocht, ongeveer zoveel als wij hebben gevraagd. De grote Amerikaanse service is begonnen. De man van het gnsolirie-station (in de Verenigde Staten heet benzine gasoline) opent de kap van de wagen en controleert met een metalen liniaal met streepjes het oliepeil in de motor. Als het kelijk is olie toe te voegen, brengt hij deze meteen, in mooie blikken of brecdhalzige flessen. De kosten van de olie worden n'ltuurli'k v'rrekend. \\'ij hielden Daarna wordt de bandenspanning Spanning in de voorbanden op zesendertig Engelse ponden en ln de

acllterba~ide~~ op dertig. Overtollige lucht wordt eruit gelatell,als er liiet genoeg is, wordt er lucht toegevoegd. Daarna richt de gestreepte gentleman zijn aandacht op de voormit. Hij haalt er een schone en zachte doek overheen. Als de ruit erg vies is, tvordt hij met een speciaal poeder schoongemaakt, Dit alles gebeurt snel, maar niet gehaast. Tijdens dit werk, dat de reiziger geen cent kost, vertelt de man van het benzinestation u over de weg en over het weer langs uw route. Goed, alles is in orde en er hoeft, zo lijkt het, niets meer aan het van de automobiel te worden gedaan. Maar dan begint het de reiziger, mild gestemd door de service, voor te komen dat de rechtervoordeur van de wagen onvoldoende stevig sluit. De gestreepte gentleman glimlacht welwillend, neemt wat gereedschap uit zijn achterzak - en twee minuten later is de deur in orde. Bovendien krijgt de reiziger een voortreffelijke kaart van de staat, gedrukt door een oliemaatschappij die langs de wegen benzine verkoopt. Je hebt kaarten van Standard Oil, Shell, Socony, Conoco, Esso of Esso-lubo. Ze zijn alleniaal uitstekend gedrukt op heel mooi papier, lezen heel makkelijk en geven zeer nauwkeurige en de meest recente informatie. Het is onbestaanbaar dat ze u een kaart geven die het wegenplan van vorig jaar weergeeft. Alle kaarten zijn vers en als er ergens op een weg ingrijpende werkzaamheden plaatsvinden, dan staat ook dat op de kaart aangegeven. Op de achterkant staat een opsomming van hotels en toeristenhuisjes waarin je kunt overnachten. Zelfs bezienswaardigheden langs de route worden genoemd. De hele service is een gratis toevoeging aan de gekochte benzine. Dezelfde service zal verleend wordeii zelfs als u maar twee gallons benzine koopt. Verschil in benadering kennen ze hier niet. Hier valt dezelfde rimpelloze, snelle en rustige onderhoudsbeurt ten deel aan een of ander oud Chevroletje ais aan een superblinkende Duesenberg van duizenden dollars, het wonder van de autosalon van 1936. Bij het afscheid zei de man van het benzinestation dat hij persoonlijk in een nieuwe automobiel dertig in plaats van veertig mijl per uur zou rijden, en niet alleen de eerste vijfhonderd mijl, maar het hele duimdtal. Maar daarna zou de motor dan ook perfect werken. Dit was een verpletterende klap voor Mrs. Adams en ze hield glimlachend een snelheid van achtentwintig, negenentwintig mijl aan. Wij. de mannen, hielden ons met berekeningen bezig. Wat heerlijk

om zakelijk te zijn zonder zaken. Onze edele muisgrijze Ford liet een van één gallon benzine voor zestien mijl zien, in de staat York kost een gallon zestien Cent. Op een volle tank van veer. met een waarde van twee dollar en vierentwintig cent tien konden we dus tweehonderdvierentwintig mijl doen. We vertaalden de mijlen naar kilometers en concludeerden dat de kosten van een autoreis in de Verenigde Staten veel lager zijn dan in Europa, Deze troostende rekensommen hielpen de smaad te verdragen die de inhalende automobielen ons toebrachten. Ingehaald worden heeft iets smadelijks. En in Amerika is de passie van het elkaar inhalen ongewoon sterk ontwikkeld en deze leidt tot een nog grotere toename van het aantal ongelukken, gevallen van motorpech en soortgelijke avonturen op de wegen, in Amerika accident geheten. Amerikanen ,ijden snel. Elk jaar rijden ze sneller; de wegen worden elk jaar beter en de automobielmotoren steeds sterker. Ze rijden snel, gedurfd en meestal onvoorzichtig. In elk geval begrijpen in Amerika de honden beter wat een autoweg is dan de automobilisten zelf. De slimme Amerikaanse honden schieten nooit de weg op, rennen niet optimistisch blaffend achter wagens aan. Ze weten hoe dat afloopt. Je wordt overreden en het is voorbij. Mensen zijn in dit opzicht wat zorgelozer. We stopten o m te ontbijten bij een wegrestaurant met het uithangbord EET EN DANS. We waren de enigen in een grote, vrij donkere kamer met een dansvloer in het midden. Uit kleine spoelkommen aten we een bruin soepje, met crrlckers erbij, kleine zoute koekjes die hun naam rechtvaardigen door een ongehoord gekraak tussen je tanden. Toen we waren begonnen aan grote T-bone steaks, runderlappen met een T-vormig bot, kwam er in een oude Ford iemand aanrijden: de baas van het restaurant-amusementsaggregaat Eet en Dans zelf. Hij sleepte uit zijn wagen handenvol gedroogde maïsstengels de zaal in en begon de kamer ermee te versieren. Die avond zou de plaatselijke jeugd zich verzamelen. er zou gedanst worden. Dit alles zag er heel vriendelijk uit, vreedzaam. Ptriarchaal zelfs. En wij waren pas honderd mijl van i + ~York verwijderd. Slechts honderd mijl achter ons lag de lawaaierigste stad ter wereld en hier al was stilte, harmemarmend ~rovinciaalgeflirt bii het dansen, hier waren maïsstengels, bloenietjes. Pal voor de deur van het stille restaurant lag het geruwde beton vali de eersteklas weg. De wond in het hart van Mrs. Adam$ werd OP-

,,ieuw opengereten toen deze lady achter het stuur plaatsnam, tig nlijl per uur en geen mijl nleer! buitenlander kan zich, zelfs als hij het Engels niet machtig is, met gerust hart op de Amerikaanse weg begeven. Hij zal hier in den vreen& liiet verdwalen. Deze wegen begrijpt een kind nog wel zelfstandig, zelfs als het doofstonl is. Ze zijn zorgvuldig genumnierd en de nunlmers kom je zo vaak tegen dat het omnogelijk is je in de richting te vergissen. Soms lopen twee wegen enige tijd samen. Dan staan er o p de wegpaaltjes blee nummers. Het nummer van d e federale weg boven, het nummer van de staatsweg eronder. Soms lopen er vijf wegen samen, of zeven, of zelfs tien. Dan groeit de hoeveelheid nummers samen met het paaltje waaraan deze bevestigd zijn en deze markering be_ gint op een oude indiaanse toten1 te lijken. Langs de wegen staat een groot aantal verschillende borden. Maar - en dit is bijzonder vermeldenswaard! - daaronder is er niet één overbodig bord dat de aandacht van de chauffeur zou kunnen afleiden. De borden zijn laag boven de grond aangebracht, aan de rechterkant, zodat de chauffeur ze ziet zonder zijn blik van d e weg af te wenden. Ze zijn nooit voor verschillende uitleg vatbaar en vereisen in het geheel geen ontcijfering. In Amerika zul je nooit een of andere geheimzinnige blauwe driehoek in een rood vierkant tegenkomen, een bord over de betekenis waarvan men zich uren het hoofd kan breken. De meeste aanduidingen op de weg zijn uitgevoerd in ronde stukjes spiegeklas, die 'S nachts het licht van de koplampen weerkaatsen. Zo geeft de aanwijzing vanzelf licht. Zwarte opschriften o p een gele achtergrond waarschuwen: 'Langzaam', 'Overstekende kinderen', 'Stop! Gevaar!: 'Smalle brug', 'Maximumsnelheid: 30 mijl', 'Kruising: in het wegdek na 300 voet'. En inderdaad is er dai1 na ongeveer driehonderd voet een kuil. Dit opschrift kom je trouwens even zelden tegen als die kuil. ... Bij een kruising staan palen met dikke houten pijlen. O p de pijlen staan de namen van steden en het aantal mijl ernaartoe. Luidruchtig loeiend vlogen ons ziIverl ~ ~ ~ h ~ l d ~ ~ d in donkerblauw, roze, roodbruin en strogeel, e tinten waren verblindend van zuiverheid. Het woord 'woestijn' wordt vaak gebruikt ,IS symbOol vOi)r eenvormigh.id. De Anierikaanse woestijn is ongewoiin Om de twee. drie uur veranderde het uiterlijk van de heuvels en rotsen die de vorm van piramides, t(,,,,, libL gr wareli ~etideolifanten, prehistorische schubdieren hadden.

er wachtte ons nog iets buitengewoners.

we reden het met prikkeldraad omheinde natuurreservaat van het versteclldcbos binnen. Eerst merkten we niets bijzonders, maar toen we wat aandachtiger keken, zagen we dat er uit het zand en het gruis boomstronkeii omho»g"tken en dat er boomstammen lagen. Toen we dichterhij kwaincn, ontdekten we dat het versteende bos bestond kleine gruisdeeltjes. Op deze plek groeide enkele tientallen miljoenen jaren geleden een bos. Niet zo lang geleden heeft men dit bos, in de vorm van omgevallen versteende boomstammen, ontdekt. Het is een verbazingwekkend schouwspel - midden in de woestijn, in de grote stilte, liggen boomstammen die nog stecds het uiterlijk hebben van de gewoonst mogelijke boomstammen, met een rood-bruine kleur. Miljoenen jaren duurde het proces van het vervangen van houtdeeltjes door deeltjes zout, kalk en ijzer. De bomen hebben de hardheid van marmer gekregen. In het natuurreservaat is een klein museum gebouwd, waar versteende houtblokjes geprepareerd worden. %eworden gezaagd en gepolijst. Het oppervlak van de doorsnede, dat alle lijnen van het hout heeft behouden, begint te glinsteren in rode, blauwe en gele nerven. Er is geen marmer of malachiet dat in schoonheid zou kunnen wedijveren met dit gepolijste, versteende hout. In het museum zeiden ze ons dat deze bomen 150 miljoen jaar oud waren. Het museum zelf was waarschijnlijk niet ouder dan een jaar. Het was een klein maar geheel modern gebou~v,met metalen deuren raamkozijnen, met waterleiding, met warm en koud water. Wanneer je zo'n gebouwtje verlaat, verwacht je hier een metro te zien, een vliegveld en een warenhuis, maar je ziet meteen, zonder de geringste overgang, een woestijn, enkele Iionderdeii iiiijlen in de onitrek. Het natuurreservaat vali het versteeilde bos wordt zor&dig bewaakt, je mag geen zandkorreltje meenemen. Maar nauwelijks waren , we buiten de grenzen van het reservaat gekomen of we zagen een benzinestation met een oniheining van slordig neergelegde versteende bonien. Hier ook werd druk handel gedreven met stukjes bos van vijftieli cent en duurder. Een eenzame ambachtsman met een motor (die over de hele woestijn schalde) verva'irdigde k«ortsachtig souvenirs, broches en armbanden. hij zaagde. sleep en polijstte. Moest je dan mvet.1 miljoenen jaren liggen oni te veraiidereii in ct'n lelijhe broche met het opschrift TEII H E R I N N E R I N G ?

we Il"teii ciikcle $tukje\ hos in in onze automohicl, \telden ,,115 levrndig voor hoc zij hinncnkcirt in d c koffers de occaarl OVCr . den rtcken, en gingen o p Weg. Niet ver vaii liet fahrickjc \toiid ; ~ ; i i i tk kaiit van de weg eetl in;lii met een koffertje cii ccii oiiiliooggc\iokcii cluiin. \VVIicl,l,cii liet er al over gehad dat Amerikanen erg mededeelzaam en welwillend zijn en altijd bereid je een dienst te bewijzen. wanneer ze hulp verlenen, wel, wanneer x bijvoorbeeld je autoriioI)iel i l j t een greppel trekken, daii gcl)ciirt (lat sinipcl, I)c\chcideii, snel, niet met hei oog 01, cI;~iikl):i;irhcid,relt\ niet in woorden. flclpen, een grapje maken en verder gaiiri. Iicdt tlczc gcwoonte grote gemakken. I k helden stappcii zcll hij u i i i de autoinohiel en ontvouwen oninid(lellijk hercidwillig Iiuii Icvcnsvcrhaal. We stoptcri. I k miin met het kol'krtje iiiocst naar San Ijiego, Californid. 'kit Ihgstaff giiigcii wij de goede kant o ~Onze . nieuwe reisW [ ) ( > t Stal)t~in de wagen, kgdc zijn I>ag;igc01, zijll knieer], wachtte tot hem ~ c v r ~ a gwerd d wie hij was en w a ; ~ r v : ~ i i rnkwerker Vijf jaar geleden was hij vcrhui\d naar een iinderc stiid. was metcel1 zijll I > kwijlgeriakt ~ ~ ~ en ~ daarmee was zijti oude levcii gei'indigd. Er Iiicilw I~~~~~ gormen. waaraan hij maar niet koii W P I I Iv~ ~ ~ ~ . ) ~ ) hijhet weg* (>p7.0ek naar een of andere I>nigI>ci(l.vele illrlcli was liij

..

land van oceaan lot ocr.aaii d < ~ i r g ( q r , i k k ~ ~ ~ werk , liad hij ,,iet gevonden. Soms werd liij met dc '11, m i a r vaker reide hij met rwervcrs in ~ i r i I r r n ~ w ~ l gnlCCgCnOnlc ills, wcllcr. Maar ïxlf Wil\ hij geen zwerver. I ) ; I ~ Iicrliaalcle Ilij lil.'i I en riadrukkelijk. M j k h r hadde11/ V IIVIII AI iiieer dan eens eell zwerver grzien. l'.'~~u i h r i l l g kreeg liij niet oiii(I;~tIiij gcrll viiste w,loil,,l~l~lts 'Ik k < ~ Wat iileliw~~ xorh ikreil lcl;r.ii: rei hij,.. i,ndcr Isli zijli d f 5 ~ ) w ~ w I r i i ~ eeli t hogere ~~plc-idii~g: ~ l o k t ~ r ~ , ~ l l rMet ~slcil, 6611 ïo'ii

~

~

dokter raakte ik zeer bevriend en wij trokken \amen rond.Toen hwe een boek te schrijven. We wilden dat de hele wereld te wcten kwam hoe wij leefden. We begonnen elke dag alles te noteren wat we zagen, We hadden al veel opgeschreven. Ik hoorde dat als het b a k uitgegeven ZOU worden, wij daar goed voor betaald zouden krijgen. opeen keer kwamen we in de staat Nebraska. Hier werden wij betrapt in een wagon, ons manuscript werd gevonden en verscheurd en wij werden geslagen en naar buiten gesmeten. %o leef ik.' Hij klaagde niet. Hij vertelde eenvoudigweg. Met dezelfde eenvoud als waarmee d e jonge marinier had verteld hoe hij en zijn vrienden met een paar meisjes in Chicago kennismaakten en daar een week bleven hangen. De zeeman pochte niet, de werkloze zocht geen medeleven. Een man is uit de samenleving gevallen. Natuurlijk vindt hij dat de maatschappelijke structuur veranderd moet worden. Wat moet er dan gebeuren? 'Kijke mensen moet hun rijkdom worden afgenomen.' We luisterden nog aandachtiger naar hem. Hij sloeg woedend met een grote vieze vuist o p een stoelleuning en herhaalde: 'Geld afpakken! Ja,ja! Geld afpakken en voor elk maar vijf miljoen overlaten! De werklozen een stukje grond geven zodat ze graan kunnen verbouwen en brood eten, en voor de rijken elk vijf miljoen overlaten.' We vroegen of dat niet te veel was - vijf miljoen ieder. Maar hij hield voet bij stuk. 'Nee, ze moeten voor ieder van hen vijf miljoen overlaten. Minder kan niet.' 'Wie zal die rijkdommen dan van ze afnemen?' 'Ze zullen worden afgenomen! Door Roosevelt. Als ze hem maar voor de tweede kcer tot prebident kiezen. Hij zal dat doen.' ~'En als~ het Congres ~ ~ het niet ~ toelaat?' ~ ~ ~ ~ 'Nou, het Congres zal erin toestemmen! Het is immers een rechtvaardige daad, Hoe kati je het daar niet mee eens zijn? Dit is een b i -

de herteli, zorgt voor een warme siiceuwstorni - en iillcs koiilt i,, de, Het (:oiigres zal toestemmen. I ~ o o s e \ d zal t beleefd de miljarden afnemen el? de rijken zuilen die miliarden mAitiiioedig gliinlachend afstaan. Miljoenen Amerikanen zijn in de ban vali dergelijke kiriderlijke ideeën. Hoe voorgoed van de crisis af te komen? O, dat is helemaal niet zo moeilijk. »e staat moet iedere grijsaard die de zestigjarige leeftijd heeft bereikt, tweehonderd dollar Der maand geven, op voorwaarde dat hij verplicht is dit geld uit te geven. Dan zal de koopkracht van de bevolking in ongehoorde mate " groeien en de crisis zal onmiddellijk eindigen. Tegelijkertijd zullen de "ude niensen een voortreffelijk leven hebben. Alleniaal duidelijk en simpel. Hoe dit alles gedaan moet worden, is niet zo belangrijk. Oude mensen willen zo graag tweehonderd dollar per maand krijgen en jonge mensen willen zo graag dat de crisis stopt en dat ze eindelijk werk krijgen, dat ze gaarne alles geloven. ïowiisend, de uitvinder van dit wondermiddel, heeft in de kortst mogelijke tijd miljoenen aanhangers verworven. Over het hele land zijn Townsend-clubs en -comités opgericht. En aangezien de presidentsverkiezingen naderen, is het idee van 'Townsend verrijkt met een nieuwe correctie. Nu wordt voorgesteld oni tweehonderd dollar te geven aan iedereen die de 55-jarige leeftijd heeft bereikt. De hypnose van eenvoudige cijfers werkt met oiigelooflijke kracht. Ja, welk kind heeft er niet van gedroomd hoe fijn liet zou zijii als iedere volwassene hem een kopeke zou geven. De volwassenen zou dit niets kosten en hij, het kind, zou een berg geld hebben. We hebben het hier noch over vooruitstrevende Amerikaanse arbeiders. noch over de radicale intelligentsia. ~ e gaat t over de zogenaamde gemiddelde Amerikaan: de belangrijkste koper en de belangrijkste kiem. Dit is een eenvoudig, uiterst deiiiocratisch mens, Hij kan werken en werkt hard. Hij houdt van ziji>vrouw en kinderen; luistert naar de radio, gaat vaak naar de bioscoop en leest heel weinig. Bovendien heeft hij veel eerbied voor geld. ij koestert er niet de passie van een vrek voor, maar de errhed die men in een familie heeft voor een oom die een bekende professor i, wil dal op de wereld alles zo simpel en begrijpelijk is als bij henl liij tlluis, Wanneer ze hem een koelkast verkopen, of een elektrisch foriliiis

of een stofruigei-, verliest de verkoper zich nooit in abstracte be-

scho,wingen. Hij legt precies en zakelijk uit hoeveel cent per uur de elektrisc\ie energie zal kosten, hoe groot de aanbetaling moet zijn en ,at dat alles aan besparing zal opleveren. De klant wil cijfers weten, en hij wil weten wat in dollars uitgedrukt de winst is. op dezelfde wijze verkopen ze hem een politiek idee. Niets abstracts, geen filosofie. Hij geeft zijn stem en ze beloven hem tweehonderd dollar per maand of ze beloven hem de rijkdommen te nivelleren, Dat zij11cijfers. Dat begrijpt hij. Daar loopt hij warm voor. Hij zal natuurlijk heel verrast zijn wanneer hij merkt dat deze ideeën helemaal niet zo consciëntieus werken als een koelkast of een stofzuiger. Maar nu gelooft hij er nog in. In Flagtaff nanieii we afscheid van onze reisgenoot. Toen hij uit de automobiel stapte, zagen we tot welke mate van armoede deze man was vervallen. Zijn vieze jas zat onder de pluizen, zijn groenige wangen waren lang niet geschoren en in zijn oren had zich stof uit Pennsylvania, Kansas, Oklahoma opgehoopt. Toen hij afscheid nam, verscheen er op zijn treurige gezicht een optimistische glinilach. 'Spoedig zal alles goed gaan,' zei hij. 'En voor hen: vijf miljoen dollar en geen cent meer.' Toen we Flagstaff verlieten richting Graiid Canyon, zei Mr. Adams: 'Nou, wat denkt u, waarom wil deze ongelukkige man voor de miljonairs toch vijf miljoen dollar overlaten? Weet u dat niet? Nou, dan zal ik het u zeggen. In het diepst van zijn hart hoopt hij dat hij zelf nog eens miljonair zal worden. De Amerikaanse opvoeding is iets verschrikkelijks, sirs!'

De Grand Canyon Tegen de avond van elke dag werd onze oude man, o p wie wij erg ge. steld waren geraakt, n.ioe. De afgelegde driehonderd mijl, de indrukken, de eindeloze gesprekken en ten slotte zijn eerbiedwaardige leeftijd eisten hun tol; Mr. Adams raakte vermoeid en een van de schakels in zijn handelingen viel uit. Als Mrs. Adams haar man tegen de avond vroeg om bij iemand langs de weg na te vragen of we in de goede richting gingen, begon de oude man rusteloos op zijn plek te draaien. Aan zijn bewegingen kon je merken dat hij niet wist hoe hij dit aan moest pakken. Was hij gewoon vergeten. Hij moest het raampje omlaagdraaien, zijn hoofd naar buiten steken, eerst 'Pardon me, sir' zeggen, en dan naar de weg vragen. Dit alles deed hij nauwkeurig. Hij riep 'Pardon me', hij probeerde zijn hoofd naar buiten te steken. Maar hij vergat het belangrijkste: het raampje omlaag te draaien. Deze schakel was uitgevallen. En e i k keer, niet in staat te begrijpen waarom zijn hoofd niet naar buiten ging, probeerde hij met zijn elleboog het raam eruit te slaan. Alleen de ongekende stevigheid van het Amerikaanse product behoedde het voorhoofd en de arm van Mr. Adams voor snijwoiiden, w e begonnen er veiligheidshalve maar van af te zien heIn tegen de avond dergelijke opdrachten te geven. Met grote snelheid reden wij over de woestijnweg om die dag nog de Grmd Canyon te bereiken - de Grote Canyon, een de ste geografische wonderen ter wereld. We waren moe en vergaten daardoor het toezicht op Adams. mijl Dit merkte rij meteen en zij verhoogde de snelheid van vijftig tot zestig. R e n keek ze steels naar ons om en deed er nog vijf mijl bij. Nu gingen we met een snelheid van meer dan hOi1derd kilometer per uur. Dit is een typisch vmwelijke karaktertrek, vrouw probeert altijd sneller te rijden dan dc onistandighcden I ) ~ lucht, aan stukken gereten door onze car, begon te ~ ~ ~ i

~

opnieuw reden we door een kleurenwoestijn. Zuiver donkerblauwe heuvels lagen overal aan de horizon. De zonsondergang was ook zuiver, naïef, alsof hij getekend was door een provinciale jongedame, lang voordat d e eerste angstaanjagende gedachten aan mannen bij haar waren opgekomen. De kleuren van de woestijn waren fris en doorzichtig, dat ze alleen overgebracht zouden kunnen worden met behulp van een aquarel in een album. Een paar luchtwervelingen, die door het opengedraaide raam in onze automobiel terecht waren gekomen, sprongen als zolderkatten op elkaar. In hun gevecht grepen ze zich aan ons vast, rukten onze hoeden af en bliezen op het gladgeschoren hoofd van Mr. Adams. Zoals bekend droeg Mr. Adams, ten gevolge van de ingewikkelde postoperaties die wij tijdens onze hele reis uitvoerden, nog steeds geen hoed. De avond was echter nogal koel; de hoofdhuid van Mr. Adams werd blauw en onderscheidde zich in kleur nu niet meer van de heuvels van de beschilderde woestijn. In totale duisternis, stil en enigszins overdonderd door de schoonheid van de natuur, kwamen we aan bij de Grand Canyon en vonden een onderkomen in een van de huisjes van het camp aldaar. Het huisje was opgetrokken uit enorme balken. Het moest een idee geven van het oorspronkelijke pioniersleven van de Amerikanen. Maar binnen was het geheel modern ingericht en de bedden waren voortreffelijk als altijd (in Amerika verkoopt men de klant niet een bed maar goede slaap). Welnu, het waren kamers met uitstekende slaap, met cmtrale verwarming, warm water, koud water en New Yorkse verplaatsbare s t e k h h n p e n met kartonnen kappen. De voeten van de lampen zijn heel lang, deze lampen zijn manshoog en staan niet OP tafel maar op de vloer. Na het avondeten werd voor de toeristen, die zich in de kleine theaterzaal van het eveneens uit gigantische balken opgetrokken hotel hadden verzameld, een korte reclamefi1n.i gedraaid. Daarin werd de afdaling" naar de bodem van de canyon, onder leiding van e r w e n gidsen, getoond. Na de film werd er een concert gegeven. Er kwam een dikke jongen met een banjo het odium op. Hij ging resoluut op een verliogiiig zitten en begon op de snaren van zijn instrument te tokkelen, waarbij hij uit alle macht de maat tikte met zijn in cowboylaarzen gestoken voeten. Hij keek hooghartig naar het Publiek en het was meteen duidelijk dat hij alleen cowboys ais mensen ~ ~ , beschouwde en alle anderen eenvoudigweg als kaf. Vervolgens ver-

scheen er een hecl Iangc eii magere cowboy met een lange

een gitaar. Hij keek het publiek in en zei: 'Luister, we hadden liie, m

et olls drieiin iiioeten zingen, maar de anderen konieii blijkbaar ,,iet lileer; ik %.,l dus niaar alleen zingen ... Of hoef ik misschien niet te zin. Eigenliik kan ik helemaal niet zingen.'Zijn knappe gezicht droop yan spot, In zijn kleine donkere ogen stond te lezen: nou, waarolil we elkaar voor de gek houden? Kom, laten we liever wat gaan drinken. Dat is veel leuker. Wilt U dat niet? Nou, ga ik toch zingen, I ) ~ I Iniort u het zelf maar weten. De dikke jongen bleef iengelen op zijn banjo. De gitaar klonk zacht en de cowboy zong, of eigenlijk sprak hij zijn liedjes, waarbij hij soms op een Tiroler falsetstem overging. De liedjes waren eenvoudig en p p p i g . In een ervan werd het volgende verteld: 'Toeri ik eens als jongen in de rivier was gaan zwemmen, werden miin kleren gestolen, die opgevouwen aan de kant lagen. Het was génant om bloot naar huis te gaan en terwijl ik het duister afwachtte, vermaakte ik me door miin initialen in de stam van een oude appelboom te kenen. Sindsdien is veel tijd verstreken, ik heb een mooi meisje uitgekozen en ben met haar getrouwd. Stel je voor wat er gebeurde toen ik voor het eerst met haar de slaapkamer binnenging. Mijn mooie vrouw neemt rustig haar kunstgebit uit de mond en legt het in een glas water. Daarna zet ze haar pruik af en onthult haar kak hoofd. Ze haalt enorme plukken watten uit haar lijfje. Onder mijn ogen \'erandert miin kleine schoonheid in een vogelverschrikker. Maar dat is nog niet d e s . Deze stropop doet haar rok uit en schroeft kwlblmdig haar houten been af. En op dat been zie ik ineens miin initialen- En de duivel h d e me als het niet dezelf& initiajen zijn die keensindestam\an een oude appelboom heb gekerfd, toen in mijn kindenijd miin kieren gestolen waren: Iedereen schaterde en H.;/ o o k Het was erg ouderwets, naïef en .!PFF~~ De cowboy bleef satirisch glimlachen, In zijn ogen glinsterde nog steeds de uitnodiging om ergens om de hoek een paar grote g h e n whisky achterover te slaan. hlaar dat de co,\+,o,, niet kon =in&% &t had hij gelogen. Hii zong goed en amuseerde'iedereen langdurig. %a hem h een neger op. Er tias hier geen ~ pen niemand noemde de namen van de artiesten. ~ e t ook geen ar"en. Ale optredenden werkren bij de Grand en de con. cmen h-aren voor hen een nevenfunctie.

neger was heel jong en had hecl lange benen, die bij rijn oksels lekcn re beginiien. Hij tapdariste met waarachtig plezier. Zijn armen bungelden op de een of andere fraaie manier langs zijn lichaam. Hij droeg een broek met bretels en een werkhemd. k e n hij klaar was met zijn dans pakte hij vrolijk een be-~empjedat in de hoek stond en liep gijn- end weg. Morgens zagen we hem bij het houten huisje waarin we overnachtten, Hij veegde het laantje aan. En hij veegde met haast evenveel plezier als hij gedanst had. En het leek zelfs alsof hij was blijven dansen en of de bezem gewoon bij de choreografie hoorde. Hij opende zijn mond met grote, grijze tanden en wenste ons een goedemorgen. We gingen de canyon bekijken. Stelt u zich het volgende voor. Men neme een enorme bergketen. Deze wordt bij de wortel afgesneden, zijn toppen worden naar beneden gedraaid en hij wordt in vlak, met bossen bedekt land gedrukt. Daarna wordt hij eruit genomen. Wat blijft is als het ware de vorm van een bergketen. Bergen andersom. Dat is nu de Grand Canyon de Grote Canyon, enorme kloven. Bergen moet je van beneden naar boven bekijken. Een canyon van boven naar beneden. De aanblik van de Grand Canyon heeft zijn gelijke niet op aarde. Dit leek ook niet op de aarde. Het landschap heeh alle, als men zich zo mag uitdrukken, Europese voorstellingen van de aardbol omvergeworpen. Zo stelt een jongen zich misschien de maan of bfars voor wanneer hij een sciencefictionroman leest. Wij stonden lang aan de rand van deze schitterende afgrond. Wij, een viertal kletskousen, spraken geen woord. Diep beneden ons zweefde een vogel voorbij, langzaam als een vis. Nog dieper, bijna opgeslokt door de schaduw, stroomde de Colorado-rivier. De Grand Canyon is een grandioos nationaal ark dat honderden vierkante mijlen beslaat. Zoals in alle Amerikaanse nationale parken (natuurreservaten) is de organisatie er uitmuntend. Ue hotels en de wegen, de verstrekking van drukwerk en fotomateriaal. kaarten, prospectussen, naslagwerken en ten slotte de mondelinge toelichtingen, alles staat hier op zeer hoog niveau. Met complete f a m i k komen de ~ ~ ~ ~ ~ h e r i k a n e n hier op vakantie. En die vakantie is niet duur; een hutje hier is niet duurder dan in een willekeurig ander kamp, en c m kost ongeveer evenveel als overal. Voor een bezoek aan het park wordt maar één doilar gevraagd, waarna op de voorruit een e t h

~

d m -

samdden van de haar der natuur enC

bijmmdkídvanVí[email protected]á--bi)-

oaahi~a~~e~d~ewijue)m-mtzdnlauht~m gebda bat het OP pl$r van het +~u«rflm~het~~~yplCawnlMormbe-

ew

@,,,ai~hetvoortbrengs$van&namur~~rnand

há~li~&&penbedrívahadbetníetal)eea~~~

k p&

-

r e d h g s m een zimmokí met een grafkist Hij &

~$fshelemaal%een~*Dem-&~rpat ~ & m e n í n g u i t d a t & b ~ v a o & ~ v&ügere plaatsea dan in een rijdende automobid m gaan &a-

p e a ~ ~ ~ i o e e o b e d w j ~ & ~ t i j d n a a r . ~ ~oendzij1100itonderwegin slaapwasgevallen,rtoadopomcgedrog mi bogc boed a een geklede jas. Enkelen droegen ~'Záejenouw~'telaen,asofWijomedriwr~ai1ilecr6an eens snurkend ahter het stuur hadden betrapt Dd deden we vocn & zekerheid Steeds weer nieuwe &s, het een qtnpozanterdan het & openbaarden zich bij iedere nieuwe b o d van de canyon De Mamiie wa m wbe rciw>rren w a m ook vríjmetdaars. De dokkm waren en roze ochtendmist was opgelost. We stopten bij borstweriabpi m keken de afgrond hDeze had nu de Ideur van a b r h m Ecn ~ 4 o n k ons+i we de rivier, die een beetje lihter was gemden. W war in het park natuurlijk brulden uit alle macht om een &o op te roepen En langdnri6sprm~ a i ~ i l r h s t v T c a d ~ ~ ~ ~ ~ a a r ~ k i ~ gen e ronze ~ Moskouse g & stemmen over de rotsen,keerde0 te* ai w&qarundraLHct probeerde dit en& malen te doen cn sprong gdmden in de ruimte. beYreemd k de hzinegrur van de vrijmetselaars. Liteindelijk passeerden we het huisje van de Es zat F TCSrbar geep hert zijn Lartr;bet rproq víy,r o n x car elegant controleur. Het was die dag een grote Arnerilraanse de 'Dat? q @va,tnet a k van de dank: Thnnksgiving Day, en vele employés werkten niet De dr poten krs van de p n d , v;as nog c*ca*kw&bomenenverdw~entoeninhetbor. controleur had editer op het venster* van A@ huisje een briefje %s' Adamg'we mogm niet í a n w talmen. $\'e moe& r* & en er antivriamiddrl in doen. 7ijn al en h a watrr h b e v r k m , On7a radiateur W de in park we de waepn in een OP.' bar* P%maar ik kan niet prandrrm &t we & volEn hij verfoor zich in lange en interessante v a m de mnadii d em vinden: r i h n x wrvice. Hij bleef vertellen tot het moment dat we het caih ye' toekomen, dat het leek of hij geen toevallig ontmoete reiziger was maar een lieve opa die uit Kansas was gekomen om zijn vurig beminde kleinkinderen te bezoeken. Kortom, dit soort ontmoetingen verschafte het echtpaar Adams een groot genoegen. 'Waar, waar zijn die kinderen?' ricp Mrs. Adams. %e haalde haastig een chocolaatje uit haar tas en bukte zich om de lage deur van de wigwam d o o r te gaan. 'Nou, jonge gentlemen: zei Mr. Adams opgewekt, 'wie van jullie wil als eerste een chocolaatje krijgen?' I)e kleintjes begonnel1 verschrikt te brullen. De knappe moeder probeerde verlegen hen o p hun gemak te stellen. Alleen de oudstel die van zeven, die ~.ote zien ook heel graag had willen brullen, wist zich te beheersen, balde zijn vieze knuistjes en keek ons zo woedend

aan, dat we meteen weggingen. 'Wel wel, sirs,' zei Mr. Adams, in verwarring gebracht. 'De indiahun kinderen van jongs af aan Op o m blanken te nen Oh la, ia, ja, Navaho-indianen zijn intelligente mensen. Waarom inderdaad zouden zij van blanken houden?' Toen we weggingen reed er een oude verroeste automobiel OP de wigwam af (zo'n antiek exemplaar hadden we zelfs in 'iexas niet gezien) en d e vader van het gezin stapte uit. 'How do you do, sir?' zei Mr. Adams om een gesprek op gang te brengen. I k indiaan antwoordde niet. Hij wees naar zijn lippen en maakte met zijn hand een afwerend grbaar. Hij wilde niet rnct blankr men-

sen pratell. lerwijl hij met een arnivol gedroogd onkruid naar zijn wigwam liep, keek hij zelfs onze kant niet meer op. Wij interesscerdeli hem net zo min ais het stof van d e woestijn. O p zijn fraaie gang e11 de ondoorgrondelijkheid van zijn gezicht zou een oude ~~~~l~~ diplomaat jaloers worden. Hoe duidelijk scheen ons o p dat m o m e n t d e arrogantie van al die indianendepartementen, scholen, musea, reservaten, ai die drukdoenerige liefdadigheid van een oude zondaar, die stuntelig bidt om vergeving voor zijn vroegere zonden. Toen we wegreden uit Cameron werden we gewaarschuwd dat er nu lange tijd geen huizen meer zouden zijn. [)e schitterende weg bood de mogelijkheid o m een heel hoge snelheid te ontwikkelen. We raasden een u u r of vijf d o o r d e woestijn zonder een levende ziel tegen te komen. Alleen verscheen e r een keer een wit paard. Het liep zelfverzekerd ergens heen, alleen, zonder begeleider. En dan was er een beetje verder een detour van tien mijl. Hier waren enkele wegarbeiders bezig o m met grote machines het laatste stuk weg te voltooien. Aan beide kanten van d e weg lag d e beschilderde woestijn. We reden de zon achterna, die langzaam in d e Stille Oceaan zakte, we reden naar Japan of daaromtrent; dat land is vanuit Amerikaans standpunt bezien het land van de ondergaande zon. We doorkruisten het territorium van de Navaho's. Maar waar die zestigduizend straatarme en trotse mensen waren, dat wisten we niet. Ze waren ergens in de buurt, met hun kuddes, kampvuren en wigwams. In d e loop van de dag tekende zich aan de horizon enkele inalen d e figuur van een ruiter af, een stofwolk verscheen en verdween snel weer. %o de woestijn ons ook eerder al veelzijdig was voorgekomen, nu veranderde hij welhaast iedere minuut. Eerst waren er heuvels, glad alsof iemand ze met cacao bestrooid had. De vorm ervan deed denken aan wigwams (daar hadden de indianen dus h u n architectuur aan ontleend!). h a r n a begon een opeenhoping van gladde en rende donkergrijze bodemverheffingen, o p het oog zacht als kussens en zelfs net als kussens gerimpeld aan de rand. Toen kwamen we op de i m k m van een kleine canyon. Hier was een zodanige verschenen dusdanige mausolea, bastions en kastelen, dat we helemaal met praten ophielden en met onze hr,Ofden uit het raam gestoken de langs ons schietende stenen schinlmen van millennia volgden. I k zon ging onder, de woestijn werd l>it alles

met een complete tempel op een rots, omringd door egale terrassen. De weg draaide naar deze tempel toe. Eronder stroomde de Little Colorado. Er was een nieuwe hangbrug over deze rivier aangelegd. Hier eindigde het reservaat van de Navaho's, Het werd ineens donker en koud. De benzine was op, we hadden honger. Maar nauwelijks had Mr. Adams de kans gekregen om de gedachte uit te spreken dat nu alles verloren was en dat we in de woestijn zouden moeten overnachten, of direct acht& de brug flik. kerde een lichtje o p en wij reden naar een huis. Bij het huis ontdekten we met een zucht van verlichting een benzinestation. Behalve deze twee gebouwen, die midden in de woestijn stonden zonder zelfs een hek eromheen, was er niets. Het huis was wat in het Spaans en in het Ilussisch een rancho heet en in het Engels een ranch. En hier in de woestijn, waar tweehonderd mijl in de omtrek niet één gevestigde woonplaats was, troffen we aan: voortreffelijke bedden, elektrische verlichting, stoomverwarming, warm en koud water - we troffen dezelfde voorzieningen aan die je kunt vinden in een willekeurig huis in Chicago, New York of Gallup. In de eetzaal werden glaasjes tomatensap voor ons neergezet en werd een steak in de vorm van de letter T geserveerd, even mooi en even weinig smakelijk als in Chicago, New York o f Gallup, en voor dit alles moesten we ongeveer evenveel betalen als in Gallup, Chicago of ~ e ~wo r khoewel , ze, gebruikmakend van de hopeloze toestand waarin wij als reizigers verkeerden, zoveel hadden kunnen vragen als ze maar wilden. Dit tafereel van Amerikaanse standard of life was niet minder indrukwekkend dan de beschilderde woestijn. Als u vraagt wat de belangrijkste bijzonderheid van de Verenigde Staten van Amerika genoemd kan worden, dan antwoorden wij: dit huis in de woestijn. In dit huis ligt het hele Amerikaanse leven besloten: volledig comfort in naast de armoedige hutjes van de indianen. Precies de il1 chicago, waar naast Michigan Avenue een vuilnisbelt ligt. Waarheen u ook gaat, naar het noorden, naar het zuiden of naar het "lt york, naar New Orleans of naar New Jersey, ten, naar en rijkdom zien. die hand in hand*als u comfort en gebrek, twee onafscheidelijke zusters, bij aiie Wegen en bij alk brugen van dit grote land staan. "ee"zi.den Op de reling van de veranda lag een pioniersjuk; ervan waren enkele Iblokjes versteend hout uitgestald. Een gri.lsharige cowboy, de baas van het huis en het benzinestation. kwam ons op

de veranda tegemoet. Hij was twintig jaar geleden uit T exas naarStade gekonien. In die tijd kon iedere burger van de verenigde ten g a t i s zeshonderd acre woestijnland krijgen o m vee t e houden. je nioest alieen tweehonderd dollar O P dat land inleggen D, was toer1 nog een jongeman. Hij weidde zijn vee. houwde een huis trou\vde. Vijf jaar geleden nog was het tweehonderd inij] van het huis tot aan de dichtstbijzijnde weg, je kon alleen te paard reizen. onlangs was de weg doorgetrokken en begonnen er toeristen te komen, de cowboy had een benzinestation gebouwd e n van zijn huis een hotel gemaakt. In de houten hal brandt een grote open haard, aan de muren hangen hertenkoppen, indianentapijten en een panterhuid, er staan enkele schommelstoelen en verplaatsbare lampen met kartonnen lanipenkappen (precies zulke stonden ook in de kamer van ons New Yorkse hotel). Er staat een piano en er is een radio, die onophoudelijk speelt of nieuwsberichten laat horen. Vrouw en dochter koken en bedienen. De cowboy zelf, een typisch Amerikaanse echtgenoot en vader, helpt hen in het huishouden, legt houtblokken in het vuur en verkoopt benzine. Maar d e elementen van een toekomstig groot hotel zijn al zichtbaar. Er is al een tafeltje met een speciale la voor envelopperi en papier. Nu liggen daar nog gewone enveloppen in, maar waarschijnlijk zal daar spoedig een vignet op komen met een afbeelding van de hotelgevel, het profiel van een indiaan en de in fraaie letters uitgevoerde naani: Hotel Woestijn of Hotel Navaho Bridge, indiaanse tapijten en pruilaria zijn a] voor de verkoop uitgestald. Bij deze tapijten zijn er twee die de m a n niet wil verkopen, iemand hem er al een keer tweehonderdvijftig dollar Per stuk voor heeft geboden 'Maar sir: =i Mr. Adams. ongeduldig het gewicht van zijn ene naar zijn a n d e " b e e n ~ e r ~ ~ a a t s e n dmoet , c ~ ons vertellen waarom deze tapijten zo bijzonder ziinDe oude cowboy bleek een uitstekende gesprekspartner, 'Weli: zei hij I a n ~ a m 'dit . zijn religieuze indiaalise tapijten, of, zoals de indianen ze noemen, kleden. lk heb ze lang geleden van een indiaan gekregen. Ziet u. gentiemen, volb 'ens het volksgeloof van de Navaho's moet iemand die ziek wordt, in zo,n ~~~d gewikkeld. Daarom komen re voor die Weden altijd n aargmij toe. Ik weiger natuurlijk nooit. Terwijl de zieke in de k e n ,ib 't Scwikkeld, danst de stam een speciale dans. gewijd aan zijn wncring. enkele dagen achter elkaar. Ik houd erg van de N ~endansen h ~ ze ~ oms eb veel

ze. Ik zou het erg vervelend vinden de tapijten de verkopen en hun dit geneeskrachtige middel te ontnemen: man stond op, liep klakkend met de hoge hakken van zijn cowboylaarren naar de haard. en legde er een groot houtblok in. Toen kwal,, hij terug en vervolgde: 'De Navaho's zijn werkelijk een bijzonder zijn onberispelijk eerlijk. Er is bij hen helemaal geen miid a a d l k denk dat ze niet eens weten wat misdaad is. In twintig jaar heb ik !geleerd hen zo te respecteren als ik nog nooit één blanke heb gerespecteerd. En ik heb veel medelijden met hen. Ze hebben een flinke kindersterfte. Ze willen immers helemaal geen hulp van blanken. Ze onderwerpe~izich niet aan blanke invloed, laten geen blanken toe in hun wigwams. Ik heb goede betrekkingen met de Navaho's, maar hoewel ik al twintig jaar bij hen woon, ben ik voor hen een buitenstaander. Maar het is een bijzonder volk, een zo eerlijk volk datje het je haast niet kunt voorstellen.' , avahoDe oude cowboy vertelde ons een geschiedenis over een Y indiaan die ineens besloten had handel te gaan drijven. 'De indiaan had op de een of andere manier een ongekend kapitaal gekregen: tweehonderd dollar. Of hij n u vee verkocht had of dat hij o p zijn stuk land een beetje olie had gevonden... het geld was er. En hij besloot handel te gaan drijven. Hij reisde vanuit de ~ o e s t i j n naar het dichtstbijzijnde stadje, kocht voor tweehonderd dollar verschillende waar in, en bracht deze naar zijn kamp. Stelt u zich een indiaan voor die aan commercie doet! Dit was immers de eerste keer dat zoiets bij de Navaho-stam was voorgekomen. Er ontstond een tamelijk levendige handel. Maar toen merkte ik dat mijn indiaanse vriend op een wat vreemde manier was gaan handelen. Dit verbijsterde mij zo dat ik eerst dacht dat hij zijn verstand verloren had. Ziet u, hij verkocht zijn waar voor precies dezelfde prijs als hij er zelf voor betaald had. Nou, toen probeerde ik mijn vriend aan het verstand te brengen dat je zo niet kunt handeleii, dat hij zich zou ruineren. dat je je producten voor een hogere prijs moest verkopen dan hun waarde. "Hoezo hoger!" vroeg de indiaan. "Heel eenvoudig," antwoordde ik, "je hebt bijvoorbeeld een ding voor één dollar gekocht, en dat moet je verkopen voor één d o l l ~ r twintig." ~ "Hoe, kan ik~het nou voor één dollar twintig verkopen a h het mJdr één dollar waard is?" vroeg deze handelaar.

"

J---

~

~ a ~ d , hij stond op van zijn stoel. 'Dat is immers business! Handel! Zij kochten geld, ik verkocht.') De echtgenote riep onze gastheer oin te helpen met tafeldekken, Spoedig werden ook wij geroepen. ïerwijl wij zaten te eten kwam er een I s n a m m biniien. ij droeg

i

1

1 l

t

laarzeil en een helderrood lakens hemd, omgord met een band van revolverpatronen. Hij had roodachtig, sterk grijzend haar, een hoornen bril en een verblindende glimlach. Hij werd begeleid door een vrouw. Zij groetten de hoteleigenaars en namen plaats aan de tafel naast ons. De man in het rode hemd hoorde dat wij onderling in een vreemde taal spraken en zei luid tegen de vrouw die met hem was meegekomen: 'Nou vrouw, dat zijn waarschijnlijk Fransen. Eindelijk heb je d e gelegenheid eens wat Frans te spreken.' 'Ik ken geen Frans,' antwoordde zijn vrouw. 'Wat, je kent geen Frans? Wat zeg je me nou! Wij zijn vijftien jaar .getrouwd en al die tijd heb jij iedere dag herhaald dat je op twee uur reizen van Parijs geboren bent.' 'Ik ben ook o p twee uur reizen van Parijs geboren.' 'Nou, spreek dan Frans met die mensen.' 'Maar ik zeg je toch dat ik geen Frans ken. Ik ben in Londen geboren en Londen is inderdaad twee uur reizen van Parijs vandaan, als je met het vliegtuig gaat.' De man in het rode hemd barstte in een luid schaterlachen uit. Blijkbaar werd dit familiegrapje iedere keer herhaald wanneer de echtelieden buitenlanders tegeiikwanien. De basis voor een optreden van Mr. Adarns was gelegd en hij talmde niet. 'Ik zie, sir, dat u een gezellig mens bent,' zei Mr. Adams terwijl hij een beleefd stapje naar voren deed. 'Surely!' riep de man in het rode hemd. En hij deed o p zijn beurt een stap in de richting van Mr. Adams. In beider ogen glinsterde een zo onverzadigbaar verlangen om te praten, dat het ons duidelijk was dat zij elkaar vandaag in de woestijn hadden móéten tegenkomen, dat dit onmogelijk anders had gekund. Met zulk een onnatuurlijke snelheid vlamt alleen een liefde op het eerste gezicht op. 'How do you do, sir!' zei Mr. Adams en hij deed nog een stap naar voren. 'How do you do!' zei de man in het rode hemd en hij decd ook een stap. 'Konit LI uit New York?' vroeg hij. 'Surely!' gilde Mr. Adanis. 'En woont u hier?' 'Surely!' brulde de onbekende. Een moment later sloegen ze elkaar al met vreselijke kracht op de rug, waarbij de kleine Adams zijn nieuwe vriend bijna op zijn heu-

de grote vriend Mr. Adains bijna o p zijn nek. pen sloeg Mr. Adams had een ongewoon goede Ileus Voor ilieuwe vriendSchnppell,lle man in het rode hemd bleek een van d e interessantste nlcnseli die wij in de \/erenigde Staten van Amerika ontmoet hebben. ' ~ i ist de enige blanke,' zei onze cowboy-gastheer over lierll, 'die door de indianen als een van hen is geaccepteerd. Hij woont bij de indianen en konit soms bij mij OP bezoek.' biografie van deze man is Orlgewooll. Nadat hij was afgestudeerd aan het college werd hij missionaris, trouwde en begaf zich naar zijn nieuwe werkplek - naar d e woestijn, naar de ~ ~ , , ~ h ~ . i ~ d i ao nme hen n , tot het christendom te bekeren. De liieu\,.e nlission;iris begreep echter spoedig dat d e indianen geen ,-hristendoni i,&jeii. Ai zijn pogingen liepen stuk o p d e koppige tegenwerking van de indianen, die niet alleen geen nieuw geloof wilden aannemen, maar ook in het algemeen niets m e t blanken te maken wilden hebberl. Hii had het erg moeilijk, maar d e indianen begoniien hem te bevallen. Na een jaar ging hij naar zijn Superieuren en verklaarde dat hij weigerde de indianen tot het christendom te bekeren. 'Ik beschouw het als mijn christenplicht o m mensen te helpen,' zei hij,'onathankelijk van welke religie zij belijden. Ik heb alles goed overdacht. Als u wilt zal ik in de woestijn bij d e indianen blijven wonen, maar ik waarschuw u dat ik niet d e geringste poging zal doen hen tot het christendom te bekeren. Anders zal ik door de indianen nooit als een van hen beschouwd kunnen worden. Ik zal ze gewoon helpen waar ik kan, ik zal doktoren voor hen halen, uitleggen hoe ze voor hun kinderen kunnen zorgeii, hun raad geven i r i alledaagse kwesties. Tot nu toe is het nog niet voorgekomeli dat d c Na~aho'seen accepteerden. Maar wanneer rrlij dat /&t, dan kunnen we ook gaan denken over hun bekering tot het christelldom,' Deze woorden klonken te radicaal voor het kerkbestuur. 'U lnoet handelen zoals alle missionarissen; zeiden ze. Hij weigerde. roen werd hij ontslagen. En de zonderling bleef achter met zijn g vaarli~keideeën, met zijn vrouw en zonder een cent. Hij opnieuw naar de woestijn. De" keer vastbesloten "ooit meer d a m m d a a n terug te keren. ijat was achttien jaar den. Hij ging in een Navaho-kamp wonen en begon het leven een indiaan te leiden. Geld had hij niet. Net als de indianen joeg hij en hield hij vee. I k jaren gingen voorbij. ~e indianen ge-

,

,

welid aan de vreemde, vrolijke en dappere man met de bril. Celeidelijk gingen ze hem vertrouwen, hij werd een van hen. Soms ging hij naar de stad o m inschrijving van indianenkinderen te regelen, hij haalde indianen over o m zich door doktoren te laten behandelen en pasgeborenen niet aan een plankje vast te maken. Hij had zich de pJavaho-taal tot in perfectie eigen gemaakt en was erg van de indianen gaan houden. Hij kon er steeds niet toe komen om propaganda voor het christendom te gaan maken. Dat komt nog wel, dacht hij. Maar na nog enige tijd wierp hij zijn gedachten aan het christendom terzijde. lerugkijkend begreep hij dat het grootste en naar alle waar&jnlijkheid beste deel van zijn leven voorbij was en dat het goed was geweest. Hij was gelukkig. 'Ik wilde de indianen christenen maken,' zei de man in het rode henid, omgord met een band van revolverpatronen.'Maar het resultaat was helemaal niet zoals ik verwacht had: zij hebben mij een indiaan gemaakt. Ja! Ik ben nu een onvervalste indiaan. Wilt u dat ik u scalpeer?' En luid schaterlachend deed hij alsof hij Mr. Adams wilde gaan scalperen. Toen ging hij zitten en voegde er nog aan toe: 'Ik ken geen eerlijker, edeler en zuiverder mensen dan de indianen. Zij hebben mij geleerd van de zon, de maan, de woestijn te houden, ze hebben me geleerd de natuur te begrijpen. Ik kan mij niet voorstellen hoe ik nu ver van de indianen zou moeten leven.' 'Sir,' zei Mr. Adams plotseling. 'U bent een goed mens!' Hij haalde zijn zakdoek te voorschijn en veegde in zijn ogen, zonder zijn bril af te zetten. De volgende dag stonden we om zes uur op. Het begon licht te worden, maar de zon was nog niet op. Het was koud, zoals in die tijd in Moskou. We huiverden in onze voor de winter te dunne jassen. Het zand was bedekt met rijp. De woestijn leek somber en niet ZO mooi als gisteren. We renden naar de brug o m nog é i n keer naar de Little Colorado te kijken. Boven ons lag weer de rots in de vorm van een tempel, omringd door terrassen. Deze keer leek ook die ons niet zo toverachtig als gisteren. Toen wij terugrenden naar het huisie (we werden onderweg wat warmer) ging de zon op. Meteen werd de woestijn licht en mooi. Na een halfuur deden we onze jassen uit en na nog een h a l f ~ ~ werd u r het gewoon warm. Voordat wij op weg gingen voor onze reis (het was driehonderd

lilijl ii;i;ii. de i l o ~ ~ l d Iehr ~ i i )stoptc1i , wc bij het b ~ i i z i i i e s t a ~ i ~ ~ ~ ~ , \+,edc lllissioiiaris in het rode hemd. Hij verving de cowb oy, die bezig was iiiet het huishouden. Hij en Adams begonnen ,-[kaar opnieuw op de rug te slaan. '1 am bolsjewiek!' riep de voormalige missionaris, en weCs bulderend van het lachen op zijn rode hemd. ' G o d bye!' ' ~ ~ bye, o dsir!' riep Mr. Adanis terug. »e weg liep de berg op. En omkijkend naar de Navaho-woestijli zagen we nog lang het kleine huis en de brug, en het benzinestation waarnaast het rode hemd van de missionaris-indiaan te herkennell nel. Voor het laatst keken we naar de Navaho-woestijn, verworiderd over het feit dat er in het centrum van de Verenigde Staten, tussen New York en Los Angeles, tussen Chicago en New Orleans, van alle kanten omringd door elektriciteitscentrales, olieboortorens, spoorwegen, miljoenen automobielen, duizenden banken, beurzen ei1 kerken, verdoofd door het geschetter van jazzbands, b i o s c o ~ ~ f i l en n~s gangstermitrailleurs, mensen het hadden klaargespeeld o111 hun Ievenswijze volledig onaangetast in stalid te houdeii.

De jonge baptist De beklimming tussen de gele rotsen door duurde zo'n anderhalf uur. Het kleine huis van de cowboy, het benzinestation en de brug over de Little Colorado waren allang verdwenen, maar de woestijn van de Navaho-indianen lag nog steeds achter en beneden ons, het laatste onvruchtbare toevluchtsoord voor de honderd procent volbloed Amerikanen, die alleen de pech hadden dat hun huid rood was en dat ze niet goed waren in handel maar in tekenen en in ongevaarlijke oorlogsdansen. Nog twee, drie bochten en de woestijn was verdwenen. Ineens kwamen we in een prachtig kuuroord-Tirol, in Zwitserland, in de Kaukasus. Ruimtereizigers keerden terug van Mars naar de aarde, op een van haar mooiste plekjes: het maagdelijke bos van Kanab. O p de weg lag schone, pluizige sneeuw. Aan weerszijden verrezen grote dennen, alle even hoog. De decemberzon schitterde. In Amerika komen zulke metamorfosen voor. Het prachtige tafereel eindigde spoedig. De weg ging naar beneden en we reden de staat Utah binnen, wat ons door een klein plakkaat werd medegedeeld. Hier was opnieuw een woestijn, maar nu een warmere. We reden een klein dorp voorbij. Bij de huizen groeiden bomen en er waren enkele benzinestations. Er liepen twee blanke vrouwen. Een van hen duwde een kinderwagen met een baby voort, een beschaafde baby, wiens ouders wisten wat een radio, een mechanisch biljart en vitaminen waren. Dit was geen aan een plankje vastgemaakte indianenbaby. 'Weet u, sirs, dat er in de staat Utah mormonen wonen?'vroeg Mr. Adams. Wij begonnen het weer te betreuren dat we niet langs Salt Lake City waren gereden, en dat we nu Amerika zouden verlaten zonder mormonen gezien te hebben. 'Nee echt, sirs, zo mag u niet denken,' zei Mr. Adanis. 'Vanuit Sdlt Lake City zouden we Californië nooit bereikt hebben. om&t in dit

jaargetijde de passei1 daar waarschijnlijk vol ijs zitten. O h ,,O! lk Ver~ k niet y te vergeten!' zoek u de ~ ~ Mountains 'Een hitchhiker!' riep Mrs. A d a m opeens. we zagen een man die met een koffertje aan zijn voeten Iangs de weg stond. 'Zullen we Iiem meenemen?' vroeg Mr. Adams. we keken enige tijd schattend naar de hitchhiker. Hij droeg een lichtgele zeildoeken stofjas. De hitchhiker zag eruit als iemand van een jaar of twintig. 'hloeten \+,edat nou wel doen? Hij heeft een wel erg duffe optimistische stofjas aan.' 'Maar straks is het een mormoon!' zei Mr. Adams. Dat gaf de doorslag. W e nemen hem mee!' De hitchhiker bleek helaas geen mormoon maar een gewone, zeer gelovige baptist. Het was een fijne knaap. Hij trok zijn stofjas uit en bleek een grijs colbertjasje en een ribfluwelen, roestkleurige werkbroek te dragen. Hij had een bruin, puistig gezicht met kleine zwarte bakkebaarden. Zijn geschiedenis was de gewone geschiedenis van een jonge Amerikaan. Zoon van een arme boer uit Nebraska. Natuurlijk de high school afgemaakt. Natuurlijk naar Arizona gereisd o m werk te vinden en geld bijeen te sparen om naar een college te kunnen gaan. Natuurlijk geen werk gevonden. Nu bereid om alles aan te pakken. Hij had goede handen. Werken kon hij. Hij wilde zijn geluk beproeven in Californië. Als het ook daar niets werd, zou hij naar zijn vader moeten terugkeren en een saaie boerenwinter moeten doorbrengen. Nou en! Zou hij OP wilde katten en coyotes gaal1 jageil. En in de lenzaken te wel weer zien. Waarschijnlijk zou er niets te zien zijn. gingen Het college was onbereikbaar. En er was geen OP verbetering van de situatie. Net als alle jongelui van zijn leeftijd bleek onze hitchhiker verstoken van ieder gevoel van nieuwsgie"ghe'd en ons de hele weg niets. Wel sprak hij graag over zich. zelf en beantwoordde onze vragen. Toen hem gevraagd werd wat hij van Moskou wist, antwoordde hij: 'Daar hebben ze een vijfjarenplan gemaakt.' 'En wat is dat, een vijtjarenulan?' . . 'Dat is als iedereen werkt en daarvoor driemaal per dag te krijgt.'

'NOU goed, sir,' antwoordde Mr. Adams. 'Laten we zeggen dat dat klopt ~ 1 wat 1 hebt u verder nog gehoord?' ' ~ kheb gehoord dat het vijfjarenplan geslaagd is en dat er nu een tweede vijfjarenplan wordt gemaakt.' 'NOU,en wat stelt dat tweede vijfjarenplan dan voor?' 'Dat weet ik niet,' antwoordde de jongeman. 'Ik heb gehoord dat iedereen daar werk heeft en elkaar helpt. Maar er komt binnenkort toch oorlog en na de oorlog zal Christus voor de tweede keer op aarde verschijnen. En de Russen wacht de ondergang, aangezien zij goddelozen zijn. Zonder geloof in god kan niemand ontkomen aan de folteringen van de hel. Dat zegt de bijbel.' 'En wie heeft u gezegd dat de tweede verschijning spoedig zal plaatsvinden?' 'Dat heeft onze dominee gezegd.' 'Binnenkort?' 'Heel binnenkort,' antwoordde de jonge baptist geheel serieus. 'Over een jaar of twee, drie.' 'Uitstekend, sir!' riep Mr. Adams uit.'Laten we veronderstellen dat dat zo is. U hebt zojuist gezegd dat de Russen elkaar helpen en dat bij hen iedereen werkt. Zijn het dan goede mensen?' 'Ja,' antwoordde de baptist na enig denken. 'Prachtig, sir! Zij buiten elkaar niet uit en houden van elkaar. Van uw standpunt uit bezien hebben zij het koninkrijk gods op aarde gebouwd. Maar zij geloven niet in god. Hoe nu? Vooruit, sir! Geef antwoord op deze vraag!' 'Omdat zij niet in god geloven, zullen zij niet naar het paradijs gaan,' zei de baptist met vaste stem. 'Zij gaan ten onder.' 'Maar het zijn toch goede mensen? Dat hebt u zelf gezegd.' 'Dat maakt niet uit. Ja, zij doen goede dingen. Dat heeft de dominee ons ook gezegd, omdat de dominee, begrijpt u wel, een rechtvaardig man is. Maar in de bijbel staat geschreven dat goed doen niet voldoende is. Er is geloof nodig. En dus zijn zij tot de ondergang gedoemd.' 'Nee echt, sir,' hield Mr. Adains vol, 'u bent een intelligente jongeman en u hebt de high school a@nlaakt. Zal Christus bii zijn wederkomst op aarde werkelijk honderdzeveritig niilioen voortreffdiike lieden straffen, die ervoor gezorgd hebben dat er bii hen geen hongerigen en werklozen zijn, dat allen verzadigd en gelukkig zijn? Ja ja ja, sir! Denk toch na! Honderdzeventig rniljoeii mensen. ar-

beidzanie,goede, eerlijke mensen. %ai god werkelijk zo wrwd zijll dat hij hen niet in het paradijs toelaat?' Onze hitchhiker verzonk in zwaar gepeins. Hij h ~ klaarblijkelijk d nledeliiden met die goede Russische lieden. Hij aarzelde lang voordat hij antwoordde. Maar zelfs dit verbijsterende, angstaanjagende en ontroerende beeld van een ontmoeting tussen honderdzeventig miljoen Sovjetatheïsten en de kleine baptistengod kon onze reisgenoot niet overtuigen. hij, 'zo staat het in de bijbel. En die moet je of'Ziet u: wel in zijn !geheel aanvaarden, ofwel...' c~~~ vooruit, sir, ofwel...' riep Mr. Adams in totale verrukking. 'zonder geloof in god zal niemand worden gered: mompelde 011ze reisgenoot. 'Kijk! Kijk!' schreeuwde Mrs. Adams. i$re reden de Zion Canyon binnen en het gesprek met d e jonge baptist werd afgebroken. In het controlehokje was niemand. We stopten en toeterden een paar keer, maar er kwam niemand. 'Merk op, sirs,' zei Mr. Adams, 'dat ze geen dollars van ons vragen. Ja ja ja, we zullen de Zion Canyon gratis zien: Enige tijd reden we tussen dicht opeenstaande rode rotsen, waaruit dennen en een soort wortels staken. De kloof werd breder. Sonimige rotsen waren doorsneden met zeer lange rechte spleten, andere waren volgetekend met lijnen, als ruitjespapier. 'Zal ik, sirs,' zei Mr. Adams, 'u een prachtige literaire vergelijking verkopen? Hoeveel geeft u ervoor? Niets? Wilt u haar gratis? Nou goed: de wind heeft zijn geschiedenis op deze rotsen geschreven. Hebt u er wat aan? Schrijf maar in uw boekjes. Nee echt, ik ben van mening dat ik hiermee de Russische literatuur verrijkt heb: We maakten enige bochten. De kloof werd nog breder, Gisterell dachten we nog dat er op de wereld niets grootser, kon zijn dan de Grand C a n ~ o nMaar . er was maar één dag voorbijgegaan of we zagen iets dat misschien niet zo enorm groot was, maar wel onmetelijk hadden we veel gecompliceerder en fantastischer. De Grand canyon van bovenaf bekeken. Door de Zion Canyon reden we over de d m of door uitsteeksels van de wanden, waarin de weg hakt De Grand Canyon had zich aan ons vertoond in de vornluitge. van bergen. als omgekeerde bergen. Hier zagen we canyonwanden di, zicll

vertoonden als bergen in de gewone betekenis van het woord. Dat landschap had ons het koude landschap van een andere planeet geleken Hier was iedere vergelijking onmogelijk. We waren in het 10van kinderdromen terechtgekomen. O p de weg waarover we reden, lag schaduw en de van boven neerhangende dikke roben werden door de zon verlicht. We reden door een koperrode uitholling en kwamen in een nieuwe enorme kloof. Heel hoog, tegen de achterp n d van de lucht, zagen we rode torens, draaimolens, piramiden, dierenkoppen. Boven de weg en eronder groeiden scheve dennen. ~ r o o ~ g e v a ì i beekloopjes en kronkelden naar beneden. Ver weg op een zonverlichte rots schitterde een bevroren beekje, als een netjes erop geplakt reepje blik. We reden een tunnel binnen. Enige tijd waren we omhuld door volledige duisternis. Toen verscheen er een licht voor ons. In de wand van de tunnel was een brede boog uitgehakt, die naar een klein terras met stenen borstweringen leidde. We stapten uit de wagen. De deur sloeg dicht met het geluid van een kanon. Overal waren rotsen. Een klein stukje van de hemel was zichtbaar. Beneden ons lag een stille kleine waterpoel. Ohvel een mens zwijgt in een dergelijke imposante omgeving, ofwel hij begint vreselijke stommiteiten uit te halen. Wij begonnen plotseling, zomaar, doordringende kreten te slaken o m te weten te komen of er hier een echo was. Die bleek er te zijn. In de tunnel, die zich over anderhalve kilometer ~iitstrekte,die speciaal voor het bezichtigen van de canyon was uitgehakt en meer dan een miljoen dollar had gekost, waren nog enkele vensters aangebracht. En door ieder venster vertoonde zich een nieuw uitzicht. ~ e e l ver beneden ons glinsterde het asfalt van de wegenlussen, waarover geruisloos kleine automobielen reden. Bijna alle rotsen en hun scherpe schaduwen deden aan iets of iemand denken: de kop van een kat, nagels, de schaduw van een locomotief. De kroon op dit alles was de kolossale figuur van een indiaan, door de natuur in een rots uitgehakt - een indiaan met een rustig, streng gezicht en met een soort doosje o p het hoofd dat toch aan een veer deed denken. We reden de tunnel uit en vijf minuten later daalden we al af over dezelfde lussen waar we zojuist door het venster naar hadden staan kijken. Er waren gele bladeren op de weg gevallen. We reden door enkele met een d u n laagje ijs bedekte plassen. De schaduw van d e tegenoverliggende wand raakte de voet van de indiaan. Er heerste een

grC1izclo~c stilte. We reden zo iai~gzaainiiiogclijk, uitgeschakcldc lilotor. Wc da~ildcnstil en plechtig, ais een Zwevende

zei de jonge baptist. 'Van zou ik dus werk hebben. Nou ...' h ij wilde nog iets zeggen maar bedacht zich blijkbaar en liep weg,

gel. verscheelieen booiiipje niet petieterige gele blaadjes, daarna een ander met groene bladeren. We waren iii d e zomer t ~ r e c l i t g c k o ~ ~ , ~ ~ , vandaag waren in één dag, of beter gezegd zelfs in enkele uren, alle vier de jaargetijden aan ons voorbijgetrokken. voordat we de Zioji Cariyon verlieten, reden we de beroemde spleet tussen de rotsen [>inriendie door indianen aanbeden wordt en die de ~ i ~ ~ ~ heet. ~ ~ Midden ~ ~ in- det kloof ~ ~zat po p een e lenorme sokkel eell vorlneloze god met een buikje. We keken lang naar hem voor we begrepen dat dit niet door mensenhanden maar door d e natuur gemaakt was. Bij het inoiiunient klonk het geraas van een snelle beek die steentjes deed opspringen. We verbaasden ons er niet ineer over dat de natuur de indiaanse architectuur, de indiaanse tekeningen en zelfs d e indiaan zelf anticipeerde. Deze coilclusie, die zich na de Navaho-woestijn had opgedrongen, leek na de Zion Canyon te armoedig en te zwak. Hier was duidelijk dat alle kunst - de Egyptische, de Griekse, de Chinese, de gotiek, de empirestijl en zelfs het naakte formalisme20 - dat dit alles er al eerder was, dat het miljoenen jaren geleden o p geniale wijze door de natuur was bedacht. 'Laten we vrolijk zijn, sirs,' zei Mr. Adams, toen we d e weg naar Las Vegas zagen en er flink de vaart in zetten. 'Ik verzoek u niet te vergeten dat we voor al deze schoonheid geen cent betaald hebben.' Hij had dat nog niet gezegd, of we zagen een hokje langs de weg en daarin een man met een uniformpet die vriei-idelijk naar buiten keek. Hij liet ons stoppen, vroeg twee dollar, haalde zijn tong langs een rond groen papiertje en plakte het op de ruit van onze car. ' G o d bye, sir!' zei Mr. Adams beteuterd en voegde er metee11 aan toe: 'Nee echt, misters, twee dollar voor al die schoonheid! lk vind dat we er goedkoop af zijn gekomen!' Onze baptistenreisgenoot verzocht ons hem in het volgende stadje af te zetten. Hij schudde langdurig onze handen en herhaalde dat wij goede mensen waren. Hij slingerde zijn houteIl koffertje op zijn schouder, nam de gele stotjas onder zijn arin ei1 liep weg, Maar hij een Paar passen gedaan had, draaide hij zicli om ell 'En als ik in Kusland terecht zou komen, zou ik dan ook werk krijgen?' 'Natuurlijk,' antwoordden wij, 'net als alle meiisen in ~ ~ ~ l ~

~

d

:

29

Boven op de dam ~ ~we Mr.~ Adams ~ een groot r aantal ~ malen l ons erewoord hadden gegeven met het \allen van de schemer te stoppen, reed onze geharde car in volledige duisternis naar het stadie Las Vegas. De maan was nog niet op. Ergens voor ons draaide langzaam het witte licht van een vuurtorentje. Na enige tijd ging het naar links en toen lieten we het achter ons. Een ander vuurtorentje kwam het aflossen. O p deze plaats \iel onze weg samen met de route van de luchtverbinding voor passagiersvluchten naar Los Xngeles. Soms brak er een aarzelend licht door de duisternis. Het groeide snel en daar hoog voor ons verschenen twee automobielogen. Korte tijd snelden zii ons tegemoet, toen verdwenen zii weer en sprongen nu heel dichtbij opnieuw te voorschijn. De weg liep in golven, van heuvel naar heuvel. De grote stilte van de uToestijnwerd slechts verbroken door de zware zuchten en het gemompel van Mr. Adams. 'Beck~!Becky! Niet ZO snel. veertig mijl per uur: dat is te veel.' 'Laat me met rust: zei Mrs. Adams ingehouden. 'Anders stap ik uit en kunnen jullie zelf verder rijden,' 'NOU,Becky! Becky! It's impossible!' kreunde haar man. 'I don't want t0 SP& with you!' riep zijn vrouw uit. En de echtelieden hielden een korte ~ ~ o r d e n s c h e r m u t s ~ lin i n het g

Engels. De lichtvuurtorens verlichtten hun \,ertoornde en hun brillendazen. Ten slotte verschenen voor ons de lichtjes van Wat stelt een Moskoviet zich wel niet voor, wanneer vegaS, hij op een koude decemberavond bij de thee luistert naar verhalen over de felle, tril. lende lichtjes van de stad Las Vegas! Levendig ziet hij wrige ~ ~ caanw b i i l e n voor zich. peies, die gedraaid zijn zoals bi, ,-armen en owraffranen ~.ingetjeshangen. de fluwelen broeken van ri>readors, navaja's, gitaren, banderilla's en tijgerhartstochten, Hoewel WP er allang van overtuigd waren geraakt dat ik^^^. se steden de reiziger geen verraaingeii bereiden, hadden ,ij vaag

~

i

Al te betoverend hadden de lichtjes van de onbeergens op kende stad in de warme, zwarte woestijn gespeeld. Wie weet! Straks \verden we wakker in ons camp en zagen we uit het raam zuidelijke koftjeschenkerijen in tenten, schilderachtige bazaartjes, waar de brutale snuit van een kameel oprees boven bergen groente, hoorden we het van de menigte en de kreten van ezeltjes. Maar deverStaten brachten met verenigde inspanningen onze verbeelding een nieuwe klap toe. Toen we wakker werden in het camp en naar buiten gingen, zagen we de stad G d u p in al zijn glorie, met zijn benzinepompen, apotheken, lege trottoirs en straten vol automobielen. \ve verwachtten zelfs dat zodadelijk, net als in Gallup, een groen bestelwagentje o m de hoek te voorschijn zou schieten en onze flank zou rammen, en dat Mr. Adams daarna met een zachtmoedige glimlach op zijn gezicht door de etalageruit van een automobielwinkel zou lopen. Het was vervelend om naar deze eenvormige rijkdom te kijken. Bij het doorkruisen van de woestijn waren we in enkele tientallen stadjes geweest en met uitzondering van Santa Fe en misschien hlbuquerque waren het allemaal Gallups. Het is moeilijk om op deze wereld een meer paradoxale toestand te vinden: eenzijdige steden in een veelzijdige woestijn. Las Vegas heeft ons definitief genezen. Sindsdien hebben we in een nieuwe stad nooit meer de hoop gehad op verrassingen te stuiten. Dit is ons goed van pas gekomen, omdat ons tijdens de verdere reis toch mooie surprises wachtten. Hoe minder we op ze rekenden, hoe aangenamer ze ons waren. In Las Vegas bleven we precies zolang als nodig was om in een apotheek breakfast number three te eten, te keren bij een plantsoen waar elektrische lantaarnpalen groeiden, en de stad in allerijl te verlaten. We deden dit zo gehaast dat we de in Las Vegas geldende verkeersregels overtraden -we reden tegen de stroom automobielen in, tenviÌl er bij het plantsoen maar in één richting gereden mocht worden. Onmiddellijk reed er een politieauto op ons af. De policemJn die erin - zat, beval ons te stoppen. 'I am very, very sorry,' zei Mrs. Adams met dunne stem. 'Het spijt me heel, heel erg!' 'Very, ver", Mr. officer!' viel Mr. A d a m haar bii. Ook deze keer kregen wij niet zo'n akelig ticket. De policeman was blij dat de naïeve New Yorkse provincialen hem tot 'ofiker' bombardeerden en beperkte zich tot een Ueine toespraak over de ver-

keerSregels in de stad Las Vegas. Mr. Adams luisterde met diepe aandacht, begeleid door uitroepen: 'Surely, Mr. officer! Yes, Mr. office,! ofcourse, Mr. oficer!' Ten slotte wees d e policeman o n s d e weg naar Boulder City. Toen we drie blokken hadden gereden, merkten we dat d e politieauto ons opnieuw acliternareed. Had 'Mr. officer' zich misschien bedncllt en had hij besloten ons toch een ticket te geven? Mrs. Adams haastte zich vooruit, maar de politie-Packard haalde o n s snel in; 'Mr. ofticer' stak zijn hoofd door het raampje naar buiten en zei: 'Lady! Ik ben achter u aan omdat ik bang was dat u d e verkeerde weg zou ne. men, En dat is ook gebeurd. U bent twee blokken te ver gereden.' Mr. Adanls slaakte een zucht van verlichting en riep: 'Thank you very, very much!' 'Very, very!' viel Mrs. Adams hem bij. 'Very much!' galmden wij, als d e echo in d e Zion Canyon. Het was maar dertig mijl naar Boulder City e n na zo'n vijftig minuten reden we al op het gemeentelijke hokje af, net zo een als er bij de ingang van nationale parken staat. Hier stond het hokje bij de ingang van Boulder City, het stadje dat is ontstaan tijdens d e bouw van de grootste dam ter wereld, de Boulder D a m in d e Colorado-rivier. In het hokje kregen wij kaartjes, met daarop d e regels voor bezoekers van de bouw, en we reden het stadje in. Hoe vreemd het ook moge lijken, we hoorden in d e Verenigde Staten heel weinigover de Boulder Dam. De kranten schreven bijna niets over dit bouw~rojecten pas tegen het tijdstip var1 d e voltooiing van debouw van de dam, toen Roosevelt naar de plechtige opening kwam, ~'ijddehetfilmjournaalenkele beelden aan de Boulder Daln. Wij hebben dit journaal gezien en de toespraak van de president is o n s bijgebleven. Hij sprak over de betekenis van het werk Iran de regering, prees gouverneurs en Senatoren die iets met de bouw te hadden, en met geen woord over de mensen die deze d a m ollten gebouwd hadden, dit grote monument voor d e triomfvan de mens over de natuur. Het bezoek aan de Boulder Dam was, naait de mi)gclijkheid o m met eigen ogen het technische wonder te zien, voor ons om een bijzondere reden interessant We waren van plan een te maken met ingenieur ' ~ h o m s o neen . van de weinige Amerikaanse ingenieurs die van de Sovjetregering de onderscheiding van het vandel vali de Rode Arbeid gekregen heeft.

witte huize11van b u l d e r City weerspiegelden de eeuwige woestijnzon Op zo'n verblindende wijze, dat het pijn deed aan je ogen. Of,chooll het stadje voor tijdelijk was gebouwd, nu al halfleeg was en i,a de voltooiing van de montagewerkzaamheden aan de centrale heleniaal k e g zou lopen en waarschijnlijk gesloopt zou worden, kwam het ons prettiger voor dan zijn asfalt-benzine-collega's (type Galiup) die van plan waren eeuwig te bestaan. Er zijn heel veel gazons, bloemen, basketbalvelden en tennisbanen. We ontmoetten Mr. Thomson in het hotel en begaven ons meteen naar de bouw. Thomson, d e hoofdingenieur montage bij General Electric, een magere, zwartharige m a n van veertig jaar met lange vierkante wimpers en heel levendige ogen, was ondanks de vrije dag (we waren 's zondags aangekomen) gekleed in een werkbroek en een kort fluwelen jasje met ritssluiting. Er was ons gezegd dat hij een van de beste chef-monteurs ter wereld was, zo niet de beste, zogezegd wereldkampioen montage van kolossale elektrische machines. De kampioen had gebruinde, eeltige handen, bedekt met verse schrammen. Thomsoli is in Schotland opgegroeid. In zijn onberispelijke Engels is de rollende Schotse r duidelijk te horen. Tijdens de oorlog is hij Engels piloot geweest. In zijn gezicht is een nauwelijks merkbare uitdrukking van melancholie verborgen, die vaak voorkomt bij mensen die enkele jaren van h u n leven aan de oorlog hebben opgeofferd. Hij rookt pijp maar draait ook soms, uit oude froritge\voonte, van geel papier een shagje. Zijn beroep heeft hem bijna zijn vaderland ontnomen - zo scheen het ons tenminste toe. Hij is Engelsman, werkt in een Amerikaans bedrijf en reist de hele wereld over. Waarschijnlijk is er geen deel van de wereld waar Mr. Thornson niet wat machines heeft gemonteerd. Thomson heeft zeven jaar in de USSR gewoond, werkte in Stalingrad en o p de Dnjeprostroj, heeft de onderscheiding van het Vaandel Iran de Rode Arbeid «ntvangen; nu monteert hij hier in de woestijn in de vreselijke zon de machines van de waterkrachtcentrale van de B o d der Dam. Hij zal hier nog een jaar werken. En dan? Hij weet het niet. Misschien gaat hij naar Zuid-Amerika, of misschien zal General EIKtric hem naar een andere plek sturen; naar India, Australié of China. 'Ik zou heel graag naar de USSR gaan,' zei Thomson, 'om te kijken hoe het daar n u is. ik heb bij ti iniiners een stuk van mijn hart achtergelaten. Ziet u, mijn vrouw en ik hebben geen kinderen en ik noem

riiachiiies niijri kinderen. In ~ ~ heb ~ de door niii ik een paar kiiideren, mijn meest geliefde kinderen. Ik ze graag weer eens zien.' g ij begon herinneringen op te h d e n aan de nienseri niet wie h.. gewerkt had. 'Ik zal nooit het moment vergeten dat de montage van11 de ~ ~ i ~ ~ ~ - w a t e r k r a c h t c e nvoltooid t r a l e was en ik Winter de schakelhendel overdroeg, zodat hij eigenhandig voor het eerst de stroom kon inschakelen. Ik zei tegen heni: "Mr. Winter, de soep is klaar." winter had tranen in zijn ogen. We omhelsden elkaar o p zijn Russisch, Er zijn bij u veel goede ingenieurs, maar Winter is een heel uitzonderlijke figuur. Zoals hij zijn er weinig op de wereld. Je kunt ze op de vingers \?an één hand tellen. Wat doet hij nu? Waar is hij?' w e zeiden dat Winter het Directoraat Waterkrachtcentrales leidt. 'Dat is erg jammer,' zei Thomson. 'Nee werkelijk, zo'n man moet niet op kantoor werken.' We legden uit dat het Directoraat Waterkrachtcentrales geen kantoor was maar iets van aanzienlijk grotere betekenis. 'Dat begrijp ik,'ant\voordde Thomson.'Maar niettemin is dat niets voor Mr. Winter. Dat is een veldheer. Hij moet op het slagveld zijn. Hij moet hoofd van een of ander bouwproject zijn. Ik weet dat er bij u nog steeds heel veel gebouwd wordt. Het is nu een zaak van het verleden en we kunnen open over alles praten. De meesten van onze ingenieurS geloofden niet dat er van het eerste vijtjarenplari iets terecht zou komen, het leek hen onwaarschijnlijk dat uw onopgeleide arbeiders en jonge ingenieurs ooit de ingewikkelde productieprocessen onder de knie zou krijgen, in het bijzonder de elektrotechniek. En zie! Het is u gelukt! NU is dat een feit dat niemand nog zal ontkennen.' Thomson vroeg Mrs. Adams plaats voor hem te maken achter het stuur van de automobiel. daar ons een tamelijk gevaarlijk traject te wachten stond, en hij stuurde de wagen handig langs een duizelingwekkende afdaling naar de bodem van de canvon. . Onderweg kregen we enkele malen uitzicht ,op- -de dam. Stelt u zich de snelle bergrivier de Colorado voor, die over de bodem van een enorme stenen gang stroomt, waarvan de muren gevormd worden door zeer hoge, bijna loodrechte rotsen niet een zwart-rode kleur. De hoogte van de rotsen is 650 voet. En tussen die twee door de natuur gemaakte wanden van de canyon hebben meil. senhanden uit gewapend beton een derde wand gemaakt, die de

l

~

~

d

vierstroom verspert. Deze wand loopt in een halve cirkel en lijkt op

..--

een gestolde waterval. ~ ~we ded Boulder ~ Dam t van beneden af bewonderd hadden, ginom over het oppervlak van de dam te lopen. Thomgen s(,n vroeg ons om alleen langs de rechterkant te lopen. Vanaf enorme hoogte zagen wij de opgedroogde bodem van de canyon met de sporen die achtergelaten waren door het grote bouwproject: stukken betonijzer en bouwafval. Langzaam daalde een aan een stalen tros opgehangen spoorwegwagon naar de bodem van de afgrond. We liepen tot het einde van de dam en keerden terug. 'Nu kunnen we oversteken naar de linkerkant: zei Mr. Thomson. Dit was een goed voorbereid effect. Aan de andere kant van de dam lag een groot, schoon, koel meer. Toen we bij het midden van de dam kwamen, hield Mr. Thomson plotseling halt en ging met beide voeten aan weerszijden van een witte lijn staan. 'Nu,' zei hij, 'sta ik met mijn ene been in Arizona en met het andere in Nevada.' De Boulder Dam, gesitueerd op een punt waar vier staten samenkomen (Arizona, Nevada, Utah en Californië), geeft de woestijn niet alleen elektriciteit maar ook water. Behalve een elektriciteitscentrale zal hier ook het centrum komen van het irrigatiesysteem van het AllAmerican Canal. 'Kunt u ons vertellen,' vroegen we Thomson, 'wie de ontwerper is van het Boulder Dam-project?' Tot onze verbazing antwoordde hij niet op deze vraag. Hij kon alleen de namen noemen van de aandelenvennootschappen die op last van de regering dit werk uitvoerden. 'Als je,' zei Thomson glimlachend, 'een of andere bouwarbeider vraagt wie hier de turbines monteert, zal hij niiin naam waarschijnlijk niet kunnen noemen. Hij zal eenvoudig~vegzeggen dat de m m tage wordt uitgevoerd door General Electric Compan}: Ingenieurs F nieten bij ons in Amerika geen bekendheid. Bij ons zijn a k e n de firma's bekend.' 'Neemt u ons niet kwalijk, Mr. Thomson, maar dat is een grote onrechtvaardigheid. We weten wie de Sint-Pieterskerk in Rome heeft gebouwd, hoewel dat enkele eeuwen geleden is. De ontwerpers van de Bouldcr l h n , waar schitterende techniek en opmerkelijke bouwkunst verenigd zijn, hebben recht op bekendheid.' 'Nee,' zei Mr. Thonlson,'ik zie daar geen onrechtvaardigheid in. Ik

"

persoOillijk hcii I)iivoorhccld liiet o p zoek naar I>ekcildhcid, er volledig tevreden mee dat mijn m a i n bekend is bij tweehoilderd specialisten over de hele wereld. Bovendien is de situatie bij de derne techniek zodanig dat het werkelijk niet altijd iiiogelijk is om vast te stelle~iwie de ontwerper van een bepaald technisch werkstuk is. Het t i j d p r k van Edison is voorbij. De tijd vali afionderlijke te uiwindingen ligt achter ons. Nu is er een algemeen technisch proces gaande. Wie bouwt de Roulder Dam? Zes bekende firma's. En dat is alles.' 'Maar iIl de USSR zijn er ingenieurs en arbeiders die een grote populariteit genieten. Kranten schrijven over hen, tijdschriften publiceren hun portretten.' 'U beiit ge\vooli in de ban van bouwen. Dit speelt bij u n u een te grote rol. Maar straks zult u liet gaan vergeten en zult u ophouden ingenieurs en arbeiders te roemen: ~ o lang g praatten we over roem, of beter gezegd het recht o p roem. We geloven dat we elkaar geenszins hebben overtuigd. Ile positie van Thomson was ons duidelijk: het kapitalisme Iiceft hem zijn roem geweigerd, of beter gezegd heeft zich zijn roem toegeëigend, en deze trotse man wil er niets meer van horen. Hij staat zijn bazen zijn kennis af en ontvangt daarvoor salaris. Hij denkt dat ze quitte staan. Terwijl we op een van de prachtigste bouwwerken van onze eeuw stonden, waarvan alleen met zekerheid bekend is dat het door een onbekende ontworpen is, spraken we over roem in de Verenigde Staten. Roem in dit land begint samen met publicity. Voor een persoon wordt echter alleen publicity gemaakt als dat iemand wat oplevert. Wie genieten in Amerika daadwerkelijk grote, algemene roem? Mensen die geld verdienen of niet behulp van wie ieinand anders geld verdient. Uitzonderingen op deze regel zijn er niet. Geld! Kainpioenen boksen of voetbal zij11 hij het gehele volk t>eroerllc~,onldat een wedstrijd waaraan zij deelnemen, een rniljoeii dollar oplevert, Eeii filmster is beroemd omdat cen ondernemer zijn of haar roem nodig Iieeft. Hij kali de filmster die algemene roem ontnemen op het Ill«ment dat hij daar zin in heeft. Bandieten zijn beroemd dat gunstig is voor de kranten en omdat de namen vat1 balldieten verbonden zijn met getallen met een groot aantal nullen. Maar wie zou er wat aan hebben o111 'Shoinsori of Jackson, wilso11of A d a m beroemd te n~aken,als die mensen allee11maar wat ma-

chines, elektriciteitscentrales, bruggen en irrigatiesystemen bouwen' Het is voor hun bazen zelfs ongunstig hen beroemd te maken. Aan eeIl beroemd man moet een hoog salaris worden uitbetaald. G ~ e e sirs,' zei Mr. Adams tegen ons, 'denkt u soms dat Ford beroemd is in Amerika omdat hij een goedkope automobiel op de wereld heeft gebracht? Oh no! Het zou dom zijn dat te denken! Er rijden gewoon automobielen met zijn naam op de radiateur door het hele la1ld. In uw land is een heel andere Ford beroemd. Bij u is de mecllanicu~Ford beroemd, bij ons de geslaagde handelaar Ford.' misschien heeft die zo aardige Mr. Thomson gelijk wanneer hij de Amerikaanse roem afwimpelt. Roem in Amerika is een product. En zoals elk product in Amerika brengt het geen winst aan wie het voortgebracht heeft, maar aan wie erniee handelt.

Het record van Mrs. Adams o p de grens van Californië moesten we stoppen bij een inspectiepost, waaromheen kleine cactussen stonden, en werd onze automobiel doorzocht. Het is verboden om vruchten of bloemen mee te nemen naar Californië. De Californiërs zijn bang dat er plantenziekten verwekkende bacteriën naar hun staat worden meegevoerd. De inspecteur plakte op de voorruit van onze car een etiket met een afbeelding van onnatuurlijk blauwe vertes en groene palmen, en wij waren in Californië, de 'Gouden Staat: Toen we echter het inspectiegebouw voorbij waren, vonden wij in het geheel geen palmen. De woestijn ging verder, even groots en prachtig als in Arizona, Nevada en New Mexico. Alleen werd de zon warmer en verschenen er veel cactussen. Een heel bos cactussen stak aan weerszijden van de weg uit het zand omhoog. De cactussen waren groot, zo groot als appelbomen. De takken waren net zo dik als de stammen en leken op uitgespreide armen die bij een foltering verminkt waren, afgehakt bij de ellebogen. Zo ging een halve dag voorbij. We ontbeten, net als apen, met bananen en noten. De weg liep van plateau naar plateau en steeg voortdurend. De cactussen verdwenen even plotseling als ze gekomen waren. Aan de horizon verscheen een metalen toren. Daarachter een tweede, toen een derde. Ze leken op de gevechtsmachines van Martiaanse strijders. We reden onder een hoogspanningsleiding door, die gebouwd was om stroom van de Roulder Dam naar Californie te voeren. De elektriciteit ging stapvoets, gelijkmatig door het zand en de heuvels van de woestijn. 'Sirs,' vroeg Mr. Adams, 'suizen uw oren? Eerlijk zeggen.' We luisterden goed. Onze oren suisden inderdaad. Mr. Adams verheugde zich zeer. 'Dat is de ijlere lucht,' zei hij. 'Laat dit u niet verbazen, misters. Oh no! Ongemerkt zijn we op behoorlijk grote hoogte gekon~en.Maar ik geloof dat dit onze laatste pas is.'

Zc)als ;iltijd had Mr. Adanis gelijk. sI7gte, lak helemaai niet op de woesfijnen waar wij afgelopen we& aan \vareli geraakt. Gehuld in een lichte. dampende niist. opelibaardehij zich geleidelijk, niet iedere nieuwe lus w i i d e weg. VoorziclItig red en we verder en verder naar beneden. Na een lange onderbreking begon het leven opnieuw: omgeploegde velden, irrigatiekanalen, gr,,e,, tergewas, lange, in de mistige verte verdwijnende bruine wijngaarden en de olieboortorens van de stad Bakcrsficld. Het was december, E, verscheneri palmen, bonieii, meisjes in rokken en meisjes in broekeil, De meisjes in hun lange wijde broeken uit d u n n e wol, cri liiet eeli licht doekje om hun hals, waren een teken dat Hollywood diclitbii was. Dat is cinemastijl, in dergelijke broeken lopen. Ze zijn eenvoudig en zitten lekker. Dit deel van Californië is een geïrrigeerde woestijn. Als je Californië slechts één week niet irrigeert, verandert het in wat het ooit was: een woestijn. Als je de bloemen één dag geen water geeft, gaan ze dood. 'Nee echt, sirs!' riep Mr. Adams uit. 'Californië, dat is een bijzonderestaat! Hier komt principieel geen regen voor. Ja ja ja - juist priiicipieel. U beledigt een Californiër gewoon wanneer u heim zegt dat er hier regen mogelijk is. En als het op de dag van uw aankomst toch regent, dan wordt de Californiër vreselijk kwaad, hij haalt zijn schouders op en zegt: "Dit is iets onbegrijpelijks. i k woon hier al twintig jaar, mijn eerste is hier gestorven, mijn tweede ziek geworden, mijn kinderen zijn hier opgegroeid en liebbeli de high school afgemaakt, maar regen zie ik voor het eerst!" Nee werkelijk, sirs. U wilt niet wat Californië is. Ik verzeker U dat regen hier toch voorkomt!' De BakersfieldSe olieboortorens waren, in tewnste~liI1gtot de metalen torens Van OWahorna, van hout geniaakt. Hier + l i oudere olievelden. En opnieuw zagen we naast de torens deerniswekkende krotten. Dat is de wet van het Ameriknnse Ieven: hoe ,.ijker de

-

of opgehoe meer miljoenen daar uit dc grond worden pompt, des te armer en onooglijker de krotten van de Illeliseli die deze miljoenen opgraven of oppoinpen,

- door plaatselijke bewoncrs, eigenaars van huisjes en Fordjes. Zij maken een gat naast de oliehoudende grond van de bedrijven, z6 in hun

tuintje,in de garage of in hun woonkamer, en pompen rustig enkegnllolis per dag op. Deze methode van oliewinning noemen de ~ ~ , ~ ~ ~om i kde~ een n e ofn andere reden 'wilde kat'. bakersfield onderscheidt zich alleen door zijn palmen van het honderdtal (;allups dat wij gezien hebben. Maar dat is een vrij wezenlijk versc~lil.Gallup met palmen is veel aangenamer dan Gallup zonder palmen. Handcl en reclame hebben hier een levendiger karakter dan in de Na het eindeloze en eenzijdige 'Drink Coca-Cola' voelde je Ilier een New Yorkse voortvarendheid in de aandacht voor de klant. De baas van een klein benzinestation aan de rand van Bakersfield had boven zijn zaak een komisch mannetje gehangen dat uit lege olieblikken was samengesteld. Het mannetje bungelde in de wind, ramnlelde en kreunde als een eenzaam, door iedereen vergeten spook. En in zijl, grkreun viel duidelijk te horen: 'Koop alleen Pennsylvaniaolie. Dat is olie uit de quakerstaat. De quakers zijn goede mensen, daar kan geen slechte olie vandaan komen!' En nog verder, boven een service station hing een zo boud plakkaat dat Mr. Adams, die het het eerst had opgemerkt, hard in zijn handen begon te klappen en riep: 'Becky! Stop hier eens!... Ja ja, sirs,' zei liij,'u moet eens rustig over dit w lak ka at nadenken, als u de Amerikaanse ziel wilt begrijpen.' O p het plakkaat stond: SERVICE STATION. U WORDT H I E R A L T I J D BEGROET M E T EEN V R I E N D E L I J K E LACH! Levendig stelden wij ons dit plaatje voor: een verminkte passagier in een wagenwrak, zoals liet wrak dat we in de girage van de Grand Canyon gezien hadden, wordt giecheleiid begroet. 'Nee nee, ~iiisters,echt, lachen is de stijl van het Amerikaanse k ven ,' Dat klopt. De Anierikaaiise lach, in het aigenieen een fijne, luide en levenslustige lach, is soms toch wel ergerlijk. Laten we veronderstellen dat twee Amerikanen elkaar ontmoeten. ie Amerikaaii (Gliiiilacheiid): How do y«u do! 2' Amerikaan (Een deel van zijn tandeii tonend): HOWdo V' do! ie: Hoe gaat het met u? (Lacht) ze: Zeer goed. Bedankt! (Toont alle 32 tandeii, waaronder 3 80"den.) En hoe gaat het met u?

\lery riice! Uitstekend! (Lacht luid) I-loe gaiin zaken? zc: Nice! (Schaterlacht) En die van u? 1.: ~(,ortreffelijk!(Buldert van het lachen) Nou, tot ziens, d e groe. ten aan uw vrouw! BeJarikt. Ha-ha-ha! U ook de groeten! (Stoot een conlpletelachuit en klopt uit alle macht de eerste o p de schouder) bye! i e (schudt van het lachen en klopt d e tweede o p diens sclloUde,): Good bye! (Stappen iii hun autoniobieien en rijden met enornie siiclheid i, verschillende richtingen weg) In een dergelijk gesprek is er nog een variant mogelijk, die eigcillijk bijna op hetzelfde neerkoriit: i e Amerikaan (Glimlachend): Hoe gaat het niet uw business? ze Amerikaan (Lacht): Erg slecht. Very bad. En niet die var1 u? ie: (Schatert): Afschuwelijk! Ben gisteren d e laan uit gevlogen. 2e: (Bescheurt zich van het lachen): Hoe gaat het met uw vrouw? ie:Zij is nogal ernstig ziek. (Probeert een ernstig gezicht te trekken, maar een montere, levenslustige lach breekt d o o r naar buiten) Gisteren was ... Ha-ha-ha ... Gisteren ... O, ik kan niet meer! Gisteren was de dokter op bezoek. 2 . : Really? Ach, wat treurig! Ik voel niet u mee, inijii vriend! (Met een montere lach klopt hij de eerste o p zijn schouder) Amerikanen lachen en tonen onophoudelijk h u n tanden, niet o n dat er iets grappigs gebeurd is, maar omdat lachen hun stijl is. Amerika is een land dat van primitieve duidelijkheid houdt bij al zijn kwesties en zijn ideeën. Rijk zijn is beter dan arm zijn. En in plaats van tijd te verliezeri aan het Van de o o m k e n die tot zijn arnloede hel>beii geleid en deze Ooraken weg te nenien, probeert nien op alle niogelijke wijzen aan een miljoen te komen. Een miljard is beter dan een miljoen. En in plaats van alle zaken in de steek te laten en van het miljoen te genieten waar meli van heeft gedroomd. zit men op kantoor. bezweet. zonder jasje, en verdieiit eeii miljard bij elkaar. Sporten is beter voor de gezondheid daii I>oekelllezen. besteedt alle vrije tijd aan svort. Men moet zich af en toe ontspannen om uit te rusten vali ,jezaken en men gaat naar de bioscoop of naar een burleske,

l 1

gcdwciilge~i wordt over een of andere levenskwestie na te dendaardooi. ~ O L Irilen immers verhinderd worden o m uit te rusl;achen is beter dan huilen. En inen lacht. Waarschijnlijk heeft men zichzelf ooit tot lachen gedwongen, zoals men zichzelf gedwongen heeft met open raam te slaperi, 's ochtends oefeningen te doen en de tanden te poetsen. En later, ach, toen raakte men eraan gewend. Nu breekt de lach onwillekeurig uit de keel naar buiten, onafhankelijk "3, iemands wens. Als u een lachende Amerikaan ziet, betekent dat niet dat hij plezier heeft. Hij lacht o m de eenvoudige reden dat een Amerikaan móét lachen. Laten Mexicanen, Slaven, joden en negers maar janken en treuren. We reden de prachtige vierbaansweg Los Angeles-San Francisco op en belandden opnieuw in de automobielenmaalstroom die we in de woestijn bijna ontwend waren. De door middel van witte strepen onderverdeelde weg was zwart - de kleur van teer - en glansde vettig. Naast ons zoefden automobielen voorbij, blikkerend met hun ruiten. Van veraf leken ze heel hoog, omdat de weg hun wielen weerspiegelde. Er reden Buicks, Fords, Chryslers, Packards, ontelbare wagens loeiden en bliezen als katten. O p de Amerikaanse wegen vindt eeuwigdurende beweging plaats. Californië is beroemd o m zijn auto-ongelukken. Langs de weg kwamen we steeds vaker grote plakkaten tegen die de chauffeurs maanden o m voorzichtiger te rijden. Ze waren voortreffelijk gedrukt, laconiek en angstwekkeiid. Een enorme policeman droeg het lijk van een klein meisje o p zijn linkerarm en wees met zijn rechterarm recht naar ons. Het onderschrift luidde: 'Stop deze moorden!' Op een ander plakkaat stond een waanzinnige, verwilderde man met een kinderlijkje in zijn armen. En het onderschrift: 'Wat heb ik aangericht!' 'Nee, Becky, ik wil niet dat wij begroet worden met een vriendelijke lach,' zei Mr. Adams. 'Sirs, wilt u dat onze vernielde car met een vriendelijke lach begroet wordt? Becky, je moet je bij veertig mijl houder~.' Mrs. Adanis wilde nog proberen te protesteren, maar de plakkaten hadden een zo grote indruk op ons genlaakt dat wij ons achter Mr. Adanis schaarden, en onze avonturistisch ingestelde driver schoorzaamde. 'Becky,' riep Mr. Adams uit, 'wil je dan met veel moeite mijn lijk optillen en heel Californié toeschreeuwen: "Wat heb ik aangericht!"'

Very iiice! Uitstekend! (Lacht luid) Hoe garil1 uw zakerl? Nice! (Schaterlacht) En die van u? ie: voortreffelijk! (Buldert van het lachen) Nou, tot d e groe. teli aan uw v r o i i ~ ! 2.': &dankt. Ha-ha-ha! U ook de groeten! (Stoot een conlplet, I . acli. waterval uit en klopt uit alle macht d e eerste o p d e cl^^^&,) bye! i e (schudt \..lil het lachen en klopt d e tweede o p dieris scllouder): Good bye! (Stappen in hun dlitoniobieleri en rijden niet e n o r m e snelheid i, verschillende richtingen weg) In een dergelijk gesprek is er nog een variant mogelijk, die eigelllijk bijna op hetzelfde neerkomt: i e h e r i k a a n (Glimlachend): Hoe gaat het met uw busiiiess? 2e Amerikaan (Lacht): Erg slecht. Very bad. En met die van u? ie: (Schatert): Afschuwelijk! Ben gisteren d e laan uit gevlogen. ze: (Bescheurt zich van het lachen): Hoe gaat het met uw vrouw? ie: Zij is nogal ernstig ziek. (Probeert een ernstig gezicht te trekken, maar een montere, levenslustige lach breekt d o o r naar buiten) Gisteren was ... Ha-ha-ha ... Gisteren ... O, ik kan niet meer! Gisteren was de dokter o p bezoek. ze: Reaiiy? Ach, wat treurig! Ik voel met u mee, mijn vriend! (Met een montere lach klopt hij de eerste o p zijn schouder) Amerikanen lachen en tonen onophoudelijk hu11 tanden, niet oindat er iets grappigs gebeurd is, maar omdat lachen h u n stijl is. Amerika is een land dat van primitieve duidelijkheid houdt bij al zijn kwesties en zijn ideeën. Kik zijn isbeter dan arm zijn. En in plaats van tijd t e verliezen aan het Van de oorzaken die tot zijn armoede hebben geleid en deze Weg te nemen. probeert men o p alle nlogelijke wijzen aan een miljoen te komen, Een miljard is beter dan een miljoen En in plasts van alle zaken in desteektelaten en van het miljoen te genieten waar men van heeft gedroomd, zit men OP kantoor. bezweet. zonder jasje, en verdiellt een miljard bij elkaar. ie:

2':

Men moet zich af en toe ontspannen om uit te rusten zaken en men gaat naar de bioscoop of naar een b iirleske, waar'ieinen

liiet gedwoilgen wordt over cen of andere levenskwestie na te denken; d ~ , ~ l r d o'OU~ r men immers verhinderd worden om uit te rui-

ten. bcheli ishctcr dan huilen. En inen lacht. Waarschijnlijk heeft men zichzelf ooit tot lachen gedwongen, zoals men zichzelf gedwongen heeft met open raam te slapen, 'S ochtends oefeningen te doen en de tanden te poetsen. En later, ach, toen raakte men eraan gewend. Nu breekt de lach onwillekeurig uit de keel naar buiten, onafhankelijk vali iemands wens. Als u een lachende Amerikaan ziet, betekent dat niet dat hij plezier heeft. Hij lacht om de eenvoudige reden dat een Amerikaan móét lachen. Laten Mexicanen, Slaven, joden en negers maar janken en treuren. We reden de prachtige vierbaansweg Los Angeles-San Francisco op en belandden opnieuw in de automobielenmaalstroom die we in de woestijn bijna ontwend waren. De door middel van witte strepen onderverdeelde weg was zwart - de kleur van teer - en glansde vettig. Naast ons zoefden automobielen voorbij, blikkerend met hun ruiten. Van veraf leken ze heel hoog, omdat de weg hun wielen weerspiegelde. Er reden Buicks, Fords, Chryslers, Packards, ontelbare wagens loeiden en bliezen als katten. O p de Amerikaanse wegen vindt eeuwigdurende beweging plaats. Californië is beroeind o m zijn auto-ongelukken. Langs de weg kwamen we steeds vaker grote plakkaten tegen die de chauffeurs maanden o m voorzichtiger te rijden. Ze waren voortreffelijk gedrukt, laconiek en angstwekkend. Een enorme policeman droeg het lijk van een klein meisje o p zijn linkerarm en wees met zijn rechterarm recht naar ons. Het onderschrift luidde: 'Stop deze moorden!' O p een ander plakkaat stond een waanzinnige, verwilderde man met een kinderlijkje in zijn armen. En het onderschrift: 'Wat heb ik aangericht!' 'Nee, Becky, ik wil niet dat wij begroet worden met een vriendelijke lach,' zei Mr. Adams. 'Sirs, wilt u dat onze vernielde car met een vriendelijke lach begroet wordt? Becky, je moet je bij veertig mijl houden.' Mrs. Adams wilde nog proberen te protesteren, nia'lr de plakkaten hadden een zo grote indruk o p ons gemaakt dat wij ons achter Mr. Adams schaarden, en o n ï e avonturistisch ingestelde driver gehoorzaamde. 'l$ecky,' riep Mr. Adailis uit, 'wil je dan met veel moeite miin lijk optillen en heel Californië toeschreeuweii: "Wat heb ik aangericht!"'

\~er\r~igens verc11~pieMr. ACl:llllS ZlCh l11 d e k:1:1rt begoll geconcelltreerd brommend wat rechte en kroinine lijneii op t daar kenen. 'Sin!' zei hij ten slotte. 'We nloeten langs het Sequoia e te. Dat is hier niet ver vandaan. Bij d e stad Delallo We slaan. Een kleine omweg; een mijl of zestig, niet blii\.eli daar vijf n i i n ~ ~ t een i i dan gilal1 we weer d e weg op, recht Frallcisco. Nee sirs, niets zeggen. Het ZOU gewoon donl zijn om liiet Icings het Sequoia Park te rijden. Nee werkelijk, we inoeteil echte reizigers zijn.' ìqu zijn we Mr. Adams erg dankbaar dat hij o n s ~ n e e s l e u r dnaar ~ het Sequoia Park; maar toen waren we te vermoeid van de reis door de woestijn, zaten we overvol van d e indrukken en wilden we te graag naar Sari Francisco, o m meteen m e t deze stap in te stemmen. Er ,rond een spoedberaad plaats, waarbij Mr. A d a m , die altijd zo voorzichtig was, zich gedroeg als S o e v o r o ~ . ~ ~ Er werd een besluit genomen: we zouden voor vijf niiiiuten riaar Sequoia Park rijden. Terwijl we naar Delano reden, verstreken een u u r of twee. Rechts verschenen bergen. We sloegen af. Dit was d e Sierra Nevada, de bergketen die zich uitstrekt tussen de hoogvlakte van Colorado en de Californische vallei. Opnieuw lagen er strenge berggezichten voor ons, opnieuw hief Mrs. Adams in haar enthousiasme haar handen op, stak haar hoofd uit het raam en riep: 'Kijk, kijk!' en smeekten wij haar d e handen op het stuur terug te leggen en haar ogen o p de weg te richten; wij bezwoeren haar dat wij haar bij het eten al deze pracht i11literaire vorm zouden beschrijven. Maar het was nog ver tot het eten. Er begon een klim over een schilderachtige weg tussen kleine rotsen, en naaldbomen, die glinsterden in de zon. w a t heerlijk W" het Om met iedere bocht steeds hoger te stijgen richting blauwe waar OP voor ons onbereikbare hoogte een besneeuwde top te zien was. Onder ons, o p de bijna loodrechte hellingen, Wenwe door het groen de smalle strookjes weg waarover we 'Iweer een uur geleden hadden gereden. en de beekjes iurreil helemaal niet meer te zien. Spoedig lag ook de Zon beneden ons, 'Waar zijn die sequoia's nou?' vroegeil wij op droefgeestige 'Nee, 2% niet: "waar rijn de sequoia's"; zei M, Adanis ,logal ver. ward. 'De sequoia's komen spoedig: * d a m keek UP haar horloge. maakte tegelijkertijd een

w

we dLlizcliIigwekkciidcbocht en merkte op: 'Maar het is al etenstijd.'

Be&, echt, zo mag je niet redeneren: "het is al etenstijd!" Nee werkelijk, het doet me pijn wanneer jij zo redeneert.' w i j hadden gedacht dat we er voor vijf minuten heen zouden rijden er was al een uur of vier voorbijgegaan. Maar toen verscheen het toegangshuisje van het nationaal park. we &akten een zucht van verlichting en betaalden elk een dollar. Het was echter nog een uur rijden voor we de eerste sequoia zagen. 'Kijk, kijk!' schreeuwde Mrs. Adams en ze stopte de automobiel. Eerst konden we niets zien. Tot aan de weg stond een heel bos van llaaldboonitoppeii, waarvan de stammen uit de hellingen onder onze voeten groeiden. Maar één top, die zich onder de overige had gemengd, was anders. Toen we goed keken, zagen we dat de naalden donkerder waren en een iets andere vorm hadden. Voorzichtig keken we naar beneden.Terwij1 de stammen van de andere bomen heel dicht bij ons eindigden, schuin in de hellingen groeiend, ging deze stam, die zo dik als een toren was, recht de afgrond in en het was onmogelijk na te gaan waar hij begon. 'Nou, wat zegt u ervan, sirs!' juichte Mr. Adams.'Vroeg u niet waar de sequoia's waren?' 'Kijk, kijk!' schreeuwde Mrs. Adams weer. Deze keer moesten we niet naar beneden maar naar boven kijken. Naast ons verrees de stam van een andere gigantische boom uit de grond. Het was niet zo vreemd dat wij hem niet meteen hadden opgemerkt. Hij was te groot, te abnormaal temidden van de gewone stammen van de omringende dennen en sparren, dan dat het 00% opgegroeid als het is met een natuurlijk verschil tussen klein en groot, dit fenomeen meteen kon registreren. We reden langzaam verder, van boom naar boom. Het bleek dat de eerste twee, waarvoor wij in verbazing waren gestopt, de kleinste exemplaren waren. Nu reden we door een oud, somber bos, een fantastisch bos, waar het woord 'mens' niet langer trots klonk; slechts één woord klonk er trots: 'boom'. Sequoia's, die volgens de wereldwijd door geleerden gebruikte uitdrukking 'tot de familie der naaldbomen' behoren, groeien naast gewone dennen en sparren en men wordt er net zo door verbijsterd als wanneer men temidden van kippen en biggen een levende pterodactylus of mammoet LOU zien. De grootste boom is vierduizend iaar oud. Hij heet Generdal Sher-

liian. ~ ~ i ~ ~ i k azijn r i euiterst n praktische mensen. Bij ~h

ernian hangt inedegedeeld dat uit alleen deze boom veertig huizen met elk vijf kamers bouwd kunnen worden en dat liij, als je hem naast een trein geUnion Pacific zou leggen, langer zou blijken dan die trein. toen wij naar deze boom keken, naar heel dit doorzichtige en dolikere bos, hadden we geen zin o m aan vijfkanierwoningen en Union pacifictreinen te denken. Wij hadden zin 0111 dromerig de woorden van pasternak uit te spreken: 'In het bos kringelde kerkduisternis', en te beren ons \,oor te stellen hoe deze 'familie der naaldbomen' vredig i, gegroeid, toen er op aarde niet alleen nog geen Columbus was, maar ook geen Caesar, geen Alexander de Macedoniër, en zelfs geen Egyptische keizer Toetanchamon. In plaats van vijf minuten verbleven we twee uur in liet bos, totdat de duisternis nog dichter werd. Van eten kon vóór de terugkeer naar de vallei geen sprake zijn. En het ware het beste geweest om onmiddellijk terug te gaan. Maar toen wisselde het echtpaar Adams ineens een blik en op hun gezichten verscheen een volkomen identieke, onheilspellende glimlach. Wij begrepen waar onze lieve vrienden aan dachten. Tevergeefs smeekten wij hen tot bezinning te komen, aan de kleine te denken. De echtelieden waren onvermurwbaar. Hand in hand gingen ze op weg o m 'informatie te verzamelen'. Gelukkig kwamen ze heel snel weer terug, omdat er absoluut nergens 'informatie verzameld' kon worden, tenzij misschien bij Generaal Sherman. In het bos waren allang geen mensen meer. Het werd erg koud. 'Nou, prachtig. We rijden over dezelfde weg terug.' 'We moeten op weg,' zei Mrs. Adams met een zucht, en ze startte de motor. 'Nee echt, sirs,' zei Mr. Adams. 'Het zou goed zijn o m uit te zoeken of er niet een andere weg naar het dal is: 'Waar hebben we een andere weg voor nodig? Er is een praclitige weg: die waarover we hierheen gereden zijn: 'Sirs! Extra informatie kan nooit kwaad,' En toen zagen we tot onze afschuw de figuur van een parkWachter. Hij had niets te doen, zijn humeur was uitstekend en hij floot een vrolijk wijsje. Het echtpaar Adams stortte zich als vampiers op hein, 'How do you do!' zei Mrs. Adams. 'How do you do!' antwoordde de wachter. eeli bordje waarop niet de grootst mogelijke precisie wordt

de ondervragirig begon. Minimaal vijftig keer 7.ei de wachter 'yes, malam!' en evenzoveel keer 'nu, ma'am!' M ~Adams , ging in de wagen zitten en zei: 'Sirs! Er is een nieuwe weg, Langs de boom Generaal Grant. Die is hier dichtbij, op vijftien mijl.' 'Maar het is toch al donker. We zien toch niets.' 'la ja ja, sirs! Oh no! Praat niet zo: "we zien niets." Zo mag u niet paten.' Voordat we eindelijk op weg gingen, besloot Mrs. Adams zich nog één keer te overtuigen van de juistheid van de ontvangen informatie en riep opnieuw de wachter. 'Rechtdoor dus?' vroeg ze. 'Yes, ina'am.' 'Totdat we bij Generaal Grant zijn?' 'Yes, ma'am.' 'Dan naar rechts?' 'No, ma'am. Naar links.' 'Naar links dus?' 'Yes, ma'am.' 'Tot de derde kruising?' 'No, ma'am. Tot de tweede kruising.' 'Thank you very much!' riep Mr. Adams. En de nachtelijke tocht van de toppen van de Sierra Nevada naar de Californische vallei begon. Ongeveer twee uur lang reden we in volslagen duisternis. Wat er rondom ons groeide zagen we niet, en zullen we waarschijnlijk ook nooit meer zien. Mogelijkerwijs waren daar zowel Generaal Grant als Generaal Lee als nog een tiental Zuidelijke en Noordelijke generaals. In de bochten gleed het licht van onze koplampeil over de gladde krijtrotsen. Links was een zeer diepe zwarte afgrond, heel ver beneden ons brandden zwak enkele lichtjes. Plotseling schokte onze wagen, en de achterwielen begonnen te slippen. Meteen dachten we terug aan de pechdag, de Rocky Meuntains, Gallup - en we verstijfden. Mrs. Adams raakte de macht over het stuur kwijt, de automobiel kwam schuin op de weg te staan, gleed een meter of tien met zijn achterkant vooruit, en kwam op enkele centimeters van de rand van de afgrond tot stilstand. 'Nee nee, sirs,' zei Mr. Adams. terwijl hij trachtte uit de wagen te komen en zich met zijn elleboog aan de ruit stootte. 'Rustig aan, rustig ... Ja ja ja ... Het is verschrikkelijk! Alles is verloren!'

Toen we uitstapten, de weg op, zagen we dat we o p het ijs stonden, &n ketting was in orde. We brachten deze aan en begonnen de gen voorzichtig te duwen. Mrs. A d a m draaide behendig en d e auto. nlobiel ging voorzichtig verder. Het was bij ons traditie geworden om in benarde wegensituaties een trots stilzwijgen te bewaren, o o k nu zwegen we. Alleen Mr. Adams fluisterde fel: 'Becky! Becky! ~i~~ meer dan vijf riiijl per uur. Nee, echt. Je moet begrijpen wat het is om van de hoogte van de Sierra Nevada naar beneden te vallen.' Tussen de toppen van de boven d e afgrond hangende sparren ver. &een een heel grote, vuurrode maan. De afdaling over de met ijs bedekte weg duurde lang. Wij verloren iedere notie van tijd en onze magen iedere notie van eten. Ten slotte kwam er een eind aan de ijskorst, maar er kwam een nieuwe ramp bij. Het rode kolommetje van de meter die het benzineniveau in de tank aangaf, was bijna tot beneden gezakt en nog maar nauwelijks zichtbaar. 'Onze benzine is naar de bliksem!' riep Mr. Adams met geestdrift en a f s c h u ~in~ zijn stem. We reden nog enige tijd verder, luisterend naar het draaien van de motor en overwegend hoe wij de nacht zouden doorbrengen wanneer de benzine echt op zou raken en de wagen stil zou komen te staan. En toen gebeurde datgene wat moest gebeuren in Amerika, het automobiel-wonderland. Er verscheen een benzinestation, een klein station, met maar één pomp. Maar wat waren wij er blij mee! Opnieuw begon de service! Begon het leven! Een slaperige man mompelde 'yes d a m ' en 'no ma'am' en goot onze tank vol met benzine. Toen we een mijl of twintig gereden hadden, merkten we dat hij vergeten had de dop er weer op te draaien. Helemaal tot aan de stad Fresno reden we zonder dop; we durfden geen peuken uit het raam te gooien, daar we besloten hadden dat de open benzine vlam kon vatten, dat onze car 'naar de bliksem' zou gaan en dat uiteraard de bliksem dan ook ónze bestemming zou zijn. Lange tijd reden we over een weg met aan beide zijden palmen. De stad Fresno, beroemd, zoals Mr. Adams ons uitlegde, doordat er veel Grieken wonen, sliep. Er was geen levende ziel o p straat. Alleen één enorm lange policeman, die langzaam langs de winkels liep en bij elke winkel bleef staan o m te kijken of het slot nog heel was. De Amerikaanse Grieken konden rustig slapen.

-,-oen we bij het hotel kwamen, was het twaalf uur's nachts. De

speed ome te^ gaf aan dat we die dag 375 mijl hadden afgelegd. Mrs. *dams had zestien uur aan één stuk achter het stuur grLeten. Dat was ,en echt Wij wilden 'hoera' roepen maar konden niet. Onze weigerden.

San Francisco Zo'n \rijftig mijl voor San Francisco wordt de reiziger getuige van de strijd tussen twee concurrerende organisaties: de bazen van de Sari Mateo.brug en de bazen van een veerboot. Als je namelijk van de kant van Oakland naar San Francisco rijdt, kun je de stad alleen bereiken door een baai over d e steken. Eerst kom je langs de weg bescheiden, kleine plakkaten tegen. O p sommige wordt reclame gemaakt voor de brug, op andere voor de veerboot. De reiziger begrijpt er nog niets van. Maar de plakkaten worden steeds breder en hoger, steeds dringender klinken de stemmen van de bazen van de brug en de bazen van de veerboot. 'De kortste en goedkoopste weg naar San Francisco is over de San Mateo-brug,' donderen de bazen van de brug. 'De snelste en prettigste reis naar San Francisco is met de veerboot! Eersteklas restaurant! Betoverend uitzicht op de Gouden Poort!' bulderen de bazen van de veerboot. Op de plaats waar de wegen zich splitsen, bereiken d e plakkaten idiote afmetingen. Ze ontnemen je het zicht o p de hemel en de zon. Hier moet de reiziger definitief een richting kiezen. brij kozen de veerboot. Klaarblijkelijk uit antipathie jegens de bazen van de San Mateo-brug. Wij zagen hoe enkele automobielen vastberaden in de richting van de brug reden. Waarschijnlijk uit walging jegens de bazen van de veerboot. We reden Oakland door (het b e ~ i n e - a s f a l t - ~ i ~ van ~ ~ ldeze i j k plaats bevestigde ten overvloede dat we ons in Amerika bevonden), en stopten bij de pier van de veerboten. Daar wachtte al een kleine rij automd~ielen.Wij hoefden niet lang te wachten, een minuut of tien. Er luidde een bel en een veerboot met een brede boeg en twee dunne en hoge, vlak bij elkaar geplaatste schoorsteenpijpen, legde aall. ~ ~ t ~ o zen wierpen de loopplank uit en enkele tientallen automobielen reden in ganzenmars de boot af, de vrijheid tegemoet. W, zagen niet één passagier die te voet was. De wagens reden langs onze gemotoriseerde rij 266

op weg naar Oakland. Meteen luidde de bel opnieuw en onen ze ,ij begaf zich in ganzenmars naar de nog warme, naar benzine en olie ruikende plaatsen. De hele operatie van ontscheping en inscheping had niet meer dan twee minuten gekost. De autornobielen namen hun plaatsen op het benedendek in, aan weerizijden van de machinekamer, twee rijen aan elke kant. En de veerboot $tak van wal. Mrs. Adams keek naar de passagiers die lichtzinnig de deuren van hun cars open hadden gelaten en op weg gingen naar het bovendek en merkte op: 'Ik denk dat we de wagen niet hoeven af te sluiten.' 'Maar de contactsleutel neem ik voor de zekerheid mee,' zei Mr. Adams.'Je moet bedenken, Becky, dat voorzichtigheid de beste vriend van de reiziger is.' We klommen naar boven. Boven de machinekamer was een overdekte ruimte met houten bankjes, twee mechanische biljarts, een kauwgomautomaat en een klein restaurantje. Op de boeg en op de achtersteven waren promenadedekken en aan de zijkanten, boven de automobielen, staken bruggen uit met twee reddingssloepen aan het eind. O p de achtersteven wapperde de sterrenvlag. Hier was een ouderwetse stoombootwereld, met de geur van zeewier en warme machineolie, met de smaak van zout op de lippen, met atbladderende emaillen leuningen, met gefluit en stoom, met een frisse Novorossijskse wind en Sevastopolse meeuwen, die schreeuwend de achtersteven volgden. De baai was zo breed dat wij aan de horizon de andere oever aanvankelijk niet konden onderscheiden. Op deze plaats is de breedte van de baai meer dan vijf mijl. Het leek alsof we de open zee op voeren. 'Ik denk, sirs,' zei Mr. Adams, 'dat u niet van plan bent de Gouden Poort te gaan bewonderen?' Wij zeiden dat we dat nu juist wel van plan waren. 'Ten onrechte, sirs. De Gouden Poort doet erg aan uw Moskouse Mjasnitski-Poort denken, in die zin dat hij er helemaal niet is. Er is gewoon een monding van de baai in de oceaan, die trouwens vanaf de boot niet te zien is.' 'Maar de boot heefi de hele weg reclame gemaakt voor het uitzicht op de Gouden Poort.' 'Nee echt, sirs,' zei Mr. Adams. 'U vraagt te veel van de aandelenvennootschap van de veerboten van San Francisco. Nee werkelijk, u krijgt het recht de baai over te steken, u krijgt onderdak voor uw car, u kunt kauwgom uit een automaat krijgen. En dan wilt u ook nog de

Gouden Poort zien! U nioet, misters, medelijde11 I]ehbcli 't de bazel] van d e veerboot. Indien zij nu nauwelijks kunneli best., "door d e concurrentie van d e San Mateo-brug, wat zal er dan (jver twee jaar met hen gebeuren, wanneer d i t ding klaar is! Alleen al de strijd djjrtegen hebben ze een riiiiioen dollar besteed!' En hfr. Adanis wees o p een bouwwerk dat e r van verre uitzag als over de baai gespannen leidingen. n a t was dus dat wereldwonder van techniek: d e berociiide hangbrug! Hoe dichter de veerboot hem naderde, hoe grandiozer de b rug leek. Verder naar rechts, bijna aan d e horizon, zagen we de contou. ren van een hveede brug in aanbouw over d e baai. Het Empire State Building, Niagara, d e Ford-fabriek, de Grand Canyon, de Roulder Dam, d e sequoia's, en nu d e haiigbruggen van Sari Francisco: het waren allemaal verschijnselen van dezelfde orde. Niet alleen vulden d e Amerikaanse natuur en d e Amerikaanse techniek elkaar aan, teneinde gezamenlijk d e menselijke verbeelding te verbazen en te verpletteren; ze gaven een heel expressieve en precieze voorstelling van de afmetingen, d e kracht en d e rijkdom van dit land, waar alles koste wat het kost het hoogste, het breedste en het duurste ter wereld moest zijn. Indien schitterende wegen, dan ook meteen anderhalf miljoen kilometer! Indien automobielen, dan ook meteen 25 miljoen stuks! Indien een flatgebouw, dan ook meteen i02 verdiepingen! Indien een hangbrug, dan ook meteen met een overspanning van anderhalve kilometer lang. Nu kon Mrs. Adanis rustig schreeuwen: 'Kijk, kijk!' Nieniand Iiicld haar tegen. En ze maakte een ruim gebruik van haar recht. De veerboot voer voorbij een pyloon van metaal, die uit het water verrees. Hij was breed en zo hoog als Generaal Sherman. Vanaf d e top van de pyloon leek onze veerboot waarschijnlijk net zo klein als een mens OP de bodem van de (;rand Canyon. De pyloon was tot d e helft geschihkrd in zilverkleurige aluminiumverf. De andere helft was nog bedekt met menie. Hiervandaan was San Francisco al goed te zien, oprijzend uit het water als een klein New York. Maar het leek prettiger dan New York. Een gezellige, witte stad, die als een amfitheater uitkeek op de baai. 'Kijk, kijk, sirs,' zei Mr. Adams. 'Uweet niet wat deze baai voor iets is! Echt. L)e oorlogsvloten van alie wereldmachten passcri hier makkelijk in. Ja, ja, ja. Het zou goed zijn oin hier al deze ,,loten te verzamelen en ze te laten zinken.'

de stad. estaall. lelen rijden. Ook de voetgangers zijn niet vergeten; voor hen zullen bee trottoirs worden aangelegd. O p de onderste verdieping kOlllen twee banen voor vrachtwagens, en daartussen een elektrische spoorw ln vergelijki~igiriet deze brug zullen de grootste Europese cl1 A eg.~ ~ ~ kaanSebruggen gewoon klein lijken. is men bijna klaar met het vlechten van d e stalcii kabel, waar de brug aan komt te hangen. Hij is ongeveer een nieter dik. En deze had ons een dunne draad toegeschenen toen wij o p San Francisco toe reden. De tros, die onder onze ogen in de lucht werd ge. vlochten door bewegende machines, deed denken aan Gulliver, vali wie iedere haar door Lilliputters aan pinnen werd bevestigd. De boven de baai hangende tros is voorzien van een veiligheidsnet van draden, waarover de arbeiders lopen. Wij waagden een klein tochtje langs de tros. Je voelt je daar als o p het dak van een wolkenkrabber, met als enige verschil dat er onder je voeten niets is dan een dun netje van draden, waardoorheen je de golven van de baai ziet. Er waait een sterke wind. Hoewel de tocht geheel ongevaarlijk was, grepen wij de tros vertwijfeld vast. 'Wat dik!' zei Mrs. Adams, terwijl ze probeerde niet naar bcneden te kijken. 'Een uitstekende tros,' bevestigde Mr. Adains, zonder de stalen reling los te laten. 'De tros is gevlochten uit zeveiitieiieneenhalfduize11d dunne stalen draden,' verduidelijkte onze gids. Wij raakten in verrukking over dit cijfer en klainpteii 011s met nog grotere kracht aan de tros vast. zei Mr. k h m s tegen ons, terwijl liij olilhoog keek eii bijna aan de tros hing, 'ik heb nog niet eerder zo'n tros mogen zien, Hoeveel draadjes zegt u?' '&ventieneneenhalfduizend!' 'Nee echt, sirs, zo'n tros is er op deze wereld nog nooit geweest: En Mr. M a m s streelde de stalen kal>el teder, 'En nu k'immen we nog hoger: stelde onze gids voor, ' ~ e l e m n a l tot aan de top van de .pyloon.' . Maar het was ons onmogelijk ons van de tros los te rukken,

~ ~ i - ~ Wat i - ~een i , tros!' riep Mr. Adams. 'Nee nee, sirs, kijkt u toch eens hoe dik! Hoeveel draadjes?' 'Zeventienenee~ihalfd~i"end: zei de gids. wilt hem gewoon niet verlaten: merkte Mr. Adarns op. 'Maar we verlaten hem ook niet. We zuilen immers langs de tros zei de gids naïef. ~omhoogklimmen: ~ 'Nee nee, sirs, op deze plaats is de tros bijzonder goed! Oh no! No ,irs, dit is een voortreffelijke tros! Kijk toch eens goed wat een onberispelijk Iiauwkeurig en tegelijk betrouwbaar werk.' Mr. Adanis keek per ongeluk naar beneden en kneep zijn ogen dicht. 'Een prachtige, prachtige tros: mompelde hij. 'Schrijf maar in uw boekjes: 'Wilt u de console-overspanning van het oostelijk deel misschien bekijken?' stelde de gids voor. 'Nee nee, sir! Welnee! Oh no! Nee echt, dit is een uitstekende tros! Ik vind hem verschrikkelijk mooi. Ja ja ja, een uitstekende, voortreffelijke tros! Ik zou wel eens willen weten uit hoeveel draadjes hij bestaat.' 'Uit zeventieneneenhalfduizend: zei de gids bedroefd. Hij snapte dat wij verder nergens meer heen zouden gaan en stelde voor om af te dalen. De hele terugweg legden we af zonder de tros los te laten, de ongekende kwaliteiten ervan prijzend. Pas toen we weer op de stevige rotsgrond van het eiland Yerba Ruena stonden, begrepen we wat de heroïek was van mensen die vrolijk fluitend een tros vlochten boven de oceaan.

Amerikaans voetbal

opde \rijfde dag vali ons verblijf in San Francisco nierkten wij dat de stad ons begon o p te slokken, Zoals eens, heel lang geledcii, duizend steden, tien woestijnen en twintig staten geleden, New York ons bijna had opgeslokt. Onze aantekenboekjes waren dichtbesclireven met aantekeningen die de tijden aangaven van zakelijke afspraken, zakenontbijteil en zakelijke cocktailparty's. Wij leidden het leven vali werkende Amerikanen, terwijl we absoluut geen werk hadden. Oiize dagen waren gevuld niet angst om te laat tc komen o p een afspraak. Vloekend kropen we over de vloer o p zoek naar een verloren manchetknoop. Net als Tsjitsjikovzs brachten we een bezoek aan de stadsbestuurder - de Italiaanse burgenieester Rossi, een grijze, kale gentleman niet zwarte wenkbrauwen. Hij toonde ons een brief uit Honolulu,die pas gisteren verstuurd was. Die brief was gebracht door de China Clipper, een luchtvaartuig van Sikorsky.2Vrecies vijf minuten prezen wij bij de burgemeester de stad San Francisco. En hij trakteerde ons op voortreffelijke sigaren. Gelukkig was Saii Francisco werkelijk een prachtige stad en hoefden wij niet te liegen tegen Mr. Rossi. We verlieten het City House met een prettige glimlach op het gelaat en onrust in het hart. Het was tijd o m ons los te rukken uit deze keten van afspraken en een werkelijk zakenlevei1 te bcgiiinen, dat wil zeggen doelloos door de stad te gaai1 zwervcii. Voor het eerst rondden wij de kaap bij de Goudeil Poort en reden de OP. Langs de boulevard strekte zich een strand uit, waar de golven de Stille Oceaan zich bulderelid op stortten, ~ e was t een zonnige, maar winderige decemberdag. Het strandseizocn was al en de amucmentsgelegenhede~idie de boulevard lagen, waren leeg. Hier komt op warme zoiidageii Sari ~~~~~~i~~~ zich enten plezier maken. Hier kun je je kraclit il1 elektrische~O~e'kaari>()tselid~ autoniobieitjes rijdelr voor tieli celit lict I,ortret van je toekomstige vrouw ontvangen, met een Lwsclirijviiig van haar OP een mechanisch biljart spelen, kort,,nl liel

Amerikaanse amusenientspakket in ontvangst nemen. Maar wat een mooic plek! De afmetingen van de boulevard deden niet onder voor die vali de oceaan: beide waren eindeloos. I,, n p s y , een restaurantje met ais specialiteit in paneermeel gebraden kip, ten teken waarvan het dak van de uitspanning versierd was met een hanenkop en de eetzaal met portretten van kippen, 7 . gen wij hoe de onbemiddelde inwoner van San Francisco zich amuseert. Hij neemt voor vijftig cent een portie kip, eet deze op en danst dan tot hij erbij neervalt. Als hij genoeg krijgt van het dansen, glijdt hij samen met zijn girl, zonder zich te bekommeren om zijn zondagse broek, naar beneden over een gladde houten goot, die speciaal voor de recreërende kippeneters in de eetzaal is neergezet. Misschien komt het door de oceaan, door het klimaat, of door de zeelieden uit de hele wereld die hier rondhangen, maar in het restaurantwezen van San Francisco treft men een voor Amerika niet karakteristieke speelse slimheid aan. In Bernstein, een restaurant ergens in het centrum, bij Market Street, worden alleen visgerechten geserveerd, het restaurantje zelf is gebouwd in de vorm van een schip, het eten wordt rondgebracht door mensen in kapiteins- en matrozenkostuums. Overal hangen reddingsboeien met het opschrift 'Bernstein'. Natuurlijk is dit geen bijzonder artistieke fantasie, maar na een apotheekontbijt nr. drie doet dit je enig genoegen, temeer daar het niet duurder is dan een bezoek aan de apotheek. Niet ver van de pier is er een wel heel bijzondere eetgelegenheid: het Italiaanse restaurantje Lucca. De eigenaar maakt de indruk een magiër, een tovenaar, een weldoener te zijn.voor een maaltijd vraagt de tovenaar weliswaar niet bepaald weinig - een dollar - maar voor ditzelfde bedrag heeft men hier het recht steeds opnieuw bij te vragen van het gerecht dat men lekker vindt. De belangrijkste verrassing komt echter nog. Na de maaltijd, wanneer de bezoeker zijn jas aantrekt, krijgt hii een keurig met een lintje ingepakt doosje gebakjes. De bezoeker verbleekt en zegt: 'Maar ik heb geen gebakjes besteld!' 'Het is gratis,' zegt de ober en kijkt hem niet zijn vurige Napolitaanse ogen aan. 'Als cadeautje.' Maar ook dit is nog niet alles. »e bezoeker wordt een kaartie overhandigd. Met dit kaartje blijkt hij het recht te hebben de volgende ochtend naar de banketbakkerij van Lucca te komen en gratis een glas koffie met een kadetje te ontvangen. Op dat moment k m het geschokte brein van de bezoeker onmogelijk nog beseffen dat de kas-

teli v.111 de gehakjes en de koftie niet kadetje iribegrepen warcii Ijij d, eerlijk betaalde dollar, en dat heel de geniale c~iiiriierciël~ I,iet van ~ ~ c erop c a gebaseerd is dat vele bezoekers de volgaide dagOpzet jen komen voor de koffie met kxletje, oindat ze daar geen tijd voor hebbei>. Slini bedacht, zoals men zegt. Nadat wij ons bevrijd hadden van de afsprakeli, vocldell w.. 11 ons opgewekt en levenslustig, als studenten na een examen. »e onlstan-

digheid dat wij in Parijs en in Moskou een echte Rodiii hadden gezien, behoedde ons voor de noodzaak in het museum naar kopieën van zijn werken te gaan kijken, en wij zwierven zonder plan ofdoel rond door de stad. En daar onze hele reis zeer wijs verliep en ",,der. worpen was aan het strikte plan van Mr. Adams, b e ~ c h o u w d ewij ~ deze uren van vrij rondzwerven als een verdiende vakantie. Het is onduidelijk hoe wij in de Tropical Swiniining Pool, dat wil zeggen een winterzwembad, waren terechtgekomen. We stonden met onze jas nog aan in een enorm, tamelijk oud gebouw, waar een zware broeikaslucht hing, bamboestokken overeind stonden en portieres hingen, we keken bewonderend naar een jong stel in zwemkleding dat ernstig aan het pingpongen was, en naar een dikke man die lag te spartelen in een grote, met water gevulde kist, ons oog viel op enkele mechanische biljarts en kauwgomautomaten - en we renden verder, naar de Japanse Tuin. Deze tuin is door de Japanse keizerin aan de stad geschonken. AIles in die tuin is klein: de bultige bamboebruggetjes, de dwergbonien en een Japans huis met papieren schuifdeuren. Daarin woont een Japanner en die zorgt, als de bezoeker dat wil, voor echte Japanse thee. Wij zaten in een bamboe dwergprieeltje en dronken eeii groene, geurige hete drank. die g e r u i s h s geserveerd werd door de beleefde gastheer. Toen wij ons al hekmaal voelden als op de gezegende eilanden van vertelden onze reisgenoten dat deze Japaliner onlangs liin vrouw Ie gronde had gericht. Hij had haar zo gekweld dat zij zichzelf met petroleum had overgoten en i n brand gestoken, het Japan* tuintje gingen wij op weg naar de Chinese wijk. Die schilderachtig en n o p 1 smerig Alles was er chinees: de b c weners, de papieren lantaarns en de lange stroken met hi(rOgliefen. Maar in de winkeltjes zaten alleen lapanners en *ij verkochten ki. mono's, kamerjassen, houten schoenen gekleurde foto's c11 (:hincse prulletjes niet het stempel 'Made in japan: Onze vrije dag eindigde met het bezoek aan voetbalwedstrij~, 1

278

-I,e .

Van twee universiteitcn speelden tegen elkaar: Santa Lineszo uit de fles naar binnen. En opnieuw begon er een leuke knokpartij. Deze kcer begon San-

ta Clara niet slecht. De strijdlinie kwam steeds dichter bij het doel

van de christelijke jongelui. Toen werden de rode petten omhooggeheven, het santa Clara-volk begon zijn voetballers aan te vuren.

'Go! G ~ !schreeuwden ' ze met luide, jeugdige stemmen. ~~t orkest van Santa Clara sprong op de banken en bracht een zodanige muzikale chaos ten grhore, dat alleen al daardoor die ver,,loekte en brutale christelijke jongelui tot as zouden moeten vergaan. ~~t ieder nieuw fluitsignaal van de scheidsrechter bewoog de spelli.ie zich naar het doei van de Texanen. De Santa-Clarianen baanden zich letterlijk met het voorhoofd een weg en veroverden en veroverdeil duimen en voeten groen gras. Aangevuurd door het geschreeuw bogen ze zich diep en wierpen zich als vechtende geitenbokken met het hoofd in de muur van vijandelijke magen. 'Santa Clara!' schreeuwden boven ons een paar jongelui.'Santa Clara! Go! Go!' Hun ogen puilden uit. De monden stonden wijd open. Vergeten stukken kauwgom kleefden aan de lippen. Het uur der waarheid naderde. En plotseling gebeurde er iets vreselijkc. Er gebeurde iets waardoor beide vijandelijke tribunes opstonden en een eendrachtige, verscheurende kreet uitstootten, w a r alles in zat: zowel triomf als trots als afschuw. Het was in één woord een universele kreet, de luidste kreet waar dertigduizend mensen maar toe in staat waren. De beste voetballer van Texas Christian greep onverwachts de bal en holde naar het doel van Santa Clara. Hij moest het hele veld oversteken. Ze renden hem tegemoet, ze joegen achter hem aan, ze probeerden hem van opzij bij de benen te gijpen. De meest vertwijfelde verdedigers van Santa Clara wierpen zich voor zijn voeten. Maar de kleine voetballer, de bal tegen zijn buik gedrukt, rende en rende maar. Het was een soort wonder. Eerst rende hij aan de rand van het veld, toen maakte hij een scherpe bocht naar het midden. Hij sprong over een Sarita-Clariaan die zich voor zijn voeten wierp, en ontweek handig een tiental naar hem uitgestoken armen. Het is moeiliik om de opwinding van het publiek weer te geven. Ten slotte rende de speler de laatste lijn over en stopte. Dat was het. Texas Christian had gewonnen. Onze tribune was vernederd. Die tegenover ons juichte stormachtig.

De 'Russische Heuvel' Wij kwamen iri een uitstekend h u m e u r terug van het voetbal en begonnen o m het hardst d e A d a m e n over onze voetbalindrukken t, De Adamsen waren niet met o n s m e e naar het voetbal gegaan, ze hadden besloten die tijd te benutten o m het postkantoor te bezoeken. 'Praat mij niet van voetbal,' zei Mr. Adams. 'Dat is een verschrik. kelijk, barbaars spel. Nee echt, het doet m e pijn wanneer u over voetbal praat. In plaats van te studeren h o u d e n jongelui zich bezig met Joost mag weten wat. Nee echt, laten we niet over die stompzinnigheid praten.' Mr. Adams was ergens door uit zijn humeur. Voor h e m lag een groot vel papier, dat vol stond met cijfers en krabbeltjes, en een klein pakje. 'Welnu, Becky,' zei hij, 'de hoed is nog niet in San Francisco aangekomen. En we hebben toch een beschikking naar Santa Fe gestuurd o m de hoed juist naar San Francisco t e sturen!' 'Weet je heel zeker dat het naar San Francisco was?' vroeg Mrs. Adams. 'Om de een of andere reden dacht ik dat je d e laatste keer gevraagd had de hoed door te sturen naar Los Angeles.' 'Nee nee, Becky, praat niet zo. Ik heb alles Mr. Adams zette zijn bril af, bracht het papier naar zijn ogen en begon zijn aantekeningen te ontcijferen. 'Ja ja ja,' mompelde hij.'Kijk.Volgens de laatste berichten is d e hoed doorgestuurd van Detroit naar Chicago. Daarna naar St. Louis. Maar omdat we niet naar St. Louis zijn gegaan, heb ik schriftelijk verordonneerd de hoed naar Kansas te sturen. X e n we in Kansas waren, was de hoed daar nog niet aangekomen: 'Goed: zei Mrs. Adarnr. 'Dat herinner ik me, b i l t a Fe zijn we vergeten naar het postkantoor te gaan en jij hebt valluit Las Vegas een brief geschreven!Weetk nog, tegelijk heb je die sleutel naar d e (;rand Canyon gestuurd. Heb je de adressen soms verwisseld?'

.Ach ~ ~ ~hoe k kun y , je dat nou denken?' kreunde Mr. Adams. .wat j, dat dan voor pakje?' riep Becky uit. 'Het is zo klein dat er geen hoed in kan zitten!' ~~t echtpaar A d a m was net terug van het postkantoor en ze waren er nog niet aan toegekomen om het pakje open te maken. 2 .penden het doosje langzaam en voorzichtig en bespraken vurig wat erin kon zitten. 'Wie weet is het mijn horloge uit de Grand Canyon!' merkte Mr. Adams op. 'Hoe kan dat jouw horloge uit de Grand Canyon zijn als het doosje verstuurd is uit Santa Fe!' Eindelijk was het pakje open. Er zat een sleutel in met een rond koperen plaatje, waarin het cijfer 82 gegraveerd was. 'Zie je nou wel!' riep Mrs. Adams uit. 'Wat "zie je n o u wel", Becky?' vroeg Mr. Adams vleierig. 'Zie je n o u wel! Dat is d e sleutel van de kamer in de Grand Canyon, die jij per vergissing naar het postkantoor in Santa Fe hebt gestuurd. En het verzoek o m de hoed door te sturen heb je blijkbaar naar de Grand Canyon gestuurd, naar het camp. Ik denk dat het verzoek o m het horloge te retourneren, het horloge dat ik jou geschonken heb, ook in Santa Fe terecht is gekomen in plaats van in de Grand Canyon.' 'Maar Becky, praat niet zo onbezonnen: mompelde Mr. Adams. 'Waarom is het zo zeker dat ik overal de schuld van ben? Nee echt, Becky, ik doe een beroep op je rechtvaardigheid. Temeer daar dit alles makkelijk te herstellen is. We schrijven ... Ja... waarheen zuilen we eigenlijk schrijven?' 'Allereerst moeten we de sleutel opsturen en die vervloekte reisdeken die jij in Fresno hebt meegenomen.' 'Maar Becky, ik heb in Fresno toch mijn verrekijker laten liggen en die is, denk ik, duurder dan de deken.' 'Goed. De sleutel dus naar de Grand Canyon, de deken naar F m no, en naar Santa Fe - over het horloge ... Eh nee, over het horloge naar de Grand Canyon, en naar Santa Fe moeten we allereerst een verontschuldiging sturen. Daarna ...' 'En de hoed, Becky?' vroeg Mr. Adams teder. 'Wacht jij nou even! Ja, de hoed. Met de hoed doen we het ZO...' Op dat moment werd er o p de deur geklopt en er kwam een enorm lange man binnen, met brede, ronde schouders en een groot rond

hoofd, waarop een kleine pet met een knoop zat. I>cze man vOelh blijkbaar de omvang van zijn lichaam en probeerde heel kleine p, S' jes te maken en zo zachtjes mogelijk te lopen. Niettemin k raakte het onder zijn voeten alsof er een vlciigel d e kamer werd b.innen. gereden. De onbekende bleef staan en zei met dunne, zangerige stem in Russisch: 'Goedendag. Ik k o m bij u namens de Molokaalise genleenschap. U moet mij verschonen ... Het is bij ons de gewoonte, dat als er iemand uit Rusland hier komt ... Wees welkom bij onze Molokaanse theebijeenkomst. Ik heb een automobiel bij dus wees gerust.' Wij hadden veel gehoord over d e Russische Molokanen in sari Francisco, die van hun vaderland waren afgesneden maar die, net als de indianen, hun taal, zeden en gewoonten hadden behouden. vijf minuten waren Mr. Adams en d e b o d e van de MolokaanSe gemeenschap al vrienden. Mr. Adams liet zien dat hij goed op de hoogte was van het onderwerp en verwarde d e Molokanen niet eenmaal met de Doechoboren of d e Soebbotniki. O p weg naar d e Russische Heuvel, waar d e Molokanen van San Francisco wonen, vertelde onze begeleider d e geschiedenis van hun verhuizing. Eens, lang geleden, woonden d e Molokanen aan d e Wolga. De tsaristische regering onderdrukte hen en stuurde popen en missionarissen naar hen toe. De Molokanen onderwierpen zich niet. Toen moesten ze verhuizen naar de Kaukasus, ergens in d e regio Kars. Ook daar, op nieuwe plaatsen, gingen ze doen wat ze eeuwen gedaan hadden - koren zaaien. Maar het leven werd steeds moeilijker, de vervolging werd wreder en de Molokanen besloten het vaderland te verlaten dat zich als een stiefmoeder had ontpopt. Waarheen te gaan? Mensen gaan naar Amerika. Ook zij gingen naar Amerika: vijfhonderd gezinnen. Dat was in 1902. Hoe kwamen ze in Sari Francisco terecht? Nou, zomaar. Mensen gingen naar Sari Francisco. O o k zij gingen naar San Francisco. Onze reusachtige begeleider was o p het oog een jaar of veertig. Hij was dus zesjarig jongetje in Amerika gekomen. Maar hij was zo Russisch, dat je niet geloofde dat hij Engels kon spreken. In Amerika de MOlOkanen net als vroeger graan gaan verbouwen, maar hadden geen geld om grond te kopen. En ze gingen ill de haven werken Sindsdien rijn de Molokanen van sari ~~~~~i~~~ ~n de gingen de Mokkanen apart wonen op een heuvel. ~ ~ l ~ i d e -

lijk bouwden ze huizen, richtten ze een klein bedehuis op, dat ze plechtig Molocan Church noemen, bouwden een Russische school, en men ging de heuvel'Russische Heuvel' noemen. De Oktoberrevolutiewerd door de Molokanen niet Molokaans maar proletarisch ontvangen. Eerst sprak hun sjouwershart, pas daarna hun Molokanenhart.voor het eerst in hun hele leven begonnen deze mensen tevoelen dat ze een vaderland hadden, dat dat geen stiefmoeder meer voor hen was. Tijdens de collectivisatie ontving een van de eerbiedwaardige Molokaanse leiders een brief van zijn neven uit de USSR, waarin zij hen1 om raad vroegen: moesten ze wei of niet in een kolchoz gaan. Ze schreven dat een andere Molokaanse leider in de USSR hun afried in een kolchoz te gaan.lR En de oude man, niet zozeer een oude Molokaanse voorganger ais wel een oude sjouwer uit San Francisco, antwoordde h u n dat ze wel in de kolchoz moesten gaan. Deze man vertelde ons trots dat hij nu vaak dankbare brieven kreegvan zijn neven. Toen in San Francisco eerst Trojanovski29 arriveerde en toen Schmidt,'o werden zij door de Molokanen met bloemen ontvangen. We reden lang door de stad, heuvel o p heuvel af. We passeerden blijkbaar de Chinese wijk. 'En dit is dan de Russische Heuvel,' zei onze machtige driver, terwijl hij de hendel in de tweede versnelling zette. De wagen begon te zoemen en over de kinderhoofdjes omhoog te klauteren. Nee, hier werd men door niets aan San Francisco herinnerd! Dit straatje leek eerder o p een buitenwijk van het oude Toela of Kaloega. We stopten bij een klein huis met een veranda en gingen naar binnen. De eerste kamer, waar oude foto's en uit tijdschriften geknipte plaatjes aan d e m u u r hingen, was vol mensen. Hier waren bebaarde oude mannen met brillen op. Er waren ook wat jongere mensen met colbertjasjes waaronder Russische hemden te zien waren. Precies mlke kleding trokken Russische arbeiders van voor de revolutie op een vrije dag aan. Maar de vrouwen maakten de grootste indruk.U1ij voelden een sterke neiging o m onze ogen uit te wrijven: konden er zulke vrouwen zijn in 1936, en niet in een oud-Russische uithoek maar in het benzine-elektrische San Francisco, aan het andere eind van de wcreld? We zagen onder hen Russische boerinnen met witte gezichten en blozende wangen, in mooie geplooide vesten en brede rokken, waarvan de snit ooit uit Rusland was meegebracht en zo in San Francisco was verstard, zonder enige verandering; we zagen riizige oude

vrouwen met wijze ogen. De uwen droegen katoenen doeken. was nog tot daaraan toe. Maar waar nu kwam dat typisclie pelde katoeli vandaan! De vrouwen spraken zacht en rond Gestip. g e r i g steiiinieii, zonder o-reductie31 en gaven, zoals te v ' 'net zan. was, een stevige hand. Velen van hen spraken geen woord ~ erwachten ~ha- ~ wel ze bijna hun hele leven in San Francisco hadd en gewoond. bijeenkoiust deed denken aan een ouderwetse dorpsbruiloft: wanneer allen present zijn maar het feest nog niet begonnen is, Bijna alle mannen waren groot en net z» breedgeschouderd als die eerste, die ons was komen ophalen. Ze hadden enorme handen de handen van sjouwers. We werden uitgenodigd naar beneden te gaan. Beneden was een vrij ruim souterrain. Daar stond een smalle, lange tafel, waarop pasteitjes, gezouten koinkonmers, zoet brood en appels gezet Waren.Aan de muur hingen portretten van Stalin, Kalinin en Vorosjilov. Iedereen nam plaats aan tafel en er begon een gesprek. Wij werden uitgevraagd over kolchozen, over fabrieken, over Moskou. Er werd thee in glazen opgediend en opeens haalde de indrukwekkendste Molokaan, een tamelijk oude man niet een stalen bril en een grijs baardje, diep adem en begon met ongewoon luide stem te zingen; eerst leek het haast alsof hij niet zong maar schreeuwde: Ik ben verteerd door hartenpijn, Door leed zo wreed als een rabauw. Brand maar op, o spaander mijn, Ik brand straks ook, samen met jou.

zingen ze het in San Francisco, Californië. Als ze verjaagd worden naar Australië, Patagonië, naar de Fiji-eilanden, zullen ze ook daar dit lied zingen. ~ l lied~ - dat ,is ailes wat er bij hen van Rusland is overgebleven. Een Toen knipoogde de man niet de bril naar ons en zong: Kinderen van noeste arbeid ,t Volk dat zijn wij allemaal, Unie van broeders en vrijheid 1s voor de strijd ons signaal. Mr. Adams, die al enige malen door zijn ogen had gewreven en nog meer ontroerd was dan tijdens het gesprek met de gewezen missionaris over de dappere Navaho-indianen, hield het niet meer en zong mee met de Molokanen. Maar toen wachtte ons een verrassing. In de woorden "t Is nu voorbij de ellende, nu komt het volk aan het woord' hadden de Molokanen hun ideologische correctie aangebracht. Ze zongen het zo: "t Is nu voorbij de ellende, Christus heeft ons gehoord.' Mr. Adams, de oude atheïst en materialist, kon de woorden niet onderscheiden en bleef monter doorzingen, met wijd geopende mond. Toen het lied uit was, vroegen wij wat die verandering in de tekst te betekenen had. De voorzanger knipoogde opnieuw veelbetekenend naar ons en zei: 'Wij hebben een liedboek. We zingen uit een liedboek. Alleen is dit een baptistenlied. We hebben het speciaal voor u zo gezongen.' Hij liet een sterk beduimeld boekje zien. In het voorwoord werd medegedeeld: 'Er zijn feestelijke, droevige en gemiddelde liederen.' 'Christus heeft ons gehoord' wordt blijkbaar als gemiddeld b schouwd. Om ons een genoegen te doen zongen de Molokanen met grote bezieling het lied 'Hoe niijil lieve moeder mij wegbracht: Ze zongen het in zijn geheel, iedere regel, en daarna zongen ze lang nog meer Russische liederen. Toen was er weer een gesprek. Allerlei verschillende onderwerpen gingen over tafel. Er werd ons gevraagd of het niet mogeliik was de terugkeer van de Molokanen naar het vaderland te organiseren. Naast ons waren twee oude m'mrien in een twistgesprek geraakt. 'Alle slavernij onder de zon komt door de o open: zei de ene mm.

- [We hebhen tweehonderd iaar niets aan d e poperi betaald!. de eerste. De tweede stemde ook daarmee in en opnieuw o p ruzies toon, Wij mengden ons niet in deze tweehonderd jaar oud chtige e bist. Het was tijd o m te vertrekken. We n a m e n afscheid vm onze hartelijke gastheren en gastv~ouwen.Ten slotte, iedereen stond al, herIldalderi de Molokanen 'Hoe mijn lieve moeder afscheid van mij en wij gingen naar buiten. Vanaf de Russische Heuvel was d e verlichte stad goed zichtbaar.~i~ strekte zich ver naar alle kanten uit. Beneden borrelden Amerikaanse, Italiaanse, Chinese en gewoon maritieme hartstochten, er werden prachtige bruggen gebouwd, o p een eiland zat AI Capone in de federalegevangenis en hier zaten in een soort vrijwillige gevangenis de. ze mensen met hun Russische liederen en Iiussische thee, hier zaten deze enorme mensen, bijna reuzen, te treuren over h u n verloren va. derland, waar zij voortdurend aan terugdachten ...

Kapitein X Wij vonden het jammer om San Francisco te verlaten. Maar de Adamsen waren onvermurwbaar; de hele reis moest binnen twee maanden en geen dag langer voltooid worden. 'Ja ja, sirs,' zei Mr. Adams stralend. 'Wij mogen onze kleine niet langer dan zestig dagen kwellen. Vandaag kregen we een brief. Vorige week hebben ze de kleine meegenomen naar de dierentuin en is haar een aquarium getoond. Toen de kleine zoveel vissen tegelijk zag, riep ze uit: "No more fish!" Onze kleine verveelt zich. Nee nee, sirs, we moeten zo snel mogelijk vertrekken.' Vol spijt reden we voor het laatst door de schilderachtige, bultige straten van San Francisco. In dit kleine plantsoen hadden we op een bankje kunnen zitten en we hebben er niet op gezeten, over deze lawaaierige straat hadden we kunnen wandelen maar we zijn er niet eenmaal geweest, in dit Chinese restaurantje hadden we meer dan voortreffelijk kunnen ontbijten maar we hebben er om de een of andere reden niet ontbeten. O, en die morsige kroegen! We zijn het belangrijkste immers vergeten: d e beroemde morsige kroegen van het oude Frisco, waar schippers elkaar met dikke rumflessen op het hoofd timmeren, waar Maleisiërs naar hartelust dansen met blanke meisjes, waar stille Chinezen bedwelmd raken door opium. Ach, vergeten, vergeten. En er is niets meer aan te doen, we moeten vertrekken! Over de langs de oceaan aangelegde weg raakten we steeds verder van San Francisco verwijderd. Gisteren nog waren we in de Universiteit van Californië. We zagen Mr. Kaun, pofessor in de Slavische literatuur, en hij vertelde, met in zijn handen een boekie met verhalen van Lev Tolstoj in het Tataars, zijn studenten over de nationaliteitenpolitiek van de u s s ~ , 3 2over de culturele ontwikkeling van de vokeren. Klein, grijs en elegant, strooide de professor tijdens zijn lezing met kwinkslagen, en enkele tientallen jongelui luisterden aandachtig naar het verhaal over dat verre land met zijn nieurvti en oynirrkelijke

Ic\8c11swiiz~. We liadden d e avond in Iict huis van de Professor door. aai1 de oever van Saii Francisco Bay, bij Be rkele~.Mr. K~",, had zo'n vijftien van zijn beste studenten uitgenodigd, D gloei. ~ ~ noot, de, jongens en meisjes zaten o p d e vloer en kletsten, ~ e haard kraakten. Een van d e meisjes stond op. giiig weg en keerde tien nuten Iater terug met natte. loshangende haren, als van een zeemeermin. Zij had in de baai gezwommen. In d e keuken sliepen zes Pasge. boren hondjes in een houten kist. D e professor liep er vaak heen en bekeek de welpjes dan vertederd, met zijn armen over elkaar geslagen. Toen gingen we naar buiten, naar d e oever van d e baai, en liepen, beschenen door het maanlicht, over het zandstrand. De jongelui gingen in een kring zitten en zongen in koor enkele studentenliederen. E~~~~ werd het strijdlied 'De beren' uitgevoerd, dat gericht was tegen de stanford-studenten, de gezworen vijanden van d e Universiteit van californië op het voetbalveld. De studenten van d e Universiteit van Californië noemen zichzelf 'Beren'. Toen ze uitgezongen waren (ze zongen tamelijk zuiver, maar wat dunnetjes; één Molokaan had hen met zijn stem kunnen wegblazen), vertelden ze ons dat er o p d e Universiteit van Californië een student van 84jaar o u d studeert. Hij wordt niet alleen door een ongewone liefde voor kennis gedreven. Er is nog een omstandigheid. Lang geleden, toen deze meer d a n oude student een jongeling was, kreeg hij een erfenis van zijn oom. Volgens de precieze betekenis van het testament kon de erfgenaam beschikken over de rente van het enorme kapitaal, totdat hij zou afstuderen aan de universiteit. Daarna zou de erfenis voor liefdadigheidsdoelen moeten worden aangewend. O p deze manier wilde o o m businessman hvee vliegen in één klap verpletteren: zijn neef een opleiding geven en van god vergeving krijgen voor de zonden die onvermijdelijk samengaan met een snelle verrijking. Maar de neef bleek niet minder een b u i neSsman dan zijn oom. Hij schreef zich in bij de universiteit en staat te boek als student, waardoor hij rente ontvangt van het kapibal. Deze onbeschaamdheid duurt nu ai vijfenzestig jaar en wijlen Oom businessman kan maar niet van de hel naar het paradijs verhuizen. een vermakelijk geval in de historie van de universiteit van Californië.

:,L

i 8 7 9 ~ reden e over een weg die niet alleen comfortabel en mooi was,

i

maar ook wat protserig: zowel de lichtgekleurde huizen als de palalsof ze zojuist met een groene , w m~ ~ a nde~bladeren ~ glommen ~ emailverfwaren beschilderd, alsookde lucht, waarvan de aanblik duidelijk toonde dat het een hopeloze zaak was om te wachten op de verschijning van wolken. Alleen de oceaan bulderde en ging tekeer, als een slecht opgevoed familielid op een verjaardagsfeest in een fatsoenlijke familie. 'Sirs,' zei Mr. Adams, 'U rijdt door een van de weinige gebieden in de Verenigde Staten waar renteniers wonen. Amerika is geen Frank,ijk, waar in elke stad renteniers wonen. Amerikanen stoppen bijna nooit bij een of ander van tevoren vastgesteld bedrag; ze blijven maar binnenhalen Maar je treft soms zonderlingen aan die ineens besluiten zich over te geven aan rust. Meestal zijn dit geen erg rijke mensen, omdat een rijk mens zelfs in zijn New Yorkse huis een eigen Californië kan opzetten. Californië trekt mensen aan door de goedkoopte van het leven en door het klimaat. Kijk, kijk! In deze huizen, die wij nu voorbijrijden, wonen kleine renteniers. Maar in Californië wonen niet alleen renteniers. Soms kom je exemplaren van een bijzondere mensensoort tegen: Amerikaanse liberalen. Sirs! Onze radicale intelligentsia bestaat uit eerlijke, goede mensen. Ja ja sirs, het zou dom zijn om te denken dat Amerika alleen maar standaard is, alleen dollarjacht, alleen bridge en poker. No no, sirs! Denk maar aan de jonge mister bij wie wij onlangs de avond hebben doorgebracht.' De'jonge mister', een oude bekende van Adarns, kwam uit een aristocratische familie. Zijn ouders waren zeer rijk. Hij had een uitstekende opvoeding gehad en er wachtte hem een makkelijk, verfijnd leven, zonder zorgen en overpeinzingen, met drie automobielen, golf, een mooie en lieve vrouw, kortom, met alles wat in Amerika verkrijgbaar is door rijkdom en door afstamming van een pioniersfamilie van wie de voorouders enkele eeuwen geleden met de Mayflower aan land zijn gekomen. Maar van dit alles had hij afstand gedaan. We waren 's avonds laat bij hem gekomen (het was in een grote industriestad). Hij had een huurwoning, die bestond uit eén ruinie kamer met gaskachel, schrijfiriacliirie, telefoon en bijna geen nieubels. Onze gastheer en zijn vrouw, een Duitse communiste, waren onAmerikaans bleek. Dit was de bleekheid van mensen wier werkdag ongereguleerd was en te vaak voortduurde tot middernsiht, van men-

die tijd noch geld hebben o m te sporten, van rilenseil d. nioestell zieli Iioe en waar ze aten en die zich volledig Ie "laa' gaveli aan dc zaak. Toen de jongeman overtuigd was geraakt van de O1ircchtva.,d. c r I@ beid \'al, het kapitalistisch systeem, beperkte hij zich iiiet tot het ICzen vali aarigenaiiie, de ziel verheffende boeken, maar trok clusies, ging tot het einde, brak met zijn rijke papa cri ~~d lid van partij. Nu is hij een partijactivist. de Een halfuur na ons kwam e r nog een gast, d e secretaris van het revan de partij. Er waren niet genoeg meubels e l de ~ gionale gastheer ging op de vloer zitten. Voor Ons zaten twee typisclie vertegenwoordigers van het Amerikaanse c o n ~ m u n i s m e :een arbeiders. communist en een intelligentsia-communist. De secretaris was jong en had hoge, uitstekende jukbeendereIl, waardoor hij op een Moskous kon-isoinol-lid leek. Voor een volledi. ge gelijkenis miste hij schijnbaar alleen een pet m e t een lange, als een afdak naar beneden hangende klep. Hij was dokwerker en leidde nu een grote staking van havensjouwers. 'Er zijn al enkele mensen bij ons gedood, inaar wij zullen vechten tot het einde,' zei hij. 'Gisternacht probeerde d e politie stakingsbrekers bij de schepen te brengen. Die begonnen onze sta k'mgsposten weg te duwen en gebruikten hun revolvers. De plaats van de schermutseling werd door de politieagenten verlicht met een schijnwerper. Veel arbeiders dreigden gearresteerd te worden. Toen brak een van de onzen door naar de schijnwerper en gooide een straatsteen door het glas. De schijnwerper ging uit eri in het donker lukte het de arbeiders om stand te houdeii en de stakingsbrekers liiet door te laten. Deze staking leiden is moeilijk, omdat er bij o n s geen eenheid is in de vakbeweging - de sjouwers staken, maar d e zeelui werken. Aan onze kust wordt gestaakt, maar aan de Atlantische kust wordt gewerkt... Natuurlijk maken de bazen hier gebruik van en sturen hun Iading naar de Atiantische have~is.Daarmee zijn ze duurder uit, iiiaar het gaat ze niet om het geld. Zij moeten ons breken. ~~~h werke~iwij vee' aan de eenheid Van de vakbeweging e. hopeil we o p Hij verzonk opeens in gepeins en prevelde: 'Als \vc een automobiel konden krijgen. al was het niaar de a~leroudste.ik heb een regio. Wanneer ik voor partijzaken ergens heen Inoe,, ga ik OP de weg en steek mijn duim omhoog. s ij,, duim - ineer transportmiddelen fijn mij niet ter heschikking gesteld: sell

+, ,,,-

,4ij sprak over de dertig dollar die nodig waren om de strijd tegen c,e ,,,iddeleeuwse exploitatie van Mexicanen en Filippijnen in de ui-

,,ly~oI,tage~ te beginnen. Maar die waren er niet, die dertig dollar. Die nloesteii nog ergens vandaan worden gehaald. ~ ~ ) ~partijmedewerkers ~ ~ ~ ~ i g leven e van twee dollar in de week. Een bclachc\ijk cijfer voor een land van miljonairs. Maar zie, met hun kruimels boriden ze de strijd aan met de Morgans ... En ze boeken successen. De Morgans met hun miljarden, met hun machtige pers, vrezen en haten hen. Mrs. Adams en de vrouw van onze gastheer waren al lang geleden ergens heen gegaan en keerden nu pas terug met brood en worst. Terwijl wij ons gesprek beëindigden, maakten zij boterhammen klaar op het wankele tafeltje. Een schouwspel dat men bij ons alleen nog kent uit museumplaatjes die het leven uitbeelden van Russische revolutionairen aan de vooravond van 1905... '... Ja, Mr. Ilf en Mr. Petrov, ik zie dat u zich die goede mensen herinnert,' ging Mr. Adams verder. 'Amerikanen kunnen door ideeën geboeid worden. En aangezien het in het algemeen mensen zijn die kunnen werken, houden ze zich ook in de revolutionaire beweging met zaken bezig en niet met geklets. U hebt die secretaris gezien. Een heel zakelijke jongeman. Ik raad u aan, sirs, te stoppen in Carmel, daar zult u nog interessantere mensen zien. In Carmel woont Lincoin Steffens. Sirs, dat is een van de beste mensen van Amerika.' Nu eens kwam de weg dicht bij de oceaan, dan weer ging hij verder ervandaan. Soms reden we over lange lanen met hoge palmen, soms bekloriiiiien we heuveltjes temidden van groene tuinen en vakantiehuisjes. In liet kleine stadje Carmel ontbeten we in een restaurantje, waar de wanden volhingen met foto's-met-handtekening van beroemde filmsterren. Het rook hier al naar ~ o l l ~ w o ohoewel d, dat nog zo'n tweehonderd mijl ver was. De groen begroeide straatjes van Carmel gaan helemaal tot aan de oceaankust naar beneden. Net als in Santa Fe en Taos wonen hier veel kunstenaars en schrijvers. Albert I h y s Williains (een Amerikaanse schrijver en vriend van John Reed, met wie hij tijdens de revolutie een reis naar Rusland heeft gemaakt), een grote, grijze man met een jong gezicht en vriendeliik toegeknepen ogen, begroette ons op het plaatsje voor zijn kleine, bouwvallige huis, waarvoor hii maandelijks huur betaalde. Zijn huis leek alleen op alle Anierikaanse huizen doordat er een

naar de kust van d e Zwarte Zee. lerwijl wij deze plLlnnellberaamd en lag Steffens. afgemat d o o r het gesprek, m e t zijn halid de schrijl liidchiiie in bed. Stil in een wit hemd niet een los boordje, m %er, Don met een klei11 haardje en een d u n n e h&, leek hij o p de stervende Quichote. Het was al donker toen we terugliepen naar het huis vali \v,lliarns, Achter ons liep Mr. Adams, a r m in a r m met Becky. Hij zuchtteen moiiipelde: 'Nee nee, sirs, het zou d o m zijn o m te denken dat i!, Amerika weinig bijzondere mensen zijn.' We brachten d e avond door bij een Carmelse architect, waar de plaatselijke intelligentsia voor een feestje bijeen was gekoinell. Er waren veel mensen in de tamelijk grote Spaanse ontvangstka. mer met houten balken onder het plafond. De gastheer, klein als een poppetje, geschoren maar met lang artistiek haar, trakteerde de gasten hoffelijk o p verschillende soorten frisdrank en siroop. Zijn dochter liep met vastberaden blik naar de vleugel en speelde luid enkele stukken. Iedereen luisterde met uiterste aandacht. Het deed denken aan d e stomme scène uit De Revisor.3' De gasten bleven staan in de positie waarin ze door de muziek verrast waren - de een met een naar d e m o n d gebracht glas, de ander in een gebogen gesprekspose, een derde met een bordje in de handen waarop dunne koekjes lagen. Eén man slechts, klein, met een schouderbreedte die zijn lengte evenaarde, legde onvoldoende fijngevoeligheid aan de dag. Luid vertelde hij iets. Zijn vlezige, platgeslagen oren verrieden in hem een bokser. Mr. Adams trok ons mee naar hem toe. Hij werd aan ons voorgesteld als Mr. Sharkey, voormalig wereldkampioen boksen, een rijk man (drie miljoen dollar), die zich uit de zaken had teruggetrokken en nu iii Carillel een rustig leven leidde temidden van de radicale intelligentsia, voor wie hij veel synipathie had. Verheugd sperde Mr. Sharkey zijn bleke oogjes wijd open en hij liet ons meteen zijn spieren voelen. Alle gasten haddeli de \'a11 Mr. SharkeY al bevoeld, maar hij kon inaar niet tot rust komen, hij bleef zijn korte, machtige armen maar buigen. 'We moeten iets drinken,' zei Mr. Sharkey ineens. Met deze woorden voerde hij zo'n vijftien van de gasten van de architect mee naar zijn woning, onder andere diens docllter en de Williamsen, Adamsen en ons. De wereldkampioen huurde een pracIitig huis, waar de stille Oce-

aanverlichte golven tot vlak o n d e r d e ramen rolde. (haraan zijn ende een kast, waaruit flessen rum. jenever, verschillende sooren zelfs Griekse martika te voorschijn kwamen, dat wil Ien al het sterkste dat door d e internationale alcohol-wodka-inzeggen: dustrie wordt geproduceerd. ~ ~ ,hijj helse ~ t mengsels had bereid en bokalen o n d e r d e gasten had rondgedeeld, sperde Mr. Sharkey zijn bleke ogen nog verder open en begon erop los te liegen. Allereerst verklaarde hij dat hij zeker was van d e onschuld van BruHauptmann, de moordenaar van het kind van Lindbergh, en als getuige in deze zaak zou kunnen optreden als hij niet vreesde zijn band met de bootleggers te onthullen, d e handelaren in sterke drank tijdens de 'drooglegging'. Vervolgeiis vertelde hij, hoe hij eens als commandant van een schoener, een driemaster, naar d e Zuidpool voer, hoe d e schoener in het ijsvast kwam te zitten; d e bemanning wilde h e m doden, maar hij onderdrukte in zijn eentje de muiterij van d e hele bemanning en wist het schip voorspoedig naar warme breedtes te leiden. Dit was een te kleurrijk piratenverhaal o m er bij deze gelegenheid niet nog een keertje op te drinken. Toen verkondigde Mr. Sharkey dat hij d e radicale intelligentsia vereerde en dat er in Amerika zo snel mogelijk revolutie gemaakt moest worden. Toen leidde hij iedereen naar een slaapkamer en toonde drie meisjes die in drie bedjes sliepen. Ter plekke vertelde hij een heel romantische geschiedenis: zijn vrouw was van hem weggelopen, samen met zijn eigen portier. Hij had ze achtervolgd, ingehaald en de verrader.portier met een revolver in d e hand gedwongen te trouwen met de door hem verleide vrouw. Zijn meisjes geeft hij 'S ochtends les in marcheren, in de veronderstelling dat dat een correcte opvoeding is. Kortom, Mr. Sharkey zorgde dat zijn gasten zich geen moment verveelden. Hij leidde de gasten naar een gyninastiekruimte, trok zijn overhemd uit en begon zich met ontbloot bovenlijf op te trekken aan een rekstok. Ten slotte trok hij bokshandschoenen aan en daagde belangstellenden uit tot een vriendschappelijke wedstrijd. In de ogen van hlr. Adams ontbrandde het vuurtje dat wij al gezien hadden toen hij o p de elektrische stoel was gaan zitten en toen hij samen met de hlolo-

'hisky "

,,

1

kliirn ~ c s f c l i j k rIiymiicn had gezongen. Deze 1 1 1 , ~,,l,,et "s mec. maken. Hij kreeg leren handschoenen aan ei1 stortte zicll eenhgon janruste gensachtig gil o p d e wereldkmpioen. De kainpioen inlilet rond Mr. A d a m te springeii en verdedigde zich g e m a d l angstig, de dikkerds s p r ~ n g e nheen en weer en gilden hysterisch ,achen. Uiteindelijk plofte Mr. M a m s neer o p een bank el1 begoil zijn licht geblesseerde schouder te wrijven. Toen dronken de gasteli g een bokaal en ieder ging daarna zijns weegs. 's Ochtends namen we afscheid van Lincoln Steffens en reden naar Hollywood. Een halfjaar later kregen we van onze vriend Mr. Adams een brie[ De envelop zat vol met krantenknipsels. We kwamen veel riieuws o\,er Carmel te weten. Rhys Williains had zijn boek over de Sovjet-Unie af, maar was nu, met de publicatie van het voorstel voor de nieuive grondwet, opnieuw aan het werk gegaan o m de noodzakelijke aanvullingen in het boek aan te brengen. De zeer vriendelijke Mr. Sharkey, naïef als een kind, kapitein van een schoener en bootlegger, 'wereldkampioen' Sharkey bleek een agent voor de politie te zijn, verbonden met het fascistische Amerikaans Legioen, en bovendien een oude provocateur, die ooit Bill Haywood, de beroemde leider van de Wereld-Industrie-Arbeiders, had verraden. En hij is helemaal niet Mr. Sharkey. Hij is ook nog captain Boxy, alias Berge, alias Forester. Tijdens de oorlog, toen hij in Chicago Bill Haywood verraadde, was hij een beroemde Chicagose racketeer en droeg de bijnaam 'Kapitein X'. En nog een maand later lazen we in de krant dat in Carmeì, Californië, op @jarige leeftijd de schrijver Lincoln Steffens was overleden. Zo was hij dus niet in het land van het socialisine overleden. Hij stierf aan een hartverlamming achter zijn schrijfmachine. OP het vel papier dat eruit stak, stond een onvoltooid artikel over de Spaanse gebeurtenissen. De laatste woorden van dit artikel waren de volgende: 'Wij Amerikanen moeten bedenken dat ook wij zulk eer1 strijd tegen de fascisten zullen moeten voeren:

De vier standaards

,,

Het is naar om te zeggen, maar ~ o i l ~ ~waarvan ~ o d .de roem h m derden de is rondgegaan. het Hollywood waarover in tivintig jaar meer boeken en artikelen zijn geschnven dan in twee-

honderd jaar Over Shakespeare, het grote Hoilywood waar aan de horizon de sterren miljoenen malen sneller opkomen en ondergaan dan astronomen "ertellen, het Hollywood waarover honderdduizenden meisjes uit alle streken van de aardbol dromen - dat Hollywood is saai, "erduiveld saai. Terwijl een geeuw in een Amerikaans stadje enkele seconden duurt, strekt hij zich hier uit over een hele minuut. En soms heb je heleniaal de kracht niet o m de mond te sluiten. Zo zit je dan, met droevig toegeknepen ogen en een geopende muil, als een gevangen leeuw. Hollywood is een regelmatig opgezette, uitstekend geasfalteerde en voortreffelijk verlichte stad met 300.000 inwoners. Al die 300.000 in de dienstensector ten bewerken ofwel in de filmindustrie, hoeve van hen die voor de film werken. De hele stad houdt zich bezig met één zaak: films opnemen, of - zoals ze zich in Hollywood uitdrukken - films 'schieten: Het geratel van een opnameapparaat lijkt erg op het geratel van een mitrailleur, vandaar de term 'schieten'. Heel deze eerbiedwaardige gemeenschap 'schiet' in een jaar ongeveer achthonderd films. Een grandioos cijfer, net als alle cijfers in Amerika. De eerste wandeling door de straten van Hollywood was voor ons een kwelling. Een vreemde zaak! De meeste voorbijgangers leken bekenden. Het was volstrekt onniogelijk de gedachte van ons af te schudden dat we deze mensen al eens ergens hadden gezien, dat we ze kenden en iets van ze wisten! Maar waar we ze grzien hadden en wat we van ze wisten - al sloeg men ons dood, dat konden we ons maar niet herinneren! 'Kijk, kijk!' riepen we elkaar toe. 'Nou, die met die lichte hoed met dat modieuze smalle lintje, die hebben we zeker gezien. Die brutale ogen kun je onmogelijkvergeten! M'aar hebben we hem toch ontmoet?'

Maar na de nian met de brutale ogen kwamen er n "g holiderden mensen; er waren oude mannen die op coiiiponisten lek en maar vals het modieuze liedje Check ro clteek uit de film Top floten>en au. de iiiannen die op bankiers Ieken maar gekleed gingen als kleine spaarders, en jongemannen in de gewoonst mogelijke lereIi jasjes, maar lijkend op gangsters. Alleen de meisjes leken eigenlijk allemaal sprekend op elkaar en dat uiterlijk kwam ons op kwellende, onaan. geliame wijze bekend voor, zoals dc gezichten van de joligelui m gangstertrekken en de oude mannen ons bekend voorkwanlen,,fhetet nu bankiers, componisten of god weet wat nog meer waren. ~~t~~~~ ten slotte onverdraaglijk. En toen pas drong het tot ons door dat we al die mensen in bioscoopfilms gezien hadden, dat het allemaal ac. teurs en figuranten waren, mensen van het tweede en derde plan, ze zijn niet zo bekend dat je nauwkeurig hun gezichten en natneri kent, maar tegelijkertijd is een vage herinnering aan deze meiiseii in het geheugen gegrift. Waar hadden we die knappe man met die Mexicaanse bakkebaarden gezien? Misschien liep hij rond in de film Hou alleen van mij, misschien in de dansfilm Laten we elkaarprecies om middernacht ontmoeten. De apotheken in Hollywood zijn luxueus. Afgewerkt niet nikkel en glas, voorzien van goed afgericht personeel in witte jasjes met epauletten, hebben deze neringen een zodanige perfectie in hun werk bereikt, dat zij eerder doen denken aan machinekamers van elektriciteitscentrales. Deze indruk wordt versterkt door het gepiep van kranen, het lichte gezoem van motortjes die rnalted milk kloppen en de metalen smaak van de sandwiches. Boven de stad scheen een krachtige kerstzon. Compacte zwarte schaduwen vielen op de asfaltgrond. Het klimaat van ~olly\vood heeft iets onprettigs. De zon heeft niets zonnigs, hij lijkt op een warme maan, hoewel hij zeer sterk verwarmt. In de lucht voel je de hele tijd een nare droogheid, en de geur van afgewerkte benzine, die de hele stad doordrenkt, is onverdraaglijk, We liepen onder straatlantaarns door, waar kartonilen kunstsparren met elektrische kaarsen op geplant wareli. Deze decoratie was door winkeliers georganiseerd ter gelegenheid van de riaderende Kerstmis. Kerstmis is in Amerika een groot en licht feest van conimercie, dat geen enkel verband heeft met religie, ze uitverkoop van rommel cn bij al onze akeer

is een graridiogod kunnen wij

eheel ,,iet beschuldigen van medeplichtigheld aan d u e hein i11 lict g duisteremak. te Vertellen over god. handel en het leven in HollyMaar ij het hebben 0°C' de Amerikaans film. Dit is een ,Vo~d, moeten w en interessant onderwerp. Wij,Moskouse hlmbez~ekers,zijn enigszins verwend d ~ o de r h e 'inema, ~ ~ t ~ wat e nMoskou e bereikt en tijdens nachtvoor,teliinrn aan een klein aantal filmkenners wordt vertoond. is bijna het beste dat door H o l l y o o d is voortgebracht. ~ ~ heeft~films kvan Lewis ~ Milestone, u Kiiig Vidor. R e u h n Ma,,louiiin en John Ford gezien, cinematografixh Moskou heeft de beste films van de beste regisseurs gezien. De Moskouse filmbezoekers hebben genoten van de varkentjes, pinguïns en muizen van Disney, hebben genoten van de meesterwerken van Chaplin. Deze regisseurs (met uitzondering van Chaplin, die één film aflevert in enkele jaren) maken vijf, acht, tien films per jaar. En zoals wij al weten, 'schieten' de -- Amerikanen achthonderd films per jaar, Wij hadden natuurlijk al vermoed dat die overige 790 films niet god Weet Wat Voor parels W ren, we hadden immers de goede films gezien en over de slechte alleen maar wat gehoord. Daarom zijn de indrukken van de ~ m e r i kaanse cinema zo zwaar als je er in zijn vaderland mee kennismaakt. In New York gingen we bijna iedere avond naar de bioscoop. O p weg naar Californië, bij onze overnachtingen in kleine en grote steden, gingen we niet meer bijna iedere avond maar gewoon iedere avond naar de bioscoop. In Amerikaanse bioscopen worden per voorstelling twee lange films getoond, een korte komedie, een tekenfilm en enkele filmjournaals, door verschillende filmbedrijven opgenomen. Aldus hebben wij alleen al meer dan honderd lange films gezien. Een filmverslaggever in Amerika geeft het allerlaatste nieuws, de tekenfilms van Disney zijn schitterend, daar zijn echte meestenverken bij, de techniek van de Amerikaanse film heeft geen lofprijzingen nodig- iedereen weet dat deze op zeer hoog niveau staat -, maar van de zogenaamde 'artistieke' films word je gewoon bang. Al deze films staan onder het niveau der menselijke waardigheid. Wij vinden dat het voor een mens een vernederende bezigheid is, naar zulke films te kijken. Zij zijn berekend op vogelhersens, op de traagheid van begrip van menselijk groot hoornvee, op kameelachtige pretentieloosheid. Een kameel kan een week zonder water, een bepaald ~

soort Amerikaanse filmbezoeker kan twintig jaar acllter ,lk adr ziiile. dige liln~sbekijken. Iedere avond gingen we het bioscoopgeb,,u,met enige hoop binnen, maar verlieten het weer niet eeli dat eeuwige, tot in details bekende ontbijt nr. 2 gegeteil 1,. dalsof We d den. filmbezoekers, de allergcwoonste Amerikanen - automonteu koopsters, winkeleigenaars - vinden deze films trouwens inooi EVer. erst verbaasden we ons daarover, daarna stemde het ons droevig en daar,

na probeerden wij erachter te komen hoe het heeft kunlien gebeuren dat zulke films succes hebben. Die acht of negen films die wei goed zijn, Iiebbeii we i11drie maanden bioscoopbezoek niet eens gezien. In dit opzicht heeft de haan die de bekende hoop omwoelde, meer geluk gehad dan wij.34 De goede fdms zijn ons in Hollywood door de regisseurs zelf getooiid, enkele exemplaren, gekozen uit de hondcrden films van enkele jaren. Er zijn vier hoofdstandaards voor films: de muzikale komedie, het historische drama, de bandietenfilm en d e film met een beroemde operazanger. Elke van deze standaards heeft maar één verhaal, dat eindeloos en vermoeiend wordt gevarieerd. De Amerikaanse filnibezoekers zien jaar in jaar uit in feite steeds hetzelfde. Zij zijn daar zo aan gewend, dat ze misschien in huilen zouden uitbarsten als je ze een film met een nieuw verhaal zou aanbieden, als een kind van wie een oud, versleten, in tweeën gebarsten stuk lievelingsspeelgoed is afgenomen. Het verhaal van een muzikale komedie bestaat erin dat een arm en mooi meisje variétéster wordt. Daarbij wordt ze verliefd op de directeur van het variététheater (een knappe jongeirian). Toch is het verhaal niet zo simpel. Het is namelijk zo dat de directeur zich in de klauwen van een andere danseres bevindt, die eveneens knap en langbenig is, maar een weerzinwekkend karakter heeft. Zo tekent zich een bepaald soort drama af, een collisie. Er zijn ook varianten. In plaats van een arm meisje wordt een arme jongeman de ster, een soort Ielijk jong eendje. Hij treedt op met zijn kameraden, samen vormen zij een jazzband. Het komt ook voor dat zowel liet jonge meisje als de jongeman sterren worden. Natuurlijk houde11 ze van De liefde neemt echter maar een vijfde deel van de film in beslag, de overige vier vijfde zijn aan de revue gewijd. Anderhalf uur lalig flitsen er blote benen over het scherm en klinkt het vrolijke motiefje vali het in dergelijke gevallen onvermijdelijke liedje, ,qSer veel geld aan de film besteed is, krijgt de bezoeker de beste benen ter

te zieii

het een gocdkoop fiinlpje is, dan zijn ook de benen wat 5ieihter. ~~t het verhaal heeft dat niets te maken. In beien mooi liietZO lang dit niet door een gecompliceerde idee Het verde gevallen tapdans gestuurd. Het publiek houdt van taphd wordt een dansstukken,Deze leiden tot kassucces. In historische dmmapskomen de meest uiteenlopende gebeurtenissen voor, afimkelijk van wie de hoofdpersoon is. Zij kunnen in worden onderverdeeld: antieke (Crieb-Romeinse) en (met musketiers). Als in de film lulius Caesar de aanvoerder is, of, zeg, Numa Pompilius, dan worden Grieks-Romeinse straalgipsenwapenrustingen te voorschijn gehaald en hakken de jongelui die r i j in de straten van H o l l ~ o o dzagen. met houten bijlen en zwaarden op elkaar in. Als Catharina de Tweede de hoofdpersoon i< of een of andere slungelige Engelse van ko.",nf -- tvlarie-Antoinette, .ink]ijken bloede, dan hebben we te maken met de musketierscategorie, dat wil zeggen gezwaai niet hoeden, o p de rand waarvan struisvogelveren zijn bevestigd, veelvuldig geduelleer zonder speciale aanleiding daartoe, achtervolgingen o p dikke renpaardjes, alsmede een grootse, platonische en saaie liaison tussen een arme jonge hoveling en de keizerin of koningin, begeleid door streng afgemeten kussen (de censuur van Hollywood staat kussen van slechts een beperkt aantal meters film toe). Het verhaal van het stuk is wat de schrijver toevallig invalt. Als hem niets invalt spelen ze ook zonder verhaal. Het verhaal is onbelangrijk. Belangrijk zijn de duels, de terechtstellingen, de feesten en de gevechten. In bandietenfilms schieten de helden van begin tot eind met automatische pistolen, machinegeweren en zelfs mitrailleurs. Vaak wordt er gezorgd voor achtervolgingen met automobielen. (Daarbij slippen de automobielen altijd in de bochten, wat meteen de belangrijkste artistieke bijzonderheid van de film is.) Zulke films vereisen een grote groep medewerkers. Tientallen acteurs verdwijnen al helemaal in het begin van de film van de lijst van handelende personen. Zij worden door andere handelende personen vermoord. Men zegt dat deze films erg op het leven lijken, met alleen als bijzonderheid dat de echte gangsters, die bankovervallen plegen en miljonairskinderen ontvoeren, nog niet eens kunnen dromen van de inkomsten die films over hun leven opleveren. Ten slotte de film met medewerking van een operazanger. Nou. u snapt wel dat men zich hierbij nergens over hoeft te schamen. \\.'ie ~

za1 eisen dat een operazanger acteert als ~ ~sen. ~ ~ k m liij niet en wil hij iiict cens. Hij wil zingen en ior!3s Acteren verluiigeii iiirjet worden voldaaii, temeer daar ook daan dat redel. like e bezoekers willen dat de beroemde zanger zoveel mogelijk zillgt, *ldus hier het verhaal geen betekenis. Gewoonlijk wordt er een ook nis opgevoerd als d e volgende. Een arme jongeman (men zou graag lede. wiilen dat hij k n i p is. maar hier moet helaas rekening Mrden gehouden met de uiterlijke gegevens van d e zanger - een bui+, ival. h n onder de ogen, korte beentjes) leert zingen. maar heeft geen ces. Waarom hij geen succes heeft. is niet te begrijpen, aangezien aan het begin van zijn leertijd even virtuoos zingt als op het t oppunt van zijn roem. Maar dan verschijiit er een mooie jonge Vrouwlijk, mecenas, die d e zanger vooruit helpt. Hij belandt dadelijk i11 de tropolitan Opera en hij wordt opeens bedolven onder een kolossaal, ongelooflijk, verbijsterend, monsterlijk en bovennatuurlijk succes, een succes waar zelfs Sjaljapin in zijn beste jaren niet van droomde Er is maar één andere variant: het succes wordt niet behaald door een zanger maar door een zangeres en dan speelt, volgens Sliakespeare's dramawetten, niet een vrouw maar een rijke, aantrekkelijke mail de rol van mecenas. Beide varianten worden door het publiek niet even grote blijdschap geaccepteerd. Maar het belangrijkste zijn de populaire aria's die in de loop van de handeling worden uitgevoerd. Het allerbeste is het als die uit I Pagliacci, La Bohèn~eof Rigoleno konien. Dat vindt het publiek iiiooi. In alle vier de standaards blijft eenheid van stijl behouden. Wat een Hollywood-actrice ook speelt - een verliefde kruisvaarder, de verloofde van een hugenoot of een niodern Amerikaans meisje -, zij is altijd volgens de laatste mode gekapt. Een horizontaal Permanent ligt op eendere wijze o p een middeleeuws en een hugenotenhoofd. Hierin sluit Hoiiywood geen comproniisseii. Wat voor historische onnauwkeurigheden ook, bijlen, buksen, wat maakt het uit, daar geeft men niet om, maar de krullen moeten liggen zoals dat hoort in 1935. Daar houdt het publiek van. Er zijn veel middeleeuwen en daar moet je geen kapsel voor gaan vera~iderell. Maar als dat in l937 verandert, dan zullen de liaren gaan volgens de mode van '37.

,,,

~

l

,

~

Home, in brand gestoken door Nero. soms tegen de achtergroildVan van kartonnen handinavische kastden. tergm Naast de hoofdstandaards zijn er nog enkele bijstandaards. bijHier hangt het af van het gevoorbeeld hlms kind gezocht worden. Nu is er juist m'n val, U moet een begaafd Wezentjegevonden: het kleine meisje Shirley Temple. Er is ~ ; i ~ d ~ ~het~ kind e ~ verschaft h ~ ~ l voiwassenen : geluk. En het vijfmeiske wordt gedwongen in één jaar in enkele films te of

spelen, ter

geluk te verschaffen aan haar ouders, die aan hun docha h ware het een oliefontein die plotseling was gaan spui-

ten. er films over de arbeidersklasse. Dat is pas echt schandaOok lige ~ascistischerotzooi. In een Hein stadje in het Zuiden. waar de bomen idylliah ruisen en de lantaarns vreedzaam schijnen, hebben we een film gezien met de titel Riflraff. Hierin werd een arbeider uitgebeeld die tegen zijn baas en diens vakbond inging. De brutale arbeider werd een zwerver. Hij viel erg diep. Toen keerde hij terug naar zijn baas, als de lichtzinnige verloren zoon. Hij had berouw en werd met open armen ontvangen. Niet één ontwikkelde Amerikaan erkent het recht van de Arnerikaanse cinema om zichzelf kunst te noemen. Sterker nog: zo iemand zal u zeggen dat de Amerikaaiise cinema een morele epidemie is, niet minder schadelijk en gevaarlijk dan roodvonk of de pest. Alle voortreffelijke prestaties van de Amerikaanse cultuur - scholen, universiteiten, literatuur, theater - dit alles wordt verpletterd, overschreeuwd door de cinema. Je kunt een aardige en intelligente jongen zijn, prima leren op school, uitstekend een universitaire studie doorlopen en na enkele jaren ijverig bioscoopbezoek in een idioot veranderen. Dit alles voelden we al op weg naar Hollywood. Toen we na onze eerste wandeling naar ons hotel terugkeerden (we logeerden door een vreemde samenloop van omstandigheden op de Hollywood Boulevard, in hotel ~ o l l y w o o d in , de stad Hollywood; Hollywoodser kun je het niet bedenken), bleven we staan bii de etalage van een dierenwinkel. Daar stoeiden inonsterli~keen lieve hondjes op een laag krantensnippers. Ze sprongen tegen het glas OP, blaften, omhelsden elkaar, kortom gaven zich over aan kleine hoiide~igenoe~ens. In een andere etalage zat een piepklein aapje in een kooi, met een nog piepkleiner pasgeboren aapje in haar armen. 'Ierwijl mama iets groter was dan een kat, was het kind waarlijk rni-

croscopiscli. roze. naakt. nieeiijw&kcnd, N~~~~~ likte h der. voedde liet. streclde het hoofdje, verloor het "I k de toeschouwers lette ze in het gelieel niet, H niet uit lict Oog. Op f' W" dc dclelich van het nioederschap. aniing En niettemin hebben wij nog nooit van ons I ~ ~ ~ , aardige karikatuur van moederliefde gezien. 11it alles zo i 'vaad. de wat mensen doen en was tegelijkertijd 20 eonberispelijke motor van onze car leek zi ,g benzine te voeden, maar ook met het in ons borrelend liiet alleen met e OP, zo snel niogelijk naa. New York. ZO snel mogelijk de boot mogelijk naar Europa! De tweede maand van de automobielreis naderde zijn einde. Dat is een erg korte tijd voor zo'n groot, land. Maar wij hadden onze buik vol van Amerika. Het Zuiden van de negers kwam dichterbij. De laatste mijlen die ons scheidden van Louisiana, reden we door bossen. De zon kum te voorschijn. Het was warm en fijn, als in een Oekraïenselente.steeds vaker kwamen we stadjes, dorpen en benzinestations tegen, en v,ij over de velden lopende paardjes met wuivende manen. Eindelijk passeerden we een paaltje met het opschrift 'Staat ~ ~ siana' en raasden we langs rode velden met geoogst katoen. Gewitte kerkjes o p palen in plaats van o p een fundering kwamen in de plaats van de monumentale kerken in het oosten en het westen, Franse namen kwamen in de plaats van Spaanse en indiaanse, en bij de benzinestations waar Mrs. Adams 'informatie verzamelde'antwoordde men haar niet met 'Yes, ma'arn' maar met 'Yes, mom: Toen we door het stadje Lafayette reden, zagen we een groot plakkaat dat dwars over de weg gespannen was, met een afbeelding van een onaangenaam, zelfgenoegzaam gelaat e n het vetgedrukte onderschrift: KIES MIJ TOT SHERIFF. I K BEN E E N V R I E N D VAN HET VOLK! Deze kreet van een politievriend van het volk deed denken aan het optreden van de onlangs vermoorde Louisiaanse senator Huey Long) die zichzelf ook als 'vriend van het volk' beschouwde, van het hele volk, met uitzondering van negers, Mexicanen, intellectuelen en arbeiders, en die een verdeling vali de rijkdommen eiste, van a k rijkdommen, met uitzondering van de vijf miljoen die naar het idee van Huey Long beslist voor elke miljonair moesten overblijven. Hier in het Zuiden zagen we wat we in Amerika nog niet eenmaal hadden gezien: voetgangers die langs de weg slenterden. Onder hei' was niet één blanke. Er liep een gebogen oude negerin in dikke, gele kousen, verstelde vuile schoenen, met een schort aan en een ouderwets hoedje met een lintje op.

'Nee nee nee!. riep hij uit. 'Wat denkt u wel! Nee. echt! C begrijpt

niet M t

~

i

de zuidelijke staten zijn. Een negerin meenemen! Ja ja, sirs. "iet geloven dat blanken haar willen meenemen. Zij

zij zal denken dat U haar bespot.' Opeens veficheen er op de weg tussen de automobielen een grijs paard,d" een cabriolet met koetsiersbok voorttrok (zulke exemplaren hadden wij in het Ford-museum gezien). In de cabriolet zat een deftige met haar dochter. Het vreemde voertuig sloeg een landweg in, stelt u zich maar een gewone landweg voor, met een strook vergeeld gras in het midden. Uit over de weg voorbijrijdende automobielen staken mensen hun hoofden naar buiten en keken naar de cabriolet die in de verte verdween, gewichtig hobbelend op zijn springveren, die hoog en dun waren als spinnenpoten. Met eenzelfde nieuwsgierigheid hadden boeren een jaar of dertig geleden gekeken naar een rokende en rammelende automobiel met lompe carrosserie, waarin hoog boven de grond passagiers zaten, die met wolvenbont gevoerde mantels en enorme beschermbrillen droegen. We reden naar een grote rivier, die in de schemering glinsterde alsof hij van metaal was. 'De Mississippi!' riep Mr. Adams uit. 'Dit is de Mississippi niet: zei Becky rustig. 'Dit is de Mississippi wel!' 'Dit is de Mississippi niet!' 'Becky! Praat niet zo. Het kost me moeite om naar jou te luisteren wanneer jij zegt dat dit niet de Mississippi is.' 'En toch is het de Mississippi niet.' Mr. Adams kreunde. We reden de brug over en kwamen in het stadje Morpan City. Voordat we een overnachtingsplek gingen n ~ k e n , De Blauwe Gans voor ons avondeten. stopten we bij het ~d~~~ bipogend aan de eigenaar, 'hoe hert die ri.sir; vroeg vier? lkweet het wel, maar mijn vrouw hier wil het graag horen: 'Dat is de ~tchafalaya:antwoordde de eigenaar. 'Wat? Wat?' 'De ~tchafalaya.' very; mompelde Mr. Adanis. achteruitdeinzend, '.rhailk

'very, very, very...' was de eerste keer tijdeiis de hele reis dat Mr. Adams een feitelijke fout maakte.

De hele maaltijd zat Mr. Adams droefgeestig op zijn , en. Ten slotte haalde hij d e kaart en d e reisgids te voorschijn te draai. melde er enige tijd in en zei uiteindelijk zachtjes, zonder n lom. vrouw te kijken: 'Ik kan U, sirs, een interessant detail aar zijh veruloekte ~ c h a f a l a y ais d e diepste rivier ter wereld schrijfdat ma~i~ in uw boekjes.' ar O m hoe dan ook de saaie avond in het saaie Morgan c i t y te Ien, deden ire wat we altijd deden in zulke gevallen: we gingen d e bioscoop. Wanneer Mr. Adams gewoonlijk naar het scherm b e k , werd hij niet zozeer kwaad maar ironiseerde hij het verhaal en de personages van het betreffende Hollywood-product. Maar nu zette h.. ineens een complete demonstratie o p touw. Al na tien minuten naIJ het begin merkten we dat Mr. Adams zichzelf niet was. Hij sprong op zijn plek o p en neer, kreunde en sprak tamelijk luid: 'Verduiveld, verduiveld nog aan toe!' Opeens riep hij zijn 'verduiveld' door d e hele zaal, sprong op van zijn plaats, mompelde vervloekingen, sputterde en rende naar buiten. ,Mrs. Adams rende achter hem aan. Wij bleven d e film uitkijken, voelend dat er in die tijd buiten een grote echtelijke twist plaatsvond. Toen de voorstelling voorbij was, troffen we bij de ingang van de bioscoop geen van beide echtelieden aan. Met grote moeite vonden we hen in verschillende uithoeken van de stad. Gelukkig bevonden die uithoeken zich o p niet zo'n heel grote afstand van elkaar. Mr. Adams beende zonder hoed (de hoed reisde nog steeds van stad naar stad), met de kraag van zijn jas opgestoken, met grote stappen over een grote straatweg in de richting van de Golf van Mexico en bleef maar mompelen: 'Verduiveld nog aan toe!' 'Nee echt, sirs,' zei hij klagend tegen ons, 'ik kan dit niet meer verdragen. Ja, ja, ja. Deze cinema maakt mij nog krankzinnig. In New York ging ik nooit naar de bioscoop. En het valt mij heel, heel zwaar omdat ik er niet aan gewend ben. Nee, werkelijk. Ik had zin om met een mitrailleur op het scherm te schieten: De echtelieden verzoenden zich snel en de avond eindigde meteen goed gesprek bij de gaskachel van het tourjst house. Het was nu nog honderd mijl tot New York. In d e ochtendzon begaven wij ons op weg. Het was zacht, heel zomers weer. We reden over een nieuwe, maar tamelijk smalle betonnen weg langs een klein viertje. Aan de andere kant strekten zich rossige katoenvelden uit) waarop hier en daar nog verspreide witte plukken watten lagen, en

,,,,

suihmiet,W~arnegers de droge stengels in grote stukkm sioe-

n met machetes - speciale grote messen. geover het riviertje lagen veel gebogen. smalle hangbrugpetje van~ ~ ~ ~ ~ en zeevaarder. Het is niet de luitenant Schmidt van liet I Koltsjak (zie noot 22). ~~t goude,l kalf, wiens zoon Ostap Bender voorgaf te zijn. , 38 De Terek-kozakken waren een kozakkenregiment dat oorspron3l In Russische woorden waarin o p de letter o niet het accent 1. %t, kelijk bij de rivier de Terek gevestigd was: nu de 'grensrivier1die wordt deze o in de uitspraak 'gereduceerd' tot de e in 'de: 'rsjetsjenië scheidt van de rest van Rusland. 32 Dat ,+,ril zeggen de politiek met betrekking tot de verschillei1de vol39 Uit een titelloos gedicht van Lermontov uit 1841. In dit gedicht keren bi111ieii de USSR. Stajiil, zelf een Georgiër, gold vanaf het be1 wordt met het Russische woord 'poestynja (woestijn) meer algegin van zijn politieke loopbaan als een expert o p dit gebied. meen 'leegte' bedoeld. 33 DeRevisor (1835) is het beroemdste toneelstuk van Gogo]. Een man 40 In Moskou, waar Ilf en Petrov woonden, was kortgeleden de mekomt aan in een provinciestadje en merkt dat hij voor een intro aangelegd. De schrijvers dachten dat hiermee spoedig een eind specteur van de regering wordt aangezien. Hij maakt handig van zou komen aan het bestaan van de tram. de situatie gebruik, laat zich féteren en omkopen en maakt de 41 Stootarbeiders, genoemd naar de mijnwerker Aleksej Stachanov, vrouw en dochter van de burgemeester het hof. Aan het eind van van wie in 1935 werd bekendgemaakt dat hij de arbeidsnorm vele het stuk arriveert de echte revisor en alle aanwezigen bevriezen in malen had overtroffen. een door de schrijver nauwkeurig voorgeschreven stomme pose die bijna anderhalve minuut duurt. 34 Uit de fabel De haan en deparel (1809) van Ivan Kryiov. In een letterlijke vertaling luidt deze: Toen een haan een mesthoop omwoelde Vond hij een parel En zei: 'Waar dient hij voor? Wat een onzinnig ding! Is het niet dom dat die zo hoog gewaardeerd wordt? Ik moet zeggen dat ik veel blijer zou zijn Met een gerstekorrel: die ziet er niet zo mooi uit Maar is wel voedzaam.' Leeghoofden oordelen precies zo: Waar zij niets van weten, dat is voor hen allemaal onzinnig. 35 Benoit Constant Coquelin ( i 8 4 1 - 1 ~ 0 ~Frans ), acteur en theatercriticus, vooral bekend door zijn rol in Cyrrir~ode Bergerac. 36 Het gaat hier om Thelma Todd, die onder andere in films van Laurel en Hardy en van de Marx Urothet-Sheeft meegespeeld. Zij Was o p 16 december gevonden in haar Packard in de garage die ze deelde met haar minnaar, de regisseur Rolalld West. Als doodsoorzaak werd door de rechtbank 'dood door k o o l m o n o x i d e v e r g ~ f ~ ~ g ~ ~ l ~ vastgesteld, maar er waren ook bloedsporen. De zaak is nooit opgehelderd. 29

l

Nawoord Het verzameld Werk van Ilja Ilf en Jevgeni Petrov beslaat vijf kloeke delen. Samen hebben ze vele verhalen en colunins geschreven, een novelle, werken voor toneel en film, en het boek dat u nu in handen hebt. Het Verzan-reld Werk bevat ook verhalen die door Ilf en Petrov afzonderlijk zijn geschreven, maar samen waren ze het vruchtbaarst. Hun werkmethode hield in dat ze over letterlijk iedere zin discussieerden tot ze het eens waren. En wanneer ze beiden onafhankelijk, zonder dicussie, dezelfde zinswending of hetzelfde beeld bedachten, werd het juist o m die reden verworpen, want dan lag het blijkbaar te veel voor de hand. Amerika eenhoog neemt wat hun werkmethode betreft een aparte plaats in: Ilf en Petrov hebben ieder afzonderlijk twintig hoofdstukken geschreven en slechts zeven samen. Dit had een praktische reden. Het was zomer. Ilf was ziek en moest werken in zijn zomerhuisje. Petrovs zomerverblijf bevond zich helemaal aan de andere kant van de stad. Ze schreven eerst een hoofdstuk samen, om erin te komen, stelden een plan op en gingen uit elkaar. Toen ze elkaar later zenuwachtig hun porties lieten lezen, waren ze tevreden over elkaars werk: beiden dachten dat ze het samen niet anders zouden hebben geschreven. Hun stijlen waren in hun acht samenwerkirigsjaren blijkbaar zo naar elkaar toegegroeid dat ze niet meer van elkaar te onderscheiden waren. Het is nu nog steeds niet bekend wie welk hoofdstuk heeft geschreven. De reis die in dit boek beschreveii wordt, vond plaats tussen begin oktober 1935 en begin februari 1936. Al tijdens de reis schreven ze impressies, die gepubliceerd werden door de Pravda. Na thuiskomst ze het materiaal om tot dit boek, dat in 1937 werd gepubliceerd, het jaar waarin Ilf aan tuberculose overleed, een ziekte die hij tijdens de reis al onder de leden had. De Amerikaanse belevenissen leverden niet alleen Atrrrrih retihoog .p, maar ook nog enkele verhalen en columns en de novelle Tonja, die pas na Ilfs dood werd gep~ibliceerd.

~ i ~ ~ ~is de h ireis e door ~ i Amerika wel een belangrijke oorzaak Ilfsvroegtijdigoverlijden geweest. 111Amerika hoestte hij voor h van et eerst bloed. De ene arts diagnosticeerde het als tuberculose, de anderesprak dit \veer tegen. Het overvolle reisprogramma zal de zaak geen goed hebben gedaan. Na hun terugkeer in Europa gingen Ilf en petrov eerst in Parijs Ilfs broer opzoeken. Deze adviseerde Ilf dringend zich in parijs te laten behandelen. De schrijvers 'wisten' echter dat het geen tuberculose was en ze reisden door naar de Sovjet-Unie, want ze hadden heimwee. In eigen land werd de juiste diagnose alsnog gesteld, maar toen was het te laat. Ongeveer een jaar later overleed ~ l f . sovjetkritiek zweeg vrij lang over Amerika eenlioog,en De verscheen, was deze niet positief: waarom was toen de eerste de algenlene angst van de Amerikaanse bevolking voor de politie niet beschreven, waarom was het kommervolle bestaan van de vele werklozen niet belicht? En wat was die Mr. Adams eigenlijk voor een figuur?De recensent vond dat Ilf en Petrov zich te veel hadden laten door oppervlakkige positieve verschijnselen, zoals de 'grote Amerikaanse service: De reacties van de progressieve Amerikaanse pers na het snelle verschijnen van de Amerikaanse vertaling waren wel positief. In Amerika vond men dat de schrijvers zich juist niet door uiterlijke schijn hadden laten misleiden, dat ze een zeer waarachtig beeld hadden gegeven. (Deze vertaling had overigens de curieuze titel Little Golden America, omdat de uitgever dacht dat de lezers dan de verbinding zouden leggen met The Little Golden Calf.) De reacties op Amerika eenhoogzijn typerend voor de manier waarop men altijd gereageerd heeft o p d e politieke en maatschappelijke aspecten van het werk van Ilf en Petrov. Grofweg zijn er vier soorten reacties te onderscheiden: - de Sovjets prijzen hen voor hun pro-Sovjet-houding; - de Sovjets berispen hen wegens onvoldoende p r o - ~ o v j e t - h ~ ~ l d i n g ; - niet-Sovjets prijzen hen wegens anti-Sovjet-houding; - niet-Sovjets berispen hen wegens pro-Sovjet-houding. Er is veel over deze kwestie geschreven en die politieke dubbelzinnigheid is ongetwijfeld een van de redenen dat het werk van IIf en Petrov nog springlevend is. Enerzijds blijkt uit Amerika errihmg duidelijke loyaliteit met de Sovjet-Unie: ~ l en f Petrov waren socialisten> overtuigd dat hun land in grote lijnen op de goede weg was. Anderzijds moet nien beseffen dat eerdere Amerikaanse reisverslagen Van

en ~ajakovskiaanzienlijk anti-Amerikaanser waren, en bo. vendien dat in 1936 de culturele teugeis strak werden aangehaald, die tijd vond de campagne tegen het 'formalisme' plaats, tegen kunstuitingen die niet onmiddellijk het grote publiek konden aan. spreken. (Uit 1936 stamt ook het beroemde anonieme, soms aan sta. lili toegeschreven artikel Chaos in plaats van muziek, gericht tegen ~ j ~ s t a k o v i t ~Tegen j . ) deze achtergrond bezien is Amerika eenhoogze. ker niet 'braaf' en weerspiegelt het Ilfs en Petrovs onafhankelijkheid, Stalin wordt in hun reisverslag weliswaar een paar keer genoemd, maar niet één keer direct geprezen. Aan hielenlikkerij hadden zij een enorme hekel. Het is interessant om hier nog wat verder in te gaan op de novelle Tonja, geschreven na de terugkeer van de schrijvers uit Amerika en gPubliceerd in 1937,na Ilfs dood. Ilf en Petrov zeiden met Tonja een nieuwe, serieuzere weg te willen inslaan. Hun voorraad humor was, zo schreef Petrov later, domweg uitgeput. Ze hadden ook al enkele serieuze columns voor de Pravda geschreven. De novelle gaat over een Russische jonge vrouw die getrouwd is met een diplomaat en in Washington komt te wonen. Zij verkommert er helemaal. Er is in deze novelle werkelijk geen positief woord over Amerika te vinden. Tonja is veel anti-Amerikaanser dan Amerika eenhoog, maar ook anti-Amerikaanser dan een door Ilf in een van zijn Aantekenboekjes beschreven opzet, die alleen repte van een meisje dat haar draai niet kon vinden in Amerika. Misschien is Tonja deels een 'verdedigingsmaatregel' tegen de aanval op Amerika eenhoog, misschien zijn er in een laat stadium door Petrov nog veranderingen aangebracht. (Het staat wel vast dat Petrov 'braver' rvas dan Ilf; hij is na Ilfs dood nog lid geworden van de Partij en wat hij zonder Ilf daarna nog geschreven heeft, is politiek zeer correct.) Hoe het ook zij, Tonja is een saai, humorloos boek en, niet toevallig, het enige werk van Ilf en Petrov dat tussen i949 en 1956, een periode waarin het literaire klimaat in de Sovjet-Unie zeer grimmig was, gedrukt mocht worden. Daarna deden de Sovjet-literatuurwetenschappersweer alsof er niets aan de hand was: niet alleen werd al het werk van Ilf en Petrov politiek weer als zeer verantwoord beschreven, maar ook noemde nien Torva wel degelijk een warme en humoristisch novelle. Op het eerste gezicht lijkt Amerikrz eenhoog zuivere non-fictie. Het is een reisboek waarin ware feiten en gebeiirtenissen worden beschreven. Nadere beschouwing leert echter dat het niet zo simpel is.

Om te beginnen is daar de figuur van Mr. Adams. ~e~~ is iets gcr ,hat, &,op het randje van het karikaturale. Het is een I . 'terair ty. pc, Het lijkt alsof Iìf en Petrov Mr. A d m s gebruikt hebben om hun humor kwiit te kunnen. De zoektocht naar het restaurant in sari Antonio op oudejaarsdag heeft bijvoorbeeld wel plaatsgehad, maar niet omdat Adams zijn geweldige restaurantje niet meer kon ,,inden. In llfs dagboek staat: 'Pogingen o m oudjaar te vieren in een goed reS. taurant. Maar Artkt Inn was voor ons gesloten en Tivali Cafe ookl M ~Adams . was tegelijk een goede informatiebron, iemand met interessante meningen, en een mikpunt van milde, liethebbende spot. Maar er is meer aan de hand. Als je Amerika eenhoog vergelijkt met de brieven en dagboekfragmenten van d e reis, vind je weliswaar veel bekende episodes, maar zie je ook dat e r flink is herschikt en geselecteerd. Zo zijn de schrijvers bijvoorbeeld vanuit New York naar Washington op en neer geweest, maar dat wordt in het boek alleen vermeld in de toespraak voor Dutch Treat. Het uitstapje zelf wordt niet beschreven, blijkbaar paste het niet goed in het overzichtelijke schema NewYork - Californië - New York. Ook worden de feiten een enkele keer aangepast aan de 'theorie', aan Ilfs en Petrovs visie op Amerika en zijn bewoners. In het reisverslag wordt over het bezoek aan het indianendorp o.a. geschreven: 'Maar toen Agapito Pina klaar was met zijn zingen en dansen, begon hij helemaal niet o m geld te bedelen, probeerde hij ons helemaal geen foto's aan te smeren. Het bleek dat hij gewoon zijn gasten een plezier wilde doen. Verheugd constateerden we dat het toch niet Napels was maar een indianenreservaat, en dat onze roodhuidige broeders toeristen bejegenen zonder de commerciële passie die bleekgezichten in deze zaak leggen: In Ilfs dagboek staat: Xgapito zong, zong nog eens, bood een foto aan, nam een dollar in ontvangst en kalmeerde.' Een mooie zin. Als Agapito een blanke was geweest, was dit ongetwijfeld zo in het boek terechtgekomen. waren Ilf en Petrov steeds aan het laveren tussen hun beweegredenen om Amerika eenhoog te schrijven. Ze wilden zo goed mogelijk beschrijven wat ze zagen in Amerika, ze wilden de lezers hun ideeën over Amerika overbrengen en ze wilden gewoon goede literatuur maken. Aldus ontstond hun derde grote werk, het laatste grote werk van een unieke gezamenlijke schrijverscarrière.